Plantenkennis – Wilde flora

Presentatie over: "Plantenkennis – Wilde flora"— Transcript van de presentatie:

1 Plantenkennis – Wilde flora
Opdracht 5.1. Plantenkennis – Wilde flora

2 Plantenkennis Achillea millefolium – duizendblad
Hoogte: 30 cm tot 1 meter. Bloem: in kleine hoofdjes, rand bloempjes wit of soms roodachtig. Bloeitijd: juni – november. Blad: 2 – tot 3-voudig veerdelig, donkergrijs groen. Standplaats: zonnig. Groeiplaats: alle gronden, liefst op bemeste graslanden. Overblijvende of vaste plant. Gehele plant behaard. 1

3 Plantenkennis Aegopodium podagraria – zevenblad
Hoogte: 30 cm tot 1 meter. Bloem: witte schermen. Bloeitijd: mei – augustus. Blad: dubbel drietallig, gezaagd. Standplaats: zonnig en schaduw. Groeiplaats: alle gronden. Woekert enorm en is een hardnekkig onkruid dat zich ondergronds verspreid. 2

4 Plantenkennis Alliaria petiolata – look zonder look
Hoogte: 20 cm tot 1 meter. Bloem: wit. Bloeitijd: april – juni. Blad: bovenste bladeren zijn hart vormig en onregelmatig getand De stelen zijn niet vertakt en gaan meestal recht omhoog Standplaats: zonnig en schaduw. Groeiplaats: vochtig, voedselrijke gronden. Qua geur en smaak heel veel weg heeft van knoflook 3

5 Plantenkennis Anthriscus sylvestris – fluitekruid
Hoogte: 60 cm tot 1,5 meter. Bloem: wit. Bloeitijd: mei – juni. Blad: De dofgroene bladeren zijn 2 tot 3-voudig geveerd. De deelblaadjes zijn langwerpig toegespitst. Groeiplaats: alle gronden. Heeft een penwortel. 4

6 Plantenkennis Atriplex hortensis – tuinmelde Hoogte: 150 cm.
Bloem: geel soms rood. Bloeitijd: juli – september. Blad: groen, driehoekig Groeiplaats: alle gronden. Blad smaakt naar spinazie. 5

7 Plantenkennis Bellis perennis – madeliefje Hoogte: 15 cm.
Bloem: geel soms iets rood aangelopen Bloeitijd: gehele jaar mits het niet vriest. Blad: in een rozet op de grond, spatelvormig, licht getand of gezaagd. Groeiplaats: alle gronden, zelfs op bermen die extensief beheerd worden. Madeliefje plant zich voort met zaad. 6

8 Plantenkennis Calystegia sepium – haagwinde Hoogte: 1,5 – 3 meter.
Bloem: wit, bloeien een dag en voor regen en donker sluiten ze de bloem. Bloeitijd: juni - oktober Blad: groen, gaafrandig. Standplaats: zon. Groeiplaats: natte tot vochtige grond. De plant vormt ondergrondse wortelstokken. Krult helemaal in een haag. 7

9 Plantenkennis Capsella bursa-pastoris – herderstasje Hoogte: 60 cm.
Bloem: wit Bloeitijd: maart – september. Blad: rozet met wortelstandige bladeren, meestal diep ingesneden. Standplaats: zon. Groeiplaats: vochtige tot droge, zeer voedselrijke, omgewerkte grond Vrucht is een omgekeerd driehoekig-hartvormig hauwtje. 8

10 Plantenkennis Cardamine pratensis – pinksterbloem Hoogte: 50 cm.
Bloem: lila tot roze Bloeitijd: april. Blad: samengesteld. Groeiplaats: Vroeger in weilanden door intensivering is dit niet meer zo. Nu voornamelijk langs slootkanten 9

11 Plantenkennis Centaurea cyanus – korenbloem Hoogte: 30 - 60 cm.
Bloem: diep blauw. Bloeitijd: juni – augustus. Blad: smalle lancetvormige bladeren. Groeiplaats: op open, droge, voedselrijke zandgrond in graanakkers, soms in bermen. 10

12 Plantenkennis Chelidonium majus – stinkende gouwe Hoogte: 30 - 60 cm.
Bloem: geel. Bloeitijd: juni – augustus. Blad: oneven geveerd of diep ingesneden en grof gekarteld. Onderkant van het blad is blauwgroen. Groeiplaats: vooral langs heggen en ruige plaatsen. Stengel is behaard en geeft oranje-geel melksap. 11

13 Plantenkennis Cirsium arvense – akkerdistel Hoogte: 60 – 120 cm.
Bloem: paars. Bloeitijd: juni – september. Blad: bovenzijde donkergroen, onderzijde zilverig wit. Lancetvormige bladeren zijn stekelig. Groeiplaats: komt voor op open, vochtige, zeer voedselrijke, omgewerkte grond, Stengel zijn niet of alleen onderaan stekelig. 12

14 Plantenkennis Digitalis purpurea – vingerhoedskruid
Hoogte: 30 – 150 cm. Bloem: donkerrood, lichtpaars en wit. Bloeitijd: mei – oktober. Blad: eironde tot lancetvormige bladeren, die aan de onderzijde grijs behaard. Groeiplaats: vochtige humeuze grond en het liefst op een halfschaduw plaats. Stengel is behaard. Digitalis is giftig. 13

15 Plantenkennis Dipsacus fullonum – kaardebol Hoogte: 70 – 150 cm.
Bloem: paars Bloeitijd: juli – augustus. Blad: langwerpig, spits groene bladeren ongeveer 40 cm groot.. Twee aan twee tegenoverstaand en vergrote bladvoet werkt als opvangbakje voor water. Groeiplaats: vochtige of luchtige kalkrijke kleigrond. 14

16 Plantenkennis Elytrigia repens – kweek Hoogte: 30 – 120 cm.
Bloem: groengeel (bloeiwijze: aar) Bloeitijd: juni – augustus Blad: bladschede is kaal tot dicht behaard en de bladschijf heeft gladde of bijna geen ruwe randen. Groeiplaats: voedsel- of stinkstofrijke plaatsen. De plant heeft ondergrondse uitlopers en kan zeer goed tegen droogte. 15

17 Plantenkennis Equisetum arvense – heermoes Hoogte: 40 cm. Bloem: -
Bloeitijd: - Blad: de zijtakken staan in kransen, Lijken op kleine naalden. Groeiplaats: vochtige, voedselarme en zure gronden. De plant heeft soms 3 meter lange wortel die makkelijk breken, 16

18 Plantenkennis Euphorbia helioscopia – kroontjeskruid (wolfmelk)
Hoogte: 10 – 50 cm. Bloem: groengeel Bloeitijd: mei – oktober Blad: verspreid, geelachtig groen, eirond. Naar de top zijn de bladeren fijngezaagd. 2 tot 4 cm groot. Groeiplaats: zonnige, open plaatsen op vochtige voedselrijke gronden. 17

19 Plantenkennis Festuca rubra – roodzwenkgras Hoogte: 10 – 100 cm.
Bloem: paars-rood tot geelbruin. Bloeitijd: mei -augustus Blad: bladschede meestal behaard, bij de voet minder donkerrood. Groeiplaats: groeit goed op kleigrond als op arme, droge zandgrond. Roodzwenkgras kan goed tegen schaduw. 18

20 Plantenkennis Galinsoga parviflora – kaal knopkruid
Hoogte: 20 – 60 cm. Bloem: gele buisbloempjes en witte lintbloempjes. Bloeitijd: juni - oktober Blad: lichtgroen tot groen en hebben weinig, korte haartjes. Groeiplaats: open zandgrond. jonge bladeren zijn eetbaar. 19

21 Plantenkennis Galium aparine – kleefkruid Hoogte: 10 – 30 cm.
Bloem: wit Bloeitijd: mei - oktober Blad: lancetvormig en zijn bezet met stijve korte haartjes. Groeiplaats: groeit het best in gebieden met een voedselrijke vochtige bodem. Vruchten hebben meer haakjes dan de stengel. Stengels zijn vierkant. 20

22 Plantenkennis Glechoma hederacea – hondsdraf Hoogte: 15 cm.
Bloem: paars – blauw . Bloeitijd: maart - juni Blad: niervormig tot hartvormig en met gekartelde of lichtgetande rand. Groeiplaats: groeit op alle gronden. Hoe zonniger de standplaats, des te kleiner de bladeren. 21

23 Plantenkennis Holcus lanatus – witbol Hoogte: 30 – 90 cm.
Bloem: wit, roze, groen, purper. Bloeitijd: mei -september Blad: grijsgroen en is voorzien van zachte haartjes. Elk blad is max. 20 cm en is fijngepunt. Groeiplaats: vochtige tot natte, zoete tot brakke, matig voedselrijke grond Stengel is zacht behaard. 22

24 Plantenkennis Lamium album – witte dovennetel. Hoogte: 30 – 60 cm.
Bloem: wit. Bloeitijd: mei -augustus Blad: aan de voet van de steel zijn bladeren hartvormig, aan de top meerlangwerpig. Blad lijkt op die van brandnetel, maar brandt niet. Groeiplaats: op vochtige, zeer voedselrijke, omgewerkte grond Witte dovennetel kent ver vertakte uitlopers. Vierkante holle stengel. 23

25 Plantenkennis Lamium purpureum – paarse dovennetel Hoogte: 5 - 30 cm.
Bloem: paars. Bloeitijd: februari - mei Blad: De lichtgroene behaarde bladeren zijn ongeveer driehoekig van vorm en staan in paren kruisgewijs tegenover elkaar. Groeiplaats: open, vochtige, zeer voedselrijke grond Bovenste gedeelte van vierkante stengel kan paars verkleuren. 24

26 Plantenkennis Lolium perenne – Engels raaigras Hoogte: 10 – 90 cm.
Bloem: geelgroen Bloeitijd: juni – september Blad: De donkergroene bladeren zijn 3 tot 4 mm breed. Aan de bovenkant zijn ze fijn gegroefd. Ze hebben een glanzende onderkant. De schede aan de voet is vaak roze. Groeiplaats: groeit goed op vochtige voedselrijke gronden. Engels raaigras kan goed tegen betreding. 25

27 Plantenkennis Lychnis flos-cuculi – echte koekoeksbloem Hoogte: 90 cm.
Bloem: roze, soms wit Bloeitijd: mei – juli Blad: de ruwbehaarde stengel draagt smalle lancetvormige bladeren. Groeiplaats: Op natte, matig voedselrijke grond 26

28 Plantenkennis Matricaria recutita – echte kamille Hoogte: 10 – 40 cm.
Bloem: Buisbloem geel, lintbloem wit Bloeitijd: mei - oktober Blad: bladen in lange lijnvormige slippen gedeeld, de middennerf slechts weinig breder dan de grotere zijslippen. Groeiplaats: groeit het beste op open, vochtige tot droge, voedselrijke, omgewerkte grond Strek geurend. 27

29 Plantenkennis Silene dioica – dagkoekoeksbloem Hoogte: 30 – 90 cm.
Bloem: roze Bloeitijd: april - oktober Blad: boven het midden het breedst, de middelste en onderste aan de top afgerond en kort toegespitst. Groeiplaats: groeit goed op vochtige, voedselrijke, humeuze, zandige grond. Bloemen gaan ‘s 28

30 Plantenkennis Myosotis sylvatica – vergeetmijnietje
Hoogte: 10 – 50 cm. Bloem: lichtblauw Bloeitijd: april - augustus Blad: De bladeren zijn vlak en vrij dun. De rozetbladen zijn langwerpig-eirond met een korte steel. Groeiplaats: groeit goed op vochtige tot vrij natte, voedselrijke grond 29

31 Plantenkennis Oenothera biennis – middelste teunisbloem
Hoogte: 50 – 150 cm. Bloem: geel. Bloeitijd: juni – september. Blad: Groen, hoofdnerf goed zichtbaar vanaf de onderkant. Blad gaafrandig en in de top toegespitst. Groeiplaats: groeit goed op open, droge, vaak omgewerkte zandige of stenige grond. De bloemen zijn iets kleiner dan die van de grote teunisbloem. 30

32 Plantenkennis Papaver rhoeas – klaproos Hoogte: 20 – 80 cm.
Bloem: rood. Bloeitijd: mei - juli Blad: is borstelig behaard en veerdelig met getande slippen. Groeiplaats: groeit goed op open, omgewerkte plaatsen op vochtige tot vrij droge, voedselrijke grond 31

33 Plantenkennis Petasites hybridus – groot hoefblad Hoogte: 50 – 100 cm.
Bloem: roze. Bloeitijd: april Blad: eerst hoefbladvormig, later hart-niervormig. Groeiplaats: groeit goed Op vochtige tot natte, voedselrijke, vaak kalkhoudende grond. Groot hoefblad heeft een lange knolvormige wortelstok. 32

34 Plantenkennis Phragmites australis – riet Hoogte: 100 – 300 cm.
Bloem: purper-, bruinkleurige pluim. Bloeitijd: juli - oktober. Blad: 1-3 cm brede blad met spits toelopende top is grijsgroen. Groeiplaats: In het water en op natte, zoete tot brakke, meer of minder voedselrijke grond aan waterkanten. Wanneer riet jaarlijks gemaaid wordt, kan het gebruikt worden voor de dakbedekking. 33

35 Plantenkennis Plantago lanceolata – smalle weegbree Hoogte: 5 - 50 cm.
Bloem: aar groenbruin, witte helmbloemen. Bloeitijd: juni – oktober. Blad: lancet- tot lijnlancetvormig, zelden breder. Groeiplaats: open en grazige, vochtige, zeer voedselrijke, meestal omgewerkte of betreden grond . 34

36 Plantenkennis Plantago major – grote weegbree Hoogte: 10 - 50 cm.
Bloem: groen bruin Bloeitijd: mei – november Blad: breed-elliptisch of eirond. Elk blad is spaarzaam behaard of glad. Groeiplaats: groeit goed op vochtige, zeer voedselrijke, omgewerkte of betreden grond Veel voorkomend onkruid. 35

37 Plantenkennis Poa annua – straatgras Hoogte: 25 - 30 cm.
Bloem: groen wit Bloeitijd: bloeit bijna het gehele jaar door. Blad: Het blad is van onderen gekield en heeft vaak kreukels of golfjes. Groeiplaats: alle gronden. Straatgras is een zeer snelle groeier en bestand tegen veel betreding. Plant is een- zelden tweejarig. 36

38 Plantenkennis Poa pratensis – veldbeempgras Hoogte: 10 – 90 cm.
Bloem: groen tot grijze aar Bloeitijd: mei - juni. Blad: het blad is 2-5 mm breed. De kleur kan afhankelijk van het ras licht- tot donkergroen zijn. Groeiplaats: alle gronden Engels raaigras concurreert het veldbeemdgras weg. 37

39 Plantenkennis Polygonum persicaria – perzikkruid Hoogte: 20 – 100 cm.
Bloem: roze - rood Bloeitijd: mei - oktober Blad: groene lancetvormige en gaafrandige bladeren met vaak een donkere, bruine tot zwarte vlek midden op het blad Groeiplaats: groeit goed op natte gronden. 38

40 Plantenkennis Polygonum aviculare – varkensgras Hoogte: tot 40 cm.
Bloem: roze of wit. Bloeitijd: mei - oktober Blad: ellipitisch, smal en nagenoeg ongesteeld. De bladeren aan de hoofdstengel zijn iets groter dan de bladeren die aan de zijstengels groeien. Groeiplaats: open, vochtige, voedselrijke, vaak betreden grond. 39

41 Plantenkennis Polypodium vulgare – eikvaren Hoogte: 10 – 60 cm.
Bloem: - Bloeitijd: juli – september. (sporen) Blad: wintergroen. De jonge bladeren verschijnen in de lente. Ze zijn dof donkergroen, langwerpig, tot 50 cm lang en alleen naar de top toegespitst Groeiplaats: licht beschaduwde plaatsen op droge, voedselarme, zwak zure tot kalkhoudende zandgrond. 40

42 Plantenkennis Potentilla anserina – zilverschoon Hoogte: 5 – 30 cm.
Bloem: geel Bloeitijd: mei- augustus Blad: geveerd en bestaan uit zes tot twaalf deelblaadjes. Deze deelblaadjes zijn diep getand. De onderzijde van het blad is witviltig behaard, maar soms ook de bovenkant. Groeiplaats: op natte tot vochtige, voedselrijke of brakke tot zilte grasgrond. 41

43 Plantenkennis Ranunculus acris – scherpe boterbloem
Hoogte: 30 – 90 cm. Bloem: geel Bloeitijd: april - oktober Blad: behaard. De onderste bladeren zijn handvormig en diep ingesneden. Groeiplaats: Op vochtige, voedselrijke, grazige grond De behaarde bloemsteel is rond en niet gegroefd. 42

44 Plantenkennis Ranunculus ficaria – speenkruid Hoogte: 10 cm
Bloem: geel. Bloeitijd: maart - mei Blad: Hartvormige bladeren zitten op een lange bladsteel. Groeiplaats: groeit op vochthoudende grond en het liefste op een plaats met weinig felle zon Na de bloei sterft het bovenste gedeelte af. De ondergrondse knol blijft in leven. Bij slecht weer blijven de bloemen gesloten, bij zon spreidt de bloem zich open. 43

45 Plantenkennis Ranunculus repens – kruipende boterbloem
Hoogte: 10 – 50 cm. Bloem: geel Bloeitijd: april – juli Blad: Onderste bladen 3-tallig, het middelste blaadje lang gesteeld. Groeiplaats: groeit het best op vochtige, beschaduwde plaatsen. De plant verspreid zich door middel van uitlopers. Wanneer je blaadjes opeet, krijg je blaasjes in je gehemelte. 44

46 Plantenkennis Rumex acetosella – schapezuring Hoogte: 10 – 60 cm.
Bloem: groen tot rode pluimen Bloeitijd: mei tot oktober Blad: De 3-7 cm lange, spiesvormige bladeren zijn omgekeerd-eirond tot lijnvormig. Groeiplaats: komt voor op droge, stikstofhoudende zand-, heide- en veengrond. 45

47 Plantenkennis Rumex obtusifolius – ridderzuring Hoogte: 80 tot 150 cm.
Bloem: groen tot rode pluimen Bloeitijd: juni – oktober. Blad: De onderste bladeren zijn groot en breed, zijn eivormig en hebben een hartvormige voet. Hogere bladeren zijn smaller. Groeiplaats: vochtige, zeer voedselrijke grond. Groeit ook op beschaduwde plaatsen. De plant heeft een penwortel. 46

48 Plantenkennis Sagina procumbens – liggende vetmuur Hoogte: 2 – 7 cm.
Bloem: wit Bloeitijd: mei – september Blad: De breed-elliptische tot rondachtige kelkbladeren zijn tot 2 mm lang en hebben een vliezige, witte rand. Groeiplaats: voedselrijke plaatsen tussen straatstenen en in belopen bermen. De plant vormt een penwortel 47

49 Plantenkennis Sedum acre – muurpeper Hoogte: 5 - 25 cm. Bloem: geel
Bloeitijd: mei - augustus Blad: 3-4 mm grote bladeren zitten dicht opeen langs de stengels. Blad smaakt naar peper. Groeiplaats: stelt geen hoge eisen aan de grond. De soort komt voor op droge zandgrond. Bodembedekker. 48

50 Plantenkennis Senecio vulgaris – klein kruiskruid Hoogte: 10 – 50 cm.
Bloem: geel Bloeitijd: hele jaar door Blad: vrij vlezig, langwerpig en meestal vrij diep (ongeveer tot de helft) ingesneden met korte slippen. Groeiplaats: open, vochtige tot droge, omgewerkte grond. De zaden kiemen wanneer de temperatuur boven 10 graden Celsius komt. 49

51 Plantenkennis Sonchus oleraceus – gewone melkdistel
Hoogte: 30 – 90 cm. Bloem: geel Bloeitijd: juni - oktober Blad: De langwerpig-eironde bladeren hebben een vrijwel vlakke rand met breed-driehoekige tanden en meestal met zeer zwakke stekeltjes Groeiplaats: licht beschaduwde plaatsen op droge, voedselarme, zwak zure tot kalkhoudende zandgrond. De plant heeft een penwortel. 50

52 Plantenkennis Stellaria media – vogelmuur Hoogte: 10 – 40 cm.
Bloem: wit Bloeitijd: januari - december Blad: groen, eirond met een spitse top, en vaak gesteeld. Groeiplaats: open, droge tot vochtige, voedselrijke, omgewerkte grond, vooral in akkers en tuinen. De plant heeft maar 1 wortelgestel. Stengels zijn rood of groen. 51

53 Plantenkennis Taraxacum officinale – paardebloem Hoogte: 10 – 40 cm.
Bloem: geel Bloeitijd: maart - november Blad: De bladeren staan in een rozet bij elkaar. Ze zijn diep ingesneden tot bochtig getand. Bij kneuzing vloeit uit de plant een witte vloeistof, die paardenbloemenmelk wordt genoemd. Deze laat bruine vlekken achter. Groeiplaats: vochtige tot droge, meer of minder sterk bemeste bodems. De plant heeft een penwortel die decimeters diep de grond in kan dringen. 52

54 Plantenkennis Trifolium pratense – rode klaver Hoogte: 15 –50 cm.
Bloem: roze tot rood Bloeitijd: juni - oktober Blad: De onderste bladeren zijn rond en langgesteeld, de bovenste bladeren bijna zittend, langwerpig en aan onder- en bovenzijde bedekt met haartjes. Groeiplaats: Op vochtige, voedselrijke grond in graslanden en bermen. De stengel is behaard. 53

55 Plantenkennis Trifolium repens – witte klaver Hoogte: 5 – 25 cm.
Bloem: wit Bloeitijd: juni - oktober Blad: bestaat uit drie deelblaadjes, die rond tot eirond zijn. Soms komen er planten voor met vier deelblaadjes Groeiplaats: vochtige tot natte, voedselrijke of brakke tot zilte grond De plant is niet behaard. 54

56 Plantenkennis Tussilago farfara – klein hoefbloed Hoogte: 15 – 30 cm.
Bloem: geel Bloeitijd: februari - april Blad: Na de bloei ontwikkelen deze zich tot hartvormig of ronde en getande bladeren. Aan de onderkant viltig behaarde bladeren. Groeiplaats: Voor voedselrijke, doorlatende, droge tot licht vochtige grond. De plant heeft een penwortel van soms wel 1,5 meter. 55

57 Plantenkennis Urtica urens – kleine brandnetel Hoogte: 10 – 50 cm.
Bloem: rood bruin Bloeitijd: mei - oktober Blad: zijn groen, dun en diep ingezaagd. Groeiplaats: droge tot vrij vochtige grond De plant heeft een geel-witte penwortel. In tegenstelling tot de grote brandnetel (Urtica dioica) komen op de kleine brandnetel alleen brandharen voor, gewone haren ontbreken. De stoffen in de brandharen van de kleine brandnetel worden beschreven als de pijnlijkste van de twee soorten 56

58 Plantenkennis Urtica dioica – grote brandnetel Hoogte: 30 – 250 cm.
Bloem: groengeel Bloeitijd: juni - oktober Blad: tegenoverstaand met gezaagde bladrand. Groeiplaats: Op stikstofrijke, droge tot natte, vaak half beschaduwde plaatsen. De plant heeft een penwortel. De stengel is vierkantig en evenals de bladeren bezet met brandharen 57

59 Plantenkennis Veronica chamaedrys – gewone ereprijs
Hoogte: 10 – 40 cm. Bloem: azuurblauw Bloeitijd: april - juni Blad: eironde bladeren zijn gekarteld en aan de voet afgerond. Groeiplaats: vochtige, voedselrijke grond in graslanden, bermen en in lichte loofbossen. Bloemen die al een dag oud zijn krijgen een wat roodachtige zweem. Kenmerkend voor deze soort is dat de beharing van de stengel in twee rijen geconcentreerd is. 58

60 Plantenkennis Veronica filiformis – draadereprijs Hoogte: 5 – 15 cm.
Bloem: blauw Bloeitijd: april - mei Blad: De bladeren zijn rond-elliptisch en bladrand is gekarteld. Ze zijn 0,5-1 cm breed en hebben een steeltje van maximaal 2 mm. Groeiplaats: droge tot vochtige, matig voedselrijke tot voedselrijke grond 59

61 Plantenkennis Vicia cracca – vogelwikke Hoogte: 30 – 200 cm. (lengte)
Bloem: paars/ violet Bloeitijd: juni – september Blad: Het blad is geveerd en bevat zes tot twintig paar deelblaadjes van 1-2,5 cm lang. Ze zijn langwerpig tot lijnvormig en lichtbehaard. Groeiplaats: vochtige, voedselrijke grond De plant heeft slappe stengels die zachtbehaard zijn. 60