Op sneeuwklas in Zwitserland

Presentatie over: "Op sneeuwklas in Zwitserland"— Transcript van de presentatie:

1 Op sneeuwklas in Zwitserland

2 Het weer in cijfers.

3 Gebruikte symbolen Ga naar mijn volgende dia
Ga naar mijn voorgaande dia Ik wil nog even mijn informatie raadplegen

4 Keuzemogelijkheid Wil je nog graag even de informatie doornemen ?
Klik op onderstaande knop Maak je graag onmiddellijk de oefeningen ? Klik op onderstaande knop

5 In elke sneeuwklascentrum vind je een weerstationnetje dat de temperatuur ; de luchtdruk en de luchtvochtigheid aangeeft. Dit laatste weerselement meet je met een hygrometer. Niet alleen kunnen we zo het weer van het moment in meetbare waarden aangeven, maar ons zelfs wagen aan kleine voorspellingen op korte termijn.

6 1. De thermometer Of het koud of warm is, voel je toch wel zo, hoor ik je al zeggen. Ja en neen. Volgens afspraak wordt de temperatuur 1,5 m boven de grond gemeten, in een thermometerhut. En het is nu juist de wind die het soms al eens kouder doet lijken dan het in werkelijkheid is. Zoek je een plekje in volle zon, dan is het warmer dan de temperatuur onder thermometerhut.

7 1. De barometer De normale barometerstand op zeeniveau is 760 mm.
Geeft de meter meer aan, dan spreken we van hoge luchtdruk, bij minder van lage luchtdruk. De barometerstand daalt ook met de hoogte. Hoe hoger je gaat, hoe minder de luchtdruk er immers is. Zo is de normale luchtdruk op m hoogte slechts 674 mm.

8 Hoe meer de luchtdruk stijgt, hoe mooier en droger het weer wordt.
Hoe meer de luchtdruk daalt, hoe slechter en vochtiger het weer wordt.

9 Door het verschil in luchtdruk ontstaat wind.
Wind is immers lucht die zich verplaatst van een gebied van hoge luchtdruk naar een gebied met lage luchtdruk. Komt de wind uit het westen, dan kan je op regen rekenen (waarom ?, komt hij uit het oosten, dan heb je droog weer. Noordenwind is dan weer koud, terwijl zuidenwind warmte aanbrengt. De windkracht (snelheid) wordt gemeten aan de hand van de schaal van Beaufort.

10 1. De hygrometer Dit toestel meet de luchtvochtigheid.
In de lucht bevindt zich waterdamp. Die wordt procentueel weergegeven. Bij hoge concentratie kan er niet meer bij en dan krijgen we neerslag. Dat ervaar je soms bij echt mistig weer. De normale waarden liggen tussen 60% en 90%. Soms is de lucht heel droog. Dan voel je dat in je keel, zeker als je felle inspanningen doet. Is er een hoge luchtvochtigheid, dan breekt het klamme zweet je uit, zelfs zonder dat je iets uitvoert. En nu maar duimen voor mooi weer tijdens onze sneeuwklasperiode !

11 In elke sneeuwklascentrum vind je een weerstationnetje dat de temperatuur ; de luchtdruk en de luchtvochtigheid aangeeft. Dit laatste weerselement meet je met een hygrometer. Niet alleen kunnen we zo het weer van het moment in meetbare waarden aangeven, maar ons zelfs wagen aan kleine voorspellingen op korte termijn.

12 1. De thermometer Of het koud of warm is, voel je toch wel zo, hoor ik je al zeggen. Ja en neen. Volgens afspraak wordt de temperatuur 1,5 m boven de grond gemeten, in een thermometerhut. En het is nu juist de wind die het soms al eens kouder doet lijken dan het in werkelijkheid is. Zoek je een plekje in volle zon, dan is het warmer dan de temperatuur onder thermometerhut.

13 1. De barometer De normale barometerstand op zeeniveau is 760 mm.
Geeft de meter meer aan, dan spreken we van hoge luchtdruk, bij minder van lage luchtdruk. De barometerstand daalt ook met de hoogte. Hoe hoger je gaat, hoe minder de luchtdruk er immers is. Zo is de normale luchtdruk op m hoogte slechts 674 mm.

14 Hoe meer de luchtdruk stijgt, hoe mooier en droger het weer wordt.
Hoe meer de luchtdruk daalt, hoe slechter en vochtiger het weer wordt.

15 Door het verschil in luchtdruk ontstaat wind.
Wind is immers lucht die zich verplaatst van een gebied van hoge luchtdruk naar een gebied met lage luchtdruk. Komt de wind uit het westen, dan kan je op regen rekenen (waarom ?, komt hij uit het oosten, dan heb je droog weer. Noordenwind is dan weer koud, terwijl zuidenwind warmte aanbrengt. De windkracht (snelheid) wordt gemeten aan de hand van de schaal van Beaufort.

16 1. De hygrometer Dit toestel meet de luchtvochtigheid.
In de lucht bevindt zich waterdamp. Die wordt procentueel weergegeven. Bij hoge concentratie kan er niet meer bij en dan krijgen we neerslag. Dat ervaar je soms bij echt mistig weer. De normale waarden liggen tussen 60% en 90%. Soms is de lucht heel droog. Dan voel je dat in je keel, zeker als je felle inspanningen doet. Is er een hoge luchtvochtigheid, dan breekt het klamme zweet je uit, zelfs zonder dat je iets uitvoert. En nu maar duimen voor mooi weer tijdens onze sneeuwklasperiode !

17 Het weer in cijfers.

18 Klik op het juiste antwoord.
In elke sneeuwklascentrum vind je een weerstationnetje dat de temperatuur ; de luchtdruk en de luchtvochtigheid aangeeft. Dit laatste weerselement meet je met een ____________________. Niet alleen kunnen we zo het weer van het moment in meetbare waarden aangeven, maar ons zelfs wagen aan kleine voorspellingen op korte termijn. pluviometer thermometer hygrometer barometer

19 1. De thermometer Of het koud of warm is, voel je toch wel zo, hoor ik je al zeggen. Ja en neen. Volgens afspraak wordt de temperatuur 1,5 m boven de grond gemeten, in een thermometerhut. En het is nu juist de wind die het soms al eens kouder doet lijken dan het in werkelijkheid is. Zoek je een plekje in volle zon, dan is het warmer dan de temperatuur onder thermometerhut.

20 Klik op het juiste antwoord.
1. De barometer De normale barometerstand op zeeniveau is __________mm. meer 674 lage 874 780 hoge minder 760

21 1. De barometer De normale barometerstand op zeeniveau is 760 mm.
Geeft de meter meer aan, dan spreken we van _______ luchtdruk, meer 674 lage 874 780 hoge minder 760

22 1. De barometer De normale barometerstand op zeeniveau is 760 mm.
Geeft de meter meer aan, dan spreken we van hoge luchtdruk, bij minder van ________ luchtdruk. meer 674 lage 874 780 hoge minder 760

23 1. De barometer De normale barometerstand op zeeniveau is 760 mm.
Geeft de meter meer aan, dan spreken we van hoge luchtdruk, bij minder van lage luchtdruk. De barometerstand daalt ook met de hoogte. Hoe hoger je gaat, hoe ___________ de luchtdruk er immers is. meer 674 lage 874 780 hoge minder 760

24 1. De barometer De normale barometerstand op zeeniveau is 760 mm.
Geeft de meter meer aan, dan spreken we van hoge luchtdruk, bij minder van lage luchtdruk. De barometerstand daalt ook met de hoogte. Hoe hoger je gaat, hoe minder de luchtdruk er immers is. Zo is de normale luchtdruk op m hoogte slechts _________ mm. meer 674 lage 874 780 hoge minder 760

25 Hoe meer de luchtdruk stijgt, hoe mooier en droger het weer wordt.
Hoe meer de luchtdruk daalt, hoe slechter en vochtiger het weer wordt.

26 Klik op het juiste antwoord.
Door het verschil in luchtdruk ontstaat _________. hoge Celsius neerslag lage Fahrenheit wind lucht Beaufort

27 Klik op het juiste antwoord.
Door het verschil in luchtdruk ontstaat wind. Wind is immers _________ die zich verplaatst van een gebied van hoge luchtdruk naar een gebied met lage luchtdruk. hoge Celsius neerslag lage Fahrenheit wind lucht Beaufort

28 Klik op het juiste antwoord.
Door het verschil in luchtdruk ontstaat wind. Wind is immers lucht die zich verplaatst van een gebied van _______ luchtdruk hoge Celsius neerslag lage Fahrenheit wind lucht Beaufort

29 Klik op het juiste antwoord.
Door het verschil in luchtdruk ontstaat wind. Wind is immers lucht die zich verplaatst van een gebied van hoge luchtdruk naar een gebied met ________ luchtdruk. hoge Celsius neerslag lage Fahrenheit wind lucht Beaufort

30 Klik op het juiste antwoord.
Door het verschil in luchtdruk ontstaat wind. Wind is immers lucht die zich verplaatst van een gebied van hoge luchtdruk naar een gebied met lage luchtdruk. Komt de wind uit het westen, dan kan je op regen rekenen (waarom ?, komt hij uit het oosten, dan heb je droog weer. Noordenwind is dan weer koud, terwijl zuidenwind warmte aanbrengt. De windkracht (snelheid) wordt gemeten aan de hand van de schaal van _____________. hoge Celsius neerslag lage Fahrenheit wind lucht Beaufort

31 1. De hygrometer Dit toestel meet de _______________________.
In de lucht bevindt zich waterdamp. Die wordt procentueel weergegeven. Bij hoge concentratie kan er niet meer bij en dan krijgen we neerslag. Dat ervaar je soms bij echt mistig weer. De normale waarden liggen tussen 60% en 90%. Soms is de lucht heel droog. Dan voel je dat in je keel, zeker als je felle inspanningen doet. Is er een hoge luchtvochtigheid, dan breekt het klamme zweet je uit, zelfs zonder dat je iets uitvoert. En nu maar duimen voor mooi weer tijdens onze sneeuwklasperiode ! temperatuur luchtvochtigheid luchtdruk neerslag

32 Super !