De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub

De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub

Voetbalvisie Hoofdmomenten.

Verwante presentaties


Presentatie over: "Voetbalvisie Hoofdmomenten."— Transcript van de presentatie:

1 Voetbalvisie Hoofdmomenten

2 Hoofdmomenten: Bij balbezit van het eigen team wordt er altijd geprobeerd de opbouw van achteruit te verzorgen. Hierbij moet het juiste moment gekozen worden voor de diepe bal, om zo snel mogelijk op de helft van de tegenpartij te komen om daarna aanvallend in scoringspositie te komen. Vervolgens is het de bedoeling om kansen te creëren en uiteindelijk te scoren. Op het moment van schakelen van balbezit naar balverlies moet er druk gezet worden op de bal en wanneer dit wordt gevolgd door balbezit van de eigen partij, dient er eerst voor de diepte pass gekozen te worden alvorens de bal breed gegeven wordt. Binnen de teamafspraken wordt er een keuze gemaakt tussen 3 verdedigingsbedoelingen namelijk: A: aanvallend/pressie, waarbij met grote ruimtes in de rug van de achterhoede wordt gespeeld. Er wordt een grote druk op de tegenpartij gezet. (verdedigingslijn tegen de middenlijn) B: behoudend, van uit de teamafspraken geeft men het initiatief weg aan de tegenpartij, maar wordt er geprobeerd vanuit een compacte teamorganisatie op het juiste moment druk te zetten. (verdedigingslijn is 20 meter eigen helft, voorhoede op 15 meter van de helft van de tegenpartij) C: Controlerend, volledig het initiatief weggeven aan de tegenpartij en als collectief inzakken op eigen helft. (verdedigingslijn is 16 meter eigen helft) Op het moment van schakelen van balverlies naar balbezit wordt er weer gespeeld vanuit de opbouw. Het schakelmoment biedt een uitstekende kans om van de desoriëntatie bij de tegenpartij te profiteren. Tactiek Er wordt uitgegaan van de eigen kwaliteit en wordt geprobeerd het spel te bepalen, de speelwijze van de tegenpartij is hierbij ondergeschikt. Maar ook wordt er gecoacht om flexibel om te gaan met de tactische keuzes van de tegenpartij en hierop creatief in te spelen om ervan te profiteren. Positiespel is de basis om te komen tot goed verzorgd voetbal. Het doel van een positiespel is het vinden van de vrije man (d.m.v. passing of een goede loopactie) die aan de basis staat van een aanval, een assist verzorgt, of de aanval zelf afmaakt.

3 De teamtaken per linie:
Teamfunctie: Opbouwen (balbezit eigen partij) Achterhoede: De opbouw begint altijd van achteren uit en het beginpunt daarin is de keeper De opbouw moet overgaan naar de aanval door middel van een goed functioneel positiespel De twee centrumopbouwers spelen breed uit elkaar en de vleugelopbouwers houden contact met de binnenkant, maar spelen iets dieper De opzet is om zo snel mogelijk via een middenvelder (verbinding speler) een vrije man te creëren, dit kan ook de centrumopbouwer zijn die doorschuift in het middenveld Middenvelders moeten goed samenwerken met de opbouwers (verdedigers) want zij fungeren voornamelijk als verbinding spelers, dus niet te diep maar ook niet te dichtbij De technische uitvoering van de aanname, kaats, passing en dribbel moet goed verzorgt zijn om tempo in het positiespel te houden De snelheid waarmee wordt opgebouwd is bepalend om de verdedigende organisatie van de tegenpartij los te spelen Met name de twee centrumopbouwers zijn vooral de passers naar voren, maar kunnen indien nodig (b.v. om een vrije man te creëren) inschuiven in het middenveld Is er een loopactie in de diepte van de vleugelverdediger dan wordt zijn positie opgevuld door de centrale opbouwers en de andere vleugelverdediger die naar binnen komt Na de dieptebal naar het middenveld of de spitsen moet er direct worden aangesloten op zo de rest van de organisatie goed te krijgen en bij de wisseling van balbezit de verdedigende organisatie te hebben staan Middenveld: Het spel zonder bal is bepalend om ook daadwerkelijk in balbezit te komen, lezen van het positiespel is belangrijk Middenvelders zijn verbinding spelers maar ook ruimtemakers voor andere middenvelders of spitsen (d.m.v. een loopactie in de diepte) Onderlinge afstanden moeten steeds goed worden bewaakt (maak de speelruimte groot) De samenwerking met de spitsen bestaat uit lijnen vrij maken om de bal te ontvangen en een afspeelmogelijkheid te creëren voor de spitsen (aan- en bijsluiten) Balans vinden in het middenveld met een dienaar (werker), een loper en een denker Voorhoede: In de formatie staat de centrumspits altijd het diepste weg, de vleugelspitsen aan de zijkant staan iets teruggetrokken De centrumspits begeeft zich altijd op de bal kant om zo een aanspeelpunt te kunnen zijn De vleugelspitsen reageren op de loopacties die de middenvelders maken om zo aanspeelbaar te zijn Onderlinge afstanden steeds goed blijven bewaken In de onderlinge samenwerking gaat het om ruimtes creëren voor elkaar en loopacties maken voor een ander

4 Teamfunctie: aanvallen (balbezit eigen partij)
Achterhoede: Vleugelverdedigers komen op om aanvallend mee te doen en verzorgen de voorzet De centrumverdedigers komen op om het spel te kunnen verplaatsen, niet om aanvallend mee te doen in de eindfase Doelverdediger moet alert zijn op de ruimte achter de achterhoede Middenveld: Alle drie de middenvelders moeten in de eindfase mee kunnen doen in aanvallend opzicht, alleen de positie van de bal bepaald wie aanvallend, wie behoudend en wie controlerend moet denken Als de centrumspits naar de balkant gaat moet de aanvallende middenvelder in zijn rug de diepte gaan benutten, wanneer de linker of rechter middenvelder dit doet moet hij reageren op de ruimte die de middenvelder achterlaat Meedogenloos in de afronding Voorhoede: De aanval verloopt over het algemeen via de centrumspits, hij wordt als aanspeelpunt gezocht. De vleugelaanvallers worden daaruit gevoed, dit gebeurt vaak door de middenvelders die bij de derde man situatie bijsluiten en de passing verzorgen op de vleugelaanvallers De centrumspits moet het juiste gevoel hebben voor het goede moment van komen. Ook zal hij goed moeten kaatsen, koppen en een goal kunnen maken De vleugelaanvallers moeten dreiging hebben in hun actie op basis van snelheid en een functionele passeerbeweging (de voorzet moet een kwaliteit zijn) Houdt het positiespel in de aanval op gang en houdt dus balbezit Scoringskansen creëren en scoren

5 Teamfunctie: verdedigen (balbezit tegenpartij): Voorhoede:
Het storen van de 3 spitsen, de centrumspits bepaald door loopactie, bal kant druk zetten en niet-bal kant naar binnen komen Schermt af en stoort Bedoeling leiden naar de zijkant en niet laten ontsnappen/ diepte eruit halen Het moment wordt bepaald door de teamafspraak die is gemaakt De aanvallers proberen dieptespel te voorkomen Mddenveld: Hoe staat de formatie op het middenveld: punt naar voren op het middenveld/ of punt naar achteren op het middenveld Voorkomt dieptespel Onderling zal de samenwerking optimaal moeten zijn omdat spelers moeten worden overgenomen dit geldt voor de onderlinge samenwerking op het middenveld als ook voor de samenwerking met de achterhoede. Met de voorhoede zal de samenwerking vooral bestaan uit het coachen van de voorhoede, lijnen eruit halen. (bij loopacties van de tegenstander in de diepte en breedte) Waar de middenvelders beginnen te verdedigen wordt bepaalt door de voorhoede en de achterhoede (waar de verdedigingslijn wordt neergezet) Leiden naar een zijkant en niet laten ontsnappen Wordt niet uit positie gespeeld en verovert de bal Vooruit verdedigen Compact spelen en de onderlinge afstanden bewaken (maak de speelruimte klein) Zolang mogelijk blijven staan alleen in noodsituaties een sliding maken Achterhoede: Hoe staat de formatie op het middenveld: de 4 verdedigers spelen zoveel mogelijk op lijn Er wordt vanuit man- en zonedekking verdedigd De centrumverdediger aan de bal kant stapt uit bij diepte loopactie van middenvelder tegenpartij en de rest vult op naar de bal kant Er wordt dus steeds met een wisselende vrije man gespeeld De vrije man moet zoveel mogelijk naast de centrumverdediger spelen Waar er wordt verdedigd wordt bepaald door de teamafspraken die zijn gemaakt (A, B of C) Verovert/ onderschept de bal De doelverdediger coacht zijn achterhoede De onderlinge samenwerking gebeurd door coaching Er moet agressief maar fair op de bal worden verdedigd

6 Teamfunctie: wisseling van balbezit naar balbezit tegenpartij
Hele team: Bij breedtebal druk zetten naar bal kant Direct een aanval op de man met bal worden gedaan. (vooruit verdedigen) Het dieptespel voorkomen De overige spelers in de directe omgeving van de bal geven steun aan de speler die de aanval op de bal doet en dekken kort opdat de kans van onderscheppen het grootst wordt Het breedtespel/bal terugspelen afdwingen De speler moet de tegenstander leiden naar de kleine ruimtes De spelers dienen zo minimaal mogelijk gebruik te maken van de sliding bij het verdedigen, hierdoor is men instaat sneller over te schakelen naar het heroveren van de bal Linies compact bij elkaar houden, bij balbezit al bezig zijn met het schakelmoment Balbezit tegenpartij Teamfunctie: wisseling van balbezit tegenpartij naar balbezit: Druk van de bal krijgen en houden door veel aandacht te besteden aan de aanname en het verwerken van de bal Na de dieptebal, door sluiten Eerste gedachte moet zijn: het diep spelen van de bal Aanname en verwerking van de bal is bepalend om druk van de bal te houden De kant waar de bal niet is veroverd kan opkomen (aanvallend denken) Afspreken wie denkt aanvallend en wie denkt controlerend, oog hebben voor de omgeving Groot maken van de veld. (juiste verdeling/onderlinge afstand) Loskomen van je tegenstander, de ruimte vinden om aangespeeld te worden

7 De taken en functies per positie:
Doelverdediger: Balbezit tegenpartij: Coaching, organisatie Uitgangshouding / positie, opstelling bij schoten, voorzet en duel 1:1 Tijdens het spel verwerken van de bal, techniek Bij spelhervattingen letten op keepervaardigheden, (voetenwerk, luchtduel, vangen, vallen) Balbezit: Diep denken Meedoen in positiespel Goede voorzetting d.m.v. pass, uitworp, uittrap of doeltrap Geen risico nemen Goede samenwerking met eigen spelers Centrale verdediger (rechts/links): Rugdekking verzorgen Afstoppen doorkomende speler Afstoppen voor de opkomende middenvelders of centrale verdedigers (voor mandekkers) Zorgen voor een man extra om tot een goede opbouw te komen Aanspeelbaar zijn voor de terugpass Uittrap keeper aansluiten richting de middenlijn Inschuiven in het middenveld Leiding geven aan medespelers

8 Vleugelverdediger (rechts/links): Balbezit tegenpartij:
Direct tegenstander dekken Dicht bij eigen doel scherp dekken Knijpen / rugdekking geven Balbezit: Positie kiezen (vrij lopen, aanbieden) Inspelen naar andere spelers met juiste balsnelheid Verplaatsen van het spel Terug pass mogelijk maken, maar durf initiatief voorwaarts te nemen Middenvelder (rechts/links): Goed in eigen zone spelen, veldbezetting optimaal Kort dekken in de omgeving van de bal Druk op de balbezittende speler uitoefenen Zichzelf niet laten uitspelen Ruimtedekking en rugdekking geven Dieptepass voorkomen Goed verdedigend positiespel Ruimte creëren om tot goed positiespel te komen Dieptepass voor breedtepass Zowel een controlerende als een diepgaande taak Bij aanval niet-bal kant opduiken in het strafschopgebied (kopkracht, schieten en afstand)

9 Middenvelder (centraal):
Balbezit tegenpartij: Druk op de balbezittende tegenstander Kort dekken in de omgeving van de bal Zichzelf niet laten uitspelen Dieptepass voorkomen, dwingen tot breedtepass Naar zijkant dwingen, insluiten Ruimtedekking / rugdekking Opvangen vrije, opkomende spelers Heeft ook controlerende taak, evenwicht, niet te ver naar voren spelen Balbezit: Kiezen van de juiste positie, niet te diep spelen en dienend t.o.v. de centrale spits Meedoen in het positiespel (schakelspeler) Komen in scoringspositie (diepgang) Scoren van doelpunten/ geven van assists Vleugelspits (rechts/links): Veldbezetting: ruimte klein maken (naar binnen knijpen) Niet alleen verantwoordelijk voor directe tegenstander Ruimte op het middenveld verdedigen (knijpen) Dieptepass voorkomen (dwingen tot breedtepass) Niet laten uitspelen, tijd winnen, zodat medespelers zich kunnen herstellen Bal veroveren Positie kiezen / ruimte creëren Vrijlopen, aanbieden breed / diep Voorzetten geven 1-2 combinatie / individuele actie Bij voorzetten van de andere kan er bij zitten Doelpunten scoren Niet onnodig buitenspel staan

10 Centrumspits: Coachtermen:
Balbezit tegenpartij: Veld kleinmaken i.s.m. vleugelspitsen op tegenstander Zichzelf niet laten uitspelen Dieptepass wegnemen/dwingen tot breedtepass Druk op balbezitter, juiste moment van aanval op de bal Opvangen van opkomende verdediger Balbezit: Scoren van doelpunten Scoringspositie komen ( meelezen van de opbouw) Alert zijn op dieptepass Ruimte creëren voor opkomende middenvelders en vleugelspitsen Niet onnodig buitenspel staan Coachtermen: Kaats: wanneer een speler de tegenstander in de rug heeft en de bal gekaatst moet worden Vast: wanneer een speler de tegenstander in de rug heeft en de bal vastgehouden moet worden Draai: wanneer de medespeler niet kort gedekt wordt en met de bal door kan draaien Tijd: wanneer de medespeler voldoende tijd heeft om te handelen Rug: er komt/staat een tegenspeler in de rug van de tegenstander Knijpen: het tijdig naar het centrum verdedigen Sluiten: nadat er diep gespeeld is, moeten de linies aansluiten Zakken: bij balverlies moet de speelruimte kleiner gemaakt worden


Download ppt "Voetbalvisie Hoofdmomenten."

Verwante presentaties


Ads door Google