De Bloedsomloop Bram Janssens.

Presentatie over: "De Bloedsomloop Bram Janssens."— Transcript van de presentatie:

1 De Bloedsomloop Bram Janssens

2 Wat weet jij nog van de vorige lessen?
Transporteren!

3 Samenstelling van het bloed!

4 Samenstelling van het bloed
Hypothese! Onderzoeken

5 Samenstelling van het bloed
2 lagen Bloedplasma Vaste deeltjes Bloedplasma Vaste deeltjes

6 Samenstelling van het bloed
Schets! Besluit: Bloed bestaat uit twee hoofdbestanddelen: Bloedplasma Vaste deeltjes

7 Samenstelling bloed  bloedplasma
Clinistix  glucose Albustix  eiwitten Kobaltchloridepapier  water Voor de stof Waarneming Vaststelling Clinistix Glucose Kleurt paars  Glucose aanwezig Albustix  Eiwitten  Kleurt groen Eiwitten aanwezig Kobaltchloridepapier Water Kleurt roze  Water aanwezig 

8 Samenstelling van het bloed
Besluit: Bloedplasma bestaat voor 92% uit: Water Voedingsstoffen Afvalstoffen Verder bevat het: Nutïënten, afvalstoffen, beschermende stoffen, hormonen en enzymen

9 Samenstelling bloed  vaste bestanddelen
Rood bloedlichaam Witte bloedcel Bloedplaatje

10 Samenstelling bloed  vaste bestanddelen
Rode bloedlichaampjes Rode bloedcellen dragen zuurstof  talrijk aanwezig  rode kleur Bloedplaatjes  rode bloedlichaampjes  witte bloedcellen Celkern

11 Wat doet het bloed voor ons?

12 Transport van O² en CO² Longen Alle organen Mond en neus

13 Transport van O² en CO² O² lost voor 3% op in het bloed
O²  hemoglobine  oxyhemoglobine Loskoppelen bij de cellen

14 Welke kleur heeft bloed?
Zuurstofrijk bloed: felrood Gewoon bloed: gewone kleur Zuurstofarm bloed: donkerrood

15 Transport van O² en CO² Besluit:
Bloed kan zuurstofgas en koolstofdioxide opnemen, vervoeren en weer afgeven Zuurstofrijk bloed heeft een felrode kleur Zuurstofarm bloed heeft een donkerrode kleur

16 Koolstofmonoxidevergiftiging
CO inademen Binden aan hemoglobine met sterke binding 250 X sterker Traag loskoppelen Zuurstoftekort

17 Symptomen

18 Ontstaan

19 EHB  CO-vergiftiging Alles openen Slachtoffer verplaatsen
Ziekenwagen bellen MET O² Beademen

20 Wat weet jij nog van de vorige les?

21 Overige transportfuncties
Nutriënten (voedingsstoffen) Afvalstoffen  uit de organen, naar organen die afvalstoffen verwijderen (longen, nieren, huid) Hormonen  door klieren geproduceerd, regelen functies in het lichaam Insuline Thyroxine Oestrogeen

22 Overige transportfuncties
Warmte: Ontstaan door verbranding in de cellen (Bv bij lopen) Bloed verspreidt warmte over het hele lichaam Warmte afgeven via de huid

23 Stelpen van bloedingen
Bloedstollingseiwit  fibrinogeen Contact met lucht  fibrine  fibrinedraadjes Bloedstolsel Coaguleren  stremmen  stollen

24 Stelpen van bloedingen
Bloedplasma  serum met fibrinogeen

25 Verdedigen tegen infecties

26 Functies van het bloed  besluit
Transport van: Zuurstofgas Koolstofdioxide Nutriënten Beschermende stoffen Afvalstoffen Hormonen Warmte

27 Functies van het bloed  besluit
Verdedigen tegen infecties Stelpen van bloedingen Vormen van antistoffen

28 Bouw van het hart

29 Ligging van het hart Links in de borstholte
Linkerlong is kleiner dan de rechterlong

30 Benoem de delen! RIB HARTZAKJE LONG HART lONGVLIES MIDDENRIF

31 Delen van het hart

32 De hartkleppen Bloed kan maar in één richting stromen
Bloed moet van de boezems naar de kamers stromen

33 De hartcyclus Linkerhelft O² rijk bloed en zuurstofgas
Rechterhelft met O² arm bloed en afvalstoffen w

34 Opdracht 1  Schrap het foute!
Zuurstofarm O² Zuurstofrijk

35 De drie delen van de hartcyclus 1
Aders Boezems Holle aders longaders

36 De drie delen van de hartcyclus 2
Boezems Kamers Aanzuigen

37 De drie delen van de hartcyclus 3
Boezems Longklep Aorta Klepvliezen Aortaklep

38 Hartslagfrequentie Bij inspanning hebben onze spieren extra O² en brandstoffen nodig!

39 Besluit! Aanzuigen van het bloed door de boezems
Doorstromen van het bloed in de boezems Wegpompen van het bloed door de kamers

40 De bloedsomloop

41 De bloedsomloop Kleine bloedsomloop Hart Grote bloedsomloop

42 De bloedsomloop De mens heeft een DUBBELE bloedsomloop die GESLOTEN is

43 De bloedvaten

44 Slagaders De slagaders moeten door de grote hoeveelheid bloed, goed kunnen uitrekken!

45 Aders Het bloed mag in de aders maar in één richting lopen
Naar het hart toe!

46 De bloedsomloop

47 Invloed van de maatschappij op onze gezondheid
Hart- en vaatziekten zijn één van de belangrijkste doodsoorzaken in België!

48 Bloeddruk

49 Bloeddruk Hoog: Laag:

50 Bloedneus Kleine verwondingen aan de kleine bloedvaten in de neus
Snuiten, vleugels dichtknijpen, NIET ACHTEROVER BUIGEN

51