De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub

De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub

Leerfase 1 Periode 1 Docent 1 Bouke Cuperus Les 4

Verwante presentaties


Presentatie over: "Leerfase 1 Periode 1 Docent 1 Bouke Cuperus Les 4"— Transcript van de presentatie:

1 Leerfase 1 Periode 1 Docent 1 Bouke Cuperus Les 4
Nieren en Urinewegen Leerfase 1 Periode 1 Docent 1 Bouke Cuperus Les 4 Noorderpoort Medische Kennis

2 Nieren en Urinewegen Noorderpoort Medische Kennis

3 Leerdoelen Aangeven waar nieren en urinewegen zich in het lichaam bevinden Onderdelen van de urinewegen benoemen Beschrijven hoe een nier is opgebouwd, wat de functie is en hoe die werkt Uitleggen wat een nefron is Aangeven hoe urine ontstaat Uitleggen wat onder vochtbalans wordt verstaan Beschrijven welke invloed bepaalde ziektes op de urine kunnen hebben Noorderpoort Medische Kennis

4 Functie van de nieren Afvalstoffen uit het bloed verwijderen
Vocht- en zoutbalans regelen Hormonen aanmaken Rol bij botstofwisseling De functie van de nieren De nieren hebben verschillende functies. De vier belangrijkste zijn: 1.Afvalstoffen uit het bloed verwijderen In het bloed zitten allerlei stoffen die nodig zijn om het lichaam goed te laten functioneren. Het bloed transporteert bijvoorbeeld zuurstof naar de cellen. In het bloed zitten ook afvalstoffen, bijvoorbeeld van de spieren. Die afvalstoffen zijn schadelijk voor het lichaam en moeten worden opgeruimd. Dat is het werk van de nieren. 2.Vocht- en zoutbalans regelen Het lichaam bestaat voor tweederde deel uit water. Het lichaam kan alleen goed werken als de hoeveelheid vocht zo veel mogelijk gelijk blijft. De nieren zorgen daarvoor. Na veel drinken produceren ze bijvoorbeeld extra urine en bij veel zweten minder. De nieren zorgen er ook voor dat de hoeveelheid zouten in het bloed binnen bepaalde grenzen blijft. 3.Hormonen aanmaken Een hormoon is een signaalstof (boodschapper) die in een orgaan wordt aangemaakt. Het stroomt via het bloed naar andere delen van het lichaam en zet de cellen waarvoor de boodschap bedoeld is, aan het werk. De nieren maken: ◾Renine, een hormoon dat een rol speelt bij het regelen van de bloeddruk. ◾Erytropoëtine (EPO), stimuleert de aanmaak van rode bloedlichaampjes (erytrocyten). 4.Rol bij botstofwisseling Vitamine D bevordert de opname van calcium (kalk) uit de darm en de inbouw van calcium in de botten. Vitamine D is daarom belangrijk voor sterke botten. Onder invloed van zonlicht wordt in onze huid vitamine D aangemaakt. De nier is echter nodig om deze vitamine D om te zetten in een werkzame vorm. Noorderpoort Medische Kennis

5 Ligging van de nieren Nieren (renes) zijn twee boonvormige organen, elk ongeveer 12 cm lang, 7 cm breed en 3 cm dik. Hoog i.d. buikholte, tegen de achterste buikwand ter weerszijden van de wervelkolom. De rechternier ligt iets lager. Bovenop de nieren liggen de bijnieren (glandulae suprarenales), dit zijn hormoonklieren (kom ik nog op terug). Doordat de nieren tussen het begin van de aorta (bloeddruk zeer hoog) en het laatste stuk van de onderste holle ader liggen (waar de bloeddruk laag is) zal er veel bloed door de nieren stromen. Per etmaal liter door de nieren Noorderpoort Medische Kennis

6 Bouw van de nieren Noorderpoort Medische Kennis

7 Bouw van de nieren Van buiten naar binnen: Nierschors
Niermerg (met ‘piramiden’) Nierbekken (holte voor urine) staat via urineleider in verbinding met de blaas De buitenste laag v.d nier bestaat uit een dun, stevig bindweefselkapsel: Bij een doorsnede twee verschillende weefselgebieden: De schors (cortex) en het merg (medulla). De stompe toppen steken uit naar het centrum van de nier als nierpapil. Op elke nierpapil monden 3 tot 6 mergpiramiden uit. Onder de nierpapillen bevinden zich holten: de nierkelken die monden uit op een holte: het nierbekken (pelvis of pyelum). Bloedvatvoorziening: De a.renalis is een korte, ruime aftakking v.d. aorta en zorgt voor de bloedvoorziening van de nieren. De v.renalis, die het bloed uit de nieren weer afvoeren, en dit vat mondt uit in de v.cava inferior. Noorderpoort Medische Kennis

8 Bouw van een nefron (functionele eenheid)
1 miljoen nefronen per nier! 5 onderdelen: Nierkapseltje (kapsel van Bowman) met daarin de glomerulus (kluwen haarvaten), samen: lichaampje van Malpighi 2. Eerste gekronkelde buisje 3. Lis van Henle 4. Tweede gekronkelde buisje 5. Verzamelbuis Elke nier bevat ongeveer 1 miljoen microscopische eenheden die elke hun bijdrage leveren in de totale urineproductie. De functionele niereenheid heet nefron. Aan zo’’n nefron is een aantal onderdelen te onderscheiden: kapsol van Bowman, proximale tubulus/eerste gekronkelde buisje, lis van Henle, distale tubulus/ tweede gekronkelde buisje en de verzamelbuis. In het kapsol van Bowman is een kluwentje van haarvaten (capillair; bloedvat zo dun als “haar’’) ingestulpt: glomerules  Nierkapsel+glomerulus = lichaampje van Malpighi = filtereenheid = welke stoffen in de bloedbaan blijven.. Noorderpoort Medische Kennis

9 Werking van de nieren (in elk nefron)
1. Filtratie van bloed voorurine per etmaal: 180 liter 2.Terugresorptie van stoffen uit voorurine terug naar het bloed urine blijft over per etmaal: 1,5 liter T.g.v. de filtratie wordt er per minuut in alle kapseltjes van Bowman 125 ml primaire urine (=voorurine) gevormd. De voorurine wordt in de proximale tubulus, de lis van Henle, de distale tubulus en de verzamelbuis geconcentreerd tot urine. Ongeveer 99% van de voorurine wordt teruggeresorbeerd, dus van de 180 L wordt er 178 L per etmaal gereabsorbeerd naar het bloed. Na de selectieve reabsorptie is de voorurine geconcentreerd tot eigenlijke urine. Uit meerdere nefronen wordt urine in een verzamelbuis gedeponeerd, van hieruit komt het in de nierpapil, de nierkelken en uiteindelijk in het nierbekken. Per etmaal wordt gemiddeld iets meer dan 1.5 L urine uitgescheiden. Vanzelfsprekend hangt dit samen met het ingenomen vocht (= vochtbalans). Op een feestje waar de bar in trek is, worden de toiletten ook druk bezocht! Noorderpoort Medische Kennis

10 1.Filtratie (in de glomerulus)
Glomerulus ontvangt bloed van de nierslagader Door hoge bloeddruk in glomerulus wordt bloedplasma met opgeloste stoffen naar het nierkapseltje (Bowman) geperst (filterwerking) Vloeistof in nierkapseltje = voorurine - afvalstoffen - vele nuttige stoffen - behalve: bloedcellen en plasma-eiwitten! Noorderpoort Medische Kennis

11 Voorurine Per etmaal Wordt 180 liter voorurine gemaakt
Je plast 1,5 liter uit 178,5 liter voorurine moet worden terug geresorbeerd 1% van de voorurine verlaat het lichaam 99% wordt dus terug geresorbeerd Noorderpoort Medische Kennis

12 Terugresorptie (vooral in eerste gekronkelde buisje)
Nuttige stoffen (glucose, aminozuren, veel water en opgeloste zouten) uit de voorurine worden vanuit de nefron teruggebracht naar het bloed (kost energie!) Afvalstoffen (ureum, teveel aan zouten) blijven in de nefronen achter. Via verzamelbuisjes komen deze stoffen naar het nierbekken = urine Noorderpoort Medische Kennis

13 Nieren: groot aanpassingsvermogen
Te veel zouten: door nieren meer zouten uit het bloed verwijderd Glucose: alles wordt teruggeresorbeerd té hoog aanbod aan glucose (diabetes): glucose in urine = glucosurie, hierdoor ook veel water aangezogen: polyurie (veel plassen, veel dorst) Met de vochtbalans wordt bedoeld: De hoeveelheid vocht die het lichaam nodig heeft om de noodzakelijke processen goed te vervullen en de hoeveelheid water die het lichaam krijgt. Wanneer dit niet in balans is, wanneer tussen de vraag en het aanbod verschillen optreden, zal het lichaam maatregelen nemen. Bij teveel aanbod zal dat bijvoorbeeld leiden tot extra vaak plassen of vochtophoping, bij te weinig aanbod zal het lichaam bepaalde functies niet meer of onvoldoende uitvoeren. Noorderpoort Medische Kennis

14 Urinewegen Onderdelen urinewegen: Urineleiders = ureters Urineblaas
Urinebuis/plasbuis = urethra Functie urinewegen: Afvoer urine uit beide nierbekkens Ureters zijn cm lang. Blaas ligt op de bekkenbodem voor het bekken, direct achter de symfyse. Urinebuis is bij vrouwen +/- 3 cm en bij mannen +/- 20 cm lang. Bij ongeveer 350 ml urine wordt een aandrang gevoeld tot urineren. Noorderpoort Medische Kennis

15 Samenstelling urine (normaal)
Water (95%) Zouten (bv. NaCl) Ureum (afbraak aminozuren in lever) Vitaminen (bv. C) Galkleurstof (urobiline = lichtgeel) Afgestoten epitheelcellen Medicijnen of afbraakproducten ervan Onbruikbare stoffen (bv. rode kleurstof van bietjes) Urobiline = afkomstig van afbraak hemoglobuline Epitheelcellen: van nierbekken, urinewegen en geslachtsorganen Noorderpoort Medische Kennis

16 Nieren en hormonen Aldosteron ADH (antidiuretisch hormoon)
Uit bijnierschors Functie: terugresorptie van natrium door de nieren ADH (antidiuretisch hormoon) Uit hypothalamus - hypofyse Functie: terugresorptie van water door de nieren Gaat diurese (urinevorming) tegen door altijd de juiste hoeveelheid water terug te pakken Te weinig ADH: polyurie (niet zoet!):diabetes insipidus Bijnier bestaat ook uit een schors en merg. Bijnieren vormen: adrenaline, noradrenaline, aldosteron (RR regulatie) en cortisol (glucogenese). Ook worden er kleine hoeveelheden androgenen (mannelijke geslachthormonen) en oestrogenen (vrouwelijke geslachtshormonen) gevormd. ADH: In het lichaam wordt het geproduceerd door de hypothalamus en aan de bloedbaan afgegeven in de achterkwab van de hypofyse. ADH speelt een belangrijke rol bij de resorptie van water in de distale tubulus en de verzamelbuis in de nieren. Diabetes insipidus (DI) is een aandoening die gekenmerkt wordt door polyurie (veel plassen) en polydipsie (veel drinken, liter per dag). Het eerste deel van de benaming, diabetes, kan misleidend zijn, deze aandoening heeft niets met suikerziekte (diabetes mellitus) te maken. De uitgescheiden urine is daarbij - in tegenstelling tot diabetes mellitus - niet zoet en (wel) sterk verdund. Diabetes insipidus wordt veroorzaakt door het ontbreken van antidiuretisch hormoon Noorderpoort Medische Kennis

17 Bijnieren Noorderpoort Medische Kennis
Bouw en ligging van de bijnieren De bijnieren zijn twee kleine organen die bovenop een vetlaag op de nieren liggen. Ze wegen elk ongeveer vijf gram en zijn grijsachtig van kleur. Bijnieren bestaan uit twee delen, het merg (medulla) binnenin en de schors (cortex) aan de buitenkant. Het bijniermerg bestaat uit zenuwweefsel. De bijnierschors bestaat uit drie lagen, met elk een andere functie. Om de bijnieren heen ligt het bijnierkapsel en een beschermlaag van vetweefsel. De anatomie van de nieren Functie van de bijnieren (bron Gezondheidplein) Adrenaline en Noradrenaline. De functie van de bijnieren is het produceren van hormonen. Ze maken de volgende hormonen Androgenen (mannelijke geslachtshormonen) en oestrogenen (vrouwelijke geslachtshormonen). Aldosteron. Cortisol. Hieronder wordt uitgelegd waar in de bijnieren deze hormonen aangemaakt worden en hoe ze werken. Werking van de bijnieren In het merg van de bijnieren wordt (nor)adrenaline en dopamine gemaakt. Deze hormonen staan bekend als de ‘vecht-of-vlucht’ hormonen, omdat ze ervoor zorgen dat het lichaam een extra inspanning kan verrichten bij gevaar of stress. Het hart gaat sneller kloppen en er komt extra glucose, dat in je lichaam opgeslagen was, vrij voor extra energie. Wanneer het gevaar geweken is, vermindert de adrenalineproductie. Het lichaam reageert dan weer normaal. In de buitenste laag van de bijnierschors wordt aldosteron geproduceerd. Aldosteron reguleert de mineraalhuishouding door de nieren minder zout uit te laten scheiden. Hiermee regelt aldosteron indirect ook de bloeddruk. De middelste laag van de bijnierschors produceert cortisol, dat de aanmaak en opslag van glucose stimuleert. Cortisol speelt ook een rol bij de afweer tegen ziekteverwekkers. En heeft invloed op je slaap- waakritme. De binnenste laag van de bijnierschors produceert androgenen en oestrogenen, die een rol spelen bij de ontwikkeling van de geslachtskenmerken van mannen en vrouwen. Problemen met de nieren en urinewegen Het Syndroom van Cushing, is een aandoening waarbij te veel cortisol wordt geproduceerd door de bijnieren. Dit kan bijvoorbeeld het gevolg zijn van een gezwel in de bijnierschors. Er zijn verschillende bijnieraandoeningen: Verder kunnen de bijnieren vanaf de geboorten vergroot zijn. We spreken van een aangeboren bijniervergroting. De oorzaak hiervan is een gebrek aan het eiwit dat de aanmaak van cortisol regelt. Als je de ziekte van Addison hebt, wordt er te weinig cortisol en aldosteron geproduceerd door de bijnieren. Bij de ziekte van Addison beschadigt je eigen immuunsysteem de bijnierschors, waardoor deze minder goed werkt. In het merg van de bijnier kan ook een gezwel ontstaan. Dit noem je een bijniermerggezwel. De ziekte van Conn zorgt door een goedaardige tumor in de bijnierschors voor een teveel aan het hormoon aldosteron. Eén van de gevolgen is een verhoogde bloeddruk. Noorderpoort Medische Kennis

18 Urineweginfectie (UWI)
Omschrijving Een urineweginfectie is een infectie of ontsteking van het slijmvlies aan de binnenkant van de urinewegen; zonder koorts (blaas doet niet mee; anders is het een blaasontsteking) Symptomen Klachten tijden het plassen; pijn brandend gevoel Kleine beetjes plassen Soms bloed in de urine Behandeling Antibiotica Noorderpoort Medische Kennis

19 Ongecompliceerde UWI UWI bij een gezonde niet zwangere vrouw zonder koorts Behandeling Nitrofurantoine of ander antibioticum Diagnose UWI: Urineonderzoek + klachten vrouw nitriettest = stickje dipslide = kweek Noorderpoort Medische Kennis

20 Gecompliceerde urineweginfectie
urineweginfectie (UWI)+ koorts mannen zwangeren kinderen Patiënten met afwijkingen aan de nieren en urinewegen verminderde weerstand (b.v.’ Diabeten Verblijfskatheter Bron: NHG-Triagewijzer; okt 2014 Bij de herziening van de standaard is gekozen om de indeling in gecompliceerde en ongecompliceerde urineweginfecties te verlaten, omdat het begrip gecompliceerd zowel kan verwijzen naar het beloop als naar het verhoogde risico op een gecompliceerd beloop. De nieuwe indeling staat vermeld in het kader. Kinderen jonger dan 12 jaar worden beschouwd als een aparte risicogroep,1) omdat de etiologie en behandeling verschillen van die bij andere risicogroepen. Indeling urineweginfecties Groep 1: cystitis bij gezonde, niet-zwangere vrouwen (vanaf 12 jaar). Groep 2:cystitis bij patiënten vanaf 12 jaar met een verhoogd risico op een gecompliceerd beloop. Deze ‘risicogroepen’ zijn: mannen; zwangeren; patiënten met diabetes mellitus of verminderde weerstand; patiënten met afwijkingen aan de nieren of urinewegen; patiënten met neurologische blaasstoornissen; patiënten met een verblijfskatheter. Groep 3: urineweginfectie bij patiënten vanaf 12 jaar met tekenen van weefselinvasie, met onderscheid tussen: vrouwen; mannen. Groep 4: urineweginfectie bij kinderen jonger dan 12 jaar, met onderscheid tussen patiënten: zonder tekenen van weefselinvasie; met tekenen van weefselinvasie. Bron: standaard-urineweginfecties (Nederlands Huisartsen Genootschap) Noorderpoort Medische Kennis

21 Glomerulonefritis Een glomerulonefritis is een onsteking van de nierfilters (glomeruli). De glomeruli liggen in de nierschors (zie plaatje) en filteren het bloed op afvalstoffen. Bij een beschadiging wordt het bloed minder goed gezuiverd en laten de glomeruli ook stoffen via de urine verdwijnen die wel in het lichaam moeten blijven. Bijvoorbeeld eiwitten en bloedcellen. Noorderpoort Medische Kennis

22 Links www.nvn.nl/nierziekte www. gezondheidsplein.nl
Youtube: Stefan Ruttenfrans Noorderpoort Medische Kennis


Download ppt "Leerfase 1 Periode 1 Docent 1 Bouke Cuperus Les 4"

Verwante presentaties


Ads door Google