Prevalentie van Clostridium difficile bij bewoners van Woon- en Zorgcentra aan de Oostkust van België Robijn Evelien.

Presentatie over: "Prevalentie van Clostridium difficile bij bewoners van Woon- en Zorgcentra aan de Oostkust van België Robijn Evelien."— Transcript van de presentatie:

1 Prevalentie van Clostridium difficile bij bewoners van Woon- en Zorgcentra aan de Oostkust van België Robijn Evelien

2 Waarom prevalentie bepaling?  Potentieel infectie reservoir  Bewoners van de Woon-en Zorgcentra  grote risicogroep  Risico binnen deze groep  Kans opgenomen in het ziekenhuis  2,1 – 8,1% (HGR)  Duitsland: 0-10%

3 Inhoudsopgave  Clostridium difficile  Methoden  Resultaten  Discussie  Conclusie

4 Inhoudsopgave  Clostridium difficile  Methoden  Resultaten  Discussie  Conclusie

5 Clostridium difficile  Gram positief  Anaëroob  Sporulerend  Sommige stammen produceren toxines  Glutamaat dehydrogenase (GDH)  Clostridium difficile  Methoden  Resultaten  Discussie  Conclusie

6 Vegetatieve en spore vorm Vegetatieve vorm  Vernietigd door:  Lucht  Alcohol  Warmte  Detergent  Zuur Spore vorm  Overleeft in:  Lucht  Alcohol (1u 37°C)  Hitte van 80°C  Klassieke detergenten  Zuurtegraad van pH 1  Clostridium difficile  Methoden  Resultaten  Discussie  Conclusie

7 Toxines  Toxine A: enterotoxine  Toxine B: cytotoxine  Binair toxine  70% toxine producerend (UCL)  Pathogene C.difficile  Clostridium difficile  Methoden  Resultaten  Discussie  Conclusie

8 Pathogenese  Clostridium difficile  Methoden  Resultaten  Discussie  Conclusie

9 Clostridium difficile infecties  Clostridium difficile geassocieerde diarree (CDAD)  Gemeenschappelijke naam  Symptomatische dragers:  Waterige stoelgang  Ernstig  Dehydratatie  Pseudomembraneuze colitis  Asymptomatische dragers:  Geen symptomen  Clostridium difficile  Methoden  Resultaten  Discussie  Conclusie

10 Oorzaken  Voornaamste factoren:  Antibioticabehandeling  Ouderdom  Hospitalisatie  Immuungedeprimeerde patiënten  Chemotherapie of radiotherapie  Clostridium difficile  Methoden  Resultaten  Discussie  Conclusie

11 Inhoudsopgave  Clostridium difficile  Methoden  Resultaten  Discussie  Conclusie

12 Methoden  CerTest Clostridium difficile GDH + Toxine A & B van Selinion  Liaison ® XL van DiaSorin  mini VIDAS ® van bioMérieux  ChromID™ C.difficile agarbodem van bioMérieux  GeneXpert ® van Cepheid  Clostridium difficile  Methoden  Resultaten  Discussie  Conclusie

13  Clostridium difficile  Methoden  Resultaten  Discussie  Conclusie

14 CerTest Clostridium difficile GDH + Toxine A & B van Selinion  Kwalitatieve immunochromatografie  GDH en Toxine A en B  Clostridium difficile  Methoden  Resultaten  Discussie  Conclusie

15 Liaison ® XL van DiaSorin  Chemiluminuscentie detectietechniek  GDH en Toxines  Clostridium difficile  Methoden  Resultaten  Discussie  Conclusie

16 mini VIDAS ® van bioMérieux  Enzyme linked Fluorescent Assay (ELFA)  Twee kits  GDH  Toxines  Clostridium difficile  Methoden  Resultaten  Discussie  Conclusie

17 ChromID™ C.difficile agar bodem van bioMérieux  ChromID™ C.difficile agarbodem  Hoge specificiteit en sensitiviteit  Kolonies C.difficile  Doorzichtige of zwarte  Gekarteld  Zwarte verkleuring van de bodem  glucosidase  Clostridium difficile  Methoden  Resultaten  Discussie  Conclusie

18 MALDI-TOF van Brüker  Clostridium difficile  Methoden  Resultaten  Discussie  Conclusie  Matrix Assisted Laser Desorption Ionization- Time Of Flight  Ter controle van de kolonies

19 GeneXpert ® van Cepheid  Real-time PCR  Kwalitatieve in-vitro diagnostische test  Identificatie en differentiatie van:  Toxine B gen  Binair toxine gen  Ribotype 027  Clostridium difficile  Methoden  Resultaten  Discussie  Conclusie

20 Inhoudsopgave  Clostridium difficile  Methoden  Resultaten  Discussie  Conclusie

21 Verwerking van de positieve resultaten  302 onderzochte fecesstalen  11 posiitief op cultuur  Positieven en discordanties :  GeneXpert ®  Referentiecentrum  Cultuur  Cytopathogeen effect (CPE)  Clostridium difficile  Methoden  Resultaten  Discussie  Conclusie

22 Verwerking van de positieve resultaten  Verwerking positieve resultaten  Clostridium difficile  Methoden  Resultaten  Discussie  Conclusie

23 Bepaling van de sensitiviteit van de gebruikte methoden  Clostridium difficile  Methoden  Resultaten  Discussie  Conclusie  19 positieve stalen UCL  Enkel getest op stoelgang  niet op de kolonies  Positief  echt positief  Negatief & equivocal  vals negatief  Sensitiviteit  Positieve predictieve waarde (PPV)

24 Prevalentie van Clostridium difficile kolonisatie  5 bewoners van de 302  1,7%  Zwakke concentraties  Thioglycolaat aanrijkingsbodem  144 van de 297 negatieve stalen ge ë nt  1 staal extra positief  Omgerekend  7 bewoners van de 302  2,3%  Clostridium difficile  Methoden  Resultaten  Discussie  Conclusie

25 Inhoudsopgave  Clostridium difficile  Methoden  Resultaten  Discussie  Conclusie

26 Discussie  7 stalen positief op dragerschap  Lage concentraties aan toxines  Blijvende uitdaging  Standaardonderzoek van feces  Potentieel infectie reservoir  Clostridium difficile  Methoden  Resultaten  Discussie  Conclusie

27 Inhoudsopgave  Clostridium difficile  Methoden  Resultaten  Discussie  Conclusie

28 Conclusie  Prevalentie van Clostridium difficile bij bewoners van Woon- en Zorgcentra aan de Oostkust van België bedraagt ongeveer 2,3%  Laag, maar in de lijn van de verwachtingen  Clostridium difficile  Methoden  Resultaten  Discussie  Conclusie

29 Dankwoord Ap. Biol. André Trouvé (Laboratoriumdirecteur)Quartier Bart Deduytsche Vanessa Decat Ellen Andries HildeVerstraete Sofie Collega’s AZ Zeno

30 Prevalentie van Clostridium difficile bij bewoners van Woon- en Zorgcentra aan de Oostkust van België Robijn Evelien