GUI & classes Een Gui in een class steken en het object gebruiken.

Presentatie over: "GUI & classes Een Gui in een class steken en het object gebruiken."— Transcript van de presentatie:

1 GUI & classes Een Gui in een class steken en het object gebruiken

2 Class en object  Van een gui (window) heb je meestal slechts 1 object nodig. Je maakt dit samen met de class.  De algemene gui functies (Gui.update() & Gui.draw()) blijf je gebruiken in je hoofdprogramma. Voeg ze niet aan je nieuwe class toe.  Voeg standaard steeds een create() en een toggle() functie toe aan je gui class, zo kan je elk window op dezelfde manier gebruiken.

3

4 Aanpassingen aan het hoofdprogramma  In het hoofdprogramma voeg je 2 regels toe voor elk gui window in je applicatie:  Tijdens init: Voorbeeldwindow.create(); (Voorbeeldwindow vervang je door de naam van je object.)  Tijdens update: if (Kb.bp(KB_V)) Voorbeeldwindow.toggle(); (Denk er aan dat je programma altijd uitgaat van een QWERTY layout.)  Vergeet niet ook Gui.update() en Gui.draw() in je programma te zetten. Dit moet wel niet voor elk window afzonderlijk. Een keer is genoeg.

5 Acties  Bijna elk gui element heeft een standaardactie, waaraan je een functie kan toekennen. Deze functie wordt dan elke keer automatisch door windows uitgevoerd na deze actie.  De functie die je toekent ziet er ALTIJD als volgt uit: static void mijnFunctie(ptr) { } (Het enige woord dat je zelf kan kiezen is de naam van de functie.)  Je wijst de functie doe aan een gui element op deze manier: guiElement.func(mijnFunctie);  Een static functie heeft geen toegang tot de leden van een class. Je moet altijd de naam van het object vermelden.  De waarde van een gui element lezen vanuit een static void functie doe je zo (in dit voorbeeld is tl een textline en output een string): VW.output = (*VW.tl)();

6 Voorbeeld met TextLine  Functie van een textLine wordt uitgevoerd bij elke wijziging.  Functie is gekoppeld aan TextLine.  Output wordt aangepast bij elke wijziging.  Output is een string (Str)

7 Met een button  Functie van een button wordt uitgevoerd bij klik.  Functie is gekoppeld aan button i.p.v. TextLine.  Output wordt aangepast bij klik op button, niet bij elke wijziging.

8 Met een checkBox  Functie van een checkbox wordt uitgevoerd bij klik.  Functie is gekoppeld checkbox.  Resultaat (hier opgeslagen in bool on) is steeds true of false.