Download de presentatie
1
Het verteringsstelsel
2
Voedingsmiddelen
3
Voedingsstoffen Zetmeel Eiwitten Mineralen Water Suikers Vetten
Vitamines
4
Waarom verteren? Water, Mineralen Opnemen Bloed en vitamines
Eiwitten, vetten en koolhydraten (zetmeel en suikers) Eerst klein maken daarna opnemen
5
Vertering Verteringsstelsel
6
Het verteringsstelsel
7
De vertering Verschillende organen bij betrokken.
Sommige organen produceren een vloeistof waarin enzymen zitten die nodig zijn voor de vertering. klieren
8
De mond
9
De mond Kauwen Voedsel in stukken hakken.
Speekselklieren produceren speeksel Functie enzym: zetmeel (koolhydraat) afbreken. Sommige bacteriën gaan dood in de mond.
10
De keelholte
11
De keelholte Tong duwt voedsel naar de keelholte.
12
De slokdarm
13
Peristaltische bewegingen
De slokdarm - Produceert geen verteringssappen. Vervoert het voedsel naar de maag. Peristaltische bewegingen
14
De maag
15
De maag Maag is tijdelijke opslagplaats.
Maagwand is erg gespierd Kneden Maagwand maken maagsap Functie enzym: gedeelte van de eiwitten afbreken. Bacteriën gedood door hoge pH (zuur).
16
De galblaas
17
De galblaas De galblaas is een opslagplaats voor gal.
Functie gal: vetten kleiner maken van grote vetdruppels kleine druppels maken beter bereikbaar voor Andere verteringssappen
18
De alvleesklier
19
De alvleesklier De alvleesklier produceert alvleessap.
Alvleessap verteert eiwitten, koolhydraten en vetten.
20
De twaalf-vingerige darm
21
De Twaalf-vingerige darm
In de twaalf-vingerige darm komen 3 dingen bij elkaar: - de voedselbrij vanuit de maag - het gal vanuit de galblaas - het alvleessap vanuit de alvleesklier Hier werken de het gal en alvleessap dus op het voedsel in.
22
De dunne darm
23
De dunne darm Is 4 meter lang. Produceert darmsap,
Functie verteringsenzym: Laatste stukjes klein maken In het water lossen de voedingsstoffen op en worden opgenomen door de darmwand ofwel in het bloed. Darmwand is sterk geplooid groter oppervlak.
24
De blinde darm
25
De blinde darm Aan de blinde darm zit het wormvormig aanhangsel ofwel appendix vast. Ontstoken niet zomaar meer weghalen. Onbekende functie.
26
De dikke darm
27
De dikke darm 1,5 meter lang.
Voedsel uit dunne darm bevat veel water neemt het op vastere brij (poep). Bij diarree gebeurt dit niet.
28
Endeldarm & Anus
29
Endeldarm & Anus Endeldarm opslagplaats.
Beetje bij beetje naar de anus. Anus (kringspier) zorgt ervoor dat de ontlasting naar buiten gaat en in de wc belandt.
30
Het verteringslied
31
Animatie Longen
Verwante presentaties
© 2024 SlidePlayer.nl Inc.
All rights reserved.