Kruisingsschema’s Deze les: -Uitleg kruisingsschema’s -Oefenen kruisingsschema’s.

Presentatie over: "Kruisingsschema’s Deze les: -Uitleg kruisingsschema’s -Oefenen kruisingsschema’s."— Transcript van de presentatie:

1 Kruisingsschema’s Deze les: -Uitleg kruisingsschema’s -Oefenen kruisingsschema’s

2 Terugblikken 46 chromosomen (23 paar) Chromosoom = eiwit + DNA Gen = stukje DNA – Gen voor je oogkleur ligt op chromosmen paar 15

3 Chromosomen in je celkern MoederVader

4 Waar komen de chromosomen vandaan?

5 Geslachtscellen Wat voor een geslachtscellen maakt de onderstaande persoon

6 De eigenschappen Homozygoot / Hetrozygoot Dominant / Recessief

7 Homozygoot Allebei de genen (mama en papa) zijn gelijk – Bijvoorbeeld krullen + krullen = krullen Krulhaar (A)

8 Hetrozygoot Gen van mama is anders dan gen van papa – Mama krullen + papa sluik = kind met krullen Krulhaar (A) Sluik (a)

9 Dominant en recessief Dominant (hoofdletter) – Gen komt tot uiting in het fenotype Recessief (kleine letter) – Gen aanwezig in genotype – Niet te zien in fenotype

10 In plaatjes + = RR (homozygoot) rr (homozygoot) Rr (hetrozygoot)

11 Onvolledig dominant bb + BB = Bb

12 Intermediair Alle genen zijn even sterk – Rode bloem + witte bloem = roze bloem

13 Kruisingsvraagstukken Vooraf: – Dominant komt tot uiting. Hoofdletter – Recessief komt niet uit uiting als er een dominant gen aanwezig is. Kleine letter – Homozygoot is AA of aa – Hetrozygoot is Aa

14 Kruisingsvraagstukken Bij runderen is het gen voor zwarte haarkleur (A) dominant over het gen voor rode haarkleur (a). Een zwartharige koe die homozygoot is voor de haarkleur wordt een aantal malen gekruist met een roodharige stier. Deze nakomelingen planten zich onderling voort. Welke kleuren komen er voor en in welke verhouding?

15 Uitwerking koe Eigenschappen koe? – AA (homozygoot zwart haar) Eigenschappen stier? – aa (homozygoot rood haar) P = AA x aa F1 = A x a F1AA aAa a

16 Koe uitwerkingen generatie 2 F1 = Aa (allemaal Aa, zie schema) F2 = Aa x Aa F2Aa AAAAa a aa Kansen voor F2: 50% Aa 25% AA 25% aa Dus hoeveel procent is zwart harig? 75%

17 Verhoudingen voorbeeld Stel P= Aa x Aa Verhouding genotype F1 is dan: – AAxAaxaa – 1:2:1 Verhouding fenotype F1 is dan: - AAxAaxaa - 3:1

18 Oefen opgaven

19