Vormleer: vlakke figuren - vierhoeken 5L week 5: ‘Vormleer: vlakke figuren - vierhoeken’ Meetkunde 5L week 5: Vormleer: vlakke figuren - vierhoeken vlakke figuren niet - veelhoeken veelhoeken driehoeken vierhoeken ...hoeken vijfhoeken
Elke vierhoek heeft precies vier hoeken. 5L week 5: ‘Vormleer: vlakke figuren - vierhoeken’ vierhoeken Elke vierhoek heeft precies vier hoeken. Elke vierhoek heeft precies vier zijden. Elke vierhoek heeft twee diagonalen. Elke zijde en elke diagonaal is recht. Elke zijde is een lijnstuk. Elke diagonaal is een lijnstuk. Welke eigenschappen hebben de zijden en de hoeken?
5L week 5: ‘Vormleer: vlakke figuren - vierhoeken’ Welke eigenschappen hebben de zijden en de hoeken? vier gelijke zijden vier rechte hoeken HET VIERKANT gelijke overstaande zijden twee paar evenwijdige zijden // tegenoverliggende zijden ┴ aanliggende zijden gelijke overstaande hoeken vier gelijke hoeken
5L week 5: ‘Vormleer: vlakke figuren - vierhoeken’ Welke eigenschappen hebben de zijden en de hoeken? gelijke overstaande zijden vier rechte hoeken DE RECHTHOEK twee paar evenwijdige zijden // tegenoverliggende zijden ┴ aanliggende zijden gelijke overstaande hoeken vier gelijke hoeken
Welke eigenschappen hebben de zijden en de hoeken? 5L week 5: ‘Vormleer: vlakke figuren - vierhoeken’ Welke eigenschappen hebben de zijden en de hoeken? DE RUIT gelijke tegenoverliggende hoeken vier gelijke zijden gelijke tegenoverliggende zijden // overstaande zijden twee paar evenwijdige zijden
Welke eigenschappen hebben de zijden en de hoeken? 5L week 5: ‘Vormleer: vlakke figuren - vierhoeken’ Welke eigenschappen hebben de zijden en de hoeken? HET PARALLELLOGRAM twee paar evenwijdige zijden gelijke tegenoverliggende zijden gelijke tegenoverliggende hoeken
Welke eigenschappen hebben de zijden en de hoeken? 5L week 5: ‘Vormleer: vlakke figuren - vierhoeken’ Welke eigenschappen hebben de zijden en de hoeken? één paar // tegenoverliggende zijden HET TRAPEZIUM
Welke eigenschappen hebben de zijden en de hoeken? 5L week 5: ‘Vormleer: vlakke figuren - vierhoeken’ Welke eigenschappen hebben de zijden en de hoeken? DE VLIEGER 2 keer twee gelijke aanliggende zijden 2 gelijke tegenoverliggende hoeken
verbinden twee niet-aanliggende hoekpunten van een vierhoek 5L week 5: ‘Vormleer: vlakke figuren - vierhoeken’ Diagonalen verbinden twee niet-aanliggende hoekpunten van een vierhoek R diagonaal [RT] S diagonaal [US] T U DIAGONALEN
verbinden twee niet-aanliggende hoekpunten van een vierhoek 5L week 5: ‘Vormleer: vlakke figuren - vierhoeken’ Diagonalen verbinden twee niet-aanliggende hoekpunten van een vierhoek K diagonaal [KM] L diagonaal [NL] N M DIAGONALEN
verbinden twee niet-aanliggende hoekpunten van een vierhoek 5L week 5: ‘Vormleer: vlakke figuren - vierhoeken’ Diagonalen verbinden twee niet-aanliggende hoekpunten van een vierhoek W X diagonaal [ZX] diagonaal [WY] Y Z DIAGONALEN
is een loodrechte die twee evenwijdige overstaande zijden verbindt 5L week 5: ‘Vormleer: vlakke figuren - vierhoeken’ een hoogtelijn ... is een loodrechte die twee evenwijdige overstaande zijden verbindt W hoogtelijn [EF] de hoogte van WXYZ is .... cm E F X Y Z DIAGONALEN
is een loodrechte die twee evenwijdige overstaande zijden verbindt 5L week 5: ‘Vormleer: vlakke figuren - vierhoeken’ een hoogtelijn ... is een loodrechte die twee evenwijdige overstaande zijden verbindt Het kan ook in een andere richting dan van beneden naar boven... DIAGONALEN
blz. 42 oefening 1 rechthoek vier gelijke zijden (even lange zijden) 5L week 5: ‘Vormleer: vlakke figuren - vierhoeken’ blz. 42 oefening 1 vier gelijke zijden (even lange zijden) gelijke overstaande / tegenoverliggende zijden twee paar evenwijdige zijden evenwijdige overstaande / tegenoverliggende zijden zijden die loodrecht op elkaar staan gelijke overstaande hoeken vier gelijke hoeken vier rechte hoeken Deze vierhoek is een ....................................... rechthoek DIAGONALEN
blz. 42 oefening 1 parallellogram 5L week 5: ‘Vormleer: vlakke figuren - vierhoeken’ blz. 42 oefening 1 vier gelijke zijden (even lange zijden) gelijke overstaande / tegenoverliggende zijden twee paar evenwijdige zijden evenwijdige overstaande / tegenoverliggende zijden zijden die loodrecht op elkaar staan gelijke overstaande hoeken vier gelijke hoeken vier rechte hoeken Deze vierhoek is een ....................................... parallellogram DIAGONALEN
blz. 42 oefening 2 vierhoek trapezium parallellogram ruit rechthoek 5L week 5: ‘Vormleer: vlakke figuren - vierhoeken’ blz. 42 oefening 2 vierhoek trapezium parallellogram ruit rechthoek vierkant DIAGONALEN
blz. 42 oefening 2 vierhoek trapezium parallellogram ruit rechthoek 5L week 5: ‘Vormleer: vlakke figuren - vierhoeken’ blz. 42 oefening 2 vierhoek trapezium parallellogram ruit rechthoek vierkant DIAGONALEN
blz. 42 oefening 2 vierhoek trapezium parallellogram ruit rechthoek 5L week 5: ‘Vormleer: vlakke figuren - vierhoeken’ blz. 42 oefening 2 vierhoek trapezium parallellogram ruit rechthoek vierkant DIAGONALEN
blz. 42 oefening 3 3,5 cm 3,5 cm 3,5 cm 3,5 cm DIAGONALEN 5L week 5: ‘Vormleer: vlakke figuren - vierhoeken’ blz. 42 oefening 3 3,5 cm 3,5 cm 3,5 cm 3,5 cm DIAGONALEN
blz. 42 oefening 3 4 cm 6 cm 2/3 van 6 = 2 x (6 : 3) = 4 DIAGONALEN 5L week 5: ‘Vormleer: vlakke figuren - vierhoeken’ blz. 42 oefening 3 4 cm 6 cm 2/3 van 6 = 2 x (6 : 3) = 4 DIAGONALEN