SPC ONDERZOEKS- INFORMATIE VOETNOTEN SPC ONDERZOEKS- INFORMATIE VOETNOTEN SUPERIORITEIT aangetoond in de preventie van CVA/ SYSTEMISCHE EMBOLIE vs. warfarine.

Slides:



Advertisements
Verwante presentaties
Nascholing Antistolling
Advertisements

Versie Cardiovasculair Risicomanagement.
Risicomanagement met de internet-werkomgeving van Helder & De Witte
Naam spreker Datum Maagprotectie. Programma 0.00 uurInleiding en doel 0.05 uurStellingen I 0.15 uurSignalen in de praktijk 0.45 uurPreventie in de praktijk.
Diabetes mellitus type 2
Leerpunten EPCCS 2010 Identificatie van risicomarkers: (CHD blijft moeilijk te voorspellen) -20 % van een de patiënten met een 1 ste gebeurtenis.
En orale antivirale profylactische therapie J.Nouwens Groep
WELKOM.
Antiaggregantia en antitrombotica in de cardiologie
Percutane aortaklep vervanging (PAVI)
Bloedverdunners: wat te stoppen en wanneer?
De vasculaire patiënt Wiens zorg is het?.
Behandeling van doorbraakpijn
Psychose als bijwerking van ritalin
Aripiprazol additie om overgewicht als bijwerking van olanzapine gebruik tegen te gaan Marlijn Vermeiden.
Polyfarmacie bij Ouderen
Evidence That Patients With Single Versus Recurrent Depressive Episodes Are Differentially Sensitive to Treatment Discontinuation: A Meta-Analysis of Placebo-Controlled.
PREOPERATIEVE ONDERZOEKEN
CAT Véronique Hornikx.
Glatirameer (Copaxone) bij MS
Plaatjesaggreggatieremmers en anticoagulatia na een intracerebraal hematoom CAT Iris Knottnerus.
Statine na een herseninfarct (of TIA)
Hans de Schipper, Han Bonenkamp
Melatonine bij een jet lag
Nascholing Antistolling
Nascholing Antistolling
Medicamenteuze behandeling van COPD met combinatie-preparaten*
Kort Referaat 9 juli 2013 Janneke de Valk
CVA preventie bij atriumfibrilleren (AF)
De NVD komt naar je toe! Ketenzorg Hoe zijn we zover gekomen? Wat verwachten we? Samenwerking!
Het staken van geneesmiddelen: evidence
Risk of Ischaemic Events (CAPRIE). Lancet 1996;348:
De RE-LY studie in Heerlen Praktische consequenties
Beweegprogramma voor mensen met DIABETES MELLITUS TYPE II
VUURVERBRANDING BIJ OUDEREN
Korte terugblik : Machinist V Bianka Mennema, Longarts Havenziekenhuis.
Afdeling Trombose en Hemostase; Trombosedienst Leiden
Cholesterol & statines “Ik kan niet tegen die pillen, dokter!"
Assistente scholing 12 november 2015
Bewegen en gezondheid Bruno Reynders. Gezondheid  WHO 2011 : Gezondheid is het vermogen van mensen zich aan te passen en eigen regie te voeren, in.
1 T-onderwijs 9 Een man met lichte hypertensie & Een man met een recent hartinfarct.
Nieuwe orale anticoagulantia
Nierdialyse bij geriatrische patiënten Voordracht voor Maatschappelijk werkenden Catharina Ziekenhuis Eindhoven,
Nieuwe orale anticoagulantia
Het effect van bètablokkers op COPD-exacerbaties
Psychiatrie en metabool syndroom. Waarom dit onderwerp Gemiddelde levensverwachting van schizofrenie patienten is 20 jaar korter dan levensverwachting.
Verminderde nierfunctie & de apotheek
H2 antagonisten dé behandeling van wratten!?
PROJECT ZOET ZWANGER SITUERING PROBLEEMSTELLING. 2 ALGEMENE SITUERING Wereldwijd diabetesepidemie Tegen 2030: 1 op 10 Belgen heeft diabetes  dringend.
Rachel Hellemans 24 april 2014 Bijscholing voor huisartsen van Antwerpen.
PICO 24 april 2012 Judith Post. PICO P-toegenomen risico recidief bij voortzetten OAC bij status na arterieël event? (young stroke) I-continueren OAC.
Terschelling Medicatie herzien ! Leo Veehof,Jan Schuling.
Effectiviteit van gedeelde besluitvorming in de huisartspraktijk bij diabetes type 2: OPTIMAAL studie Dr. R.C. (Rimke) Vos, Julius Centrum UMC Utrecht.
To D or Not To D Zoekvraag Carianne Verheugt 11 februari 2014 interne geneeskunde.
Symposium Medicatiebeoordeling 30 juni 2016 Mevr. Dr. M.F. Warlé-Van Herwaarden ‘Laag hangend fruit: nu in de praktijk.’
75 jaar Routineconsultatie Dokter, is mijn bloeddruk niet te hoog? Want ik heb in de krant gelezen dat lager beter is…
Prof. Dr. Saskia Middeldorp Drs. Suzanne M. Bleker
“Gestalt”of de Wells-regel voor het uitsluiten van longembolie in de eerste lijn?
Nascholing Antistolling
Nieuwe orale anticoagulantia
Huisarts & Wetenschap 07/’16 Hanna
Journal Cafe 15/9/2016 Ellen Van Leeuwen.
Inleiding tot geneesmiddelenbewaking (farmacovigilantie) Het volgen in de tijd (monitoren) van de veiligheid van geneesmiddelen.
Vraag 1 Wat zijn de belangrijkste ontwikkelingen van de afgelopen 10 jaar die de inzichten in de kliniek hebben veranderd?
Meten van de bloeddruk.
Nieuwe orale anticoagulantia
Nascholing Antistolling
Aandoeningen van hart en vaten
Bloedstolling Hoofdstuk 18.
Cholesterol: wat is het en wat kan ik eraan doen?
Transcript van de presentatie:

SPC ONDERZOEKS- INFORMATIE VOETNOTEN SPC ONDERZOEKS- INFORMATIE VOETNOTEN SUPERIORITEIT aangetoond in de preventie van CVA/ SYSTEMISCHE EMBOLIE vs. warfarine 1 SUPERIORITEIT aangetoond in de risicoreductie van ERNSTIGE BLOEDINGEN vs. warfarine 1 Preventie van CVA/systemische embolie bij patiënten met niet-valvulair AF 2 ELIQUIS ® : DE VERBINDENDE FACTOR Kies Eliquis ® : een directe factor Xa-remmer met een bewezen superieure risicoreductie voor CVA/systemische embolie én significant minder ernstige bloedingen dan bij warfarine 1 Eliquis ® (apixaban): een orale, directe factor Xa-remmer, geïndiceerd voor de preventie van cerebrovasculair accident (CVA) en systemische embolie bij volwassen patiënten met niet-valvulair atriumfibrilleren (nvAF) en één of meerdere risicofactoren, zoals een doorgemaakt(e) CVA of transient ischaemic attack (TIA), leeftijd ≥75 jaar, hypertensie, diabetes mellitus, symptomatisch hartfalen (NYHA-klasse ≥II). 2 : Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring.

SPC ONDERZOEKS- INFORMATIE VOETNOTEN Eliquis ® is geregistreerd voor de volgende indicaties 2 * Behandeling van DVT Preventie van CVA en systemische embolie bij patiënten met niet-valvulair AF Behandeling van PE Preventie van recidiverende DVT en PE Preventie van VTE na een electieve heupvervangende operatie Preventie van VTE na een electieve knievervangende operatie

SPC ONDERZOEKS- INFORMATIE VOETNOTEN De uitdaging bij het voorkomen van een CVA bij uw patiënten met niet-valvulair AF is het vinden van een evenwicht tussen het risico op een CVA en het risico op een bloeding 3 Patiënten kunnen een verhoogd risico op bloedingen hebben 3 Patiënten kunnen een verhoogd risico op een CVA hebben 3 Uw behandelkeuze vergt een dubbel risicomanagement 3

SPC ONDERZOEKS- INFORMATIE VOETNOTEN Eliquis ® : een directe factor Xa-remmer met een aangetoonde bescherming tegen trombose én een significante risicoreductie voor ernstige bloedingen vergeleken met de standaardzorg 1,4 BIJ PATIËNTEN MET NIET-VALVULAIR AF 1 * Bewerkt naar Granger et al Aantal voorvallen (%/jaar) BIJ PATIËNTEN MET VTE 4 4,0 3,0 2,0 1,0 0,0 Aantal voorvallen (%/jaar) Patiënten met voorval (%) CVA/SYSTEMISCHE EMBOLIE ERNSTIGE BLOEDINGEN RECIDIVERENDE VTE/VTE-GERELATEERD OVERLIJDEN ERNSTIGE BLOEDINGEN VERGELIJKBAAR p<0,001 voor non-inferioriteit 1,60% n=265 1,27% n=212 2,13% n=327 2,7% n=71 2,3% n=59 1,8% n=49 0,6% n=15 ARISTOTLEAMPLIFY AVERROESARISTOTLEOVERZICHTAMPLIFYAMPLIFY-EXT Bewerkt naar Agnelli et al SUPERIEUR 21% RRR p=0,01 SUPERIEUR 31% RRR p<0,001 SUPERIEUR 69% RRR p<0,001 warfarine N=9081 Eliquis ® N=9120 warfarine N=9052 Eliquis ® N=9088 enoxaparine/warfarine N=2635 Eliquis ® N=2609 enoxaparine/warfarine N=2689 Eliquis ® N=2676 4,0 3,0 2,0 1,0 0,0 4,0 3,0 2,0 1,0 0,0 4,0 3,0 2,0 1,0 0,0 Patiënten met voorval (%) 3,09% n=462

SPC ONDERZOEKS- INFORMATIE VOETNOTEN Eliquis ® : een directe factor Xa-remmer met een superieure risicoreductie voor CVA/systemische embolie én significant minder ernstige bloedingen dan bij warfarine 1 BIJ PATIËNTEN MET NIET-VALVULAIR AF 1 * SUPERIEUR 21% RRR p=0,01 SUPERIEUR 31% RRR p<0,001 CVA/SYSTEMISCHE EMBOLIE ERNSTIGE BLOEDINGEN Aantal voorvallen (%/jaar) Bewerkt naar Granger et al ,60% n=265 1,27% n=212 3,09% n=462 2,13% n=327 ARISTOTLE warfarine N=9081 Eliquis ® N=9120 warfarine N=9052 Eliquis ® N=9088 AVERROESARISTOTLEOVERZICHTAMPLIFYAMPLIFY-EXT 4,0 3,0 2,0 1,0 0,0 Aantal voorvallen (%/jaar) 4,0 3,0 2,0 1,0 0,0

SPC ONDERZOEKS- INFORMATIE VOETNOTEN AVERROES Eliquis ® geeft een superieure risicoreductie voor CVA/systemische embolie met een profiel voor ernstige bloedingen dat vergelijkbaar is met dat van ASA 5 BIJ PATIËNTEN MET NIET-VALVULAIR AF DIE ALS ONGESCHIKT VOOR WARFARINE WERDEN BESCHOUWD 5 * CVA/SYSTEMISCHE EMBOLIE ERNSTIGE BLOEDINGEN SUPERIEUR 55% RRR p<0,001 VERGELIJKBAAR p=0,57 3,7% n=113 1,6% n=51 1,2% n=39 1,4% n=44 Bewerkt naar Connolly et al AVERROES ASA N=2791 Eliquis ® N=2808 ASA N=2791 Eliquis ® N=2808 Aantal voorvallen (%/jaar) 4,0 3,0 2,0 1,0 0,0 Aantal voorvallen (%/jaar) 4,0 3,0 2,0 1,0 0,0 AVERROESARISTOTLEOVERZICHTAMPLIFYAMPLIFY-EXT

SPC ONDERZOEKS- INFORMATIE VOETNOTEN Eliquis ® heeft een effectiviteit die vergelijkbaar is met die van enoxaparine/ warfarine, met een significante risicoreductie voor ernstige bloedingen vs. enoxaparine/warfarine 4 BIJ PATIËNTEN MET VTE 4 RECIDIVERENDE VTE/VTE-GERELATEERD OVERLIJDEN ERNSTIGE BLOEDINGEN VERGELIJKBAAR p<0,001 voor non-inferioriteit SUPERIEUR 69% RRR p<0,001 voor superioriteit AMPLIFY 2,7% n=71 2,3% n=59 1,8% n=49 0,6% n=15 enoxaparine/warfarine N=2635 Eliquis ® N=2609 enoxaparine/warfarine N=2689 Eliquis ® N=2676 Bewerkt naar Agnelli et al ,0 3,0 2,0 1,0 0,0 Patiënten met voorval (%) 4,0 3,0 2,0 1,0 0,0 Patiënten met voorval (%) AVERROESARISTOTLEOVERZICHTAMPLIFYAMPLIFY-EXT

SPC ONDERZOEKS- INFORMATIE VOETNOTEN Eliquis ® geeft een superieure risicoreductie voor recidiverende VTE of overlijden ongeacht de oorzaak, met een vergelijkbare frequentie van ernstige bloedingen vs. placebo 2,6 BIJ PATIËNTEN MET RISICO OP RECIDIVERENDE VTE 2,6 * RECIDIVERENDE VTE OF OVERLIJDEN ONGEACHT DE OORZAAK 2 ERNSTIGE BLOEDINGEN 2,6 AMPLIFY-EXT 9,3% n=77 2,3% n=19 placebo N=829 Eliquis ® 2,5 mg N=840 0,5% n=4 0,2% n=2 SUPERIEUR 76% RRR p<0,0001 VERGELIJKBAAR placebo N=829 Eliquis ® 2,5 mg N=840 Bewerkt naar de SPC van Eliquis ®2 10,0 Patiënten met voorval (%) 8,0 6,0 4,0 2,0 0,0 0,5 1,0 Patiënten met voorval (%) AVERROESARISTOTLEOVERZICHTAMPLIFYAMPLIFY-EXT

SPC ONDERZOEKS- INFORMATIE VOETNOTEN Eliquis ® heeft een gunstig profiel voor ernstige bloedingen* 1,4–6 Bij patiënten met niet-valvulair AF 1 ARISTOTLE SUPERIEUR 31% RRR vs. warfarine 2,13% vs. 3,09% per jaar p<0,001 VERGELIJKBAAR percentage vs. ASA 1,4% vs. 1,2% per jaar p=0,57 SUPERIEUR 69% RRR vs. enoxaparine/warfari ne 0,6% vs. 1,8% p<0,001 Bij patiënten met niet-valvulair AF die ongeschikt zijn voor warfarine 5† Bij patiënten met VTE 4 Bij patiënten met risico op recidiverende VTE 2,6‡ AVERROESAMPLIFYAMPLIFY-EXT VERGELIJKBAAR percentage vs. placebo 0,2% vs. 0,5% §** Bewerkt naar Granger et al Bewerkt naar Connolly et al Bewerkt naar Agnelli et al Bewerkt naar de SPC van Eliquis ®2 en Agnelli et al

SPC ONDERZOEKS- INFORMATIE VOETNOTEN SPC ONDERZOEKS INFORMATIE VOETNOTEN Eliquis ® verminderde het risico op verschillende componenten van ernstige bloedingen vs. warfarine 31% reductie in het risico op ernstige bloedingen vs. warfarine 1,2* 58% RRR (0,33% vs. 0,80% per jaar met warfarine; p<0,001) INTRACRANIALE BLOEDINGEN 1 (0,76% vs. 0,86% per jaar met warfarine; p=0,37) GEEN TOENAME IN ERNSTIGE GASTRO-INTESTINALE BLOEDINGEN 1 (inclusief ernstige gastro-intestinale bloedingen) ERNSTIGE BLOEDINGEN OP ANDERE LOCATIES 1 21% RRR (1,79% vs. 2,27% per jaar met warfarine; p=0,004) (inclusief fataal hemorragisch CVA) FATALE BLOEDINGEN 2 traden op bij 10 patiënten in de Eliquis ® -groep vs. 37 patiënten in de warfarinegroep (0,06% vs. 0,24% per jaar) † BLOEDINGSPROFIELEN NOAC’S Bewerkt naar Granger et al en de SPC van Eliquis ®. 2

SPC ONDERZOEKS- INFORMATIE VOETNOTEN Eliquis ® bloedingsprofiel vs. warfarine: ARISTOTLE-onderzoek 1 * ERNSTIGE BLOEDINGEN 1 INTRACRANIALE BLOEDINGEN 1 ERNSTIGE GASTRO-INTESTINALE BLOEDINGEN 1 (inclusief fataal hemorragisch CVA) FATALE BLOEDINGEN 2† Aantal voorvallen (%/jaar) 4,0 3,0 2,0 1,0 0,0 Bewerkt naar Granger et al en de SPC van Eliquis ®. 2 3,09% n=462 2,13% n=327 Eliquis ® N=9088 0,80% n=122 0,33% n=52 0,86% n=119 0,76% n=105 0,24% n=37 p<0,001 warfarine N=9052 Eliquis ® N=9088 warfarine N=9052 Eliquis ® N=9088 warfarine N=9052 Eliquis ® N=9088 warfarine N=9052 0,06% n=10 p<0,001 p=0,37 Aantal voorvallen (%/jaar) 1,0 0,8 0,6 0,4 0,0 0,2 0,0 0,1 0,2 0,3 0,4 0,5 0,0 0,5 2,0 2,5 3,0 3,5 1,5 1,0 Aantal voorvallen (%/jaar) Primair veiligheidseindpunt HR=0,69 (95% BI 0,60 tot 0,80) HR=0,42 (95% BI 0,30 tot 0,58)HR=0,89 (95% BI 0,70 tot 1,15)HR niet gerapporteerd RIVAROXABANDABIGATRAN 150 mg Eliquis ® DABIGATRAN 110 mg

SPC ONDERZOEKS- INFORMATIE VOETNOTEN Eliquis ® geeft een superieure reductie van overlijden ongeacht de oorzaak vs. warfarine 1 * 4,0 3,0 2,0 1,0 0,0 Patiënten met voorval/jaar (%) OVERLIJDEN ONGEACHT DE OORZAAK 3,94% n=669 3,52% n=603 SUPERIEUR 11% RRR p=0,047 Bewerkt naar Granger et al ARISTOTLE warfarine N=9081 Eliquis ® N=9120

SPC ONDERZOEKS- INFORMATIE VOETNOTEN De tweemaaldaagse dosering van Eliquis ® resulteert in een gelijkmatigere blootstelling aan het geneesmiddel dan de eenmaaldaagse dosering 13, Eliquis ® plasmaconcentratie (ng/ml) Tijd (u) op dag Bewerkt naar Frost et al *Opmerking: Eliquis ® 10 mg 1dd is niet goedgekeurd voor preventie van CVA/systemische embolie bij patiënten met niet-valvulair AF Gemiddelde plasmaconcentratie na meerdere orale doseringen 14 Gegevens afkomstig uit een PK/PD-onderzoek met gezonde patiënten (N=36)* Eliquis ® 5 mg 2dd (N=6) Eliquis ® 10 mg 1dd (N=6)

SPC ONDERZOEKS- INFORMATIE VOETNOTEN Eliquis ® in de praktijk Een lager percentage stopzetting van de behandeling dan bij warfarine 1,10,11,16† Stopzetten niet nodig tijdens cardioversie 2 Kan met of zonder voedsel worden ingenomen 2 Bij veel gelijktijdig gebruikte behandelingen geen dosisaanpassing nodig (amiodaron, atenolol, digoxine, diltiazem, famotidine, naproxen, kinedine, verapamil) 2 Geen doseringsaanpassing nodig voor patiënten met lichte of matige nierinsufficiëntie 2 * ADVIES VOOR DOSERING EN OVERSTAPPEN

SPC ONDERZOEKS- INFORMATIE VOETNOTEN Eliquis ® : praktisch doseringsadvies voor uw patiënten met niet-valvulair AF Eliquis ® 5 mg 2dd – de aanbevolen dosering voor preventie van CVA bij niet-valvulair AF 2 Dosering Eliquis ® 5 mg 2dd 2 Eliquis ® 5 mg 2dd Nieuwe patiënten met niet-valvulair AF Overschakelen van een andere behandeling Start met Eliquis ® 5 mg 2dd 2 Volg het doseringsadvies In de ARISTOTLE-studie kreeg 95,3% van de Eliquis ® -patiënten de dosering van 5 mg 2dd 1 ■ Alvorens te starten met Eliquis ® moet een leverfunctietest worden uitgevoerd 2 5 mg2,5 mgOVERSTAPPENNIERENVTE

SPC ONDERZOEKS- INFORMATIE VOETNOTEN Eliquis ® : praktisch doseringsadvies voor uw patiënten met niet-valvulair AF Duidelijk doseringsadvies voor speciale populaties 2 Criteria voor een Eliquis ® -dosering van 2,5 mg 2dd 2 Leeftijd ≥80 jaar Lichaamsgewicht ≤60 kg Serumcreatinine ≥1,5 mg/dl (133 μmol/l) Alleen ernstige nierinsufficiëntie (creatinineklaring [CrCl] 15–29 ml/min) Tenminste 2 kenmerken Eliquis ® 2,5 mg 2dd In de ARISTOTLE-studie kreeg 4,7% van de Eliquis ® -patiënten de dosering van 2,5 mg 2dd 1 * ■ In de ARISTOTLE-studie zijn in subgroepanalyses voor beide doseringen Eliquis ®1 consistente uitkomsten voor de effectiviteit en veiligheid aangetoond ■ Eliquis ® wordt niet aanbevolen voor patiënten met een CrCl <15 ml/min of voor patiënten die worden gedialyseerd 2 ■ Circa 27% van Eliquis ® wordt via de nieren uitgescheiden 2 5 mg2,5 mgOVERSTAPPENNIERENVTE

SPC ONDERZOEKS- INFORMATIE VOETNOTEN Eliquis ® : praktisch overstappen voor uw patiënten met niet-valvulair AF 2,17 Overstappen naar Eliquis ®2,17 Overstappen van VKA naar Eliquis ®2 Staak het gebruik van VKA Controleer de INR dagelijks tot deze <2,0 is Start met Eliquis ® 2dd Overstappen van ASA naar Eliquis ®17 * Staak het gebruik van ASA Start met Eliquis ® 2dd bij de volgende geplande dosering Overstappen van een ander NOAC † naar Eliquis ®17 Staak het gebruik van NOAC Start met Eliquis ® 2dd bij de volgende geplande dosering 5 mg2,5 mgOVERSTAPPENNIERENVTE

SPC ONDERZOEKS- INFORMATIE VOETNOTEN Eliquis ® : bij de meeste patiënten met nierinsufficiëntie geen doseringsaanpassing nodig 2 * Eliquis ® wordt in geringe mate via de nieren uitgescheiden Doseringsadvies bij patiënten met nierinsufficiëntie 27% geklaard door de nieren Mate van nierinsufficiëntieGeen doseringsaanpassing* Licht (CrCl 51–80 ml/min) Matig (CrCl 30–50 ml/min) Ernstig (CrCl 15–29 ml/min) CrCl <15 ml/min Bij nierdialyse Dienen de lagere dosering Eliquis ® van 2,5 mg tweemaal daags te krijgen 2 Eliquis ® wordt niet aanbevolen 2 5 mg2,5 mgOVERSTAPPENNIERENVTE Bij nvAF-patiënten met tenminste twee van de volgende eigenschappen: leeftijd ≥80 jaar, lichaamsgewicht ≤60kg, of serumcreatinine ≥1,5mg/dl (133micromol/l) is de aanbevolen dosering van Eliquis® tweemaal daags 2,5mg oraal

SPC ONDERZOEKS- INFORMATIE VOETNOTEN Eliquis ® : praktisch doseringsadvies voor de behandeling en preventie van recidiverende VTE 4,6* Opstarten Behandeling Secundaire preventie 10 mg 2dd 5 mg 2dd 2,5 mg 2dd 7 dagen6 maanden18 maanden 5 mg2,5 mgOVERSTAPPENNIERENVTE

SPC ONDERZOEKS- INFORMATIE VOETNOTEN ELIQUIS ® : DE VERBINDENDE FACTOR SUPERIORITEIT aangetoond in de preventie van CVA/SYSTEMISCHE EMBOLIE vs. warfarine 1 SUPERIORITEIT aangetoond in de risicoreductie van ERNSTIGE BLOEDINGEN vs. warfarine 1 Kies Eliquis ® : een directe factor Xa-remmer met een superieure risicoreductie voor CVA/systemische embolie én significant minder ernstige bloedingen dan bij warfarine 1

SPC ONDERZOEKS- INFORMATIE VOETNOTEN ELIQUIS ® : DE VERBINDENDE FACTOR Preventie van CVA/systemische embolie bij patiënten met niet-valvulair AF 2 SUPERIORITEIT aangetoond in de preventie van CVA/ SYSTEMISCHE EMBOLIE vs. warfarine 1 SUPERIORITEIT aangetoond in de risicoreductie van ERNSTIGE BLOEDINGEN vs. warfarine 1 ELIQUIS ® BIEDT: een superieure risicoreductie in CVA/systemische embolie; 1 significant minder ernstige bloedingen dan warfarine; 1 superieure reductie van overlijden ongeacht de oorzaak vs. warfarine; 1 consistente voordelen bij een breed scala aan patiënten. 18–22 Aanmaakdatum: juli Jobcode: 15.ELI