Toepassingen 5L week 4: ‘Mensen rondom ons’ 5L week 4: ‘Mensen rondom ons’ © JL Toepassingen 5L week 4: ‘Mensen rondom ons’ In een klas van 24 leerlingen komen er: te voet: 12 per fiets: 3 per auto: 4 met de schoolbus: 5 We stellen die gegevens op verschillende manieren voor: enkelvoudige tabel beelddiagram staafdiagram lijndiagram

5L week 4: ‘Mensen rondom ons’ © JL enkelvoudige tabel

5L week 4: ‘Mensen rondom ons’ © JL beelddiagram

5L week 4: ‘Mensen rondom ons’ © JL staafdiagram

5L week 4: ‘Mensen rondom ons’ © JL lijndiagram

We kunnen ook gegevens voorstellen in een grafiek. 5L week 4: ‘Mensen rondom ons’ © JL We kunnen ook gegevens voorstellen in een grafiek.

Elk figuurtje van het beelddiagram stelt 100 mensen voor. 5L week 4: ‘Mensen rondom ons’ © JL 1. Kijk, bespreek en los op. Elk figuurtje van het beelddiagram stelt 100 mensen voor. Als we het algemene beeld bekijken zien we dat er steeds meer honderjarigen zijn in België, naarmate de tijd vordert. In 2006 waren er 1298 honderdjarigen. In 1995 waren er 633 honderdjarigen. 1298 – 633 = 665 In 2006 waren er 665 honderdjarigen meer dan in 1995.

5L week 4: ‘Mensen rondom ons’ © JL 2. Kijk, lees en vul aan. Hoeveel doden of ernstig gewonden waren er per 100000 leeftijdsgenoten in de leeftijd. TREK EEN HORIZONTALE HULPLIJN VAN DE TOP VAN DE PASSENDE KOLOM NAAR DE VERTICALE AS!!! 8 jaar: 9 10 jaar: 13 12 jaar: 33 14 jaar: 38 20 jaar: 13

LEES IN DE TABEL DE UITGAVEN IN EURO PER JAAR AF OP DE PASSENDE STAAF. 5L week 4: ‘Mensen rondom ons’ © JL 3. Kijk, lees en los op. Hoeveel geeft de Vlaming per jaar meer uit voor hondenvoeding dan voor de dierenarts? LEES IN DE TABEL DE UITGAVEN IN EURO PER JAAR AF OP DE PASSENDE STAAF. HONDENVOEDING: DERDE STAAF DIERENARTS: ZEVENDE STAAF G. 37,04 – 27,50 = 10,04 – 0,50 = 9,54 B. De Vlaming geeft per jaar 9,54 euro meer uit voor dierenvoeding. A.

4. Vul het diagram aan. Kijk naar het voorbeeld. 5L week 4: ‘Mensen rondom ons’ © JL 4. Vul het diagram aan. Kijk naar het voorbeeld. Lees goed alle gegevens in de enkelvoudige tabel en het begin van een staafdiagram op blz. 37. Je zal hulplijnen moeten tekenen die loodrecht op de horizontale as staan. Gebruik daarvoor je geodriehoek. Voor de correcte plaats zal je een klein beetje moeten schatten, aangezien de verdeling per 100 is ...

Alle getallen kun je aflezen in de enkelvoudige tabel. G. 5L week 4: ‘Mensen rondom ons’ © JL Alle getallen kun je aflezen in de enkelvoudige tabel. G. A. naam aantal Zoë Robbe Marie Lars Emma 100 200 300 400

5L week 4: ‘Mensen rondom ons’ © JL 5. Lees en los op. In 2007 telde de stad Sint – Niklaas 70016 inwoners. In 2000 waren er dat nog 1726 minder. Hoeveel inwoners telde Sint – Niklaas in 2000?

Hoeveel inwoners telde Sint – Niklaas in 2000? V. 5L week 4: ‘Mensen rondom ons’ © JL Hoeveel inwoners telde Sint – Niklaas in 2000? V. 70016 inwoners in 2007 / 1726 minder in 2000 G. B. 70016 – 1726 = 70000 – 1710 = 69000 – 710 = 68300 – 10 = 68290 In 2000 waren dat 68290 inwoners. A.

6. Lees en los op. Kruis het juiste antwoord aan. 5L week 4: ‘Mensen rondom ons’ © JL 6. Lees en los op. Kruis het juiste antwoord aan. Bekijk de enkelvoudige tabel op blz. 37 in je werkboek. Hoeveel rusthuisbewoners waren er in 2007 in de 5 Vlaamse provincies samen?

aantal per provincie in de tabel G. 5L week 4: ‘Mensen rondom ons’ © JL Hoeveel rusthuisbewoners waren er in 2007 in de 5 Vlaamse provincies samen? V. aantal per provincie in de tabel G. B. 59324 komt overeen met de keuze  ruim 60000