De praktijk van vernieuwende democratie in gemeenten Team: Evelien Tonkens Margo Trappenburg Menno Hurenkamp Jante Schmidt mmv. Jolijt Bosch Casper Siffels
Verhouding representatieve – participatieve democratie Representatieve democratie verzwakt Alternatief: Participatieve democratie: Meepraten,o.a. via loting Meedoen: burgerinitiatieven, Doe- democratie Als representatieve democratie verzwakt, dan participatieve democratie versterken? Hoe verhouden beide zich tot elkaar?
Methode Onderzoek onder betrokkenen: – 6 casussen in 6 gemeenten (bijv zorgcoöperatie, burgertop, adviespanel, netwerk van burgerinitiatieven) – 47 interviews gemeenteraadsleden, actieve burgers, wethouders/ambtenaren – 9 observaties bij bijeenkomsten Onderzoek onder buitenstaanders: – 20 interviews met non- participanten (Q-sort)
Bevindingen: Participatieve democratie – compenseert verzwakking representatieve democratie niet – beïnvloedt representatieve democratie wel Participatieve democratie depolitiseert representatieve democratie, via juridisering en informalisering
De-politisering 1: Montessori- democratie Brede consensus: overheid moet ‘loslaten’ Vgl.Montessori/ studiehuis: – laat leerling/ burger vrij om zich te ontwikkelen Impliciet hoge eisen actieve burger – Creativiteit en ondernemingszin, binnen kaders gemeente – Bureaucratische wegen kennen -> burger als projectmanager
De-politisering 2: Juridisering Descriptieve representatie wel norm, maar minder belangrijk dan: – Expertise: ruimte aan deskundigheid burgers – Vooruitgang: maatschappij in transitie, voorlopers noodzakelijk Gemeenteraad juridiseert door opkomst nieuwe democratie: – Gemeenteraad wordt (van democratisch forum tot) reservevoorziening: in beeld wanneer het misgaat
De-politisering 3: informalisering Lage verwachtingen van formele processen – Ambtenaren dimmen: ‘op hun handen zitten’ Hoge verwachtingen van informele processen – Vroeg ‘samen om tafel’ Informalisering biedt ruimte aan doe- democratie, maar : Versterkt stem mondige burgers Waarde van bureaucratie vergeten
de non-participanten: Profiel 1: De positieve vertrouwende burger Vertrouwen in representatieve en participatieve democratie: – stemmen belangrijke democratische daad – vertrouwen in volksvertegenwoordigers – vertrouwen in gemeenschap, daarom ook in inspraak en participatie via loting – wil wellicht in toekomst actief worden, Past goed bij nieuwe democratie: – inactief maar te porren voor doe-democratie, loting en inspraak
Profiel 2: De loyale burger Hecht aan deskundigheid en representatie – Vertrouwen in representatieve democratie vanwege deskundigheid en representatie – Weinig vertrouwen in participatieve democratie, vooral niet via loting Tegen ‘loslaten’: wil gedeelde verantwoordelijkheid met overheid: – Wil portiek schoonhouden maar geen zorg voor buren of buurthuis: taak gemeente – Wil dat overheid burgers tegen elkaar beschermt, bijv. tegen NIMBY
Profiel 3: De afzijdige burger Hecht aan taakverdeling burgers- politici/ bestuurders – Geen interesse in inspraak of zelfbeheer Tegen ‘loslaten’: – Weinig vertrouwen in vermogen medeburgers – Gemeente verantwoordelijk voor voorzieningen – Tegen responsibilisering burgers: burgers weinig tijd, betalen belasting
Conclusies: Participatieve democratie -> depolitisering lokale politiek via juridisering en informalisering Heeft steun van positief-kritische burger Maar niet van loyale en afzijdige burger Loyale burgers hechten aan deskundigheid en representatie Afzijdige burgers hechten aan taakverdeling
Praktische implicaties: 1. Voorwaarts, kan nog beter Versterk descriptieve representatie actieve burgers Stem niet-actieven laten klinken, bijv. via hoorzittingen Gestructureerde in plaats van laissez-faire participatie (Archon Fung)
Praktische implicaties: 2. Pas op met loslaten Faciliteren niet verwarren met responsabiliseren Geen laissez-faire participatie Bijv. buurtrechten (buurt mag buurtplan maken, meedoen in aanbesteden, land- en vastgoed beheren): – Wie is ‘de buurt’? – Hoe worden menings- en machtsverschillen erkend en gereguleerd? – Hoe wordt stem van loyale en afzijdige burgers meegewogen?
Praktische implicaties: 3. Versterk beide soorten democratie 1.Versterking participatieve democratie, dan ook versterking representatieve democratie: – stem niet-actieven laten (meer) klinken, bijv. via hoorzittingen – Participatieve democratie inbedden in checks en balances Bijv.zorgcoöperatie: – Auditcommitee via loting onder zorggebruikers gemeente Bijv. buurtrechten: Macht actieve burgers bevragen en begrenzen zonder smoren in bureaucratie – Via thematische groepen, review panel, interest panel, hoorzittingen 2. Gemeente: heldere visie op basisvoorzieningen