Hoofdstuk V: Rome Les 2 - par 1B Het bestuur

Slides:



Advertisements
Verwante presentaties
Het oude Rome.
Advertisements

Paragraaf 1: Het ontstaan van de polis, Athene als voorbeeld.
4.3 De cultuur van het Rijk.
Napoleon Bonaparte
Hoofdstuk 4 De middeleeuwen 1
Het rijk en de stad Grieken en Romeinen Vroegmoderne tijd Moderne tijd
Kenmerk 6: De groei van het Romeinse imperium, waardoor de Grieks-Romeinse cultuur zich in Europa verspreidde Les 2: De Romeinse klassenmaatschappij.
Pax Romana 30v.Chr tot 192 na Chr..
De Romeinen Hoofdstuk 4.
5.1 Leenheren en leenmannen
De Bataafse Revolutie Paragraaf 2.5.
Middeleeuwen: Monniken en Ridders
Uit: Trouw 16 september 2009.
Kenmerk 6: (a) De groei van het Romeinse imperium, (b) waardoor de Grieks-Romeinse cultuur zich in Europa verspreidde Les 8: Romeinen en Christenen.
Kenmerk 4: De ontwikkeling van wetenschappelijk denken en de ontwikkeling van het denken over burgerschap en politiek in de Griekse stadstaat Les 2: Van.
Kenmerk 4: De ontwikkeling van wetenschappelijk denken en de ontwikkeling van het denken over burgerschap en politiek in de Griekse stadstaat Les 1: Graecia;
Kenmerk 6: (a) De groei van het Romeinse imperium, (b) waardoor de Grieks-Romeinse cultuur zich in Europa verspreidde Les 6: De Romeinen en hun bestuur.
Kenmerk 6: (a) De groei van het Romeinse imperium, (b) waardoor de Grieks-Romeinse cultuur zich in Europa verspreidde Les 1: De Romeinen en hun imperium.
Kenmerk 6: (a) De groei van het Romeinse imperium, (b) waardoor de Grieks-Romeinse cultuur zich in Europa verspreidde Les 2: De Romeinen en hun bestuur.
Kenmerk 7: 07 b De confrontatie tussen de Romeinse en Germaanse cultuur van Noordwest-Europa Les 1: Het Romeinse Rijk valt uiteen.
Kenmerk 6: De groei van het Romeinse imperium, waardoor de Grieks-Romeinse cultuur zich in Europa verspreidde Les 4: Octavianus a.k.a. Augustus.
Kenmerk 5: (a) De groei van het Romeinse imperium, (b) waardoor de Grieks-Romeinse cultuur zich in Europa verspreidde Les 16: Ontwikkelingen in het Imperium.
Kenmerk 5 (a) De groei van het Romeinse imperium, (b) waardoor de Grieks-Romeinse cultuur zich in Europa verspreidde Les 14: Van Republiek naar Keizerrijk.
Kenmerk 5: 07 b De confrontatie tussen de Romeinse en Germaanse cultuur van Noordwest-Europa Les 17: Het Romeinse Rijk valt uiteen.
Hoofdstuk V: Rome Les 8: Opkomst van het Christendom
Hoofdstuk V: Rome Les 7: Neergang van het Westen.
Romeinen Door Hanne en Julie.
Romeinen en Germanen.
Gevolgen van de revolutie
Paragraaf 5.3 De macht van vorsten.
Rome!.
Het bestuur van de republiek
Het ontstaan en bestuur van het keizerrijk
De Romeinen en hun staatsvorm
De Romeinen § 2.
Kenmerk 5 De groei van het Romeinse imperium, waardoor de Grieks-Romeinse cultuur zich in Europa verspreidde Les 12: Het Bestuur.
Hoofdstuk V: Rome Les 3: Het Bestuur
Hoofdstuk 3 De Romeinen.
Kenmerk 6: (a) De groei van het Romeinse imperium, (b) waardoor de Grieks-Romeinse cultuur zich in Europa verspreidde Les 7: De Romeinen, Romanisering.
DE KLASSIEKE OUDHEID De groei van het romeinse imperium, waardoor de grieks- romeinse cultuur zich door europa verspreidde.
De Romeinen, Van stad tot wereldrijk
Zelfs Romeinen hebben BV’s.
500 v. Chr. Rome komt in handen van de Senaat. Begin expansie: -264 v
Hoofdstuk V: Rome Les 3 - par 2 – Romeinse samenleving
Hoofdstuk V: Rome Les 4: Veroveringen en Caesar
Hoofdstuk III: Griekenland Les 3: Par 2, Het bestuur van de polis
Hoofdstuk V: Rome Les 5: Keizer Augustus
Imperium Romanum.
De Republiek der zeven verenigde nederlanden
Romeinen, Germanen en Kelten
Monniken en Ridders Hoofdstuk 3.
Mare nostrum ’onze zee’
Tijd van steden en staten
POLITIEK BIJ DE GRIEKEN EN ROMEINEN
Les 3 De keizer en andere goden Gemaakt door: Nikki, Chanell, Cas, Tim en Roan.
H2.2 Het Romeinse Rijk Grieken en Romeinen.
Koning: 3 functies Legerbevelhebber Opperpriester Opperrechter 6.
Tijdvak 2 De tijd van Grieken en Romeinen Paragraaf 2.2 Het Romeinse Rijk.
Hoofdstuk 4 De Romeinen.
Hoofdstuk 4 De Romeinen.
4.1 van stad tot wereldrijk
OPKOMST VAN HET CHRISTENDOM
Kenmerk 5: De groei van het Romeinse imperium, waardoor de Grieks-Romeinse cultuur zich in Europa verspreidde Les 11: De Romeinse klassenmaatschappij.
Kenmerk 6 & 7 De confrontatie tussen de Romeinse en Germaanse cultuur van Noordwest-Europa Les 17: Het Romeinse Rijk valt uiteen.
Kenmerk 5: (a) De groei van het Romeinse imperium, (b) waardoor de Grieks-Romeinse cultuur zich in Europa verspreidde Les 16: Ontwikkelingen in het Imperium.
Kenmerk 5: De groei van het Romeinse imperium, waardoor de Grieks-Romeinse cultuur zich in Europa verspreidde Les 13: Octavianus a.k.a. Augustus.
Kenmerk 5 De groei van het Romeinse imperium, waardoor de Grieks-Romeinse cultuur zich in Europa verspreidde Les 12: Het Bestuur.
Imperium Romanum § 2.3: Kenmerkend aspect 3.
§2.1 Van stad tot wereldrijk
Romulus sticht Rome in 754 v. Chr.
Transcript van de presentatie:

Hoofdstuk V: Rome Les 2 - par 1B Het bestuur

Van Koninkrijk naar Republiek 3000 2000 1500 1000 700 400 200 1 Stichting van het koninkrijk (753 VC) Republiek (510 VC) (S.P.Q.R) Senatus Populusque Romae (De Senaat en het volk van Rome) In de Republiek vormde de senaat, waarin de elite de baas is, het bestuur senatoren waren patriciërs (kom ik op terug) voor het leven benoemd het volk had enige invloed op het bestuur via de consuls

De Senaat

De Republiek - Res Publica 3000 2000 1500 1000 700 400 200 1 De Republiek - Res Publica Teneinde machtsmisbruik zoals onder de laatste koningen te voorkomen werd de macht verdeeld tussen twee consuls Beide regeerden voor de duur van één jaar Alle politieke besluiten werden nu genomen uit naam van de senaat en het volk Senatus populusque Romanum (SPQR) Besluiten waarover de consuls en de senaat het eens werden, moesten vervolgens aan de Volksvergadering worden voorgelegd

Hervormingen onder Gaius Marius Geen patriciër, maar carrière-militair Hervormde het leger Van een dienstplichtig leger van boeren naar een beroepsleger – staat betaalde wapenrusting! Carrièremogelijkheden ‘gewone’ man Maar ook: leger als drukmiddel. Soldaten waren loyaal aan generaals en niet aan de ……  explosief Marius was een voorbeeld voor Julius Caesar Gaius zonder met neus

Julius Caesar Kwam uit een ambitieuze familie – wel afstamming van goden, maar weinig ‘daden’ om voor ‘vol’ te worden aangezien door de voornaamste families Romeinse Republiek tijdens zijn leven: Burgeroorlogen - interne machtsstrijd tussen bevelhebbers onderling en bevolkingsgroepen (plebejers tegen patriciërs) Oorlogen tegen bondgenoten Corruptie Kortom: Senaat is druk bezig eigen graf te graven Caesar zag de potentie van de gewone Romein en steunde hen in de machtstrijd tegen de patriciërs. Werd daardoor al erg populair en handige bondgenoot voor senatoren

Caesar als consul Maakte carrière in Gallië vanaf 58 v Chr. Veroverde Gallië en voegde het als provincie bij het Romeinse Rijk. Was een populair bevelhebber Vocht in de frontlinie mee Zorgde goed voor zijn soldaten  hoe succesvoller Caesar, hoe meer buit voor de soldaten: “wij zijn geen burgers van Rome, maar soldaten van Caesar”. Probleem voor de Senaat: de legers waren trouw aan hun bevelhebber, niet aan de senatoren.

Caesar en Rome Caesar wilde opnieuw consul worden. De Senaat wilde zijn leger niet bij Rome hebben en wilde hem alleen mee laten doen als ambtloos burger. Door met zijn leger de Rubicon (zie sheet) over te steken startte Caesar eigenlijk een burgeroorlog. Na vier jaar had hij zijn vijanden verslagen en liet hij zich tot dictator voor het leven benoemen

Caesars dood en opvolging Caesar wist tijdens zijn korte regeerperiode hervormingen door te voeren: Veteranen konden een boerderij krijgen in de provincies  Vaak bij de grenzen. Waarom was dat handig? Inwoners van het Romeins Rijk konden het burgerrecht krijgen Paste de Romeinse kalender aan. Een groep senatoren besloot hem op 15 maart 44 v Chr. te vermoorden. Gevolgen: Burgeroorlog tussen tegenstanders van Caesar en zijn toekomstige opvolger Octavianus (de latere keizer Augustus) Burgeroorlog tussen Octavianus en Marcus Antonius (die zichzelf als opvolger van Caesar zag) Stichting van het Romeinse keizerrijk De Senaat bleef bestaan, maar de macht kwam in handen van de keizer.

Octavianus wordt Augustus Waarom veranderde Octavianus’ naam? In 21 VC kreeg hij in de senaat de titel “Verhevene” er werd hij ook formeel de belangrijkste senator Op welke manier probeerde Augustus te laten lijken alsof hij nog steeds geen alleenheerser was? Romeinse staatsinrichting en functies bleven bestaan Senaat bleef raadgevende instantie Noemde zich eerste burger

Organisatie rijk Augustus wilde een goed bestuur: Bestuursapparaat  ambtenaren, rechters, belastingophalers Augustus erkende het belang van de trouw van het leger: Soldaten werden beloond met grond of salaris (na 16 jr. dienst) Noemde vertrouwelingen tot bevelhebbers (maar niet voor te lange tijd!) Moesten aan de keizer zweren (eer) Augustus wilde ook veiligheid op zee: Vloot tegen piraterij

Provincies

Ontstaan van de Pax Romana - ca 27 VC – 180 NC Begin Pax Romana (Pax Augusta): Goed bestuurssysteem Goede infrastructuur Heldere politiek  kleinere Senaat, duidelijk wie de baas is Goede overheidsfinanciën, algemeen betaalmiddel: denarius) Gehandhaafd door een sterk staand leger (30 legioenen) Permanent bewaakte grenzen Over de wegen konden de legers ook weer snel verplaatst worden.

Huiswerk Lees: par 1 Maak par 1: 3 & 5 (p. 84-5)