Tijd, afstand, snelheid
Tijd, afstand, snelheid tijd
Tijd, afstand, snelheid tijd afstand
Tijd, afstand, snelheid tijd afstand snelheid
Tijd, afstand, snelheid tijd afstand snelheid Heb ik 2 gegevens, dan kan ik het derde berekenen! Lees dus grondig je vraag!
Tijd, afstand, snelheid tijd afstand snelheid Hanne stapt ‘s morgens naar school. De school is 2 km afgelegen. Ze doet hier 24 minuten over. Hoe snel stapt Hanne?
Tijd, afstand, snelheid tijd afstand snelheid Hanne stapt ‘s morgens naar school. De school is 2 km afgelegen. Ze doet hier 24 minuten over. Hoe snel stapt Hanne?
Tijd, afstand, snelheid tijd afstand snelheid Hanne stapt ‘s morgens naar school. De school is 2 km afgelegen. Ze doet hier 24 minuten over. Hoe snel stapt Hanne?
Tijd, afstand, snelheid 2 km = 24 min.
Tijd, afstand, snelheid 2 km = 24 min. ? = 60 min.
Tijd, afstand, snelheid 2 km = 24 min. = 12 min. ? = 60 min.
Tijd, afstand, snelheid 2 km = 24 min. = 12 min. = 60 min.
Tijd, afstand, snelheid 2 km = 24 min. = 12 min. = 60 min. : 2 : 2 5 x
Tijd, afstand, snelheid 2 km = 24 min. 1 km = 12 min. 5 km = 60 min. : 2 : 2 5 x 5 x
Tijd, afstand, snelheid 2 km = 24 min. 1 km = 12 min. 5 km = 60 min. : 2 : 2 5 x 5 x Hanne stapt met een snelheid van 5 km per uur.