§1.2 Waar blijft je geld? In deze PowerPoint-presentatie leer je over:

Slides:



Advertisements
Verwante presentaties
Budgetlijn de verschillende combinaties van twee bestedingsmogelijkheden bij een bepaald budget.
Advertisements

Verkoopresultaat Niveau 3 Kerntaak 5 Blz. 63.
Van Experience naar Challenge Economy © 2009 | Noordhoff Uitgevers bv.
REKENEN.
Management en Organisatie © 2009 | Noordhoff Uitgevers bv.
Management en Organisatie © 2009 | Noordhoff Uitgevers bv.
Salesmanagement © Noordhoff Uitgevers. Salesmanagement © Noordhoff Uitgevers.
Management en Organisatie © 2009 | Noordhoff Uitgevers bv.
Economie vastgoed © 2011 | Noordhoff Uitgevers bv.

4.4 Is alles goed geregeld? Als je een nieuwe baan hebt dan sluit je een contract af met je nieuwe werkgever. Dit heet een arbeidsovereenkomst. Hierin.
Herhaling Hoofdstuk 1.
§1.4 Waar kies je voor? In deze PowerPoint-presentatie leer je over:
8.4 Hoe help je een ontwikkelingsland?
1.2 Binnenkomst Nakijken herhaling 1.1 Uitleg 1.2 Lezen 1.2
§2.1 Hoe betaal je? In deze PowerPoint-presentatie leer je over:
§1.1 Wat voor een inkomen heb je?
5.1 Wat kun je doen met groen?
§2.3 Hoe leen je? In deze PowerPoint-presentatie leer je over: Lenen
Hoofdstuk 5.
§2.4 Wat doet de bank voor jou?
4.4 Een eigen huis of niet? Mensen kiezen vaak bewust om een huis te kopen, of juist te huren. Aan beide zitten voor- en nadelen. Deze voor- en nadelen.
3.2 Hoe beslis je wat je koopt?
Inkomsten van de overheid
§2.2 Hoe spaar je? In deze PowerPoint-presentatie leer je over: Sparen
4.3 Woon je verzekerd? Niet alleen mensen kunnen te maken krijgen met schade. Ook het huis waarin je woont kan te maken krijgen met schade. Denk maar aan.
§ 2.4 Geld lenen kost geld Als je geld leent, moet je dat weer terugbetalen. Daarnaast betaal je meestal rente. Hoeveel en hoe lang je terugbetaalt, hangt.
Met gebruik van een verhoudingstabel
7.1 Wie is toch die overheid?
8.3 Hoe is de welvaart verdeeld?
7.2 Wat doet de overheid voor ons?
Belasting die je moet betalen als je een product invoert.
Opvoeden in het onderwijs © 2009 | Noordhoff Uitgevers bv.
3.1 Wat bepaalt je koopgedrag?
Succesvolle bedrijven © 2011 | Noordhoff Uitgevers bv.
Sales Management © 2014 | Noordhoff Uitgevers bv.
Sales Management © 2014 | Noordhoff Uitgevers bv.
Marketing vastgoed © 2012 | Noordhoff Uitgevers bv.
Sales Management © 2014 | Noordhoff Uitgevers bv.
Wat voor inkomen heb je & waar blijft je geld?
Toepassingen 5L week 12: ‘Koken kost geld’ een breuk of een procent nemen van een getal overbodige gegevens schrappen prijs berekenen als de eenheidsprijs.
Mijn Inkomsten en uitgaven. Even voorstellen… HOEVEEL ZAKGELD KRIJG JIJ PER WEEK?
Mijn Inkomsten en uitgaven (1 m.) Klassikale aftrap
Instructie hfst 1 klas 3tl. Koopkracht Koopkracht= hoeveel kun je kopen met je geld Inflatie= algemene prijsstijging Koopkrachtstijging= loonstijging.
Sales Management © 2014 | Noordhoff Uitgevers bv.
Praktijkgericht financieel management © 2009 | Noordhoff Uitgevers bv.
Spreekbeurt van [jouw naam].
Procentuele afname berekenen
Procentuele toename berekenen
Rekenen.
Blok 3 Zorg of bemoeizucht?
Rekenen met procentuele afname
2 VWO deel Diagrammen Driehoeksdiagram 1 1.
7.3 De product-som-methode Drie manieren om in factoren te ontbinden
7.2 Buiten haakjes brengen Ontbinden in factoren
2.1 Oplossen met grafieken Snijpunt grafieken
2.4 Breuken vermenigvuldigen en delen Delen door een breuk
Grafiek van lineaire formule
7.2 Buiten haakjes brengen Zo veel mogelijk factoren
Vmbo 2 economie Ben jij een kritische koper ?
Het vereenvoudigen van breuken
Rekenen Verbanden les 1: gegevens verwerken Verbanden les 2: gegeven in tabellen.
Geld en Welvaart Exameneenheid Consumptie
Rekenen Les 5: rekenen met grafieken, diagrammen en tabellen
Kiezen waar je je geld aan uitgeeft.
Rekenen periode 4: Verbanden
Rekenen Verhoudingen 2f
Rekenen Verbanden les 1: gegevens verwerken Verbanden les 2: gegeven in tabellen.
Hoofdstuk 3 Taalverzorging
§5.4 Nederland migratieland
Transcript van de presentatie:

§1.2 Waar blijft je geld? In deze PowerPoint-presentatie leer je over: Prioriteiten stellen Rekenen met procenten © Noordhoff Uitgevers 2011

Verschillende periodes Je hebt oneindig veel behoeften. Om te bepalen waar je je geld aan uitgeeft, moet je prioriteiten stellen. Primaire behoeften: basisbehoeften (bijvoorbeeld voeding, kleding, woonruimte) Secundaire behoeften: luxe behoeften (bijvoorbeeld computergames, snacks, uitgaan) © Noordhoff Uitgevers 2011

Verschillende periodes Je krijgt € 8,- zakgeld per week. Hiervan besteed je gemiddeld € 2 aan snoep. Hoeveel procent is dit? © Noordhoff Uitgevers 2011

Verschillende periodes Je krijgt € 8,- zakgeld per week. Hiervan besteed je gemiddeld € 2 aan snoep. Hoeveel procent is dit? Formule: x 100% = …% wat waarvan © Noordhoff Uitgevers 2011

Verschillende periodes Je krijgt € 8,- zakgeld per week. Hiervan besteed je gemiddeld € 2 aan snoep. Hoeveel procent is dit? Formule: x 100% = …% wat waarvan Wat moet je in procenten uitdrukken? In procenten waarvan? © Noordhoff Uitgevers 2011

Verschillende periodes Je krijgt € 8,- zakgeld per week. Hiervan besteed je gemiddeld € 2 aan snoep. Hoeveel procent is dit? Formule: x 100% = …% wat waarvan Wat moet je in procenten uitdrukken? € 2 In procenten waarvan? © Noordhoff Uitgevers 2011

Verschillende periodes Je krijgt € 8,- zakgeld per week. Hiervan besteed je gemiddeld € 2 aan snoep. Hoeveel procent is dit? Formule: x 100% = …% wat waarvan Wat moet je in procenten uitdrukken? € 2 In procenten waarvan? © Noordhoff Uitgevers 2011

Verschillende periodes Je krijgt € 8,- zakgeld per week. Hiervan besteed je gemiddeld € 2 aan snoep. Hoeveel procent is dit? Formule: x 100% = …% wat waarvan Wat moet je in procenten uitdrukken? € 2 In procenten waarvan? € 8 © Noordhoff Uitgevers 2011

Verschillende periodes Je krijgt € 8,- zakgeld per week. Hiervan besteed je gemiddeld € 2 aan snoep. Hoeveel procent is dit? Formule: x 100% = …% wat waarvan Wat moet je in procenten uitdrukken? € 2 In procenten waarvan? € 8 x 100% = € 2 € 8

Verschillende periodes Je krijgt € 8,- zakgeld per week. Hiervan besteed je gemiddeld € 2 aan snoep. Hoeveel procent is dit? Formule: x 100% = …% wat waarvan Wat moet je in procenten uitdrukken? € 2 In procenten waarvan? € 8 x 100% = 25% € 2 € 8