of : “Kunststoffen” … of : “Plastics” ...

Slides:



Advertisements
Verwante presentaties
Inleiding in de RedOx chemie
Advertisements

2 Materie in 3 toestanden: vaste stof, vloeistof en gas
Materie, energie en leven
Soorten evenwichten 5 Havo.
Materialen en moleculen
Door stofomzettingen nieuwe moleculen maken
D4: Kunststoffen Algemeen
of : “Kunststoffen” … of : “Plastics” ...
Zuivere stoffen en mengsels
Scheikunde stoffen en eigenschappen
Klinische Chemie Leereenheid 4 Evelien Zonneveld 15 december 2005.
Stoffen en stofeigenschappen
Hoofdstuk 7 Elektrische structuur van de halfgeleider
7 Reacties met elektronenoverdracht
Hoofdstuk 4 Moleculaire stoffen
Hoofdstuk 2 Moleculaire Stoffen
of : “Kunststoffen” … of : “Plastics” ...
Verbindingen Klas 4.
Macromoleculaire stoffen Eiwitten & Koolhydraten
Hoofdstuk 2 Samenvatting
Polymeren.
Examentraining Havo 5.
Moderne industriële productie
Elektrische verschijnselen
warmte Warmte is een energievorm en is niet hetzelfde als temperatuur.
Innovatieve materialen
Herhaling paragraaf 4.3 en 4.4
Stoffen en hun eigenschappen
9.3 Reacties van alkanen en alkenen
Stoffen en deeltjes 4T Nask2 1.1 Wat zijn stoffen?
4.4 Chemische reacties 4T Nask1 H4 Stoffen.
Food or Fuel H3 Grondstoffen.
STOFFEN – HET MOLECUULMODEL
Zuivere stof Dezelfde bouwstenen, meestal moleculen
Voortgezette assimilatie =
Hoofdstuk 3 Stoffen en reacties
of : “Kunststoffen” … of : “Plastics” ...
Conceptversie.
Voortgezette assimilatie =
Samenvatting Conceptversie.
Chemische bindingen Kelly van Helden.
ZOUTEN METALEN MOLECULAIRE STOFFEN HAVO 4 - BRP.
Scheikunde 4 W&L.
KOOLSTOFCHEMIE organische chemie
Soorten kunstharsen “Bindmiddelen”
Bindingstypen en eigenschappen van stoffen
Nova Scheikunde VWO hoofdstuk 1
Additie polymerisatie
Polyetheen Monomeer polymeer.
Kunststoffen Thermoharders (ontbinden bij opwarming)
9.3 Reacties van alkanen en alkenen 4T Nask2 9 Koolstofchemie.
Metalen & opfris molberekeningen Scheikunde Niveau 4 Jaar 1 Periode 3 Week 2.
HW voor deze les: mk opg. 8 t/m 11 (vorige les: 1 t/m 7)
Hoofdstuk 4 Mengen en scheiden
NASK 2 3VMBO-T Thema 6 samenvatting. Basisstof 1: metalen en metaalmengsels Metalen hebben de volgende gemeenschappelijke eigenschappen. Metalen glanzen.
INTRODUCTIECURSUS BOUWCHEMIE HOOFDSTUK 5: ORGANISCHE CHEMIE.
Scheikunde klas 3 Herhaling
8.4 Moleculen en atomen Praktikum 36: Vragen:
Additie polymerisatie
KUNSTSTOFTECHNOLOGIE KSTE 1.2
Voortgezette assimilatie 1
CPOL Additieven Vulstoffen.
Carbon Black.
1.3 Stofeigenschappen Kenmerk van een stof.
of : “Kunststoffen” … of : “Plastics” ...
Hoofdstuk 10 Polymeren.
Materialenleer. TransferW
Kunststoffen – nylon (PA)
Polyetheen Monomeer polymeer Paragraaf 15.4.
Voortgezette assimilatie 1
Transcript van de presentatie:

of : “Kunststoffen” … of : “Plastics” ... POLYMEREN of : “Kunststoffen” … of : “Plastics” ...

Polymeren Wat / Naam ? Gr.: poly (veel) + meras (delen) = “stoffen die bestaan uit lange ketens van zich herhalende moleculaire groepen” (monomeren) Meeste monomeren : stam van C-atomen (--> organische stoffen)

Polymeren Wat / Naam ? Voorbeeld : poly-ethyleen (poly-etheen) Notatie van een Polyethyleen-molecuul

Polyethyleen-molecuul Atoomstructuur buitenste atoomschil van C-atoom bevat 4 elektronen --> kan nog 4 elektronen opnemen Aan beide kanten van etheen- molecuul ander etheen molecuul --> Ontstaan lange keten Fysische structuur Erg lange ketens --> verward & verstrengeld --> meer of minder “kristallijn”, of “amorf”

Polymeren Wat / Naam ? Voorbeeld : poly-ethyleen (poly-etheen) Vergelijking met andere materialen Atomen binnen monomeer : zeer sterk aan elkaar gebonden (meestal covalent) Binding tussen aaneengeregen monomeermoleculen (= binnen polymeerketen): ook covalent Polymeren met lange ketenmoleculen : normaliter zwakker dan keramieken of metalen : Onderling slechts aan elkaar gebonden door zwakke elektrostatische krachten (“Vanderwaalskrachten”) Onder belasting : ketens uit elkaar glijden !... => versteviging (diverse mogelijkheden : vulstoffen, vertakte keten, “cross-links”, ...)

Polymeren “Polymeren” : ook natuurlijk Ook dierlijke eiwitten = polymeren Ook : dennen-hars, schellak, natuurrubber Hout = ketens cellulosemoleculen, aan elkaar gehouden door een ander natuurlijk polymeer “Kunststof” = polymeer met allerlei toevoegingen “Plastic” : plastisch, kneedbaar

Polymerisatie-reacties (1) Additiepolymerisatie : de moleculen worden achter elkaar gekoppeld , als kralen aan een ketting De dubbele binding verdwijnt. Uitgangsmateriaal = monomeer in oplossing, emulsie, dampvorm, of gewoon onverdunde vloeistof Schakels in polymeer : zelfde chemische samenstelling als monomeermolecuul

Polymerisatie-reacties (2) Condensatie-polymerisatie : een nieuw molecuul hecht zich aan een ander molecuul tijdens de vormingsreactie want de moleculen hebben geen dubbele binding Schakels in polymeer : andere chemische samenstelling dan uitgangsmaterialen Vorming van bijprodukt (water / “condensatie”) Nylon-6,6

Polymerisatie-reacties (3) BIJZONDERE GEVALLEN : Polyadditie : (combinatie 1 & 2) condensaat wordt ook in de keten opgenomen op een andere plaats Cross-linking : vorming van sterke chemische bruggen (‘cross-links’ / dwarsverbindingen) tussen de ketens Materiaal dat ontstaat is in feite één macromolecuul Vb.: Epoxyharsen

Polyvinylchoride / Polypropyleen Basis : C2H4 (ethyleen) Vervang één H door Cl --> Polyvinylchloride (PVC) Vervang H door CH3 --> Polypropyleen (PP)

Co-polymerisatie = Polymerisatiereactie waarbij polymeerketting ontstaat die (twee) verschillende monomeren bevat één van beide bouwstenen uitsluitend in hoofdketen, andere in zijketen atactisch (onregelmatige plaatsing) isotactisch (zijgroepen steeds aan zelfde kant) syndiotactisch (zijgroepen alternerend aan hoofdketen) & Katalysatoren --> +/- onbeperkte waaier eigenschappen Blz. 262 hoofdketen zonder bijketens A = monomeer met chemische samenstelling A B = monomeer met chemische samenstelling B

Tg : “Glasovergangstemperatuur” - “Glastemperatuur” = “glaspunt” ; “glas-rubber-overgangstemperatuur”, verwekingstemperatuur”; = temperatuur waarbij polymeer verweekt Bij T > Tg : amorf polymeer = rubberachtige “vloeistof” ketens kunnen over elkaar glijden (vloeien; “plastic”) Bij T < Tg : materiaal = vaste, glasachtige stof Heterogeen Mengsel : beide componenten hebben eigen Tg

Soorten Polymeren (1) Thermoplasten, Thermoharders, Rubbers Indeling op basis van temperatuur-afhankelijk gedrag : Thermoplasten: verweken (plastisch) bij hogere temperatuur Rubbers, elastomeren: bij kamertemperatuur al verweekt Thermoharders: niet verweekt (of zelfs verhardt) bij hogere temperatuur. Bij te hoge temperatuur--> ontleding Tg “rubbertraject”

Soorten Polymeren (2) Thermoplasten, Thermoharders, Rubbers

Thermoplasten Wat ? : lange keten moleculen met zwakke bindingen tussen ketens; verweken en evt. smelten bij verwarming Structuur : Amorf of Kristallijn Temperatuur effecten : Amorfe zones worden visceuze vloeistoffen boven Tg (vergelijkbaar met gelatine) Kristallijne zones slaan rubberfase over en smelten bij Tsmelt. VdW-bindingen breken allemaal tegelijk Eigenschappen : Makkelijk (her-)vormbaar / recycleerbaar boven Tg Gebruik normaliter beperkt tot matige temperaturen Verhoging kristalliniteit verhoogt sterkte en stijfheid, verlaagt geleidbaarheid Voorbeelden : Polyethyleen (PE), polyvinylchloride (PVC) Amorf Semi-kristallijn

B. Thermoharders Wat ? : 3-dimensionaal netwerk van ketens met vele cross-links, welk na vorming en verwarming de 3-D structuur zal behouden Structuur : normaliter Amorf Temperatuur effecten : (Lichte) verweking boven Tg (glastemperatuur); maar blijft een vaste stof Bij hoge temperatuur : ontleding, verkoling, ... Eigenschappen : Hard, zeker beneden Tg Kan tegen vervorming onder belasting Hogere temperatuur capaciteiten dan thermoplastics Voorbeelden : Fenolen, Expoxyharsen Cross-linking structuur

C. Elastomeren (incl. rubbers) Wat ? : Capaciteit tot zeer grote elastische vervorming (> 100%), maar terugkeer tot originele vorm na wegnemen belasting Structuur : Lange ketens, met enkele cross-links tussen ketens Temperatuur effecten : Bros beneden Tg (glastemperatuur) Erg elastisch boven Tg Eigenschappen : Naarmate cross-link dichtheid toeneemt stijgen sterkte en stijfheid, doch daalt ductiliteit Voorbeelden : Natuurrubber (poly-isopreen), Siliconen ‘S’ cross-linking bij Natuurrubber

Soorten Polymeren (2) Indeling volgens Chemische Samenstelling

Versterkingsmethoden Lineaire polymeren Vertakte polymeren Cross-linking Ketenverstijving Toevoegmaterialen Lange dunne ketens; met elkaar verstrengeld, doch afzonderlijke polymeerketens Bindingskrachten = vanderwaalskrachten waterstofbinding interactie tussen polaire groepen Buiging = rond C-’bolscharnieren’ Hoge hogere polymerisatie-graad <--> grotere trek- & druk-sterkte Buigzaamheid = afhank. van mate van vervlochten zijn + van onderlinge oriëntatie in ruimte (kristallijn / amorf)

Versterkingsmethoden Lineaire polymeren Vertakte polymeren Cross-linking Ketenverstijving Toevoegmaterialen Veel sterker vervlochten polymeer-ketens --> Grotere stijfheid Speciale katalysatoren en bijzondere procestechnieken voor bevordering vertakkingen N.B.: Veel elastomeren na vulkanisatie hebben vertakte structuur.

Versterkingsmethoden Lineaire polymeren Vertakte polymeren Cross-linking Ketenverstijving Toevoegmaterialen ‘Cross-links’ = chemische brug-verbindingen (H-brug / S-brug) Ketens die zich tijdens polymerisatie-reactie met elkaar verbinden Structuur = zeer sterk & stijf Meer cross-links : grotere stijfheid minder chemisch oplosbaar niet of minder hersmeltbaar Thermoharders

Versterkingsmethoden Lineaire polymeren Vertakte polymeren Cross-linking Ketenverstijving Toevoegmaterialen Ketenstijfheid door substitutie met omvangrijke moleculaire groepen Voorbeeld : PS (polystyreen)

Versterkingsmethoden Lineaire polymeren Vertakte polymeren Cross-linking Ketenverstijving Toevoegmaterialen Vulstoffen in plastics hout, asbest, zand, glas rol = eigenschappen als treksterkte en hardheid verbeteren Weekmakers Aantrekkende krachten tussen ketens nemen af Smeermiddel Overig andere doel dan mech. eig.-schappen anti-oxidantia, UV-absorbers, kleur-stoffen, vlamvertragende middelen, cross-link middelen

Fabricagetechnieken (1) Spuitgieten Persen

Fabricagetechnieken (2) Blazen Extrusie

Composieten Composiet = 2 of meer materialen gecombineerd tot een nieuw materiaal met andere eigenschappen dan de afzonderlijke componenten Natuurlijke composieten : bv. hout Kunstmatige composieten wapeningsmateriaal vulstoffen deklagen vb.: triplex, multiplex