Vijfrijkensysteem volgens Whittaker
Inleiding 350 000 plantensoorten 2 000 000 diersoorten Zij kregen allemaal een wetenschappelijke naam. in het Latijn binominaal: geslachtsnaam (met hoofdletter) soortnaam of bijvoegsel (met kleine letter) afkorting: familienaam van de naamgever Inleiding
Voorbeeld: Opmerking: Equus caballus L. (paard) Equus asinus L. (ezel) Equus: behoren tot hetzelfde geslacht caballus asinus: behoren niet tot dezelfde soort L.: Linnaeus heeft deze soorten benoemd. Opmerking: De soortnaam “officinale” verwijst naar “apotheek”. Dit zijn vaak geneeskrachtige kruiden. Inleiding
Robert H. Whittaker introduceerde vijfrijkensysteem: Monera (bacteriën) Protista (ééncelligen) Fungi Planten Dieren Inleiding
Rijk 1: Monera of prokaryoten = eenvoudigste organismen, waarbij het erfelijk materiaal niet omgeven is door een kernmembraan een cel van een Monera een hogere cel Rijk 1: Monera of prokaryoten
Rijk 1: Monera of prokaryoten kenmerk Monera hogere cellen Grootte Erfelijk materiaal (DNA) Kern zeer klein groter niet in een kern in de kern geen aparte celkern met kernmembraan Rijk 1: Monera of prokaryoten
Rijk 1: Monera of prokaryoten Voorbeelden van Monera: blauwwieren bacteriën Rijk 1: Monera of prokaryoten
Rijk 2: Protista of ééncelligen = ééncellige organismen met een echte, door een membraan omgeven kern het pantoffeldiertje http://www.schooltv.nl/beeldbank/clip/20030611_pantoffeldiertje01 http://www.schooltv.nl/beeldbank/clip/20030611_pantoffeldiertje02 Rijk 2: Protista of ééncelligen
Rijk 3: Fungi Zwammen niet-groene, heterotrofe organismen (heterotroof = niet-zelfvoedend) voeden zich door opname van organisch materiaal (levend of dood plantenmateriaal, …) Rijk 3: Fungi
typisch plantaardige kenmerken typisch dierlijke kenmerken Fungi typisch plantaardige kenmerken typisch dierlijke kenmerken celwand regelmatige cellen geen bladgroen heterotroof Rijk 3: Fungi
sporen celwand Rijk 3: Fungi
Belangrijk voor de mens !!! Bacteriën en Fungi leven van hetzelfde voedsel. Fungi maken stoffen aan waardoor bacteriën in hun buurt gedood worden. Mensen halen stoffen uit Fungi om bacteriën te doden = antibiotica vb. Penicilline uit Penseelschimmel Rijk 3: Fungi
Voorbeelden van Fungi: vliegenzwam grauwe schimmel op tomaat Rijk 3: Fungi
Rijk 4: Planten celwand vacuole kern cytoplasma celmembraan bladgroenkorrels Rijk 4: Planten
kenmerk planten Bladgroenkorrels Beweging Voedingswijze Vorm van de cellen Celwand Celmembraan aanwezig zelden autotroof regelmatig aanwezig aanwezig Rijk 4: Planten
Rijk 5: Dieren kern cytoplasma celmembraan Rijk 5: Dieren
kenmerk dieren Bladgroenkorrels Beweging Voedingswijze Vorm van de cellen Celwand Celmembraan afwezig meestal heterotroof onregelmatig afwezig aanwezig Rijk 5: Dieren
Samenvatting kern met kern-membraan? ééncellig of meercellig? celwand? autotroof of heterotroof? Monera Protista Fungi Planten Dieren autotroof of heterotroof neen ééncellig ja autotroof of heterotroof ja ééncellig mogelijk ja meercellig ja heterotroof ja meercellig ja autotroof ja meercellig neen heterotroof Samenvatting
dieren planten protista monera dieren fungi dieren Oefening