Nieren, regulatie urine, vochthuishouding, diurese, clearance, GFR Les 9 Nier Nieren, regulatie urine, vochthuishouding, diurese, clearance, GFR ANZN 1e leerjaar - Les 9 - ©Matthieu Berenbroek, 2000-2011
ANZN 1e leerjaar - Les 9 - ©Matthieu Berenbroek, 2000-2011 Nieren Woordbetekenis Ren (L) b.v Art. renalis / vena perirenaal steunvet nefros (G) b.v nefrologie nefron functionele niereenheid ANZN 1e leerjaar - Les 9 - ©Matthieu Berenbroek, 2000-2011
ANZN 1e leerjaar - Les 9 - ©Matthieu Berenbroek, 2000-2011 1 diafragma 2 v. cava inferior 3 bekkenbeenkam 4 uterus 5 urineblaas 6 bijnier 7 nier 9 aorta 10 ureter 11 snijrand peritoneum LG, fig. 2.3.1a, blz. 194 ANZN 1e leerjaar - Les 9 - ©Matthieu Berenbroek, 2000-2011
ANZN 1e leerjaar - Les 9 - ©Matthieu Berenbroek, 2000-2011 1 ribben 2 nier 3 wervelkolom 4 bekken LG, fig. 2.3.1b, blz. 194 ANZN 1e leerjaar - Les 9 - ©Matthieu Berenbroek, 2000-2011
ANZN 1e leerjaar - Les 9 - ©Matthieu Berenbroek, 2000-2011 Macroscopische bouw Nierschors, gespikkeld door lichaampjes van Malpighi Niermerg,streperig door verzamelbuizen in piramiden, nierkelken Nierbekken (pyelum), aantal nierkelken naar nierbekken, naar ureter LG, blz. 195 e.v. ANZN 1e leerjaar - Les 9 - ©Matthieu Berenbroek, 2000-2011
ANZN 1e leerjaar - Les 9 - ©Matthieu Berenbroek, 2000-2011 Nierfuncties / nier Productie van urine water/zoutregulatie zuurgraadregulatie regeling, osmotische druk uitscheiding afvalstoffen, eigen en vreemd Bloeddrukregulatie Stimuleert de aanmaak van rode bloedcellen (erytropoëtine = hormoon) activeert vitamine D ANZN 1e leerjaar - Les 9 - ©Matthieu Berenbroek, 2000-2011
ANZN 1e leerjaar - Les 9 - ©Matthieu Berenbroek, 2000-2011 Nieren, functie Regulatie van vocht en zouten 47 - 55 % is water (vocht) bij kinderen nog meer is dus voor een groot deel regulatie van osmotische druk ADH (Anti-Diuretisch Hormoon) vochthuishouding ANZN 1e leerjaar - Les 9 - ©Matthieu Berenbroek, 2000-2011
Regulering zouthuishouding Aldosteron Na+ K+ (K+ ook nier) PTH Ca+ Mg+ fosfaat Parahormoon of parathyroïd hormoon Calcitonine Ca+ fosfaat Mg+ net als K+ door de nier Cl- volgen de positieve ionen (kationen) retentie = terughalen, dus in bloed verhoogd depletie = uitscheiden, dus in bloed verlaagd ANZN 1e leerjaar - Les 9 - ©Matthieu Berenbroek, 2000-2011
ANZN 1e leerjaar - Les 9 - ©Matthieu Berenbroek, 2000-2011 Nier vervolg Bijzondere bloedcirculatie Aanvoer arteria renalis Afvoer vena renalis 1,2 l. Doorstroom per minuut = 1700 l/dag concentrerend en verdunnend vermogen, doel osmotische waarde constant houden Nier => ureter (urineleider) => blaas => urethra (urinebuis) ANZN 1e leerjaar - Les 9 - ©Matthieu Berenbroek, 2000-2011
ANZN 1e leerjaar - Les 9 - ©Matthieu Berenbroek, 2000-2011 Nefron Functionele eenheid, die zelfstandig een druppel urine kan produceren elke nier heeft er 1 miljoen. Opbouw elke nefron: Kapsel van Bowman tubulus contortus I of proximale tubulus lis van Henle tubulus contortus II of distale tubulus verzamelbuisjes ANZN 1e leerjaar - Les 9 - ©Matthieu Berenbroek, 2000-2011
ANZN 1e leerjaar - Les 9 - ©Matthieu Berenbroek, 2000-2011 1 interlobulaire arterie 2 vas efferens 3 glomerulus 4 kapsel van Bowman 5 tubulus contortus I 6 lis van Henle 7 interlobulaire vene 8 juxtaglomeru-laire cellen 9 vas afferens 10 tubulus contortus II 11 verzamelbuis 12 nierbekken LG, fig. 2.3.4b, blz. 197 ANZN 1e leerjaar - Les 9 - ©Matthieu Berenbroek, 2000-2011
Nefron processen / ultrafiltratie (Ultra) filtraat (voorurine) o.i.v. de bloeddruk in het Kapsel van Bowman ultrafiltraat = plasma zonder cellen en eiwitten Bloeddruk in de glomerulus = +45 mm Hg COD van plasmaeiwitten = - 25 mm Hg druk in het kapsel zelf = - 10 mm Hg ______________ Druk verschil = +10 mm Hg ANZN 1e leerjaar - Les 9 - ©Matthieu Berenbroek, 2000-2011
Bloedaanvoer naar de nieren Cardiac output (HMV) in rust 5 liter/minuut Nieren daarvan 20% = 1 liter/minuut 1 liter voor beide nieren 600 ml plasma en 400 ml cellen filtratiefractie = 0,2 => 120 ml per minuut wordt gefilterd. 24 uur x 60 min. x 120 ml = 170 liter filtraat ANZN 1e leerjaar - Les 9 - ©Matthieu Berenbroek, 2000-2011
ANZN 1e leerjaar - Les 9 - ©Matthieu Berenbroek, 2000-2011 Drukverschillen Alle processen draaien om drukverschillen: osmose (concentratieverschillen) filtratie (druk- en concentratie verschillen) Bloeddruk in de glomerulus 40 - 50 mm Hg Normaal druk : 30 mm Hg ANZN 1e leerjaar - Les 9 - ©Matthieu Berenbroek, 2000-2011
Nefron processen/ terugresorptie 1,5 tot 2 liter urine per dag is norm Van de 180 liter voorurine of ultrafiltraat wordt 99% geresorbeerd Terugresorptie is selectief, nuttige stoffen terug naar bloed, schadelijke stoffen naar urine glucose = suiker terug ureum = afvalstof eiwitstofwisseling naar urine urine bevat: 10 gram zout (1 % - 99 %), dus terugresorptie ruim 1 kilo zout proximaal 80% terugresorptie van: glucose, Na en water (water met name in lis van Henle) distaal circa 6% terugresorptie, hormonaal, aldosteron, ADH en PTH ANZN 1e leerjaar - Les 9 - ©Matthieu Berenbroek, 2000-2011
Regulatie urine hoeveelheid Afhankelijk van de opname Drinken Vocht in het eten Uitscheiding Zweten (ook de onmerkbare, zweet is niet zout) Vocht via uitademing Diarree urineproduktie ANZN 1e leerjaar - Les 9 - ©Matthieu Berenbroek, 2000-2011
ANZN 1e leerjaar - Les 9 - ©Matthieu Berenbroek, 2000-2011 Vochtbalans ANZN 1e leerjaar - Les 9 - ©Matthieu Berenbroek, 2000-2011
ANZN 1e leerjaar - Les 9 - ©Matthieu Berenbroek, 2000-2011 Vochtverlies per dag Onmerkbare afgifte via de huid, is meer de uitdroging van de huid. Vochtverlies middels transpiratie gaat via de zweetklieren ANZN 1e leerjaar - Les 9 - ©Matthieu Berenbroek, 2000-2011
Regulatie urine vervolg Vasopressine of ADH (anti-diuretisch hormoon) bepaalt hoeveel vocht in de urine Elektrolyten onder invloed van aldosteron Na+ en K + Diuretica of plastabletten zorgen ervoor dat de nier minder zout resorbeert dus… ook minder water!!!! ANZN 1e leerjaar - Les 9 - ©Matthieu Berenbroek, 2000-2011
ANZN 1e leerjaar - Les 9 - ©Matthieu Berenbroek, 2000-2011 diurese Hoeveelheid door de nieren geproduceerde urine vorming van urine door de nieren Goede maat voor de circulatie, verminderde diurese bij drukproblemen (pre-renaal) ANZN 1e leerjaar - Les 9 - ©Matthieu Berenbroek, 2000-2011
Klaring of clearance (van een stof) Aantal ml. Bloedplasma dat per minuut volledig van een bepaalde stof wordt gezuiverd; gedaan op 24-uurs urine plasmaconc. X hoev = urineconc. X hoev. Is een goede of nauwkeurige maat voor de nierfunctie ANZN 1e leerjaar - Les 9 - ©Matthieu Berenbroek, 2000-2011
ANZN 1e leerjaar - Les 9 - ©Matthieu Berenbroek, 2000-2011 Creatinine bepaling Creatinine plasmaconcentratie lijkt een goede maat voor het bepalen van nierfunctie, DUS NIET pas bij 50% nierfunctie verlies treedt er stijging op van plasma-creatinine waarde reserve functie van de nieren (donor) ANZN 1e leerjaar - Les 9 - ©Matthieu Berenbroek, 2000-2011
GFR (Glomerulaire filtratie snelheid) Norm = 120 ml plasma/minuut te meten met inuline: wel filtratie geen excretie geen terugresorptie meestal creatinine klaring als maat voor GFR, iets te hoge meting 140 ml/min. Creatinine bij 1 persoon vrij constant ANZN 1e leerjaar - Les 9 - ©Matthieu Berenbroek, 2000-2011
Urinebestanddelen normale abnormale Water, helder (doorzichtig) 95% ureum afvalproduct eiwit urinezuur afvalproduct eiwit creatinine afvalproduct spieren zouten (o.a. NaCl) lichtgeel van kleur (urobiline =galkleurstof geconcentreerd =oranje geel vitamine C (teveel) hormonen (zwangerschap) vormelementen (cellen) Bloed (pas op menstruatiebloed) eiwit (glomerulonephritis) glucose (diabetes) ketonen (ernstige diabetes) urobiline (icterus = geelzucht) ery’s (hematurie) leuko’s (ontsteking blaas nieren) bacteriën (ontsteking) afbraakproducten medicijnen ANZN 1e leerjaar - Les 9 - ©Matthieu Berenbroek, 2000-2011