Het talentontwikkelend model binnen de atletiek Berghmans, Bil, Delecluse, Ponnet, Pottie, Van Driessche
Deel 5: De praktische invulling van een jaarplanning
Hoofdstuk 1: Inleiding Hoofdstuk 2: De jaarplanning Hoofdstuk 3: De periodeplanning Hoofdstuk 4: Een trainingssessie
Hoofdstuk 1: Inleiding Geen echte trainingsperiodisering Wel voldoende variëren binnen het bewegingsaanbod. Periodeplanning: - Nagaan of alle elementen van algemene en specifieke referentiekaders aan bod komen. - Nagaan of de verschillende trainingsdoelstellingen in een juiste verhouding worden aangeboden.
Natuurlijke periodisering Hoofdzakelijk Balspelen in winter Turnen in winter indien zaal beschikbaar Werpen in lente en zomer Springen in lente en herfst Lopen kan heel het jaar Accommodatie beschikbaar ? Weer en seizoenen Examenperiodes Vacantieperiodes
Hoofdstuk 2: De jaarplanning Wordt opgemaakt door hoger opgeleide Legt accenten in het jaarverloop. Geeft de verhouding aan tussen de verschillende trainingsdoelstellingen. Geeft aan hoe de verschillende componenten van de talentontwikkeling zich in belangrijkheid verhouden tot elkaar.
500 trainingscomponenten 50 trainingsweken of 100 trainingssessies 85 keer WERPEN SPRINGEN 180 keer LOPEN 75 keer BALSPELEN 50 keer CONDITIE 25 keer TURNEN Elke training duurt ongeveer 1u 30min Per training vijf componenten Elke bouwsteen wordt 15 tot 20min geoefend. Omvangrijk = moeilijk werkbaar periodeplanning
Hoofdstuk 3: De periodeplanning Geen echte trainingsperiodisering in functie prestaties Wel voldoende variëren binnen het bewegingsaanbod. Periodeplanning: - Nagaan of alle elementen van algemene en specifieke referentiekaders aan bod komen. - Nagaan of de verschillende trainingsdoelstellingen in een juiste verhouding worden aangeboden.
100 doelstellingen (20 trainingssessies = 10 weken) Veronderstelling: 100 doelstellingen (20 trainingssessies = 10 weken) 30 algemene doelstellingen 70 atletiekspecifieke doelstellingen 36 Lopen 17 Werpen 17 Springen 15 Balspelen 10 Conditie 5 Turnen 24 snelheid 12 uithouding 12 cyclisch 12 hindernis
Periodeplanning VARIATIE 100 doelstellingen = 100 trainingsonderdelen = 20 trainingssessies = 10 weken 12 Lopen snelheid / cyclisch 12 Lopen snelheid / hindernis 12 Lopen snelheid / uithouding 17 Werpen 15 Balspelen 5 Coördinatie 5 Conditie 5 Turnen 17 Springen VARIATIE = 5 onderdelen per sessie
Hoofdstuk 4: Een trainingsessie 90 minuten Telkens 15 à 20 minuten
4.1 Het bijsturen van een spelvorm Toezien of de beoogde trainingsdoelstellingen worden gerealiseerd. 4.2 trainingsomvang en trainingsintensiteit Trainingsomvang stijgt met de leeftijd Trainingsintensiteit stijgt systematisch onder invloed van groei en maturatieproces. 4.3 Van ‘spelend aanleren van atletiek- vaardigheden’ naar ‘basistraining’ en ‘topsporttraining’ Verschuiven van spelvormen via speelse oefenvormen naar oefenvormen Basistraining blijft gericht op brede talentontwikkeling