De Romeinse samenleving

Slides:



Advertisements
Verwante presentaties
Het oude Rome.
Advertisements

België Onze geschiedenis.
Samenleving en cultuur
Romeinse tijd De Romeinen.
Middeleeuwen van 500 CA CA. Lukas en Julien.
Middeleeuwse steden H5 par. 5.3.
Hoofdstuk 4 De middeleeuwen 1
Tijdvak: Steden en Staten
De ondergang van het West-Romeinse rijk
Kenmerk 6: De groei van het Romeinse imperium, waardoor de Grieks-Romeinse cultuur zich in Europa verspreidde Les 2: De Romeinse klassenmaatschappij.
Vrij en onvrij Grieken en Romeinen Vroegmoderne tijd Moderne tijd
Burgers regelen het zelf
H.4 – Steden en Staten Paus en keizer De kruistochten Ontstaan steden
4.1 De Pruikentijd.
Machtige heren, halfvrije boeren
Kenmerk 4: De ontwikkeling van wetenschappelijk denken en de ontwikkeling van het denken over burgerschap en politiek in de Griekse stadstaat Les 1: Graecia;
Les 5 - Groei van de Steden
Kenmerk 4: De ontwikkeling van wetenschappelijk denken en de ontwikkeling van het denken over burgerschap en politiek in de Griekse stadstaat Les 4: Griekenland,
Kenmerk 6: (a) De groei van het Romeinse imperium, (b) waardoor de Grieks-Romeinse cultuur zich in Europa verspreidde Les 6: De Romeinen en hun bestuur.
Kenmerk 6: (a) De groei van het Romeinse imperium, (b) waardoor de Grieks-Romeinse cultuur zich in Europa verspreidde Les 2: De Romeinen en hun bestuur.
Kenmerk 30 De democratische revoluties in westerse landen met als gevolg discussies over grondwetten, grondrechten en taatsburgerschap Les 1: Oorzaken.
Kenmerk 5: (a) De groei van het Romeinse imperium, (b) waardoor de Grieks-Romeinse cultuur zich in Europa verspreidde Les 16: Ontwikkelingen in het Imperium.
Kenmerk 5 (a) De groei van het Romeinse imperium, (b) waardoor de Grieks-Romeinse cultuur zich in Europa verspreidde Les 14: Van Republiek naar Keizerrijk.
Les 16: De Grieken zijn niet gelijk.
Hoofdstuk 1 Reformatie en Opstand
Hoofdstuk 2.
Het bestuur van de stadstaat
Paragraaf 5.3 De macht van vorsten.
Rome!.
1 opdracht 2 a. Ze was koningin van Egypte (51-30 v. Chr.). b. Sinds de verovering van Egypte door Alexander de Grote (332) maakte Egypte deel uit van.
Het bestuur van de republiek
BRUGGE: STAD IN DE MIDDELEEUWEN
De Romeinen en hun staatsvorm
Hoofdstuk V: Rome Les 3: Het Bestuur
Romeinse stad en platteland
Hoofdstuk 3 De Romeinen.
Hoofdstuk 3.
Hoofdstuk V: Rome Les 3 - par 2 – Romeinse samenleving
Hoofdstuk V: Rome Les 6: Romanisering
Wat de Nederlandse Opstand is
Paragraaf 4.2 Romeinse samenleving.
Hoofdstuk III: Griekenland Les 3: Par 2, Het bestuur van de polis
Nederland Les 6: De Gouden Eeuw; Sociale aspecten
Hoofdstuk 4 De Nederlanden
De late middeleeuwen, 900 – 1600.
Baas boven baas.
Bestuur in andere landen
De Republiek der zeven verenigde nederlanden
Monniken en Ridders Hoofdstuk 3.
Mare nostrum ’onze zee’
Paragraaf 2 Er komen weer steden.
Tijd van Monniken en Ridders
Fascisme en nationaal- socialisme Hoofdstuk 1. Wat gaan we doen? Verschillen en overeenkomsten De Republiek van Weimar Het Derde Rijk Opdrachten.
Tijd van Grieken en Romeinen 4.2 De Romeinse samenleving.
Koning: 3 functies Legerbevelhebber Opperpriester Opperrechter 6.
Monniken en ridders 5.3 Machtige heren, halfvrije boeren
Tijd van burgers en stoommachines 1800 – 1900
Absolute vorsten De vorsten (koningen) waren afhankelijk van de adel, de adel betaalde namelijk veel geld en zorgden voor soldaten  een koning is dit.
De vroege middeleeuwen
Hoofdstuk 3 De Grieken.
Hoofdstuk 4 De Romeinen.
Thema 1 Geschiedenis als theater
Thema 2 – les 3 Een nieuw geloof.
Cursus 3.2 : Romeinse Samenleving 1 KGT Lesweek 1
Kenmerk 5: De groei van het Romeinse imperium, waardoor de Grieks-Romeinse cultuur zich in Europa verspreidde Les 11: De Romeinse klassenmaatschappij.
Kenmerk 5: (a) De groei van het Romeinse imperium, (b) waardoor de Grieks-Romeinse cultuur zich in Europa verspreidde Les 16: Ontwikkelingen in het Imperium.
Kenmerk 15 Het conflict in de christelijke wereld over de vraag de wereldlijke of de geestelijke mach het primaat behoorde te hebben Les 27 - Verzet en.
KA 12 - Het ontstaan van feodale verhoudingen in het bestuur KA 09 - De verspreiding van het christendom in geheel Europa Les 22: Karel de Grote.
§2.2 Werken en leven in het Romeinse rijk
§2.1 Van stad tot wereldrijk
Transcript van de presentatie:

De Romeinse samenleving 4.2 De Romeinse samenleving

Arm en Rijk Boeren en stedelingen Boeren erg belangrijk Moesten vaak gaan vechten in veroveringsoorlogen Gezin had moeite met boerderij onderhouden Verkochten boerderij en trokken naar de stad Hier vonden ze vaak geen werk Arm en Rijk

Insulea

Stad als handelscentrum Overal uit het rijk producten Olijfolie en vijgen uit Griekeland Aardewerk uit Frankrijk Hout uit Turkije ijzerwaren uit Duitsland Vis uit Spanje Stad als handelscentrum

Handelaren profiteerden van Vrede Uitgebreide wegennet Gebruik romeinse munt hele rijk

Rijkdom en macht Belangrijkste families: patriciërs Plebs(plebejers) het volk Patriciërs hadden het plebs nodig Rijke plebejers konden zo ook in bestuur komen Rijkdom en macht

Armoede en afhankelijkheid Proletariers ( proles=kinderen) Leefden in woonkazernes Om ze tevreden te houden zorgden bestuurders voor brood en spelen Verbonden zich als cliënt aan rijke burgers In ruil voor voedsel geld en hulp, stemmen en volgen in stoet. Armoede en afhankelijkheid

“Spelen”