Arrest Hendrikx - Peters Opschortingsrecht
Het Arrest Op 17 april 1989 is er een huurovereenkomst gesloten tussen Peters (verhuurder) en M.M.M Hendrikx (huurder). Hendrikx huurt een bedrijfspand. In Augustus 1990 woedt er een brand in het bedrijfspand. Na de brand heeft de verhuurder en pand niet in oude staat hersteld, waardoor het pand niet geheel gebruikt kan worden. In mei 1992 vindt er een contractsovername plaats van M.M.M. Hendrikx aan v.o.f. Gebr. Hendrikx. Op het moment de overname wist de v.o.f. van de brand en van het achterstallig hersteld van het pand. De prijs van de huur is hierdoor niet gedaald. Tot 1 mei 1993 wordt de huur zonder problemen betaald. Op 28 juni 1993 heeft Peters de huurder gesommeerd tot betalen van het achterstallig onderhoud. Daarna heeft de v.o.f. een bedrag van f. 5000,- betaald. Hierna wordt de procedure gestart bij de kantonrecht.
Rechtsgang Kantonrechter Hendrikx beroept zich voor het eerst bij de kantonrechter op het opschortingsrecht. Uitspraak: De rechter acht het niet mogelijk om het opschortingsrecht pas tijdens de procedure in te stellen en omdat Hendrikx Peters niet in verzuim heeft gesteld, geen ingebrekestelling heeft gestuurd, acht hij het niet mogelijk. Om deze redenen: ontbinding van de overeenkomst. 2) Rechtbank De rechtbank stelt de kantonrechter in het gelijk. 3) Hoge Raad De Hoge Raad verwerpt het vonnis van de rechtbank. De Hoge Raad is van mening dat je op ieder moment een beroep kan doen op het opschortingsrecht, dus ook tijdens een gerechtelijke procedure. Ook is er vooraf géén ingebrekestelling nodig. De Hoge Raad verwijst het geding terug naar het Gerechtshof.
Rechtsvragen Moet de huurder voordat hij een beroep doet op het opschortingsrecht eerst een ingebrekestelling versturen? Mag op ieder moment, dus ook tijdens een gerechtelijke procedure, een beroep worden gedaan op het opschortingsrecht?
Context Art. 6:262 lid 1 BW: Indien een der partijen haar verbintenis niet nakomt, is de wederpartij bevoegd de nakoming van haar daartegenoverstaande verplichtingen op de schorten. Gevolgen opschorting: De opschortende partij (Hendrikx) is geen schadevergoeding schuldig aan de wederpartij (Peters). De wederpartij (Peters) kan de overeenkomst (met Hendrikx) niet ontbinden op grond van tekortkoming in de nakoming.