HET PLATTELAND IN DE OVERGANG VAN OUDHEID NAAR MIDDELEEUWEN

Slides:



Advertisements
Verwante presentaties
BOEREN IN DE VROEGE MIDDELEEUWEN
Advertisements

Afbeelding: Vorstendom (Rijnland-Palts)
Samenleving en cultuur
Hofstelsel en leenstelsel
H3 Van Mohammed tot Karel de Grote
Tijd van monniken en ridders
Kenmerk 11 De vrijwel volledige vervanging in West-Europa van de agrarisch-urbane cultuur door een zelfvoorzienende agrarische cultuur, georganiseerd.
De samenleving in de Vroege Middeleeuwen
Middeleeuwen: Monniken en Ridders
Machtige heren, halfvrije boeren
Romeinse Rijk: -goed bestuur -sterk leger Landbouwstedelijke
Het Romeinse Rijk was een agrarisch-urbane samenleving
469 Doop Frankische koning Clovis
Kenmerk 11 De vrijwel volledige vervanging in West-Europa van de agrarisch-urbane cultuur door een zelfvoorzienende agrarische cultuur, georganiseerd.
Kenmerk 14 a Opkomst van de stedelijke burgerij en b De toenemende zelfstandigheid van steden Les 1 - Groei van de Steden.
Kenmerk 11 De vrijwel volledige vervanging in West-Europa van de agrarisch-urbane cultuur door een zelfvoorzienende agrarische cultuur, georganiseerd.
Karel en grote problemen
Aantekening §2 Aids in Afrika.
Paragraaf 3.2 Deze les: Boeren in de Vroege Middeleeuwen
Hofstelsel en horigheid
Hoofdstuk 2.
Machtige heren, halfvrije boeren
Middeleeuwen.
DE MIDDELEEUWSE STAD.
Mijn antwoord op Gods zegeningen! Sabbat 4 januari 2014 We zijn aan een nieuw jaar begonnen en weten niet wat de toekomst ons zal brengen. Wel weten we.
Oudheid ( ca. 800 v.C. tot ca. 500 n.C. )
Steunvragen Havo Top geschiedenis periode 1
Ridders en Horigen Feniks Hoodstuk 4.3.
Hoe was het ook alweer? Oorzaak en gevolg
Romeinse stad en platteland
Hoofdstuk 5: De middeleeuwen, een landbouwsamenleving
Wat moet je weten aan het eind van de les?
DE VROEGE MIDDELEEUWEN
Prehistorie (tot 3000 v. Chr) Oudheid (3000 v. Chr-500 n. Chr.)
Tijd van monniken en ridders
Hoofdstuk V: Rome Les 3 - par 2 – Romeinse samenleving
Goed voorbereid naar de Pabo!
Prehistorie (tot 3000 v. Chr) Oudheid (3000 v. Chr-500 n. Chr.)
De late middeleeuwen, 900 – 1600 NIEUW TIJDVAK (4)
DE VROEGE MIDDELEEUWEN
De vroege (eerste) middeleeuwen
Paragraaf 1 De welvaart neemt toe.
Paragraaf 2, leven op een domein
Ka11. het ontstaan van feodale verhoudingen in het bestuur
Tijd van Monniken en Ridders
De Griekse wereld.  Griekenland was niet één centraal geregeerd rijk maar bestond uit verschillende stadstaten (poleis); zelfstandige staten bestaand.
Week 5 Sociologie en diversiteit SOCIALE ONGELIJKHEID / ONGELIJKHEID TUSSEN GROEPEN / INTERCULTURELE COMMUNICATIE.
H3.1 Hofstelsel en Horigheid
1. globalisering. 1 Weg uit Nederland a Daar zijn de lonen lager. Daar is de productie dus goedkoper. Tot 1989 bestond het IJzeren Gordijn nog. De uitwisseling.
WERELD 3 havo 4 Conflicten, macht en onmacht par 2 t/m 4.
Tijd van Grieken en Romeinen 4.2 De Romeinse samenleving.
De economie van het Romeinse Rijk 200 v.C. – 200 n.C.
WERELD 3 vwo 4 Conflicten, macht en onmacht par 2 t/m 5.
Hoofdstuk 4 Conflicten § 3 Oorzaken gewapende conflicten.
Hoofdstuk 3. De vroege middeleeuwen
De Stad H PPT 01 Ontwikkeling van de gotische stad.
Paragraaf 3.3 Het feodale stelsel
Leven op een domein KA 10 hofstelsel.
Monniken en ridders 5.3 Machtige heren, halfvrije boeren
Hoofdstuk 3 Paragraaf 2 ‘Hofstelsel en horigheid’
Hoofdstuk 3 De tijd van monniken en ridders
Romeinse Rijk: -goed bestuur -sterk leger Landbouwstedelijke
Hoofdstuk 3 De Grieken.
Monniken en ridders 5.3 Machtige heren, halfvrije boeren
De vroege middeleeuwen
Kenmerk 11 De vrijwel volledige vervanging in West-Europa van de agrarisch-urbane cultuur door een zelfvoorzienende agrarische cultuur, georganiseerd.
Economische kringloop
Kenmerk 14 a Opkomst van de stedelijke burgerij en b De toenemende zelfstandigheid van steden Les 30 - Groei van de Steden.
Kenmerk 11 De vrijwel volledige vervanging in West-Europa van de agrarisch-urbane cultuur door een zelfvoorzienende agrarische cultuur, georganiseerd.
Transcript van de presentatie:

HET PLATTELAND IN DE OVERGANG VAN OUDHEID NAAR MIDDELEEUWEN BA – themacollege 2010

Getty villa LA = kopie Herculaneum

Oxford: OUP, 2005.

Demografische verandering en Sociale transformatie Enorme teruggang bevolking; ‘natuur’ wint Grond in overvloed, dus weinig waarde Arbeid schaars, dus veel waarde Leidde tot overdrachten grond aan (onvrije) boeren 2) Centraal gezag verdwijnt; gevaarlijke wereld Machtelozen (boeren) zoeken protectie machtigen (aristocraten) Leidde tot opdrachten grond door (vrije) boeren

Ontwikkeling horigheid Vrije boeren 1) > glebae adstricti 2) verliezen ‘publieke functies’ (leger- en vergaderdienst) Slaven > grondbezitters ‘glebae adstricti’

‘aan de (aard)kluit gebonden’ Glebae adstricti = ‘aan de (aard)kluit gebonden’ (is óók gebonden aan rechtsmacht ‘grondheer’)

GRONDHEERLIJKHEID Grootgrondbezitter oefent ‘heerschappij’(rechtspraak e.d.) uit over de mensen die op zijn grond zijn gevestigd

Post-Romeins Nederzettingspatroon in Westen (Wickham) ‘Netwerk’(?) van duizenden villa’s Verspreide (overige) bewoning platteland (vici, losse hoeven – fundi) Nog betrekkelijk zeldzaam: concentratie op hoger punt (incastellamento)

Sidonius Apollinaris over villa (ca 475) Voor otium Voor ontvangst & tonen rijkdom Voor genereren rijkdom

Het einde van de (post-)Romeinse villa (ca 350-650) Verlaten / verwoest Verlaten voor nieuwe / andere residentie Versimpeld, gedemonumentaliseerd (= verzakelijkt?) Vervangen door kerken of kloosters

Hofstelsel = systematische organisatie van grootgrondbezit in ‘hoven’ (vroon)hof (curtis, villa, domein) = landgoed = ager (cultuurland) + saltus (woeste grond) + mensen

Tweeledige hof/ bipartiet domein (régime domanial classique) ‘Single-block’ Indominicatum (‘deel van de heer’) = hof (‘zaal’) en (zaal)land (ager + saltus) Pars mansionaria (‘hoevendeel’; deel van de horigen) = boerderijen met land

Curtis volgens Jelier Vervloet; NB indicatie saltus ontbreekt!

Varianten hofstelsel Streubesitz (bv ‘Nederland’, Saksen, Toscane) Uitsluitend herenland (= hofstelsel??)

Villae St. Germain des Prés aan zuidzijde Parijs, ca 800 Palaiseau: 117 mansi (‘boerenhoeven’) Jouy: 110 mansi Verrières: 89 mansi Épinay: 43 mansi Thiais: 79 mansi Bron: Wickham, FtEMA, 400.

Domeinadministraties(?) ca 800 Capitulare de villis Polyptieken Brevium exempla ad describendas res ecclesiasticas et fiscales

Capitulare de villis (Helmstadt hs)[check]

Linksboven: Salzburger Bilderhanschrift Capitlare de Villis Linksboven: Salzburger Bilderhanschrift Capitlare de Villis?? [check], 818

Verhulst over ‘hofstelsel’ Alleen ‘gewoon’ tussen ‘Parijs en Aken’ (+ Italië) Ontwikkeling (creatie?) vanaf ca 750 gevolg van: -ontginningen -koninklijk initiatief

Wickham over ‘hofstelsel’ Idee van herhaalde heruitvinding Geen Frankische inventie / monopolie In Francia: Geen antwoord op economische contractie; doel geen ‘autarkie’ integendeel: antwoord op (bescheiden) economische expansie incl commercialisering; grondheren intensiveren surplus-extractie en controle op horigen Probleem: waar/voor wie markt voor output hoven? (‘steden’, leger?)

Agrarische Reproductiecyclus in subsistentie-economie (in geel: punten waar surplus kan worden ‘afgetapt’)   GROND   AGRARI-SCHE   PRODUC-TIE VERKOOP MARKT KAPITAAL   ARBEID   NIET-AGRARISCHE In Hb in verband met dit schema tevens begrip surplus-extractie gebruikt.   REPRODUCTIE (C + I) INKOOP MARKT

Soorten boeren Kleine vrije eigenaren Vrije, halfvrije en onvrije ‘tenants’ Onvrijen zonder land (mancipia) Combi’s(1): boeren met vrij eigendom én ‘tenancies’ Combi’s(2): vrije boeren met ‘onvrije hoeven’ (mansi serviles) of onvrije boeren met ‘vrije hoeven’ (mansi ingenuiles) Bepalend is vooral: aanwezigheid van koning, Kerk & aristocratie