Ordening en evolutie Thema 5.

Slides:



Advertisements
Verwante presentaties
Wat zijn microben?.
Advertisements

HET ONTSTAAN DER SOORTEN
Ordening samenvatting.
ORDENING THEMA 2.
Ecologie VWO 5.
Wortels, stengels en bladeren
Examentraining Biologie
Microbiologie.
BS4 Schimmels.
Ordening: Indeling in de 4 rijken
Ordening: Indeling in de 4 rijken
Systematiek De eerste die probeerde een systematische indeling te maken was Aristoteles ( voor Christus). Bijna alle wetenschappers uit zijn tijd.
Indeling van het plantenrijk
Ordening: Indeling in de 4 rijken
De meeste bacteriën zijn zo'n 1–5 µm (0,001-0,005 mm) lang
Schimmels.
BACTERIËN.
Thema Ordening; Basisstof 4
Vijfrijkensysteem volgens Whittaker.
Systematiek LEVENDE WEZENS WORDEN GEORDEND IN VIJF RIJKEN
Bacteriën Bouw en indeling.
Organische stoffen Anorganische stoffen.
Ordening: Indeling in de 4 rijken
Thema 5: Erfelijkheid en evolutie
413 – ECOLOGIE.
Thema 1. Vier rijken vergelijken
Par. 25 t/m 25.2 Ordening: het 2-rijkensysteem
Par Planten Planten zijn: AUTOTROFE EUKARYOTEN
B. Stof 4 Ordening van organismen
THEMA 2 CELLEN Basisstof 1: Weefselonderzoek
B. Stof 2 Zelf cellen bekijken B
Ordening en Evolutie ‘Het is een teken van een geschoolde geest als iemand kan nadenken over een gedachte zonder ze te aanvaarden’  Aristoteles.
Terugblik BS 1 en 2 Biologie is de studie van organismen (levende wezens)
Thema 2 PLANTEN Basisstof 4 BLADEREN.
Groei Micro organismen.
HAVO 4 Thema 1: Inleiding in de biologie Boek: Biologie voor jou Deel: HAVO A.
Hoofdstuk 2 De cel.
Voedings-typen Dieren en sommige schimmels
Hoofdstuk 43: Biodiversiteit: ordening en evolutie Nieuw: F2 in het CE, mag in SE; ook F3, dat moet in het SE. Lieveheersbeestjes: Aaibaar zijn ze zeker,
Basisstof 6: Niveaus in de biologie
Ordening: Indeling in de 4 rijken
Thema 1: Ordening Boek: biologie voor jou Vwo B2 deel 1
Leskaart indelen van organismen
Stofwisseling Thema 1.
ORDENING. celwand rijk van bacteriën rijk van de schimmels rijk van de planten rijk van de dieren celwand celkern bladgroen celwand celkern Celkern.
PP Thema 2 ZW klas 3. §1 Organismen ordenen Een organisme is een levend wezen. Ordenen is organismen in groepen indelen. Je doet dit door naar de kenmerken.
Thema 4 Ordening.
1HA2 Ordening.
Bacteriën NW 2015 Hygiene en Gezondheid.
3 DOMEINEN Uit door endosymbiose Par. 5 blz. 112) ontstaan cellen hebben zich de huidige organismen ontwikkeld die we kunnen onderbrengen in 3 domeinen:
Waar gaan we het vandaag over hebben denk je?
Het plantenrijk 2.4.
Ecologie Hoofdstuk 6.
Thema 5: : Evolutie (en ordening) ook wel biodiversiteit genoemd B
Ordening Hoofdstuk 4.
Thema 4. Ordening Blz 80.
Thema 3 ecologie.
413 – ECOLOGIE.
Organische stoffen Anorganische stoffen.
Ordening Hoofdstuk 4.
Basisstof 4 (+12). Het rijk van de planten
Thema 5, evolutie.
B. Stof 2 Prokaryoten B. Stof 3 Eukaryoten
Transcript van de presentatie:

Ordening en evolutie Thema 5

Taxonomie Taxon (= groep) Indelen, naamgeven van alles, in dit geval organismen Dynamisch systeem, dat steeds wordt aangepast aan de hand van nieuwe ontdekkingen en inzichten. Niet altijd eenduidig

Ordenen omdat … Meer inzicht in de nu levende én vroeger levende organismen Beter inzicht in levende wereld Communicatiemiddel Voorspellende waarde

GROOT Veel pogingen gedaan, maar komt altijd neer op het volgende Van naar klein

Ordening in vier rijken Indeling organismen Aantal cellen Celgrootte Bezit van organellen Bezit van celwanden Bezit van kern Voedingswijze Autotroof Heterotroof

Ordening in vier rijken Autotroof Zelfvoedend: organismen nemen alleen anorganische stoffen op en zetten dit om in organische stoffen Anorganische stof: kleine eenvoudige moleculen (vb zuurstof, water, koolstofdioxide, fosfaat) Organische stof: organisme of producten van een organisme Heterotroof Leeft van organische stoffen

Ordening in vier rijken Op basis van voorgaande punten indeling in vier rijken Bacteriën Schimmels Planten Dieren Plaatje: youtube over ordenen

Ordening in vier rijken Kenmerken # cellen Celgrootte Organellen Celwand Voedingswijze Bacteriën Schimmels Planten Dieren

Ordening in vier rijken Kenmerken # cellen Celgrootte Organellen Celwand Voedingswijze Bacteriën Schimmels Planten Dieren

Ordening in vier rijken Kenmerken # cellen Celgrootte Organellen Celwand Voedingswijze Bacteriën 1 1-10µm Nee Ja Autotroof/ heterotroof Schimmels 1+ 10-100µm Heterotroof Planten Autotroof Dieren

Ordening in vier rijken Opdracht 1 Tijd 10 minuten

Verdere indeling rijken

Opdracht 3 5-10 min

Virus Apart geval Kleiner dan 0,1µm Geen cel Eiwitomhulsel met DNA of RNA http://www.bioplek.org/animaties/celtotaal/bacteriofaag.html

Opdracht 4 5-10 min

Wat is een soort? Organismen die in staat zijn zich onderling voort te planten - vruchtbare nakomelingen (♀& ♂) - onder natuurlijke omstandigheden Populatie: groep individuen van dezelfde soort die in een bepaald gebied leven een samen een voortplantingsgemeenschap vormen Definitie soort: Niet altijd even goed toepasbaar: - Vrouwelijke muildieren (♀ paard) of –ezels (♂paard) zijn vruchtbaar, mannetjes niet Poedel en St. Bernard wil gewoon niet Paardebloem: diploïde eicellen, onvruchtbaar stuifmeel

Binaire naamgeving Een soortnaam bestaat minimaal uit twee Latijnse namen Bellis perennis Geslachtsnaam soortaanduiding Koksmeeuw Kapmeeuw Lachmeeuw Waarom? Verschillende namen voor een organisme Chroicocephalus ridibundus

Homo neanderthalensis Homo sapiens

Corvus monedula Turdus philomelos Parus major Corvus cornix Turdus merula Aegithalos caudatus Corvus frugilegus Turdus pilaris Cyanistes caeruleus Lophophanes cristatus

Felis catus Oryctolagus cuniculus

Bacteriën Komen overal voor Kenmerken Celwand Kringvormig DNA Dode resten van organismen Eéncellig Voortplanting door deling

Indeling naar Vorm staafvormig, bolvormig, bolvormig in clusters, bolvormig in paren, spiraalvormig, kommavormig

Indeling naar Celwand Bacteriën

Antibiotica remming celwandsynthese van de bacterie remming eiwitsynthese,(dat deel wat bacteriespecifiek is) beschadigen van de buitenste celmembraan (bij gramnegatieve bacterien) remming van de nucleïnezuursynthese (dat deel dat bacteriespecifiek is) aangrijpen op de specifieke bacteriestofwisseling Waarom werken antibiotica beter tegen gram-positieve bacteriën? Gram-positieve bacteriën hebben geen extra membraan aan de buitenkant. Het breekt peptidoglycaan af

Indeling naar Leefomgeving Temperatuur pH Osmotische waarde psychrofiele bacteriën met een temperatuurbereik van 5° tot 30° Celsius. mesofiele bacteriën groeien optimaal tussen 15° en 50° Celsius. thermofiele bacteriën waarvan de optimale temperatuur tussen de 50 en 60° Celsius ligt. pH acidogeen is een micro-organisme dat uit voedselbronnen zuur kan vormen, wat de pH dan doet dalen. acidofiel is een micro-organisme dat nog goed kan groeien bij een lage pH. alkalifiel is een micro-organisme dat goed kan groeien bij een hoge pH (9-11). Osmotische waarde De osmotische waarde wordt bepaald door de concentratie opgeloste stof in de omgeving. Zuurstofspanning aeroob- kan gedijen onder aanwezigheid van zuurstof facultatief anaeroob- kan leven zowel mét als zonder zuurstof micro-aerofiel- hebben wel zuurstof nodig, maar wel in kleine hoeveelheden anaeroob- kunnen leven zonder zuurstof

Indeling naar Voedingswijze Autotroof Heterotroof Bacteriën zijn zelf in staat om organische stoffen te produceren. Fotoautotrofe bacteriën halen door middel van fotosynthese (speciaal pigment) hun energie uit zonlicht. Chemoautotrofe bacteriën halen hun energie uit bepaalde stoffen uit hun omgeving Heterotroof Bacteriën moeten organische voedingsstoffen opnemen om te kunnen overleven Pathogeen voedingsstoffen uit een levend wezen haalt en dit organisme er nadeel van heeft Saprofyt voedsel uit dood materiaal haalt, wordt het een (sapros = verrot). Deze bacteriën zijn de oorzaak van het rotten van voedsel.

Schimmels Ruimen resten van (dode) organismen op Kenmerken Eén- of meercellig Voortplanting dmv sporen Heterotroof

Planten Kenmerken Celwand Organellen Autotroof Eén- en meercellig Indeling op basis van Wortels Stengels Bladeren Voortplanting

Planten Wieren Nee Stengel? Mossen Nee Ja Paardenstaarten Wortel? Ja Sporenvormende organen? Ja Ja Sporen? Nee Varens Nee Zaadplanten

Opdracht Maak een determineersleutel voor de verschillende afdelingen van het plantenrijk

Opdracht: Vind van elke afdeling een plant Maak hier een foto van Zet deze in een document Plak dit in je schrift Volgende les laten zien Tijd: Maximaal 20 minuten

Opdracht: Maak groepen van de verschillende dieren.

Opdracht: Maak groepen van de verschillende dieren. Waarom deze indeling? Vergelijk jullie indeling met die in het boek: Waarin komen ze overeen? Waarin verschillen ze?

Dieren Kenmerken Geen celwand Organellen Heterotroof Eén- en meercellig Indeling op basis van Symmetrie Skelet