Symmetrie Je kunt de torens zo dubbelvouwen dat de

Slides:



Advertisements
Verwante presentaties
Presentatie Vlakke figuren Theorie Rekenvoorbeelden
Advertisements

Eigenschappen van vierhoeken
Presentatie Vlakke figuren Theorie Rekenvoorbeelden
Meetkunde Klik op 1 van de tekeningen Lijnen Hoeken Driehoeken
Gereedschapskist vlakke meetkunde
vwo B Samenvatting Hoofdstuk 8
vwo B Samenvatting Hoofdstuk 4
Omtrekshoeken Stelling van de constante hoek:
Rekenregels voor wortels
Gelijkvormige driehoeken
∙ ∙ Lijn A B Een lijn heeft geen eindpunten.
Affiene meetkunde.
Murmellius 2011 Een probleem Exact oplossen is leuk.
Vierhoeken Kees Vleeming.
Spiegel- en draaisymmetrisch
Hoofdstuk 4 Vlakke figuren.
2 vmbo basis 4.1Vlakke figuren
Hoofdstuk 4 Vlakke figuren.
Hoofdstuk 9 Symmetrie.
CONGRUENTIE HOOFDSTUK 3 BLADWIJZERS: 3.2. CONGRUENTE DRIEHOEKEN
Gelijkvormigheid en verhoudingstabellen.
Eigenschappen van hoeken
Driehoeken K v Dorssen.
Gereedschapskist vlakke meetkunde
Presentatie Soorten bijzondere driehoeken en Rekenen met hoeken
Herhalingsoefeningen 3e trimester
Presentatie Z en F Hoeken Theorie.
Gereedschapskist vlakke meetkunde
Gereedschapskist vlakke meetkunde
Gereedschapskist vlakke meetkunde
Gereedschapskist vlakke meetkunde
Kijklijnen Kijklijnen gebruik je om de grenzen aan te geven van het gebied dat je ziet.
Gereedschapskist vlakke meetkunde
Vormleer: vlakke figuren – driehoeken en cirkels
vormleer (eigenschappen van diagonalen in vierhoeken)
Vierhoeken (eigenschappen van zijden en hoeken) Omstructureren
5L week 12: ‘Vormleer: driehoeken: zijden – hoeken - symmetrieassen’
5L week : ‘Herhaling’ Meetkunde 5L week 8: ‘Herhaling’
Meetkunde 5L week 9: ‘Meetkundige relaties: symmetrie’ 5L week 9: ‘Meetkundige relaties: symmetrie’ ©JL.
Vormleer: vlakke figuren - vierhoeken
Meetkunde 5L week 15: Driehoeken tekenen vierhoeken vlakke figuren
Meetkunde 5L herhalingsweek: 5L : ‘herhalingsweek’
Vormleer: herhaling vlakke figuren
Meetkunde 5L week 14: Vierhoeken tekenen vierhoeken vierkant vlieger
Les 2 Vlakke Figuren Programma: Cursus driehoeken tekenen.
Meetkunde 5L week 16: Vierhoeken (synthese eigenschappen van zijden en hoeken) vlakke figuren niet - veelhoeken veelhoeken driehoeken vierhoeken...hoekenvijfhoeken.
Meetkunde 5de leerjaar.
vormleer (eigenschappen van diagonalen in vierhoeken)
‘Meetkundige relaties: symmetrie’
5L week 12: ‘Vormleer: driehoeken: zijden – hoeken - symmetrieassen’
Loodrechte lijnen tekenen
vlakke figuren © JvdW driehoeken vierhoeken veelhoeken ovalen/cirkels.
Veelhoeken ovalen/cirkels vlakke figuren vierhoeken driehoeken © JvdW.
HAVO/VWO Driehoeken en hoeken 1 1.
Spiegelingen en symmetrie
Hoofdstuk 13 figuren. Hoofdstuk 13 figuren Paragraaf 17.1 Vlakke figuren.
Hoofdstuk 7: Vlakke figuren
Driehoeken in de ruimte
Vierhoeken in de ruimte
Constructie en classificatie van driehoeken
M A R T X I W K U N E D S 2 M31 Bewijs: de eigenschap van de basis- hoeken in een gelijkbenige driehoek © André Snijers.
M A R T X I W K U N E D S 2 M11 De puntspiegeling © André Snijers.
Eigenschappen van vierhoeken
M A R T X I W K U N E D S 2 M38 Bewijs: de eigenschappen van de zijden, hoeken en diagonalen in een vierhoek © André Snijers.
Vierhoeken tekenen Vierhoeken tekenen Vierhoeken tekenen
1. Driehoek 2. Grafiek 3. Oneven 4. Volle hoek 5. Kwadrant
Driehoeken tekenen Driehoeken tekenen Driehoeken tekenen
De basishoeken in een gelijkbenige driehoek
M A R T X I W K U N E D S 2 M6 Symmetrie © André Snijers.
Hoofdstuk 1 2D en 3D figuren. Hoofdstuk 1 2D en 3D figuren.
Transcript van de presentatie:

Symmetrie Je kunt de torens zo dubbelvouwen dat de ene toren precies op de andere toren past. De foto is symmetrisch. De vouwlijn heet symmetrieas. (spiegelas) De torens zijn elkaars spiegelbeeld.

Oefening hoeveel symmetrieassen heeft elke figuur? b 4 c 5

Spiegelbeeld tekenen

opgave 7 V г // V R’ ∙ г / / г ∙ P’ // ∙ Q’

Draaisymmetrische figuren Een figuur heet draaisymmetrisch als hij bij draaiing om een punt met zichzelf samenvalt. Het punt waar je om draait heet draaipunt. Twee soorten symmetrie Bij een gewone symmetrie vouw je langs een lijn. Daarom heet dat ook wel lijnsymmetrie. Bij draaisymmetrie draai je om een punt. 360º : 3 = 120º

Opgave17 1800 1200 1800 720

Opgave 28

Puntsymmetrie Puntsymmetrie is hetzelfde als draaisymmetrie met draaihoek 180º.

Spiegelen in een punt

opgave 25a ∙ K’ L’ ∙ // / V V ∙ M’ / //

opgave 25b // V / г г г / V ∙ K’’ // ∙ L’’ ∙ M’’

Gelijkbenige driehoek Een gelijkbenige driehoek is een driehoek met twee gelijke zijden. De zijden die even lang zijn heten de benen. De andere zijde is de basis. De hoeken aan de basis heten de basishoeken. De andere hoek heet de tophoek. Een gelijkbenige driehoek heeft één symmetrieas. tophoek been basishoek V ∙ basis V been ∙ basishoek

Gelijkzijdige driehoek Een gelijkzijdige driehoek is een driehoek met drie gelijke zijden. ∙ ll ll ∙ ∙ ll Een gelijkzijdige driehoek heeft drie symmetrieassen. Hij is draaisymmetrisch over een draaihoek van 120°.

Rechthoekige driehoek Een rechthoekige driehoek is een driehoek met een hoek van 90°. 45° V 45° г г V Gelijkbenige rechthoekige driehoek

∙ ∙ C ll ll A B Oefening 1 tophoek = C = 96º A = B A + B + C = 180º A + B + 96º = 180º A + B = 180º - 96º A + B = 84º A = 84 : 2 = 42º A = B = 42º 96° ll ll ∙ ∙ A B

Oefening 2 A + B12 + C = 180º 112º + B12 + 45º = 180º B1 + A + D2 = 180º 11,5º + 112º + D2 = 180º D2 = 180º - 112º - 11,5º D2 = 56,5º 11,5° 56,5° 11,5°

∙ ∙ opgave 40 In elke driehoek is de som van de drie hoeken 180º a P = Q Q = 68º b P + Q + R = 180º 68º + 68º + R = 180º R = 180º - 68º - 68° R = 44º 44º ∙ ∙ 68º

Parallellogram S R l lll V ll ll lll V l P Q Een parallellogram is een vierhoek waarvan beide paren overstaande zijden evenwijdig zijn. Eigenschappen Een parallellogram is puntsymmetrisch. De overstaande zijden zijn even lang. De diagonalen delen elkaar middendoor. De overstaande hoeken zijn even groot. S R l lll V ll ll lll V l P Q

Ruit Een ruit is een vierhoek waarvan alle zijden even lang zijn. Eigenschappen De diagonalen zijn symmetrieassen van de ruit. De diagonalen van een ruit staan loodrecht op elkaar. De diagonalen van een ruit delen de hoeken midden door. Alle eigenschappen van een parallellogram gelden ook voor een ruit. ∙ ∙ V V x г x x x V V ∙ ∙

Aanzichten