Meten met Maten

Inleiding Liters, meters, kilo’s, allemaal maten met een andere betekenis. Het is belangrijk dat je goed met maten kan rekenen. Je komt het namelijk overal tegen. Bijvoorbeeld als je een keer gaat koken of als je op reis gaat of als je je gaat wegen en zo zijn er nog veel meer voorbeelden. Deze oefening gaat je helpen om met maten te rekenen.

Elk hokje erbij is een nul eraf. Overzicht van maten Hier zie je een overzicht van de belangrijkste maten die we kennen. We hebben een heel makkelijk ezelsbruggetje om ermee te rekenen, namelijk: Elk hokje erbij is een nul eraf. Dus 100 millimeter is 10 centimeter en 10.000 meter is 10 kilometer. We gaan er zodadelijk mee oefenen dus schrijf onderstaand schema over in je schrift :10 :10 :10 :10 :10 :10 Lengte Millimeter (mm) Centimeter (cm) Decimeter (dm) Meter (m) Decameter (dam) Hectometer (hm) Kilometer (km) Gewicht Milligram Centigram (cg) Decigram (dg) Gram (g) Decagram (dag) Hectogram (hg) Kilogram (kg) Liter Milliliter (ml) Centiliter (cl) Deciliter (dl) (l) Decaliter (dal) Hectoliter (hl) Kiloliter (kl) x10 x10 x10 x10 x10 x10

Op naar Frankrijk Als je met de auto naar Frankrijk gaat moet je veel rijden. Van hier naar Frankrijk is het ongeveer 200.000 decameter. Weet jij hoeveel hectometer dat is ? 20 2.000 20.000 En hoeveel kilometer is dat ? 200 2.000 20.000 En hoeveel meter ? 20.000 200.000 2.000.000

Brood bakken Peter is bakker en bakt elke dag wel 100 broden. Voor 1 brood heeft hij 500 gram bloem nodig. Weet jij hoeveel milligram dat is ? 500.000 50.000 5.000 Hoeveel kilo bloem heeft Peter nodig voor 10 broden ? 50 5 500 Als hij 20 kilogram bloem gebruikt, hoeveel gram gebruikt hij dan ? 2.000 20.000 200.000

De waterpomp In veel arme landen hebben ze geen water uit de kraan en moeten ze soms ver lopen naar een put om er water uit te halen. Als iemand 1 liter water uit de put haalt, hoeveel centiliter is dat dan ? 10 100 1000 In een put zit nog maar 10 liter water, als iemand er 5000 milliliter uit haalt hoeveel centiliter zit er dan nog in de put ? 5 50 500 Per persoon wordt er 500 milliliter uit de put gehaald. Als er 10 liter water in de put zit hoeveel personen kunnen er dan water uit halen ? 2 10 20

is acht vierkante centimeter. Je schrijft dit zo op, 8cm2. Oppervlakte maten Je hebt nu wat geoefend met maten. Als het goed is begrijp je nu een beetje hoe dit werkt. We gaan nu een stapje verder. We gebruiken in het dagelijks leven namelijk ook nog een andere maat namelijk de oppervlakte maat. Dit is een oppervlaktemaat Met een oppervlakte maat laten we zien hoe groot de oppervlakte van een bepaald gebied is. Hierboven zie je een rechthoek. De rechthoek is 2 cm hoog en 4 cm breed. Om te bereken hoe groot de oppervlakte is vermenigvuldigen we de lengte met de breedte in dit geval 2x4=8. Omdat we het nu over de oppervlakte hebben zeggen we, de oppervlakte is acht vierkante centimeter. Je schrijft dit zo op, 8cm2.

Even oefenen Wat is de oppervlakte van een vierkant met een lengte van 4cm en een breedte van 4cm? 10cm2 16cm2 20cm2 Wat is de oppervlakte van een rechthoek met een lengte van 10cm en een breedte van 8cm? 80cm2 90cm2 100cm2 van 3cm en een breedte van 20cm? 40cm2 50cm2 60cm2

Groter en groter Je hebt nu geoefend met vierkante centimeters. Net als bij lengtes hebben we bij oppervlaktes ook grotere maten zoals een vierkante meter en een vierkante kilometer. We rekenen hiermee precies hetzelfde als met de vierkante centimeter. Bijvoorbeeld, de oppervlakte van een vierkant van 2 meter bij 4 meter is 8 vierkante meter (8m2) Hieronder zie je alle oppervlakte maten, neem het over in je schrift. :100 :100 :100 :100 :100 :100 Oppervlakte Vierkante Millimeter (mm2) Vierkante Centimeter (cm2) Vierkante Decimeter (dm2) Vierkante Meter (m2) Vierkante Decameter (dam2) Vierkante Hectometer (hm2) Vierkante Kilometer (km2) x100 x100 x100 x100 x100 x100 Bij lengtes en gewichten ging er elk hokje verder een nul vanaf. Bij oppervlakte gaan er elk hokje verder 2 nullen vanaf. Dus 100cm2 is 1dm2 en 10.000m2 is 1 hm2. Als je dit begrijpt kan je verder gaan om ermee te oefenen.

Even oefenen dus Hoeveel cm2 is 1m2 ? 10.000 1.000 100 10.000 1.000 100 Hoeveel hm2 is 3km2 ? 30.000 3.000 300 Hoeveel mm2 is 20cm2 ? 2.000 200 200.000 Hoeveel cm2 is 1.000mm2 ? 1 10 100 Hoeveel km2 is 20.000dam2 ? 2 20 200

Je hebt het gehaald !!!