Turks “Met enige moeite …”.

Slides:



Advertisements
Verwante presentaties
Spelling en Schrijven en formuleren hoofdstuk 1,2&3
Advertisements

Het deelwoord ‘t kofschip / soft ketchup
Les 1: Kana Tabel Een snel overzicht van de schrijfwijze en de regels. Stephan Jonkers.
naamwoordelijk gezegde
Dr. Wilbert Linnemans Human Sense Consultation
Werkwoordspelling Volg de weg!.
Persoonsvorm verleden tijd
Taaloefeningen.
Werkwoordspelling invulschema.
Persoonsvorm Saskia Hoekx.
STAPPENPLAN GRAMMATICUS.
Werkwoordspelling Hoe ging het ook alweer?.
3 vwo+ Grammaire chapitre 2
Noors Inleiding Taalkunde Björn Klaassen Bos Patrick van Stiphout
STAPPENPLAN GRAMMATICUS.
Voltooid tegenwoordige tijd
Vragen stellen Vormen van ‘to be’ kunnen de enige werkwoorden in de vraagzin zijn. Ben ik je beste vriend? Am I your best friend?
De zee ik wil mijn ziel wat laten varen, niet mijn lijf en mijn verstand. made by bep
Grammaire thème 5 4 vwo.
Geçmiş Zaman(di):Verleden tijd
Los Acentos.
3 VWO (+) Grammaire chapitre 3. Bijvoeglijke naamwoorden: bijzondere vormen Sommige bijv. nw. veranderen wanneer ze vóór een mannelijk zn. staan dat begint.
WERKWOORDSPELLING Hoe doe je dat ?.
Uzun ince bir yoldayim Aşık Veysel. Uzun ince bir yoldayim Uzun ince bir yoldayım Gidiyorum gunduz gece Bilmiyorum ne haldeyim Gidiyorum gunduz gece Dunyaya.
Brugklas Werkwoordspelling.
2 VWO Werkwoorden.
Heel werkwoord en bijwoord
Powerpoint Wattson Jeffy
2 hv en 2 vwo+ Grammaire chapitre 5.
Het lijdend voorwerp 3 VMBO - Frans.
Wat gaan we doen vandaag?
Present Simple Tegenwoordige Tijd.
Hoe gebruik ik -d & -t? Leren en oefenen Maar eerst…….
HET BIJWOORD L’ADVERBE [Audio p.1] Stem NL: Het bijwoord
HET PERSOONLIJK VOORNAAMWOORD
DE LIJDENDE VORM LA VOIX PASSIVE. De tegenwoordige tijd Een vorm van être + voltooid deelwoord Actif (= bedrijvend): François prépare le repas. Passif.
Is ‘t kofschip gezonken…?
Futur proche (toekomende tijd) Gebruik je:als iets (heel binnenkort) nog moet gebeuren voorbeeldIk ga winkelen. Wij gaan huiswerk maken. Hij gaat bellen.
Lijdend voorwerp als persoonlijk voornaamwoord bijvoorbeeld Ik heb een boek gevonden. Ik heb het gevonden. Stefan heeft Sarah gisteren gezien. Stefan heeft.
 Bepaald?  Bepaald:De het  Bepaald: de het  Onbepaald?
Werkwoordspelling -d of –t?
4 foto’s1 land Kijk goed naar de foto’s. Welk land zoeken we? Het zijn allemaal landen die meedoen aan het WK voetbal Klik op een vraagteken om een.
Zo ga ik door door Bep Ik ga door het leven zo goed als ik kan al weet ik echt niet overal iets van.
HERHALING U5 EN U6 2HSP. BRON D – UNIDAD 5 Het bezittelijk vnw geeft aan van wie iets of iemand is. In het Spaans hangt de vorm van het bezittelijk vnw.
Bijvoeglijk naamwoord
Werkwoordspelling Tegenwoordige tijd. Stam zoeken (infinitief –en) PersoonVormPersoon Ik …Stam Je/JijStam + t StamJe Hij/zij/hetStam + t Wij/jullie/zijStam.
Grammatik C + I Redemittel J + D
Grammatik C + I Redemittel D + J
Inleiding Bijbelwetenschappen Online School of Catholic TheologyDr. Archibald L.H.M. van Wieringen pr. W ERKWOORDSTIJDEN (in plaats van ‘werkwoordelijke.
SPELLING Vormen van het werkwoord Oude naamvalsvormen.
Werkwoorden vervoegen
Esperanto La ŝalmisto de Hamelin
Onvoltooid deelwoord/bijvoeglijk gebruikt deelwoord
Overzicht van de zinsdelen
Werkwoorden Hele werkwoord: wij-vorm tegenwoordige tijd Stam: ik-vorm tegenwoordige tijd Persoonsvorm: Belangrijkste werkwoord in de zin.
Verschil: redekundig en taalkundig ontleden
LE FUTUR Je vais aller en France ce week-end.
Werkwoordspelling. Werkwoordspelling Tegenwoordige tijd Als de persoonsvorm in de tegenwoordige tijd staat, kun je kiezen uit drie vormen: 1 = ik-vorm.
BIJWOORD.
Naamvallen met het bepaald lidwoord
Present simple Grammar.
Onvoltooid tegenwoordige tijd
Present Perfect (resultaat belangrijk)
Taal is het vervoermiddel van onze gedachten
Naamvallen en het onbepaald lidwoord
Welkom in deze kerkdienst
Bezittelijk voornaamwoord
De spelling van de werkwoorden in het Nederlands
Dus hoe weet jy ’n sin is ’n sin?
Bijvoeglijk gebruikt deelwoord hoofdlettergebruik
Transcript van de presentatie:

Turks “Met enige moeite …”

Klankregels vocaalharmonie suffixklinker E ➙ na e, i, ö, ü: e - a, ı, o, u: a suffixklinker I ➙ na e, i: i - ö, ü: ü - a, ı: ı - o, u: u a wordt –ı of –u: anla- ➙ anlı-yor /e wordt –i of –ü: bekle- ➙ bekliyor ‘t kofsçhip: na medeklinkers / bij toevoeging van een klinker c(I) wordt ç(I) balık-çı / tavuk-çu da /de wordt ta /te kitap-ta / giriş-te p wordt b kitap wordt kitab-ı t wordt d git- wordt gid-iyor k wordt g renk wordt reng-i ç wordt c üç wordt üç-ü buffermedeklinker (y)E ev-e / müze-ye (y)lE otobüs-le / araba-yla (n)In Ahmet’in / Ayşe’nin hulpklinker (I)m baba-m / kız-ım (I)ncI iki-nci / beş-inci vluchtige klinker: één klinker valt weg oğul : oğl-um / karın : karn-ım / resim : resm-im

Bezittelijk achtervoegsel na medekl. na klinker ev araba ben ben-im -(I)m -m ev-im araba-m sen sen-in -(I)n -n ev-in araba-n o o-nun -(I) -s(I) ev-i araba-sı biz biz-im -(I)m(I)z -m(I)z ev-imiz araba-mız siz siz-in -(I)n(I)z -n(I)z ev-iniz araba-nız onlar -ları /-lerı - ları /-leri ev-leri araba-ları Nota: het werkwoord hebben = bezittelijk achtervoegsel + (bestaat) “var” of (bestaat niet) “yok”

Naamvallen nominatief - ev radyo kitaplar genitief (van het /de) -(n)In ev-in radyo-nun kitaplar-ın accusatief (bep. lijdend voorw.) -(y)I ev-i radyo-yu kitaplar-ı datief (beweging naar) -(y)e -(y)a ev-e radyo-ya kitaplar-a locatief (op de plaats) -de -da ev-de radyo-da kitaplar-da ablatief (beweging van) -den -dan ev-den radyo-dan kitaplar-dan

Onvoltooid tegenw. tijd / Şimdiki zaman bevestigend ontkennend vragend ben -(I)yor-um ver-i-yor-um gel-mi-yor-um iç-i-yor muyum? sen -(I)yor-sun ver-i-yor-sun gel-mi-yor-sun iç-i-yor musun? o -(I)yor ver-i-yor gel-mi-yor iç-i-yor mu? biz -(I)yor-uz ver-i-yor-uz gel-mi-yor-uz iç-i-yor muyuz? siz -(I)yor-sunuz ver-i-yor-sunuz gel-mi-yor-sunuz iç-i-yor musunuz onlar -(I)yor-lar ver-i-yor-lar gel-mi-yor-lar iç-i-yor-lar mı? Stam eindigend op e of a ➙ deze wordt vervangen door I iste-mek: istiyorum / başla-mak: başlıyor

Het werkwoord “zijn” / Şimdiki zaman bevestigend ontkennend vragend ben -(y)Im hasta-y-ım hasta değil-im hasta mıyım? sen -sIn hasta-sın hasta değil-sin hasta mısın? o - hasta hasta değil hasta mı? biz -(y)Iz hasta-y-ız hasta değil-iz hasta mıyız? siz -sInIz hasta-sınız hasta değil-siniz hasta mısınız? onlar -ler -lar hasta-lar hasta değil-ler Hasta değil miyim?

Brede onvolt. tegenw. tijd / Geniş zaman bevestigend ontkennend vragend ben -(E)r/-(I)r-im yap-ar-ım gel-mem oku-r muyum? sen -(E)r/-(I)r-sin yap-ar-sın gel-mez-sin oku-r musun? o -(E)r/-(I)r yap-ar gel-mez oku-r mu? biz -(E)r/-(I)r-iz yap-ar-ız gel-me-yiz oku-r muyuz? siz -(E)r/-(I)r-siniz yap-ar-sınız gel-mez-siniz oku-r musunuz? onlar -(E)r/-(I)r-ler/lar yap-ar-lar gel-mez-ler oku-r mı? Het uitdrukken van gewoonte en gebruik Algemene waarheden en regels Als uitdrukking dat iets zeker zal gebeuren Bij een beleefd verzoek - Bir çay içer misiniz?

Voltooid tegenwoord. tijd / Geçmiş zaman bevestigend ontkennend vragend ben -d(I)-m kazan-dı-m gel-me-di-m oku-du-m-mu? sen -d(I)-n kazan-dı-n gel-me-di-n oku-du-n-mu? o -d(I) kazan-dı gel-me-di oku-du-mu? biz -d(I)-k kazan-dı-k gel-me-di-k oku-du-k-mu? siz -d(I)-n(I)z kazan-dı-nız gel-me-di-niz oku-du-nuz-mu? onlar -d(I)-ler/lar kazan-dı-lar gel-me-di-ler oku-du-lar-mı? * di’li geçmiş zaman

Het werkwoord “zijn” / Geçmiş zaman bevestigend ontkennend vragend ben -d(I)-m genç-ti-m Genç değildim Yaşlı mıydım? sen -d(I)-n genç-ti-n Genç değildin Yaşlı mıydını? o -d(I) genç-ti Genç değildi Yaşlı mıydı? biz -d(I)-k genç-ti-k Genç değildik Yaşlı mıydık? siz -d(I)-n(I)z genç-ti-nız Genç değildiniz Yaşlı mıydınızı? onlar -d(I)-ler/lar genç-ti-ler Genç değildiler Yaşlı mıydıları? * di’li geçmiş zaman

Toekomende tijd / Gelecek zaman -ecek / -acak bevestigend ontkennend vragend ben -(I)m al-acağ-ım tut-ma-y-acağ-ım sen -s(I)n al-acak-sın tut-ma-y-acak-sın o - al-acak tut-ma-y-acak biz -(I)z al-acağ-ız tut-ma-y-acağ-ız siz -s(I)n(I)z al-acak-sınız tut-ma-y-acak- sınız onlar -ler/lar al-acak-lar tut-ma-y-acak-lar * gel-ecek hafta = toekomstige week

Moeten / Gereklilik Kipi -meli / -malı bevestigend ontkennend vragend ben -y(I)m git-meli-y-im yap-ma-malı-y-im ver-meli miyim? sen -s(I)n git-meli-sin yap-ma-malı-sın ver-meli misin? o - git-meli yap-ma-malı ver-meli mi? biz -y(I)z git-meli-y-iz yap-ma-malı-y-ız ver-meli-miyiz? siz -s(I)n(I)z git-meli-siniz yap-ma-malı-sınız Ver-meli misiniz? onlar -ler/lar git-meli-ler yap-ma-malı-lar ver-meli-ler mi? na e, i, ö, ü ➙ -meli na ı, a, o, u ➙ -mali

Kunnen / Gereklilik Kipi -e-bil -a-bil kunnen gaan kunnen verstaan ben gid-e-bil-irim anla-ya-bil-irim sen gid-e-bil-irsin anla-ya-bil-irsin o gid-e-bil-ir anla-ya-bil-ir biz gid-e-bil-iriz anla-ya-bil-iriz siz gid-e-bil-irsiniz anla-ya-bil-irsiniz onlar gid-e-bil-irler anla-ya-bil-irler Verbinding van bilmek met de werkw.stam d.m.v. –(y)E- (brede tijd)

Zich voelen / wederkerend werkw. kendi hissetmek bevestigend ontkennend vragend ben kendi-mi mutlu hissediyorum sen kendi-ni mutlu hissediyorsun o kendi-sini mutlu hissediyor biz kendi-miz mutlu hissediyoruz siz kendi-nizi mutlu hissediyorsunuz onlar Kendi-lerini mutlu hissediyorlar Sen kendini nasıl hissediyorsun? (Hoe voel je je?)

Lazım – gerek / nodig hebben bevestigend ontkennend vragend benim gelme-m lazım / gerek senin gelme-n lazım / gerek onun gelme-si lazım / gerek bizim gelme-miz lazım / gerek sizin gelme-niz lazım / gerek onlar gelme-leri lazım / gerek Met zelfstandig naamwoord van de stam. (gelmek – gelme = komst)

Achterzetsels -den/-dan önce : voordat … -den/-dan sonra : nadat … (Dokuzdan sonra geliyoruz.) -den/-dan beri : sinds … (Ne zamandan beri hastasın? / İki saatten beri bekliyorum) için : bestemd (voor) … (Bu hikayeler çocuklar için.) -mek/-mak üzere : op het punt te … (Salı günü görüşmek üzere.) -(y)e/-(y)a kadar : tot … (Sabaha kadar dans ettim. / İstanbul’a kadar gidiyorum.)

Achtervoegsels Dubbel werkwoord met één onderwerp : (y)Ip (Ali doktora gidip sonra eve geldi.)