over de etstechniek
Je knipt of snijdt een zinken plaat in het gewenste formaat. De plaat wordt geschuurd en gepolijst.
De plaat wordt aan de voorkant afgedekt met een zuurvrije etsgrond. Aan de achterzijde wordt een afdekvernis aangebracht.
Met naalden, spijkers en andere scherpe voorwerpen wordt de tekening aangebracht in de etsgrond.
De plaat wordt in een bad gelegd met een bijtmiddel (=kopersulfaat). Waar de etsgrond is weggekrast worden lijnen en putjes in de plaat gebeten.
De plaat wordt ontdaan van etsgrond en afdekvernis. Ze wordt nu ingeïnkt en schoon geslagen.
Etspapier wordt ondertussen gescheurd in het gewenste formaat en bevochtigd. De ingeïnkte etsplaat wordt samen met het papier door de pers gedraaid.
De afdruk is dus een negatief van de tekening op de plaat.
Het atelier Een werk- of tekentafel om te ontwerpen, te tekenen om platen te bewerken om platen af te slaan
zuurbak(ken) met chemische producten (kopersulfaat) om de tekening in de plaat te ‘bijten’ (= etsen)
De verwarmingstafel om etsgronden te drogen om harspoeder te smelten en vast te zetten (voor aquatint)
De etspers of drukpers om etsen te drukken
Over de gebruikte technieken De pure lijnets Hierbij wordt de tekening grafisch aangebracht op de zinken plaat en in één fase gedrukt.
Aquatint Harspoeder wordt op de zinken plaat vast gesmolten. Door middel van langere of kortere bijttijden wordt de tekening in tonen (=grijswaarden) aangebracht op de plaat.
Schilderen met een oplosmiddel in de etsgrond: Met een oplosmiddel wordt geschilderd in de etsgrond. Waar geschilderd wordt komt het zink bloot te liggen. In het zuurbad wordt er ingebeten op de ontblote delen. Zo ontstaan er tonen maar ook structuren, naargelang de bijttijd maar ook naargelang de aard van oplosmiddel en/of de toestand van de plaat: vet of ontvet.
Een combinatie van: meerdere platen verschillende technieken op één plaat