6.1 Wat is genetische diversiteit? Genetische diversiteit of genetische variatie is het verschil (variatie) in het genetisch materiaal binnen een populatie, soort of ras. Ieder individu is uniek Variatie veroorzaakt door: Toeval Mutatie Migratie Selectie Genetische diversiteit kan van ras tot ras erg verschillen.
Invloed van het toeval Random drift =het door toeval verdwijnen van allelen Bij paring wordt maar de helft doorgegeven Bij kleine populatie is de kans het grootste De panda, een voorbeeld van een kleine populatie
Selectie, migratie en mutatie Op bepaalde eigenschappen bepaalde allelen kunnen verdwijnen: variatie neemt af Migratie =inbrengen van nieuwe dieren in populatie (bijv. uit buitenland) Nieuwe allelen worden toegevoegd: variatie neemt toe Mutatie = het spontaan veranderen van allelen De diversiteit(variatie) neemt toe
6.2 Rassen en genetische diversiteit Genetische variatie en domesticatie Na domesticatie gingen dieren uit elkaar. Ieder dier met zijn eigen allelen Tijdens de domesticatie wordt genetisch materiaal min of meer willekeurig verspreid.
Genetische diversiteit en ontstaansgeschiedenis rassen Verschillen in rassen door: Toeval selectie Mutatie
Genetische diversiteit binnen een ras Des te meer allelen, des te meer combinaties, des te meer variatie Des te meer inteelt, des te minder variatie Des te kleiner de populatie, des te kleiner de variatie Ook binnen een ras is er sprake van meer of minder genetische variatie.
Genetische diversiteit binnen deelpopulaties van een ras Mensen verhuizen rassen verspreiden zich er ontstaan deelpopulaties Links de Engelse Cocker Spaniel en rechts de Amerikaanse Cocker Spaniel. Aan het begin van de eeuw één ras, nu twee duidelijk verschillende deelpopulaties
6.3 Het bewaren van genetische diversiteit Sommige rassen zijn populair, andere verdwijnen Vooral lokale rassen verdwijnen Genetische diversiteit neemt af Niet P O U L A I R P O U L A I R film genenbank bomen
Belang van lokale rassen Aangepast aan lokale omstandigheden Beschikken over unieke allelen Kunnen bijdrage leveren aan diversiteit
Behouden van lokale rassen In situ conservering: levend bewaren film BB film Blaarkop Ras blijft zichtbaar Direct bruikbaar Probleem: lastig om in stand te houden als populatie klein is Kans op veel inteelt Ex situ conservering: bevroren bewaren Er gaat niets meer verloren, maar Er is ook geen verbetering mogelijk Invriezen sperma (vrouwtjes nog wel nodig), embryo’s
Maken Vragen hoofdstuk 6
Toets 29-6-2016 Leren taak 4-5-6 uit het leerarrangement Leren Powerpoints van taak 4-5-6 Leren vragen met antwoorden taak 4-5-6