Kunstmeststoffen Les 3 test

Wat hebben we vorige week gedaan? Terugblik Wat hebben we vorige week gedaan?

Meststoffenkeuze Wanneer we willen gaan bemesten hebben we de keuze uit een heleboel verschillende meststoffen. We kunnen gebruik maken van organische bemesting en uit kunstmeststoffen. Het is belangrijk om hier een goede keuze te maken om de teelt goed te laten slagen.

Organische bemesting Als we willen bemesten met organische mest, kunnen we kiezen uit bijvoorbeeld:   - GFT-compost - Humuscompost - Champost

Werkzame meststof

Kunstmest Een aantal begrippen die we tegenkomen als we het hebben over verschillende kunstmeststoffen zijn bijvoorbeeld:   Enkelvoudige en samengestelde meststoffen Snelwerkende en langzaamwerkende meststoffen Strooimeststoffen Oplosmeststoffen.

Enkelvoudige en samengestelde meststoffen Het eerste begrippenpaar is enkelvoudige tegenover samengestelde meststof. Enkelvoudige meststof bevat slechts een van de hoofdelementen, bijvoorbeeld calcium of kali. Samengestelde meststof bevat combinaties van twee of meer elementen. Vaak zijn dit de hoofdelementen N, P of K met soms als vierde Magnesium. Soms zijn er ook spoorelementen toegevoegd.

Snelwerkende en langzaamwerkende meststoffen Dan is er een onderscheid naar de snelheid waarmee een meststof werkzaam is. Snelwerkende meststoffen zijn meststoffen die snel oplossen in de grond. Hierdoor kunnen de planten de voedingselementen direct benutten. Langzaamwerkende meststoffen zijn vaste meststoffen die hun werking over een langere periode spreiden waardoor de plant de voeding over een langere tijd kan benutten. Er zijn meststoffen die langer dan 12 maanden werkzaam zijn. Afhankelijk van het soort meststof duurt het dan lang voordat de meststof ‘uitgewerkt’ is. Er zijn bijvoorbeeld voor de containerteelt gecoate meststoffen met verschillende werkingsduur. Denk hierbij aan osmocote, basacote, multicote e.d.

Strooimeststoffen

Oplosmeststoffen Oplosmeststoffen worden in korrel-, kristal- of poedervorm geleverd. Deze meststoffen worden in bakken opgelost en vervolgens met het gietwater meegegeven. Belangrijk is dat deze meststoffen inderdaad volledig oplossen, anders treden verstoppingen van het watergeefsysteem op. Er is ook een mogelijkheid om een meststof op te lossen en vervolgens te verspuiten over het gewas. Dit noem je dan een bladmeststof. LET OP: dit kan slechts met enkele meststoffen en moet onder bepaalde weersomstandigheden gebeuren.

Schema containerteelt

Schema vollegrondsteelten

Theorie opdracht Nakijken van opdrachten: Niveau 2: Boek planten voeden is dat nodig? Hoofdstuk 3,1 vraag 3, 4 en 5 Niveau 3 en 4: Opdrachtenboek opgave 1 t/m 3.

Niveau 2

Niveau 2

Niveau 2

Voorbeeld: Van een analyserapport hebben we de volgende gegevens afgelezen: De adviesgift voor kalium is 120 kg per hectare per jaar. De adviesgift voor magnesium is 150 kg per hectare per jaar. We kunnen de volgende meststoffen gebruiken: Kali 40 met 40% K Kali 60 met 60% K Patentkali met 30% K en 10% Mg Kieseriet met 26% Mg

Juiste hoeveelheid meststof toedienen Wat weet je? Welke gegevens zijn bekend? Adviesgift is te vinden op het analyse De samenstelling van de meststoffen (kunstmest soorten) Wat wordt gevraagd? Hoeveel kg van de meststof(fen) moet je toedienen?

Adviesgift kalium is 120 kg per ha adviesgift Magnesium is 150 kg per ha 0,6 kg K 60 kg K 120 kg K Of: 120 kg K / 60 kg K per kg Kali 40 = 2 kg 2 kg x 100 = 200 kg Kali 40 Of: 120 / 60 x 100 = 200 kg Kali 40 Controle: 60% x 200 kg = 120 kg Kali

Adviesgift kalium is 120 kg per ha adviesgift Magnesium is 150 kg per ha 40 kg K 120 kg K Of: 120 kg K / 40 kg K per kg Kali 40 = 3kg 3 kg x 100 = 300 kg Kali 40 Controle: 40% x 300 kg = 120 kg Kali Kieseriet (100%) 100 kg 3,846… kg 576,923... kg Mg (26%) 26 kg Mg 1 kg Mg 150 kg Mg Of: 150 kg Mg / 26 kg Mg per kg Kieseriet = 5,77 kg 5,77 kg x 100 = 577 kg Kieseriet Controle: 26% x 577 kg = 150 kg Mg

Rekenvoorbeeld 1 Als we kiezen om de kaligift middels kali 40 te geven moeten we realiseren dat er slechts 40% van de meststof kali bevat. Dit wil zeggen dat ieder 100kg kali 40, 40 kg kali levert. Als we 120 kg kali nodig hebben moeten we 120kg : 40 = 3kg  3kg X 100 = 300 kg kali 40 strooien. Je kunt controleren door 40% te nemen van 300 kg kali 40. 1% van 300kg is 300kg : 100 = 3kg 3kg X 40 = 120 kg kali

Rekenvoorbeeld 2 Als we ervoor kiezen om de magnesiumgift middels kieseriet te geven, rekenen we dit als volgt uit:100 kg kieseriet bevat 26% Mg, We hebben nodig 150 kg Mg 150kg : 26 = 5,77 kg  5,77kg X 100 = 577 kg kieseriet Controle: 26% van 577 kg kieseriet = 5,77 X 26 = 150kg Mg

Adviesgift kalium is 120 kg per ha adviesgift Magnesium is 150 kg per ha Patentkali (100%) 100 kg 400 kg K (30%) 30 kg K 120 kg K Mg (10%) 10 kg Mg 40 kg Mg 120 kg K en 40 kg Mg gegeven Nog 150 – 40 kg = 110 kg nog nodig Kieseriet (100%) 100 kg 3,846… kg 423,07... kg Mg (26%) 26 kg Mg 1 kg Mg 110 kg Mg Dus in totaal 400 kg Patentkali en 423 kg Kieseriet geven.

Opgave 1 Advies: Meststoffen: 260 kg N & 80 kg K Meststoffen: kalkammonsalpeter = 26% N Kali 40 = 40% K Bereken hoeveel je nodig hebt van de genoemde meststoffen

Opgave 2 Advies: Meststoffen: 110 kg N & 135 kg Mg Meststoffen: Magnesammonsalpeter = 22%N Kieseriet = 27% Mg Bereken hoeveel je nodig hebt van de genoemde meststoffen

Opgave 3 Advies: Meststoffen: 180 kg N & 150 kg P & 310 kg K Meststoffen: NPK 12-10-18, 12%N, 10%P, 18%K Kali 40, 40% K Bereken hoeveel je nodig hebt van de genoemde meststoffen

Opdracht Niveau 2: Boek; planten voeden is dat nodig? Hoofdstuk 3.2 vraag 8, 9, 10, 11 en 12 maken Niveau 3 & 4: Opgave 4 en 5 maken van het opdrachtenboek. Dit is te vinden op bladzijde 3.

Evaluatie Hoe ging het vandaag?