Hoofdstuk 17 Breuken basis. Hoofdstuk 17 Breuken basis.

Slides:



Advertisements
Verwante presentaties
Negatieve getallen Klas 1 | Hoofdstuk 4
Advertisements

Een getal met een komma noemen we een decimaalgetal.
Hoofdstuk 9 havo KWADRATEN EN LETTERS
Inleiding programmeren in C++ Life Science & Technology 2 februari Universiteit Leiden.
GELIJKNAMIGE BREUKEN les 31.
Bewerkingen met breuken Les 37.
Breuken.
De breuken-quiz.
Gelijkwaardige formules
1.2 Binnenkomst Nakijken herhaling 1.1 Uitleg 1.2 Lezen 1.2
Rekenen met verdeelsleutels
Breuken in berekeningen
Rekenen en wiskunde - Verhoudingen
Werk uit.. Methode 1)hou de teller samen door haakjes in te voeren 2)vervang de breukstreep door het deelteken 3)hou ook de noemer samen door haakjes.
Rekenen met getallen : = x Delen door een breuk is hetzelfde als vermenigvuldigen met het omgekeerde van die breuk. Maak je zelf zo min mogelijk.
Liquiditeit en solvabiliteit Uitgangspunt is onderstaande (verkorte)balans … Activa Passiva Vaste activaEigen vermogen Vlottende activaLanglopende schulden.
rekenen Basisvaardigheden toegepast rekenen
Quiz Breuken.
Inhoud Breuken (optellen, aftrekken, vermenigvuldigen en delen).
Wiskunde voor Engineering HU / Boswell Bèta 11 augustus.
Deze les hoofdrekenen les 1 vervolg
Wat is algebra? Rekenen is het werken met getallen. Er zijn vier hoofdbewerkingen: optellen, aftrekken, vermenigvuldigen en delen. Verder ken je de bewerkingen.
IMATerials: audiomat  .
Getallenkennis 5de leerjaar.
Les 4 : rekenen met tabellen
F- en Z-hoeken Uitleg en opgave Mavo.
Liquiditeit en solvabiliteit
Bewerkingen 5de leerjaar.
Het vereenvoudigen van breuken
Hoofdstuk 7: Handelsrekenen
Vermenigvuldig net die tellers met mekaar en
Hoofdstuk 13 figuren. Hoofdstuk 13 figuren Paragraaf 17.1 Vlakke figuren.
Negatieve getallen Klas 1 | Hoofdstuk 4
Rekenen met verhoudingen
Hoofdstuk 14 Rekenen met tijd. Hoofdstuk 14 Rekenen met tijd.
Basis 1 Getallen. Basis 1 Getallen Paragraaf B1.1 Groeperen per 10.
  Alcoutim.
Breuken optellen en aftrekken
Hoofdstuk 32 PROBLEEM OPLOSSEN. Hoofdstuk 32 PROBLEEM OPLOSSEN.
Breuken vermenigvuldigen
Hoofdstuk 12 cijferen. Hoofdstuk 12 cijferen Paragraaf 12.1 Optellen en aftrekken.
OPTELLEN & AFTREKKEN de basis
Rekenen met kommagetallen
Kommagetallen – De basis
Hoofdstuk 2 groeperen. Hoofdstuk 2 groeperen GROEPEREN & INWISSELEN Paragraaf 2.1 GROEPEREN & INWISSELEN.
Afronden en gemiddelde
OPTELLEN & AFTREKKEN handig rekenen
3 vmbo-KGT Samenvatting Hoofdstuk 10
Hoofdstuk 30 Negatieve getallen. Hoofdstuk 30 Negatieve getallen.
Hoofdstuk 9 Handig rekenen 1. Hoofdstuk 9 Handig rekenen 1.
Hoofdstuk 1 Tellen. Hoofdstuk 1 Tellen Paragraaf 1.1 Tellen in groepjes.
Info 2 Vereenvoudigen van breuken M A R T X I © André Snijers W K U N
Inflatie en koopkracht
De kommagetallen De kommagetallen De kommagetallen © Andre Snijers.
M A R T X I W K U N E D S 2 G1 Rekenen met breuken © André Snijers.
De gehele getallen De gehele getallen De gehele getallen
Breuken vermenigvuldigen
Bijzondere verhoudingen
De vierkantjes puzzel Dit is een puzzel om uw hersens eens goed te laten werken. De vraag is bij elk figuur hoeveel vierkanten u ziet.
De rationale getallen De rationale getallen De rationale getallen
Vermenigvuldig net die tellers met mekaar en
Machten van breuken Machten van breuken Machten van breuken
Soms handig om priemgetallen te gebruiken.
Hoofdstuk 4 Kommagetallen basis. Hoofdstuk 4 Kommagetallen basis.
Breuken vermenigvuldigen
Verder rekenen met kommagetallen
Vermenigvuldigen en delen. Toepassen.
Optellen, aftrekken en vereenvoudigen
Breuken optellen en aftrekken
Transcript van de presentatie:

Hoofdstuk 17 Breuken basis

Paragraaf 17.1 breuken

Als je 80 appels eerlijk verdeelt over vier manden, hoeveel appels komen er dan in elke mand? Wat nu als je 1 appel in 4 gelijke stukken verdeelt, hoe noem je dan elk deel? 1 vierde deel > deel > een kwart

Dit spreek je uit als ‘drie achtste’ Meerdere stukken Dit spreek je uit als ‘drie achtste’

Meerdere stukken Dit spreek je uit als ‘drie achtste’ Dit spreek je uit als ‘vier negende’

Bijzondere breuken

Paragraaf 17.2 vereenvoudigen

Dus als de noemer groter is, dan is het deel kleiner. is kleiner dan Dus als de noemer groter is, dan is het deel kleiner.

Zijn 2 stukjes van evenveel al ? Zijn 3 stukjes van evenveel al ?

Is dat ook echt zo? We zoeken het uit.

En en ?

is evenveel waard als

Hoofdstuk 17 Extra opgaveN

Welk deel van de figuur is gekleurd? Vraag 1 Welk deel van de figuur is gekleurd? Geef je antwoord in een breuk

Welk deel van de figuur is gekleurd? Vraag 2 Welk deel van de figuur is gekleurd? Geef je antwoord in een breuk

Vraag 3 Welk getal is de teller?

Welke breuk hoort bij dit plaatje? Vraag 4 Welke breuk hoort bij dit plaatje? =

Vul een gelijkwaardige breuk in met een noemer tussen de 35 en de 45. Uitwerking: vraag 5 Vul een gelijkwaardige breuk in met een noemer tussen de 35 en de 45. =

Vereenvoudig zo eenvoudig mogelijk. Vraag 6 Vereenvoudig zo eenvoudig mogelijk.