GESLACHTELIJKE VOORTPLANTING DE MENS
Primaire geslachtskenmerken Kenmerken zichtbaar bij de geboorte
Primaire geslachtskenmerken Jongens Penis Balzak Meisjes Schaamlippen Schaamspleet
Secundaire geslachtskenmerken Kenmerken vanaf de puberteit
Secundaire geslachtskenmerken Jongens Okselhaar Schaamhaar Strottenhoofdontwikkeling & Stemwisseling Aangezichtsbeharing Lichaamsbeharing Spermaproductie Brede schouders & smalle heupen
Secundaire geslachtskenmerken Meisjes Okselhaar Schaamhaar Borstklierweefselontwikkeling Menstruatie Onderhuids vet Smalle schouders & brede heupen
Tertiaire geslachtskenmerken Dit betreft geen lichamelijke veranderingen dan wel “gedragsveranderingen” Zich afzetten tegen gezagsdragers Dwepen met idolen Een eigen mening vormen Zich aangetrokken voelen tot andere geslacht
Mannelijk voortplantingsstelsel 1: teelbal 2: bijbal 3: zaadleider 4: zaadblaasje 5: prostaatklier 6: Cowperse klier 7: urinebuis 8: zwellichaam 9: eikel 10: voorhuid
Detail teelbal 1: teelbal (overlangs) 2: bijbal 3: zaadleider
Detail zaadcel 1: kop 2: flagel of zweephaar
Vrouwelijk voortplantingsstelsel 1: eierstok 2: eitrechter 3: eileider 4: baarmoeder 5: schede 6: kleine schaamlippen 7: grote
Detail vagina 1: eierstok 2: eitrechter 3: eileider 4: baarmoederholte 5: baarmoederspieren 6: baarmoederslijmvlies 7: baarmoederhals 8: schede
Detail eierstok 1: jonge follikel 2: rijpende follikel 3: rijpe follikel 4: openspringende follikel
Menstruatiecyclus De menstruatie duurt normaal altijd vijf dagen! De eisprong gebeurt normaal 14 dagen voor volgende menstruatie!
Bevruchting + ontwikkeling Coïtus: sperma in vagina gebracht Zaadcel versmelt met eicel => zygote Eerste celdeling Vele celdelingen tot morula Morula ontwikkelt tot embryo (3 weken) Embryo ontwikkelt tot foetus (8 weken)
Menselijke zaadcellen
Vrouwelijke eicellen
Versmelten kern zaadcel + kern eicel
Eerste celdeling
Morula (moerbei)
Embryo mens (vanaf 3 weken)
Embryo (28-56 dagen)
Placenta of moederkoek 1: baarmoederslijmvlies 2: navelstreng 3: moederkoek 4: bloedvaten moeder 5: bloedvaten kind
Embryo/Foetus
Foetus mens (vanaf 8 weken)
Geboorte weeën vruchtvliezen breken + verlies vruchtwater ontsluiting baar- moederhals hoofdje naar buiten geboorte nageboorte
Tweeling: één-eiïg Een ééneiïge tweeling of identieke tweeling ontstaat, indien een jonge vrucht zich in een zeer vroeg stadium in twee afzonderlijke, gelijke vruchten deelt, die zich van elkaar losmaken en zich elk tot een apart individu ontwikkelen. (Bij onvolledige scheiding ontstaat een Siamese tweeling.)
Tweeling: twee-eiïg Een twee-eiïge tweeling is ontstaan uit twee afzonderlijk bevruchte eicellen. Het paar kinderen heeft evenveel kans op gelijkenis als twee broers of twee zusters of een broer en een zuster. Soms zijn zij van hetzelfde geslacht en soms zijn het een jongen en een meisje (paartjestweeling).
Tweeling: Siamese
Meerlingen Meerlingen zijn veel zeldzamer: drielingen in 1 op 6000 à 10000 geboorten, vierlingen in 1 op 500000 à 600000 geboorten. De beïnvloeding van de aantallen embryo's die mogelijk is geworden door hormoonbehandeling, heeft geleid tot een relatieve toename van het aantal meerlingen.
Regelen van de voortplanting Periodieke onthouding: geen geslachtsgemeenschap in de vruchtbare periode van de vrouw niet tussen de 8e en de 15e dag na menstruatie !!!!! Geen garantie !!!!!
Regelen van de voortplanting
SOA Sexueel Overdraagbare Aandoening AIDS SYFILIS GONORRHEE ... virus bacterie GONORRHEE Bacterie ...
Verscheidenheid bij mensen
Verscheidenheid bij mensen Familie Kenmerken zowel van vaders als van moeders zijde Mensenrassen 3 mensenrassen die tot dezelfde soort behoren Racisme? Christelijke houding?
GESLACHTELIJKE VOORTPLANTING ANDERE GEWERVELDEN
Voortplanting gewervelde dieren Zoogdieren Vogels Reptielen Amfibieën Vissen
Zoogdieren
Zoogdieren De voortplanting verloopt bijna identiek zoals bij de mens
Vogels
Vogels 1: kalkschaal 2: hagelsnoer 3: luchtkamer 4: schaalvlies 5: eiklaarvlies 6: eiklaar 7: dooiervlies 8: kiemschijf 9: dooier
Bevruchting bij vogels Inwendige bevruchting: cloaca Zaadcellen worden opgeslagen Iedere dag wordt eicel in dooier bevrucht Ei wordt omgeven door eiklaar en vliezen Ei wordt omgeven door zachte kalkschaal Kalkschaal wordt hard aan de lucht Eieren worden bebroed
Voortplantingsstelsel vogels 1: teelbal 2: nier 3: zaadleider 4: cloaca
Voortplantingsstelsel vogels 1: eierstok (linker) 2: eitrechter 3: eileider 4: eiklaarklier 5: kalkschaalklier 6: onvolgroeide eierstok 7: cloaca
Vogel-embryo 1: kalkschaal 2: placenta 3: luchtkamer 4: zuurstofgas 5: kooldioxidegas 6: dooiervlies 7: eiklaar 8: embryo 9: dooierzak
Vogel-embryo
Nestvlieders: grondbroeders
Nestblijvers: boombroeders
Reptielen
Reptielen: eieren?
Jonge slang
Schildpad-embryo
Slangen-embryo
Amfibieën
Amfibieën-ei
Amfibie-embryo
Kikkerdril-kikker 1: kikkerdril 2: kikkerlarve 3: kikkervisje 4: dikkopje 5: achterpoten 6: voorpoten 7: jonge kikker 8: volwassen kikker
Vissen
Vissen-eieren
Vissen-embryo
Synthese Landdieren: eieren met schaal Tegen uitdrogen Tegen stoten 5-200 eieren Waterdieren: eieren zonder schaal Weinig bescherming Zeer grote aantallen
Synthese Vissen: Amfibieën: Reptielen: Vogels: Zeer veel eieren <-> geen broedzorg Amfibieën: Veel eieren <-> geen broedzorg Reptielen: Groot aantal eieren <-> soms broedzorg Vogels: Minder eieren <-> beschermd en bewaakt