antieke inscripties als bron vakcode: 5772VH01 studiejaar 2016-2017 Docent: Dr F.G. Naerebout f.g.naerebout@hum.leidenuniv.nl Omvang: 5 ECTS, Niveau: 300, Periode: 1ste semester Toetsing: door middel van opdrachten en een afsluitende paper Website: www.epigraphy.eu Literatuur: themanummer Epigrafiek, Hermeneus 55 (3) (1983) 137-256
inleiding Doelstelling van colleges ¶ 1 Epigrafiek: definitie en afbakening ¶ 2 Het belang van inscripties voor de geschiedschrijving van de oudheid ¶ 3 De taken van de epigraaf
¶1 Definitie en afbakening epigrafie(k) = studie der inscripties de studie van teksten waarvan de schrifttekens in een hard anorganisch oppervlak zijn uitgespaard, d.w.z. in verdiept reliëf (intaglio) zijn aangebracht (vgl. diepdruk) epi-grafein – in-scribere – in-tagliare
Een kwestie van VORM, en niet van INHOUD NB: dus ook niet van taal; naast de Griekse epigrafie en de Latijnse epigrafie bestaan vele andere epigrafieën Lineair A/B, Cypriotisch syllabenschrift: Minoïsch, Grieks, Eteocypriotisch Hiërogliefen, demotisch: Egyptisch Spijkerschrift, cuneïform: Sumerisch, Elamitisch, Akkadisch, Hittitisch, Perzisch enzovoort Indisch: meerdere schriftsoorten voor meerdere talen Chinees (xin bian = “in steen gehouwen”) Keltisch (inscribed stones): Ogham en Grieks of Latijns schrift Centraal-Amerikaans: Maya Scandinavisch (runes, runic texts, runic inscriptions) Semitisch/Hamitisch: Aramees, Hebreeuws, Phoenicisch, Punisch enzovoort
Het object van de epigrafiek is dus intaglio tekst (uitgehouwen, gegraveerd, uitgesneden, gegoten, gestempeld, …) op steen, metaal, keramiek; op roerend of op onroerend goed, of op natuurlijk gesteente in situ. Echter: tekst in reliëf (vgl. hoogdruk), of samengesteld of ingelegd uit losse letters, of gelegd in mozaiek, en intaglio tekst in organisch materiaal (hout, been, ivoor) wordt vaak meegenomen in epigrafische publicaties. maar is niet (altijd) teksten in een cursief lettertype, en nooit munten. is niet tekst geschreven (of gedrukt) met inkt, verf, grafiet op een organische drager: boombast, hout, bamboe, plantenbladeren, papyrus, papier, perkament, zijde. Dat is het terrein van codicologen, papyrologen enzovoort. Met uitzondering van sommige dipinti en graffiti met inkt of verf op keramiek of op wanden aangebracht.
steen metaal
metaal
metaal
metaal
keramiek
keramiek
wandpleister steen
steen/metaal steen: verschillende steensoorten
hout bot
Buiten het werkterrein van de epigrafiek metaal
berkenbast hout papyrus
bamboe perkament zijde
¶ 2 Het belang van inscripties voor de geschiedschrijving van de oudheid “dass Inschriften für die alte Geschichte den Urkunden für die neuere entsprechen” Barthold Georg Niebuhr ... dat inscripties voor de oude geschiedenis dezelfde rol vervullen als archiefstukken voor de nieuwere “Elle est l’eau de Jouvence de nos études” Louis Robert epigrafiek is de Bron van de Eeuwige Jeugd voor ons vakgebied
Aantallen: > 600.000 Je kunt op vrijwel elk object een inscriptie van ongeacht welke inhoud aanbrengen In de woorden van Jean Sauvaget: “er zijn geen oninteressante inscripties, maar inscripties kunnen wel op oninteressante wijze geïnterpreteerd worden” Let op: 1) onevenwichtige distributie naar plaats en tijd; 2) enkele dominante genres
¶ 3 De taken van de epigraaf Nieuwe inscripties verzamelen (actief/passief) en nieuwe inscripties documenteren (d.m.v. foto’s, tekeningen, Abklätsche, rubbings, exacte beschrijving, opmeten, bibliograferen) Inscripties lezen (paleografie, taal, oplossen van afkortingen en symbolen, het maken van conjecturen) Inscripties dateren (vanuit de inhoud of op basis van externe kenmerken)
Inscripties (her)interpreteren = categoriseren (wijdingen, grafschriften, bouwinscripties, defixiones, diploma’s enz), begrijpen, vertalen Ongepubliceerde en gepubliceerde inscripties bundelen en contextualiseren (‘mettre en série’) Inscripties (her)uitgeven De geschiedenis van de inscripties schrijven Geschiedenis schrijven met inscripties NB: niet iedere epigraaf verricht altijd al deze taken, maar inscripties uitgeven doen ze allemaal