PP Thema 2 ZW klas 3. §1 Organismen ordenen Een organisme is een levend wezen. Ordenen is organismen in groepen indelen. Je doet dit door naar de kenmerken.

Slides:



Advertisements
Verwante presentaties
Indeling van het dierenrijk.
Advertisements

HET RIJK VAN DE DIEREN.
Ordening samenvatting.
Gewervelde.
Bacteriën Schimmels Planten Dieren
ORDENING THEMA 2.
Bacteriën Schimmels Planten Dieren
Indeling van het dierenrijk
T4. Ordening B1. Het ordenen van organismen
Allemaal beestjes Wereldoriëntatie les 1.
Examentraining Biologie
Ordening.
Indeling van het dierenrijk
Indeling van het plantenrijk
Het rijk van de Bacteriën
Schimmels.
BACTERIËN.
Thema Ordening; Basisstof 4
Het rijk van de Planten De sequoia.
Thema 5: Erfelijkheid en evolutie
Thema 1. Vier rijken vergelijken
Vier rijken vergelijken
Thema 1: Ordening Boek: biologie voor jou Vwo B2 deel 1
Leskaart indelen van organismen
1B thema 4: ordening.
Geleedpotigen en gewervelden
Leskaart GFT Uitleg Schimmels
ORDENING. celwand rijk van bacteriën rijk van de schimmels rijk van de planten rijk van de dieren celwand celkern bladgroen celwand celkern Celkern.
Bacteriën Schimmels Planten Dieren
Thema 4. Ordening B1. Het ordenen van organismen
Klas DD31 en DD41 MBO Doetinchem
Planten Dieren Bacteriën Schimmels
Thema 4: Ordening Het dierenrijk (1).
Thema 4 Ordening.
1HA2 Ordening.
Bacteriën en schimmels
Het plantenrijk 2.4.
Bacteriën Schimmels Planten Dieren
Thema 4 ordening vmbo-kgt.
Ordening Hoofdstuk 4.
Ordening Hoofdstuk 4.
Ordening Hoofdstuk 4.
Indeling van het dierenrijk
Herhalingsles Module 1 Basisstof 5 t/M 8.
Voeren en verzorgen Periode 1 – Taxonomie, rasgroepen en rassen
Ordening Hoofdstuk 4.
Ordening Hoofdstuk 4.
Basisstof 4 (+12). Het rijk van de planten
Indeling van het plantenrijk
Vandaag Les 6: Dieren Wat Tijd Start 5 Schimmelbrood : opdracht
Thema 5, evolutie.
B. Stof 2 Prokaryoten B. Stof 3 Eukaryoten
Transcript van de presentatie:

PP Thema 2 ZW klas 3

§1 Organismen ordenen Een organisme is een levend wezen. Ordenen is organismen in groepen indelen. Je doet dit door naar de kenmerken van de organismen te kijken. Een kenmerk is een bepaalde eigenschap, bijvoorbeeld: wel of geen skelet leeft hij in het water of niet bestaat hij uit 1 cel of uit meerdere

Allereerst wordt naar de kenmerken van de cellen van de organismen gekeken. Organismen worden ingedeeld in vier rijken; 1.Dieren 2.Planten 3.Schimmels 4.Bacteriën BacteriënDierenSchimmelsPlanten CelkernJa CelwandJa BladgroenkorrelsJa

Organisme  Rijken  Afdelingen  Klassen  Soorten Twee organismen horen tot dezelfde soort als ze samen vruchtbare nakomelingen kunnen krijgen.

§2 Rijk van de bacteriën ééncellig voortplanting door deling bacteriën zijn reducenten: ze ruimen dode organismen op bij het maken van sommige voedingsmiddelen en medicijnen worden bacteriën gebruikt, bv yoghurt als we voedsel te lang laten liggen kan het bederven door bacteriën een infectie is een ziekte die komt door een bacterie, bv oorontsteking antibiotica is een medicijn tegen schadelijke bacteriën

§3 Rijk van de schimmels ééncellig of veelcellig bestaan uit schimmeldraden ééncellig: voortplanting door deling veelcellig: voortplanting door sporen sporen ontstaan aan het uiteinde van de schimmeldraden of in de paddenstoel schimmels zijn reducenten: ze ruimen dode organismen op bij het maken van sommige voedingsmiddelen en medicijnen worden schimmels gebruikt, bv bier als we voedsel te lang laten liggen kan het bederven door schimmels schimmels kunnen ook ziektes veroorzaken, bv voetschimmel

§4 Rijk van de planten Het rijk van de planten verdelen we in drie groepen, die we afdelingen noemen: 1.Wieren (algen): hebben geen wortels, stengels, bladeren of bloemen 1.Sporenplanten: hebben wel wortels, stengels en bladeren, geen bloemen (mossen en varens) 1.Zaadplanten: hebben wortels, stengels, bladeren en bloemen

Zaadplanten verdelen we weer in twee groepen, die we klassen noemen: 1.Naaktzadige planten: deze planten hebben kegels (dennenappels) waartussen de zaden ‘naakt’ liggen. Naaldbomen zijn naaktzadige planten. 2.Bedektzadige planten: deze planten hebben vruchten waarin de zaden zitten.

§5 Rijk van de dieren Hebben een inwendig skelet (mens) of uitwendig skelet (krab) of geen skelet (kwal) Het dierenrijk kun je weer indelen in 8 afdelingen: 1.Eencellige dieren 2.Sponzen 3.Holtedieren 4.Wormen 5.Weekdieren 6.Stekelhuidigen 7.Geleedpotigen 8.Gewervelden

§6 Geleedpotigen Veelcellig Heeft poten die uit kleine stukjes bestaan: de leden Uitwendig skelet: vervellen Geleedpotigen worden verdeeld in vier groepen, die we klassen noemen: 1.Duizendpoten (veel poten) 2.Kreeftachtigen (10 poten) 3.Spinnen (8 poten) 4.Insecten (6 poten)

Insecten hebben een kop, borststuk en achterlijf

§7 Gewervelden Inwendig skelet Wervelkolom Gewervelde dieren kunnen verder worden ingedeeld in vijf groepen, die we klassen noemen: 1.Vissen 2.Amfibieën 3.Reptielen 4.Vogels 5.Zoogdieren