Grammatica woordsoorten Aanwijzend en vragend voornaamwoord
Wat ga je deze les leren? Wat aanwijzende en vragende voornaamwoorden zijn. Hoe je deze voornaamwoorden herkent en uit een zin haalt.
Wat is een aanwijzend voornaamwoord? de fiets: het brood: Hier=dichtbij: deze hier=dichtbij: dit Daar=verderop: die daar=verderop: dat Meervoud (altijd deze/die!!) (hier) deze fietsen (daar) die broden.
Samengevat: Enkelvoud de-woorden: Deze>dichtbij Die>verderop Het-woorden: Dit>dichtbij Dat>verderop Meervoud Altijd deze of die Deze>dichtbij Die>verderop
Wat is een aanwijzend voornaamwoord? Een aanwijzend voornaamwoord wijst iets aan. Aanwijzende voornaamwoorden zijn: deze, die, dit, dat, zulk(e), zo’n en dergelijk(e). De woorden dat en die zijn aanwijzende voornaamwoorden als je ze in een zin kunt vervangen door dit of deze.
Wat is een aanwijzend voornaamwoord? Een aanwijzend voornaamwoord hoort bij een zelfstandig naamwoord. Geen zelfstandig naamwoord? Dan moet je het er bij kunnen denken. Voorbeeld: Ik bedoel niet deze auto (zn), maar die rode (auto, zn). Dit (toetje, zn) is zó lekker!
Vul het aanwijzend voornaamwoord in Kies uit: deze, die, dit, dat 1 Begin ………………… maand kon iedereen zich vrijwillig opgeven voor een conditietest. 2 Vinden jullie ……….. of ……….. het mooiste doelpunt van het seizoen? 3 Meer dan 20 van de 100 grienden die strandden op de kust van Nieuw-Zeeland zijn overleden. ………………… meldt De Telegraaf. 4 ……………………. kantoorpanden zien er saai uit. deze / die dit dat Dit / Dat Die / Deze
Wat is een vragend voornaamwoord? Er zijn vier vragende voornaamwoorden: wie, wat, welk(e), wat voor (een). Wanneer een vragend voornaamwoord midden in een zin staat, kun je er een vraag van maken waarin het vragend voornaamwoord vooraan komt te staan. Voorbeeld: Weet jij wie er morgen op je verjaardag komen? Wie komen er vanavond op je verjaardag?
Maak vraagzinnen 1.Vandaag eten we kip in kerriesaus met rijst. Bijvoorbeeld: Wat eten we vandaag? 2. Veerle en Sem zijn op 1 april geboren. Bijvoorbeeld: Wie zijn op 1 april geboren? 3.De Oscars worden vanavond uitgereikt. Bijvoorbeeld: Welke prijzen worden vanavond uitgereikt? 4.Past een Duitse herder of een labrador bij jou? Of ben je meer een type voor een boxer? Bijvoorbeeld: Wat voor een hond past bij jou?