Tot nu toe ken je: De tegenwoordige tijd (ik eet, ik praat etc.) (Yo) como, (Yo) hablo. De toekomende tijd (wat je van plan bent om te gaan doen, morgen ga ik shoppen) Mañana voy a ir de compras. Nieuw: verleden tijd -> wat heb je gedaan?
VOLTOOID TEGENWOORDIGE TIJD (VTT) Geeft aan dat je iets hebt gedaan. Bijvoorbeeld: Ik heb een brief geschreven
VTT = PRESENTE PERFECTO Om in het Spaans uit te drukken dat je iets hebt gedaan, heb je twee dingen nodig: Hulpwerkwoord (haber) Voltooid deelwoord Vervoeging hulpwerkwoord (Yo)He (Tú)Has (Ella, él, usted)Ha (Nosotros)Hemos (Vosotros)Habéis (Ellos, ellas, ustedes)Han
VTT = PRESENTE PERFECTO Om in het Spaans uit te drukken dat je iets hebt gedaan, heb je twee dingen nodig: Hulpwerkwoord (haber) Voltooid deelwoord Het voltooid deelwoord maak je in het Spaans op de volgende manier: Werkwoord op –AR trabajar Werkwoord op –ER Comer Werkwoord op –IR Vivir Trabajar – AR Trabaj ado Comer - ER Comi do Vivir - IR Viv ido
Het hulpwerkwoord en het voltooid deelwoord zet je in het Spaans altijd naast elkaar. He comido un bocadillo (Ik heb een broodje gegeten )
Er zijn een aantal voltooide deelwoorden die onregelmatig zijn, stampen dus! Bijvoorbeeld: Ik heb een brief geschreven He escrito una carta. Decir (zeggen)Dicho (gezegd) Hacer (doen)Hecho (gedaan) Escribir (schrijven)Escrito (geschreven) Ver (zien)Visto (gezien)