Eindtoets taal Oefenreeks 2
Gebruikte symbolen Ga naar mijn volgende dia Ga naar mijn voorgaande dia Ik wil nog even mijn informatie raadplegen
Keuzemogelijkheid Wil je nog graag even de informatie doornemen ? Klik op onderstaande knop Maak je graag onmiddellijk de oefeningen ? Klik op onderstaande knop
Schrijf het anders de grote sneeuwmanDe sneeuwman is groot. de vuile hoedDe hoed is vuil. de prachtige sleeDe slee is prachtig. de donkere nachtDe nacht is donker. de heldere sterDe ster is helder.
Zeg het anders Een klein veld is een veldje. Een kleine boef is een boefje. Een klein huis is een huisje. Een kleine roos is een roosje. Een kleine broer is een broertje. Een klein veulen is een veulentje. Een klein touw is een touwtje. Een klein dier is een diertje.
Maak de zinnen langer. Antwoord op de vraag Rutger komt thuis uit de school. (Hoe ?) Rutger komt blij thuis uit de school. Hij heeft vrijaf. (Wanneer ?) Hij heeft maandag vrijaf. Rutger mag op reis. (Waarmee ? Naar wie ? Rutger mag met de trein op reis naar oma.
Schrijf het anders de grote sneeuwmanDe sneeuwman is groot. de vuile hoedDe hoed is vuil. de prachtige sleeDe slee is prachtig. de donkere nachtDe nacht is donker. de heldere sterDe ster is helder.
Zeg het anders Een klein veld is een veldje. Een kleine boef is een boefje. Een klein huis is een huisje. Een kleine roos is een roosje. Een kleine broer is een broertje. Een klein veulen is een veulentje. Een klein touw is een touwtje. Een klein dier is een diertje.
Maak de zinnen langer. Antwoord op de vraag Rutger komt thuis uit de school. (Hoe ?) Rutger komt blij thuis uit de school. Hij heeft vrijaf. (Wanneer ?) Hij heeft maandag vrijaf. Rutger mag op reis. (Waarmee ? Naar wie ? Rutger mag met de trein op reis naar oma.
Schrijf het anders de grote sneeuwmanDe sneeuwman is __________. grootstkleingroot
Schrijf het anders de vuile hoedDe hoed is ___________. vuilvuilervuilst
Schrijf het anders de prachtige sleeDe slee is _________________. prachtigermooiprachtig
Schrijf het anders de donkere nachtDe nacht is ___________. donkerderdonkerdonkerst
Schrijf het anders de heldere sterDe ster is ____________. helderhelderstklaar
Een klein veld is een ________. veldetjeveldjeveldeke Zeg het anders
Een kleine boef is een _________. boefetjeboefkeboefje Zeg het anders
Een klein huis is een __________. huistjehuisjehuiseke Zeg het anders
Een kleine roos is een _________. roosjeroosetjerooseke Zeg het anders
Een kleine broer is een _____________. broeretjebroerkebroertje Zeg het anders
Een klein veulen is een _____________. veultjeveulentjeveuleke Zeg het anders
Een klein touw is een __________. touwtjetouwketouwetje Zeg het anders
Een klein dier is een ____________. diertjedieretjedierke Zeg het anders
Maak de zinnen langer. Antwoord op de vraag Rutger komt thuis uit de school. (Hoe ?) Rutger komt blij thuis uit de school. Hij heeft vrijaf. (Wanneer ?) Hij heeft maandag vrijaf. Rutger mag op reis. (Waarmee ? Naar wie ? Rutger mag met de trein op reis naar oma. !!! Maak deze oefening samen met je mama of papa !!! Er zijn verschillende mogelijkheden.
Geweldig !