Welke woorden horen bij deze groep en hoe werkt het? De ‘ein’-Gruppe Welke woorden horen bij deze groep en hoe werkt het?
Welke woorden horen tot de ‘ein’-Gruppe? ein- een kein- geen mein- mijn dein- jouw sein- zijn ihr- haar unser- ons euer- jullie ihr- hun Ihr- uw
Het schema van de ‘ein’-Gruppe Bij ieder ander woord uit de ‘ein’-Gruppe plak je de laatste letter gewoon achter de stam. Voorbeeld: sein kleiner Mann (mannelijk, 1ste naamval) keine kleine Frau (vrouwelijk, 4e naamval) eueren kleinen Kindern (meervoud, 3e naamval) Let goed op bij 2e naamval mannelijk en onzijdig en bij 3e naamval meervoud: hier komt nog een extra letter achter het zelfstandig naamwoord!
Sleutel (het bijvoeglijk naamwoord) Als je kijkt naar het schema op de vorige dia, zie je dat er een dikgedrukte sleutel om een aantal vakjes heenloopt. Deze sleutel heeft alleen betrekking op het bijvoeglijk naamwoord! De regel is: Alle bijvoeglijk naamwoorden die in de sleutel vallen, krijgen ‘–en’ achter het bijvoeglijk naamwoord (hetzelfde als de ‘der’-Gruppe!). Alle bijvoeglijk naamwoorden die uit de sleutel vallen, krijgen alleen een ‘–e’ achter het bijvoeglijk naamwoord, behalve : Mannelijk 1ste: ‘-er’ achter het bijvoeglijk naamwoord Onzijdig 1ste en 4e: ‘-es’ achter het bijvoeglijk naamwoord