Hfdstk 10 Financiële markten §10.1 Beleggen § 10.2 Opties § 10.3 Futures § 10.4 Beleggingskengetallen 9.1
De beleggingsomgeving Het begrip beleggen De macro-economische betekenis Beleggingsinstrumenten Markten en instituties Het beursklimaat
Het begrip beleggen (1)
Het begrip beleggen (2) Het aanwenden van gespaard geld met als doel het instandhouden dan wel het vergroten van de koopkracht ervan onder acceptatie van een bepaalde risicograad
Het begrip beleggen (3) Vergroten productiecapaciteit Vergroten Investeren Beleggen Vergroten productiecapaciteit Vergroten koopkracht
De macro-economische betekenis van beleggingen 27/04/2017 De macro-economische betekenis van beleggingen Productie Inkomen Besteding Besparing Vermogensmarkt
Beleggingsinstrumenten Sparen Consumptiemoment verplaatsen naar toekomst Nadeel: Waardevermindering koopkracht bij algemene prijsstijging
Beleggingsinstrumenten Gespaard geld omzetten in een (ander) waardeobject. Bij voorkeur een object dat: in waarde stijgt of anderszins inkomsten genereert, en eenvoudig in geld om te zetten is.
Beleggingsinstrumenten Op basis waarvan verwachten we dat een waardeobject in de loop van de tijd meer geld waard wordt?
Beleggingsinstrumenten Dit is in geval wanneer: Het waardeobject vertegenwoordigt opbrengsten van productieve activiteiten. Vorderingen (bijv. lening, obligaties) Aandelen
Beleggingsinstrumenten (3.5) waardeobject in de loop van de tijd schaarser wordt Kunst Antiek Onroerend goed Wijn Etc.
Beleggingsinstrumenten (3.6) waardeobject het recht of het recht én de plicht vertegenwoordigt om een ander object te kopen of te verkopen tegen een bepaalde prijs. Opties Termijncontracten (future) Turbo’s
Beleggingsinstrumenten Futures Opties Aandelen Risico en mogelijk rendement Obligaties Spaarrekening
Markten en instituties
Markten en instituties De handel in effecten dateert sinds 1602; Oorsprong bij de VOC; Geen handel zonder organisatie!; Sinds 1611 effectenhandel op de beurs. In 1876 is de Vereniging voor effectenhandel opgericht
Markten en instituties Halverwege jaren ‘90 wordt de Amsterdamse Effectenbeurs omgedoopt tot AEX; In 2000 fusie ParisBourses, Brussels Exchanges en AEX tot Euronext.
Markten en instituties Bemiddelaars op de Effectenbeurs Toegelaten instelling Banken en commissionairs Floorbrokers/daghandelaar Hoekman (alleen nog resterende opdrachten) Broker (alleen obligaties) Clearing member (afwikkeling transacties)
Markten en instituties Plaatsen van effectenorders Limietorder Bestensorder Doorlopende order Dagorder
Het Beursklimaat Officiële Prijscourant Dagbladen Internet Teletekst Koerspublicaties Officiële Prijscourant Dagbladen Internet http://www.iex.nl/content/?id=streamingKoersen_AEX Teletekst
Het beursklimaat Het beursklimaat wordt o.a. door indexcijfers weergegeven. Belangrijkste graadmeter is de AEX-index De AEX-index bestaat uit het gewogen gemiddelde van de 25 meest verhandelde fondsen http://www.behr.nl/Beurs/aex.html De Midkap-index bestaat 25 ondernemingen uit het middensegment (AMX) Smallcap: AScX http://www.behr.nl/Beurs/aexnext.html
Kandidaat aex-index fondsen 1: ING 89913 2: RD Shell-A 81115 3: Unilever 55181 4: Arcelor Mittal 54192 5: Philips 41363 6: KPN 33544 7: AEGON 28198 8: Akzo 23427 9: ASM Litho 22932 10: Unibail ** 20297 11: Ahold 17466 12: Heineken 16370 13: TNT 13894 14: DSM 13657 15: Air France-KLM ** 11826 16: Reed Elsevier 10351 17: TomTom 8920 18: Wolters Kluwer 7278 19: SBM Offshore 7128 20: Fugro 6598 21: Randstad 6429 22: Corio 5521 23: Boskalis 3190 24: Wereldhave 3045 25: BAM Groep 2832 Kandidaat midkap- index fondsen 26: Nutreco 2829 27: SNS Reaal 2216 28: Vopak 2084 29: USG People 2083 30: Aalberts 1765 31: AMG 1759 32: CSM/C 1744 33: Imtech 1671 34: Smit 1575 35: ASM Int. 1554 36: OCÉ 1351 37: Crucell 1184 38: Eurocomm Prop 1063 39: Vastned Retail 880 40: Draka 866 41: OPG 803 42: Wavin 716 43: Logica 675 44: BinckBank 666 45: Heijmans 659 46: Wessanen 656 47: Arcadis 578 48: KTC 499 49: Ordina 490 50: ProLogis Eur.Prop 487 Kandidaat smallcap- index fondsen 51: Sligro 359 52: Hunter Dougl. * 356 53: Vastned Off 335 54: Exact Holding 315 55: vd Moolen 300 56: Grontmij 277 57: Nieuwe Steen Inv 253 58: Unit 4 224 59: Kardan 200 60: Telegraaf 182 61: Super de Boer 150 62: Liberty Acq *** 147 63: TKH Group 146 64: InnoConcepts 142 65: Ballast Nedam 138 66: Brunel 137 67: Beter Bed 133 68: Eriks 69: Accell Group 108 70: Pharming 107 71: Homburg Inv 106 72: Macintosh 95 73: Qurius 85 74: Kas-Bank 71 75: Antonov 65 Top 15 overige fondsen 76: Gamma 51 77: Fornix BioSc 38 78: Spyker Cars 31 79: Kendrion 22 80: Sopheon 81: BE Semicond. 21 82: Pan-Europ Hotel 83: RSDB 19 84: Nedap 15 85: ICT 13 86: CVG 12 87: C/Tac 88: Neways 11 89: Punch Graphix 90: Samas Groep 10
Het beursklimaat (3.2) Overige indices FTSE Eurotop 100 DAX Dow Jones Nasdaq Nikkei Etc…….
Bekijk enkele beurssites
Opties en futures Optie: recht of verkoop tegen bepaalde prijs (call of Put) Future: plicht tot koop of verkoop van onderliggende waarde (ook op indexen) (Initial) margin: aanbetaling onderliggende waarde (soms 10%) Fysieke levering: werkelijke levering Cash settlement= afrekenen in geld
Technische analyse: "het analyseren van koers- en omzetgegevens met het doel een verwachting uit te spreken over de toekomstige koersontwikkeling". - Patronen ontdekken - concentreert zich puur op de koers- en omzetontwikkeling uit het verleden. - zoekt niet naar de oorzaken of verklaringen. Probeert o.a. de volgende vragen te beantwoorden : · Is de markt omhoog (hausse) of omlaag (baisse) gericht ? · Is er een trendomkeer v.d. markt op handen ? (weerstand) · Wijzen de technische indicatoren in dezelfde richting ? Technische analyse is een instrument voor de korte termijn. De steun- en weerstandniveau's resulteren in de zgn. 'self- fulfilling prophesy'.
Fundamentele analyse: Kijkt naar: macro- economische, bedrijfseconomische politieke sociale factoren Nadeel:- meestal slechts beschikbaar op maand- of kwartaalbasis - cijfers zijn subjectief of moeilijk achterhaalbaar.
9.3
Opties Call (kooprecht) Put (verkooprecht) Intrinsieke waarde: verschil tussen Uitoefenprijs en Beurswaarde De optiehouder heeft een koop of verkooprecht. De intrinsieke waarde kan niet negatief zijn. Het recht wordt dan niet uitgeoefend. Voorbeeld: P AHOLD Mei 2009 7 Het recht om 100 aandelen te verkopen tegen €7 ;Beurswaarde €5: Intrinsieke waarde is 7 – 5 = €2 euro is 200 per contract van 100 stuks Beurswaarde optie: 2,50: tijdwaarde = 2,5 – 2 = 0,50 .
Beleggingskengetallen Koerswinstverhouding: Beurswaarde/ behaalde winst Koerscashflowverhouding: BW/ Cashflow per aandeel Koersintrinsieke waarde verhouding: BW/ IW Rendement: dividend + waardestijging/ aankoopkoers Pay-outratio: dividend/ behaalde winst