Mijn gemeente
Mijn omgeving
Gebruikte symbolen Ga naar mijn volgende dia Ga naar mijn voorgaande dia Ik wil nog even mijn informatie raadplegen
Keuzemogelijkheid Wil je nog graag even de informatie doornemen ? Klik op onderstaande knop Maak je graag onmiddellijk de oefeningen ? Klik op onderstaande knop
Plaats de letter van de foto bij de passende omgeving
Een bos : een stuk natuur dat uit bomen, struiken en planten bestaat. In een bos staan alle bomen dicht bij elkaar. Een boomgaard : een stuk grond met fruit- of notenbomen. Een boomgaard wordt door mensen aangeplant. Een meer : een grote waterplas, door de natuur gemaakt. Er is land rondom de plas. Meestal stromen rivieren ernaartoe.
Een akker : een stuk grond waarop de boer gewassen teelt, zoals maïs, bieten, aardappelen. Een poel : een waterplas die door de natuur is ontstaan. Een poel ligt tussen velden en weiden. Ze is niet erg groot en droogt in de zomer wel eens uit.
Een weide : een grasveld waarop koeien, paarden en andere boerderijdieren grazen. Er is vaak een sloot of prikkeldraad rond de weide. Een vijver : een kleine waterplas die door mensen is gemaakt. Vijvers zijn vaak aangelegd om parken en tuinen te verfraaien.
Kleur het cirkeltje groen als de uitspraak juist is, rood als ze fout is. Verbeter de foutieve uitspraken.
In een boomgaard grazen veel koeien. In een weide grazen veel koeien. Een poel wordt door mensen aangelegd. Een poel is door de natuur ontstaan. Een vijver wordt soms gebruikt om vissen zoals goudvis, steur en koi te kweken. De akker wordt door de boer bewerkt. Hij beschermt zijn planten tegen onkruid en ongedierte.
Een meer is een kleine waterplas die door de mens is gemaakt. Een meer is een grote waterplas door de natuur gemaakt. Een bos is een stuk grasland waarop alle bomen mooi op een rij en op eenzelfde afstand van elkaar zijn geplant. Een bos is een stuk natuur met bomen, struiken en planten dicht bij elkaar. In het bos leven zowel zoogdieren als insecten. In de weide graast het vee. Er is vaak prikkeldraad rond de weide.
Een bos : een stuk natuur dat uit bomen, struiken en planten bestaat. In een bos staan alle bomen dicht bij elkaar. Een boomgaard : een stuk grond met fruit- of notenbomen. Een boomgaard wordt door mensen aangeplant. Een meer : een grote waterplas, door de natuur gemaakt. Er is land rondom de plas. Meestal stromen rivieren ernaartoe.
Een akker : een stuk grond waarop de boer gewassen teelt, zoals maïs, bieten, aardappelen. Een poel : een waterplas die door de natuur is ontstaan. Een poel ligt tussen velden en weiden. Ze is niet erg groot en droogt in de zomer wel eens uit.
Een weide : een grasveld waarop koeien, paarden en andere boerderijdieren grazen. Er is vaak een sloot of prikkeldraad rond de weide. Een vijver : een kleine waterplas die door mensen is gemaakt. Vijvers zijn vaak aangelegd om parken en tuinen te verfraaien.
In een boomgaard grazen veel koeien. In een weide grazen veel koeien. Een poel wordt door mensen aangelegd. Een poel is door de natuur ontstaan. Een vijver wordt soms gebruikt om vissen zoals goudvis, steur en koi te kweken. De akker wordt door de boer bewerkt. Hij beschermt zijn planten tegen onkruid en ongedierte.
Een meer is een kleine waterplas die door de mens is gemaakt. Een meer is een grote waterplas door de natuur gemaakt. Een bos is een stuk grasland waarop alle bomen mooi op een rij en op eenzelfde afstand van elkaar zijn geplant. Een bos is een stuk natuur met bomen, struiken en planten dicht bij elkaar. In het bos leven zowel zoogdieren als insecten. In de weide graast het vee. Er is vaak prikkeldraad rond de weide.
Klik op de juiste Beschrijving.
Een bos : een stuk natuur dat uit bomen, struiken en planten bestaat. In een bos staan alle bomen dicht bij elkaar. Een boomgaard : een stuk grond met fruit- of notenbomen. Een boomgaard wordt door mensen aangeplant. Een meer : een grote waterplas, door de natuur gemaakt. Er is land rondom de plas. Meestal stromen rivieren ernaartoe. Een poel : een waterplas die door de natuur is ontstaan. Een poel ligt tussen velden en weiden. Ze is niet erg groot en droogt in de zomer wel eens uit. Een vijver : een kleine waterplas die door mensen is gemaakt. Vijvers zijn vaak aangelegd om parken en tuinen te verfraaien. Een weide : een grasveld waarop koeien, paarden en andere boerderijdieren grazen. Er is vaak een sloot of prikkeldraad rond de weide. Een akker : een stuk grond waarop de boer gewassen teelt, zoals maïs, bieten, aardappelen.
Een bos : een stuk natuur dat uit bomen, struiken en planten bestaat. In een bos staan alle bomen dicht bij elkaar. Een boomgaard : een stuk grond met fruit- of notenbomen. Een boomgaard wordt door mensen aangeplant. Een meer : een grote waterplas, door de natuur gemaakt. Er is land rondom de plas. Meestal stromen rivieren ernaartoe. Een poel : een waterplas die door de natuur is ontstaan. Een poel ligt tussen velden en weiden. Ze is niet erg groot en droogt in de zomer wel eens uit. Een vijver : een kleine waterplas die door mensen is gemaakt. Vijvers zijn vaak aangelegd om parken en tuinen te verfraaien. Een weide : een grasveld waarop koeien, paarden en andere boerderijdieren grazen. Er is vaak een sloot of prikkeldraad rond de weide. Een akker : een stuk grond waarop de boer gewassen teelt, zoals maïs, bieten, aardappelen.
Een bos : een stuk natuur dat uit bomen, struiken en planten bestaat. In een bos staan alle bomen dicht bij elkaar. Een boomgaard : een stuk grond met fruit- of notenbomen. Een boomgaard wordt door mensen aangeplant. Een meer : een grote waterplas, door de natuur gemaakt. Er is land rondom de plas. Meestal stromen rivieren ernaartoe. Een poel : een waterplas die door de natuur is ontstaan. Een poel ligt tussen velden en weiden. Ze is niet erg groot en droogt in de zomer wel eens uit. Een vijver : een kleine waterplas die door mensen is gemaakt. Vijvers zijn vaak aangelegd om parken en tuinen te verfraaien. Een weide : een grasveld waarop koeien, paarden en andere boerderijdieren grazen. Er is vaak een sloot of prikkeldraad rond de weide. Een akker : een stuk grond waarop de boer gewassen teelt, zoals maïs, bieten, aardappelen.
Een bos : een stuk natuur dat uit bomen, struiken en planten bestaat. In een bos staan alle bomen dicht bij elkaar. Een boomgaard : een stuk grond met fruit- of notenbomen. Een boomgaard wordt door mensen aangeplant. Een meer : een grote waterplas, door de natuur gemaakt. Er is land rondom de plas. Meestal stromen rivieren ernaartoe. Een poel : een waterplas die door de natuur is ontstaan. Een poel ligt tussen velden en weiden. Ze is niet erg groot en droogt in de zomer wel eens uit. Een vijver : een kleine waterplas die door mensen is gemaakt. Vijvers zijn vaak aangelegd om parken en tuinen te verfraaien. Een weide : een grasveld waarop koeien, paarden en andere boerderijdieren grazen. Er is vaak een sloot of prikkeldraad rond de weide. Een akker : een stuk grond waarop de boer gewassen teelt, zoals maïs, bieten, aardappelen.
Een bos : een stuk natuur dat uit bomen, struiken en planten bestaat. In een bos staan alle bomen dicht bij elkaar. Een boomgaard : een stuk grond met fruit- of notenbomen. Een boomgaard wordt door mensen aangeplant. Een meer : een grote waterplas, door de natuur gemaakt. Er is land rondom de plas. Meestal stromen rivieren ernaartoe. Een poel : een waterplas die door de natuur is ontstaan. Een poel ligt tussen velden en weiden. Ze is niet erg groot en droogt in de zomer wel eens uit. Een vijver : een kleine waterplas die door mensen is gemaakt. Vijvers zijn vaak aangelegd om parken en tuinen te verfraaien. Een weide : een grasveld waarop koeien, paarden en andere boerderijdieren grazen. Er is vaak een sloot of prikkeldraad rond de weide. Een akker : een stuk grond waarop de boer gewassen teelt, zoals maïs, bieten, aardappelen.
Een bos : een stuk natuur dat uit bomen, struiken en planten bestaat. In een bos staan alle bomen dicht bij elkaar. Een boomgaard : een stuk grond met fruit- of notenbomen. Een boomgaard wordt door mensen aangeplant. Een meer : een grote waterplas, door de natuur gemaakt. Er is land rondom de plas. Meestal stromen rivieren ernaartoe. Een poel : een waterplas die door de natuur is ontstaan. Een poel ligt tussen velden en weiden. Ze is niet erg groot en droogt in de zomer wel eens uit. Een vijver : een kleine waterplas die door mensen is gemaakt. Vijvers zijn vaak aangelegd om parken en tuinen te verfraaien. Een weide : een grasveld waarop koeien, paarden en andere boerderijdieren grazen. Er is vaak een sloot of prikkeldraad rond de weide. Een akker : een stuk grond waarop de boer gewassen teelt, zoals maïs, bieten, aardappelen.
Een bos : een stuk natuur dat uit bomen, struiken en planten bestaat. In een bos staan alle bomen dicht bij elkaar. Een boomgaard : een stuk grond met fruit- of notenbomen. Een boomgaard wordt door mensen aangeplant. Een meer : een grote waterplas, door de natuur gemaakt. Er is land rondom de plas. Meestal stromen rivieren ernaartoe. Een poel : een waterplas die door de natuur is ontstaan. Een poel ligt tussen velden en weiden. Ze is niet erg groot en droogt in de zomer wel eens uit. Een vijver : een kleine waterplas die door mensen is gemaakt. Vijvers zijn vaak aangelegd om parken en tuinen te verfraaien. Een weide : een grasveld waarop koeien, paarden en andere boerderijdieren grazen. Er is vaak een sloot of prikkeldraad rond de weide. Een akker : een stuk grond waarop de boer gewassen teelt, zoals maïs, bieten, aardappelen.
Klik op het cirkeltje groen als de uitspraak juist is, rood als ze fout is. Klik dan op het juiste Antwoord.
In een boomgaard grazen veel koeien.
In een bos grazen veel koeien. In een akker grazen veel koeien. In een weide grazen veel koeien. Klik op het juiste antwoord
Een poel wordt door mensen aangelegd.
Een poel is door de natuur ontstaan. Een poel is een kleine vijver die door de mens wordt gegraven. Klik op het juiste antwoord
Een vijver wordt soms gebruikt om vissen zoals goudvis, steur en koi te kweken.
De akker wordt door de boer bewerkt. Hij beschermt zijn planten tegen onkruid en ongedierte.
Een meer is een kleine waterplas die door de mens is gemaakt.
Een meer is een kleine waterplas door de mens gemaakt. Klik op het juiste antwoord Een meer is een kleine waterplas door de natuur gemaakt. Een meer is een grote waterplas door de natuur gemaakt.
Een bos is een stuk grasland waarop alle bomen mooi op een rij en op eenzelfde afstand van elkaar zijn geplant.
Klik op het juiste antwoord Een bos is een stuk natuur met bomen, struiken en planten dicht bij elkaar. Een bos is een stuk natuur waar koeien in grazen. Een bos is een stuk natuur waar bomen, struiken en planten ver van elkaar staan.
In het bos leven zowel zoogdieren als insecten.
In de weide graast het vee. Er is vaak prikkeldraad rond de weide.
Bravo !