De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub

De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub

Woordsoorten benoemen

Verwante presentaties


Presentatie over: "Woordsoorten benoemen"— Transcript van de presentatie:

1 Woordsoorten benoemen
Module Grammatica K3 Woordsoorten benoemen

2 Wat ga je leren? Je leert wat de volgende woordsoorten betekenen;
Lidwoord (LW) Zelfstandig naamwoord (znw) Bijvoeglijk naamwoord (bnw) Voorzetsel (vz) Zelfstandig werkwoord (zww) Hulpwerkwoord (hww) Je leert deze woordsoorten op te zoeken in de zin.

3 Lidwoord (lw) We kennen er maar 3: DE - HET – EEN
Lidwoorden plaats je vóór een zelfstandig naamwoord: Voorbeeld: DE kast, HET hondje, EEN docent.

4 Zelfstandig naamwoord (znw)
Overal hebben we een naam voor bedacht; deze woorden zijn de zelfstandige naamwoorden; Namen voor: Mensen Dieren Dingen Planten (eigen)namen: namen van personen en plaatsen.

5 Bijvoeglijk naamwoord (bnw)
Dit zijn de zogenaamde ‘versierwoorden’; Het zegt iets meer over een zelfstandig naamwoord, het geeft je meer informatie (over de eigenschappen of kenmerken van het znw); Het staat meestal direct vóór een znw. Voorbeeld: de GROTE man met de LANGE neus heeft een KLEIN hondje dat een RODE strik draagt.

6 Voorzetsel (vz) Dit zijn de zogenaamde ‘Kastwoorden’ of ‘Feestwoorden’; Bijvoorbeeld: OP het feest, TIJDENS het feest, IN de kast, NAAST de kast, TUSSEN de kast, ACHTER de kast.

7 Zelfstandig werkwoord (zww)
Geeft precies aan WAT je doet; Je hebt altijd maar één zww in de zin staan, de rest van de ww zijn hulpwerkwoorden (hww). Voorbeeld: Afgelopen zondag hebben we heerlijk geschaatst. werkwoorden in deze zin: hebben – geschaatst ‘Geschaatst’ geeft precies aan WAT je hebt gedaan en is dus het zww Het ww ‘hebben’ blijft over; dit is het hulpwerkwoord (hww)

8 Hulpwerkwoord (hww) Wanneer er twee of meer werkwoorden in de zin staan; Het werkwoord dat niet precies aangeeft wat je doet. Voorbeeld: De politie zal regelmatig langs onze school rijden. werkwoorden in deze zin: zal – rijden. ‘Rijden’ geeft precies aan WAT je hebt gedaan en is dus het zww Het ww ‘zal’ blijft over; dit is dus het hulpwerkwoord (hww)


Download ppt "Woordsoorten benoemen"

Verwante presentaties


Ads door Google