Breuken in berekeningen

Presentatie over: "Breuken in berekeningen"— Transcript van de presentatie:

1 Breuken in berekeningen
1

2 Bereken zonder rekenmachine (1)
V3F-Breuken op herhaling - 3 dinsdag 18 april 2017 Bereken zonder rekenmachine (1) 1. 2. 7 28 7 = = 4 13,3 – 1,3 24 12 24 = = 2 Voorbeelden die aansluiten bij opdrachten 78 t/m 81 van het boek. De lange deelstreep heeft dezelfde betekenis als haakjes om berekeningen in teller en noemer: de berekeningen in teller en/of noemer heeft voorrang! R. Wasserman

3 Bereken zonder rekenmachine (2)
V3F-Breuken op herhaling - 3 dinsdag 18 april 2017 Bereken zonder rekenmachine (2) Teller uitrekenen: Noemer uitrekenen: Deling uitrekenen: 3 7 1 2 6 14 7 14 13 14 + = + = 3 4 4 7 21 28 16 28 5 28 - = - = Dit voorbeeld hoort bij de opdrachten 82 t/m 85 van het boek. Reken eerst teller en noemer van de ‘grote’ breuk uit, deel daarna beide uitkomsten. Delen door een breuk = vermenigvuldigen met de omgekeerde breuk. 13 14 5 28 13 14 28 5 13 x 28 14 x 5 364 70 52 10 ÷ = x = = = 26 5 1 5 = = R. Wasserman

4 Bereken zonder rekenmachine (3)
V3F-Breuken op herhaling - 3 dinsdag 18 april 2017 Bereken zonder rekenmachine (3) Bereken het gemiddelde van 14 en 8 en 22 als breuk 3 44 3 2 3 14 = = Deze manier van schrijven en uitrekenen sluit aan bij de opdrachten 78 t/m 81. Schrijfwijze ( ) / 3 is natuurlijk ook correct. Hier zijn de haakjes verplicht. Om de helen uit 44/3 te halen kan ook de staartdeling gebruikt worden. 3 /44\ 14 rest 2. De rest levert de 2/3 op. R. Wasserman

5 Bereken zonder rekenmachine (4)
V3F-Breuken op herhaling - 3 dinsdag 18 april 2017 Bereken zonder rekenmachine (4) Bereken het gemiddelde van 14 en 8 en 22 (1 decimaal nauwkeurig) Staartdeling!  14,7 3 44 3 = Bij berekening in decimalen (hier 1) moet achter de komma doorgerekend worden tot 2 decimalen. Dan afronden. R. Wasserman

6 Bereken zonder rekenmachine (5)
V3F-Breuken op herhaling - 3 dinsdag 18 april 2017 Bereken zonder rekenmachine (5) Welke breuk is groter of ? Gelijknamig maken: Dus: 2 3 3 4 2 3 8 12 = 3 4 9 12 3 4 2 3 = > Om de grootte van breuken te vergelijken, maak je ze eerst gelijknamig  breuk met de grootste teller is de grootste breuk. R. Wasserman

7 Bereken zonder rekenmachine (6)
V3F-Breuken op herhaling - 3 dinsdag 18 april 2017 Bereken zonder rekenmachine (6) Welke breuk is groter of ? Schrijf de breuken decimaal (evt. staartdeling maken): Dus: 2 3 3 4 2 3 = 0, 3 4 75 100 3 4 2 3 = = 0,75 > Je kunt breuken ook als decimale getallen schrijven om de grootte te vergelijken. Maak de noemer 10, 100, 1000, enz. en schrijf dan decimaal. Als dit niet gaat, biedt de staartdeling uitkomst. R. Wasserman

8 Bereken zonder rekenmachine (7) breuken met + en –
V3F-Breuken op herhaling - 3 dinsdag 18 april 2017 Bereken zonder rekenmachine (7) breuken met + en – 3 7 -1 2 6 14 -7 14 14 13 14 - = - = = 3 4 -6 7 21 28 -24 28 28 -3 28 + = + = = Maak de noemers gelijk (gelijknamig maken) en tel de tellers bij elkaar. Houd hierbij rekening met de rekenregels. De voorbeelden van deze presentatie horen bij de opdrachten 77 t/m 91 van het boek. R. Wasserman

9 te maken opgaven werkschrift
G3f-Standaardbewerkingen Optellen en aftrekken te maken opgaven werkschrift Bestudeer: De aantekeningen (de gemaakte voorbeelden) Maak: Opdrachten xx, xx, xx, xx, xx, xx U kunt zelf in deze dia het huiswerk noteren. R. Wasserman