Een kwestie van leven en dood

Presentatie over: "Een kwestie van leven en dood"— Transcript van de presentatie:

1 Een kwestie van leven en dood
Reanimatie Een kwestie van leven en dood

2 Reanimatie 2007 Reanimeren is het overnemen van de ademhaling en vooral de bloedsomloop indien er sprake is van een hartstilstand bij een slachtoffer. Indien zowel de ademhaling als de circulatie weer op gang gebracht moeten worden, spreekt men ook wel over Cardiopulmonale Resuscitatie (CPR). Met ingang van augustus 2006 heeft de NRR (Nederlandse Reanimatie Raad) de volgende gewijzigde richtlijnen ingevoerd: Men controleert het slachtoffer alleen nog maar op aanwezige ademhaling. Als er geen ademhaling is of een abnormale ademhaling waarschuwt men onmiddellijk via 112. Laat een AED (automatische externe defibrillator) halen. Start met 30 compressies achtereen op de borstkas en ventileer (be-adem) 2 keer. Het masseren van de borstkas doet u met een tempo van 100x per minuut. (Zie ook het hoofdartikel hartmassage) Sluit de AED zo snel mogelijk aan en volg de richtlijnen die het apparaat voorstelt. Controleer tussentijds de ademhaling niet meer. Ga door met massages en beademingen tot professionele hulp (bv.. ambulance medewerkers) het overneemt. Voor Hartstilstand De NRR (Nederlandse Reanimatie Raad) heeft in april 2006 nieuwe richtlijnen gepubliceerd. Bij een hartstilstand is er altijd ook sprake van een ademhalingsstilstand. Daarom controleert men met ingang van augustus 2006 alleen nog maar op de aanwezigheid van ademhaling. Is er geen ademhaling, dan start men met reanimatie. Dat betekent dus masseren en beademen. (Voorheen 15 maal hartmassage en 2x beademen. ) Nu wordt dat 30x masseren en 2x beademen. Men gaat door met reanimatie totdat professionele hulp aanwezig is. De theorie achter het masseren is dat door het eerst indrukken en daarna loslaten van de borstkas er een negatieve druk wordt gecreëerd in de borstkas waardoor de grote vaten bloed kunnen aanzuigen. Die negatieve druk wordt pas na een aantal massages bereikt en bij het tempo van 15 massages moest men telkens de negatieve druk opnieuw opbouwen. Met 30 massages heeft men langer voordeel van de negatieve druk.

3

4

5 Basale reanimatie en het gebruik van de Automatische Externe Defibrillator

6 Aan het einde van deze cursus kunt u demonstreren:
LEERDOELEN Aan het einde van deze cursus kunt u demonstreren: Hoe u een bewusteloos slachtoffer benadert. Hoe u hartmassage en beademing uitvoert. Hoe u een automatische externe defibrillator veilig gebruikt. Hoe u een bewusteloos slachtoffer dat ademt in stabiele zijligging plaatst.

7 ACHTERGRONDINFORMATIE
Elk jaar gebeuren er ongeveer hartstilstanden in Europa Overleving tot ontslag uit het ziekenhuis is ongeveer 5-10% Het uitvoeren van reanimatie voor de aankomst van de ambulance is van levensbelang Bij vroegtijdig reanimeren en onmiddellijk defibrilleren (binnen de 1-2 minuten) kunnen de overlevingskansen > 60% bedragen

8 KETEN VAN OVERLEVING

9 Controleer bewustzijn Controleer ademhaling
Let op veiligheid Controleer bewustzijn Roep hulp Open luchtweg Controleer ademhaling Bel 112 Geef 30 compressies Geef 2 beademingen

10 Controleer bewustzijn Controleer ademhaling
LET OP VEILIGHEID! Omgeving Hulpverlener Slachtoffer Omstanders Let op veiligheid Controleer bewustzijn Roep hulp Open luchtweg Controleer ademhaling Bel 112 Geef 30 compressies Geef 2 beademingen

11 CONTROLEER BEWUSTZIJN
Let op veiligheid Controleer bewustzijn Roep hulp Open luchtweg Controleer ademhaling Bel 112 Geef 30 compressies Geef 2 beademingen

12 CONTROLEER BEWUSTZIJN
Schud voorzichtig de schouders. Vraag: “Gaat alles goed met u?” Indien hij reageert: Laat liggen zoals u hem vond. Zoek uit wat het probleem is. Controleer regelmatig.

13 Controleer bewustzijn Controleer ademhaling
ROEP HULP Let op veiligheid Controleer bewustzijn Roep hulp Open luchtweg Controleer ademhaling Bel 112 Geef 30 compressies Geef 2 beademingen

14 Controleer bewustzijn Controleer ademhaling
OPEN LUCHTWEG Let op veiligheid Controleer bewustzijn Roep hulp Open luchtweg Controleer ademhaling Bel 112 Geef 30 compressies Geef 2 beademingen

15 CONTROLEER ADEMHALING
Let op veiligheid Controleer bewustzijn Roep hulp Open luchtweg Controleer ademhaling Bel 112 Geef 30 compressies Geef 2 beademingen

16 CONTROLEER ADEMHALING
Kijk, luister en voel naar NORMALE ademhaling Verwar agonale ademhaling (gaspen) niet met NORMALE ademhaling

17 Beschreven als moeilijke, zware, luidruchtige of gaspende ademhaling
AGONALE ADEMHALING Komt voor tot in 40% van de gevallen en begint kort nadat het hart stopt Beschreven als moeilijke, zware, luidruchtige of gaspende ademhaling Dit is een teken van hartstilstand

18

19 Controleer bewustzijn Controleer ademhaling
BEL 112 Let op veiligheid Controleer bewustzijn Roep hulp Open luchtweg Controleer ademhaling Bel 112 Geef 30 compressies Geef 2 beademingen

20 Controleer bewustzijn Controleer ademhaling
GEEF 30 COMPRESSIES Let op veiligheid Controleer bewustzijn Roep hulp Open luchtweg Controleer ademhaling Bel 112 Geef 30 compressies Geef 2 beademingen

21 HARTMASSAGE Plaats de hiel van een hand in het midden van de borstkas
Plaats uw andere hand bovenop de eerste Zorg dat alleen de hiel van uw hand de borstkas raakt Druk het borstbeen in Frequentie 100 / min Diepte 4-5 cm Gelijkmatig indrukken - loslaten Indien mogelijk: wissel om de 2 minuten van hulpverlener

22 Controleer bewustzijn Controleer ademhaling
GEEF 2 BEADEMINGEN Let op veiligheid Controleer bewustzijn Roep hulp Open luchtweg Controleer ademhaling Bel 112 Geef 30 compressies Geef 2 beademingen

23 BEADEMEN Open de luchtweg Knijp de neus dicht Adem normaal in
Kantel het hoofd Lift de kin Knijp de neus dicht Adem normaal in Plaats lippen rond mond Blaas rustig in tot de borstkas omhoog komt Blaas gedurende ongeveer 1 seconde in Laat de borstkas terugvallen Herhaal

24 GA DOOR MET REANIMEREN

25 Controleer bewustzijn Controleer ademhaling
Let op veiligheid Controleer bewustzijn Roep hulp Open luchtweg Controleer ademhaling Bel 112 Geef 30 compressies Geef 2 beademingen

26 DEFIBRILLEREN

27 Controleer bewustzijn Controleer ademhaling
Let op veiligheid Controleer bewustzijn Roep hulp Open luchtweg Controleer ademhaling Bel 112 Activeer AED Volg de instructies

28 ZET DE AED AAN Sommige AED’s gaan automatisch aan als u het deksel opent. Bij anderen moet u een “aan”-knop indrukken.

29 BEVESTIG ELEKTRODEN OP ONTBLOTE BORSTKAS

30 RITME-ANALYSE RAAK SLACHTOFFER NIET AAN

31 SCHOK AANBEVOLEN Iedereen los Dien schok toe of houdt afstand bij volautomaat

32 SCHOK TOEGEDIEND VOLG AED INSTRUCTIES

33 GEEN SCHOK AANGEWEZEN VOLG AED INSTRUCTIES

34 WANNEER HET SLACHTOFFER (WEER) NORMAAL ADEMT, LEG IN STABIELE ZIJLIGGING

35

36 REANIMATIE BIJ KINDEREN
De volgorde van reanimatie voor volwassenen mag gebruikt worden bij kinderen. Compressies 1/3 diepte van de borstkas

37 AED BIJ KINDEREN Leeftijd > 8 jaar
Gebruik AED zoals bij volwassenen Leeftijd 1-8 jaar Gebruik kinderelektroden / instelling indien beschikbaar (gebruik anders de AED zoals bij volwassenen) Leeftijd < 1 jaar Enkel gebruiken wanneer fabrikant instructies geeft voor het veilig gebruik ervan

38 VRAGEN?

39 Controleer bewustzijn Controleer bewustzijn
Let op veiligheid Let op veiligheid Controleer bewustzijn Controleer bewustzijn Roep hulp Roep hulp Open luchtweg Open luchtweg Controleer ademhaling Controleer ademhaling Bel 112 Bel 112 Geef 30 compressies Activeer AED Geef 2 beademingen Volg de instructies