Download de presentatie
GepubliceerdRegina Verstraeten Laatst gewijzigd meer dan 9 jaar geleden
1
ZOUTEN METALEN MOLECULAIRE STOFFEN HAVO 4 - BRP
2
Lading is electrovalentie
1+ 2+ ZOUTEN 3- 2- 1- 3+ halogenen edelgassen Lading is electrovalentie
3
ZOUTEN 1+ 2+ 3- 2- 1- 3+ Na heeft 1 vrij electron
Cl wil 1 electron extra Na Cl Na+ Cl-
4
ZOUTEN
5
ZOUTEN Bronnen, waar komen zouten voor?
Gesteenten!! Mineralen, zouten opgelost in water Mineralen: Pyriet: bron van zwavel voor zwavelzuur Uraniumerts: stralend kerncentrale! Mica: warmtebestendig ruitjes in kachels
6
ZOUTEN 1+ 2+ 3- 2- 1- 3+ Al heeft 3 vrije electronen
O wil 2 electronen extra Al O Al O O Al+3 O-2 O-2 Al+3 O-2
7
ZOUTEN water + ionen - ionen Geladen ionen bewegen door het water
of in de gesmolten toestand
8
ZOUTEN METALEN Ionen Metaal met niet-metaal
Ionbinding is sterk dus smeltpunt Stroomgeleiding hoog In gesmolten toestand dan zijn er vrije ionen Of in oplossing ook vrije ionen d.w.z. vrije geladen deeltjes METALEN Metaal Metaalbinding is sterk dus hoog smeltpunt Stroomgeleiding In vaste en gesmolten toestand dan zijn er vrije electronen d.w.z. vrije geladen deeltjes
9
METALEN spanningsbron stuurt e- Electronen bewegen vrij door metaal
De electronen komen eruit rollen door de stuwing uit de bron
10
METALEN Bronnen, waar komen metalen voor?
Gesteenten!! Mineralen, zouten opgelost in water MAAR: dan zijn het wel ionen!! Alleen edelmetalen komen als metaal voor in de natuur: GOUD, ZILVER Alle andere metalen zullen onder invloed van water, zuurstof en zwavel oxideren (roesten) en komen dus altijd als ionen in zouten voor. Pyriet bevat ijzer, Cassiteriet bevat tin.
11
MOLECULAIRE STOFFEN Moleculen en atomen Niet-metaalatomen
Atoombinding tussen atomen is sterk dus moeilijk te ontleden Binding tussen moleculen afhankelijk van de massa Hoe groter de massa des te sterker de aantrekking tussen moleculen (= VANDERWAALSKRACHT) Hoe groter de massa hoe hoger het kookpunt Geleiding: Niet. Atomen en molekulen zijn niet geladen Naamgeving: op blz. 30 staan formules die je moet kennen en op blz. 31 staan regels over naamgeving
12
MOLECULAIRE STOFFEN 4 3 2 1 NIET-METALEN METALEN
Lading is electrovalentie in ZOUTEN! Aantal bindingen in MOL. STOF is covalentie
13
MOLECULAIRE STOFFEN caffeïne zetmeel koolzaadolie
14
MOLECULAIRE STOFFEN Binding tussen atomen p+ p+ e- e- H H e-
gemeenschappelijk bindings- electronenpaar = Atoombinding p+ p+ e- H-H
15
MOLECULAIRE STOFFEN Binding tussen atomen
16
MOLECULAIRE STOFFEN 8e- O 8p+ p+ p+ e- e- H H polaire atoombinding
tussen O en H en N en H 6e- O 8p+ 2e- 2e- p+ p+ O en N trekken harder aan electronenpaar O structuurformule H H
17
MOLECULAIRE STOFFEN Binding tussen moleculen
Binding tussen moleculen bepaalt in welke fase een stof zich bevindt
18
MOLECULAIRE STOFFEN Binding tussen moleculen
Binding tussen moleculen is afhankelijk van molecuulgrootte / massa Vanderwaalsbinding is veel zwakker dan atoombinding
19
MOLECULAIRE STOFFEN Binding tussen moleculen
Binding tussen moleculen is afhankelijk van molecuulgrootte / massa alleen??? Waterstofbrug is sterker dan vanderwaalsbinding, Maar zwakker dan atoombinding
20
OVERZICHT sterkte van binding binding geleiding metaal- binding
METALEN metaal- binding (s) en (l) sterk ZOUTEN ion- binding sterk (aq) en (l) molecuul- binding MOLECULAIRE STOFFEN zwak niet atoom- binding sterk waterstof- brug redelijk zwak
Verwante presentaties
© 2024 SlidePlayer.nl Inc.
All rights reserved.