Download de presentatie
De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub
GepubliceerdAdam Lenaerts Laatst gewijzigd meer dan 10 jaar geleden
1
Hoofdstuk 14 Afgeleide producten
Beleggingsleer Siem de Ruijter Jan Van Doorslaer Hoofdstuk 14 Afgeleide producten
2
© Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
Definitie Beleggingsproducten waarvan de prijsvorming afhankelijk is van andere onderliggende waarden (bv. aandelen, obligaties …) = derivaten Toepassingen 1. risico’s op bestaande posities indekken (bv. bescherming tegen stijgende of dalende wisselkoers) 2. speculeren -> inspelen op stijging of daling van onderliggende waarde © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
3
© Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
Definitie Onderliggende waarden Aandelen Obligaties Beursindex Index van de consumptieprijzen Rente Wisselkoers Ander afgeleid product (bv. turbo op een future …) Plaatsvinden (of niet) van een bepaalde gebeurtenis Alles waar een waarde op kan gekleefd worden © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
4
Soorten afgeleide producten
Opties Warrants Futures/Forwards Turbo’s/speeders/sprinters © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
5
Soorten afgeleide producten
Opties Warrants Futures/Forwards Turbo’s/speeders/sprinters © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
6
© Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
Opties = verhandelbaar koop- of verkooprecht op een bepaalde hoeveelheid van een onderliggende waarde. Bij de oude Grieken: Thales van Milete optie op gebruik van olijvenpersen realiseerde veel winst bij verkoop van opties Bij aankoop woonhuis: vaak eerst optie ->geeft recht om later het huis effectief te kopen tegen een vooraf afgesproken prijs -> verkoper zal dan de plicht hebben om het huis aan die prijs te verkopen bij uitoefening van de optie © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
7
Opties Een optie is het recht om een onderliggende waarde te kopen of te verkopen Tegen een afgesproken prijs Tot een bepaald tijdstip in de toekomst © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
8
Opties Twee soorten opties Call optie = Het recht om een
onderliggende waarde te kopen tegen een afgesproken prijs en tot een bepaald tijdstip in de toekomst Put optie = Het recht om een onderliggende waarde te verkopen tegen een afgesproken prijs en tot een bepaald tijdstip in de toekomst © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
9
© Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
Opties Twee partijen Verkrijgt het recht om te kopen of om te verkopen Betaalt een premie Gaat de verplichting aan om te leveren of om af te nemen Ontvangt een premie Koper van de optie Schrijver (of verkoper) van de optie © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
10
© Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
Opties Kopen van opties = long gaan long call: speculeren op stijging long put: speculeren op daling Short gaan = verkopen van aandelen die een belegger niet in zijn bezit heeft (= naked short selling) © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
11
© Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
Opties Bron: nu.nl/id/vifdbbh2duyk/naked_short_selling © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
12
© Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
Opties Opties zijn gestandaardiseerd Soort optie (call of put) Onderliggende waarde Looptijd/expiratiedatum (expiry date) Uitoefenprijs/strike Aantal stuks van onderliggende waarde bv. op Euronext.Liffe elke optie heeft steeds betrekking op 100 stuks van de onderliggende waarde of 1 call optie op AB Inbev geeft het recht om 100 aandelen van AB Inbev te kopen © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
13
© Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
Opties De optieserie C ABC DEC13 25 Soort optie Onderliggende Waarde Expiratiedatum/ looptijd Uitoefenprijs © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
14
© Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
Opties Op welke Belgische aandelen kunnen opties gekocht of geschreven worden? Agfa Gevaert AGE AB Inbev INT Barco BAR KBC Belgacom BLG Mobistar MOB Colruyt COL Nyrstar NYR Delhaize DEL Solvay SOL Dexia DXB Telenet TLN Ageas FRB UCB GBL Umicore UMC © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
15
© Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
Opties Looptijden 1/2/3/6/9/12 m mar/jun/sep/dec 18 m juni/dec 24/36 m steeds dec Vervaldag: elke derde vrijdag van de maand Sinds 2008: ook weekopties Aandelenopties Euronext.liffe Brussel Indexopties Euronext.liffe Brussel © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
16
© Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
Opties Twee stijlen optiehouder kan zijn recht uitoefenen voor de vervaldag of op de vervaldag optiehouder kan zijn recht alleen uitoefenen op de vervaldag Amerikaanse Stijl Europese Stijl © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
17
© Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
Opties Verhandelingswaarde of prijs van de optie = optiepremie -> Vooral bepaald door koers van de onderliggende waarde Premie call optie zal stijgen als de koers van de onderliggende waarde stijgt Bv. koers aandeel abc = 30 EUR optieserie: C abc dec13 32 (call optie op aandeel abc met expiratiedatum december 2013 en strike 32) optiepremie = 1,5 EUR Betekenis: belegger koopt een recht om het aandeel abc te kopen tot en met december 2013 aan een koers van 32 EUR en betaalt door een premie voor van 1,5 EUR © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
18
© Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
Opties bv. als de koers van aandeel abc stijgt naar 35 EUR voor de belegger 2 mogelijkheden: 1. recht uitoefenen (dus aandeel kopen aan 32 EUR) -> opbrengst: 35 – 32 – 1,5 = 1,5 EUR 2. optie zelf doorverkopen -> optiepremie zal stijgen (bv.) 3,5 EUR -> opbrengst: 3,5 – 1,5 = 2 EUR © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
19
© Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
Opties premie put optie zal stijgen als de koers van de onderliggende waarde daalt bv. koers aandeel xyz = 40 EUR optieserie: P xyz dec13 43 (put optie op aandeel xyz met expiratiedatum december 2013 en strike 43) optiepremie = 5 EUR betekenis: belegger koopt een recht om het aandeel xyz te verkopen tot en met december 2013 aan een koers van 43 EUR en betaalt door een premie voor van 5 EUR als de koers van aandeel xyz daalt naar 35 EUR: 2 mogelijkheden: 1. recht uitoefenen (dus aandeel verkopen aan 43 EUR) -> opbrengst: 43 – 35 – 5 = 3 EUR 2. optie zelf doorverkopen -> optiepremie zal stijgen (bv.) 8,5 EUR -> opbrengst: 8,5 – 5 = 3,5 EUR © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
20
Opties Prijsvorming Optiepremie Intrinsieke waarde =
« Voordeel op de markt » = verschil tussen contantkoers en uitoefenprijs Tijd- en verwachtingswaarde = « Speculatieve waarde » = wat de belegger denkt te realiseren © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
21
© Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
Opties Intrinsieke waarde = de onmiddellijke winst voor de belegger bij uitoefening van zijn recht Een optie is In the money - ITM At the money - ATM Out of the money - OTM In the money als ABC > € vb € 27 IW = 27 – 25 = € 2 At the money als ABC = € 25 IW = 0 Out of the money als ABC < € vb € 22 IW = 22 – (wordt 0 want intrinsieke waarde kan niet negatief zijn) C ABC JUN14 25 © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
22
© Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
Opties Tijd- en verwachtingswaarde Looptijd: hoe langer, hoe hoger tijdswaarde Verschil tussen uitoefenprijs en aandelenkoers Volatiliteit van de onderliggende waarde Rente: hoge risicovrije rente hangt samen met hogere premie voor call opties (en lagere voor put opties) en omgekeerd Hangt af van: © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
23
© Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
Opties Voorbeeld belegger die optie koopt: betaalt offer price belegger die optie terug verkoopt: ontvangt Bid price Verschil tussen Offer en Bid is de SPREAD (= prijzenvork) actuele koersen: © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
24
© Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
Opties Voorbeeld Koers aandeel X EUR P X/DEC13/34 premie : € 4,64 Uitoefenprijs EUR Intrinsieke waarde (uitoefenprijs – contantkoers) 1 EUR Tijd- en verwachtingswaarde (4,64 – 1) 3,64 EUR © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
25
© Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
Opties Hoe evolueert de premie van een optie? CALL PUT Koers OW ↑ Strike ↑ Looptijd ↑ Volatiliteit ↑ © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
26
© Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
Opties Vier basisstrategieën Kopen van een call Kopen van een put Verkopen van een call Verkopen van een put Te volgen strategie is afhankelijk van de visie over de koersevolutie van de onderliggende waarde © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
27
© Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
Opties Kopen van een call strategie bij verwachte prijsstijgging van de onderliggende waarde Voorbeeld Rechtstreeks aankopen en verkopen van het aandeel (dus GEEN opties) koers aandeel 31,15 EUR aankopen van 100 aandelen EUR koers 2 weken later: 34,0 EUR verkopen 100 aandelen EUR Opbrengst EUR in % ,15 % © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
28
© Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
Opties Kopen van een call Anticiperen op koersstijging via een call optie koers aandeel 31,15 EUR aankopen van 1 call (strike 32) ,39 EUR 1 x 100 x 1,39 (1 contract = 100 aandelen) 139 EUR 2 weken later: koers aandeel 34,0 EUR terug verkopen van de call optie 2,89 EUR 1 x 100 x 3, EUR Opbrengst 150 EUR in % 107,91 % -> Hefboomeffect door optiebelegging © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
29
© Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
Opties Kopen van een call winst Break-even koers aandeel ,39 - 1,39 Verlies © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
30
© Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
Opties Kopen van een put strategie bij verwachte prijsdaling van de onderliggende waarde Voorbeeld koers aandeel 31,15 EUR aankopen van 1 put (strike 32) 2,19 EUR 1 x 100 x 2,19 (1 contract = 100 aandelen) EUR 2 maand later: Koers aandeel EUR terug verkopen van de put optie ,5 EUR 1 x 100 x 3, EUR Opbrengst 131 EUR in % 59,82 % © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
31
© Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
Opties Kopen van een put winst Break-even Koers aandeel 29, - 2,19 Verlies © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
32
© Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
Opties Kopen van een put strategie om aandelen te beschermen tegen mogelijke koersdaling Voorbeeld 200 aandelen in bezit koers aandeel 27,77 EUR aankoop 2 puts (met strike 27) 1,06 EUR 2 X 100 X 1, EUR Verzekeringspremie 212/5 554 = 3,82 % De 200 aandelen in bezit zijn beschermd tegen een daling lager dan 27 EUR (eigenlijk gaat het om een verzekering tegen koersdaling) © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
33
© Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
Opties Bescherming tegen koersdaling winst Break-even Koers aandeel 25, 1,06 € Verlies © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
34
© Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
Opties Verkopen van een call strategie om extra opbrengst te halen uit aandelen die in bezit zijn Voorbeeld Stel: 500 aandelen in bezit koers aandeel ,50 EUR schrijven van 5 calls (met strike 28) 5 x 100 x 1, EUR De verkoper (schrijver) van de call optie ontvangt 630 EUR, zolang de aandelen niet boven 28 EUR stijgen zal hij/zij de aandelen niet moeten verkopen. © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
35
© Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
Opties Verkopen van een call Mogelijkheden op vervaldatum (3 gevallen) Geval 1: koers aandeel is 28 EUR -> Optie zal niet worden uitgeoefend (door de koper van de call optie) Geval 2: koers aandeel is lager dan 28 EUR Behouden van 500 aandelen en realisatie van extra rendement van 630 EUR Behouden van 500 aandelen en de ontvangen premie beschermt tegen een koersdaling tot 26,74 EUR (28-1,26) © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
36
© Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
Opties Verkopen van een call Geval 3: koers aandeel is 32 EUR -> optie wordt WEL uitgeoefend (door de koper van de call optie) Verplichting tot verkopen van 500 aandelen Verkopen aan 28 EUR De effectieve verkoopprijs bedraagt echter 28 EUR + 1,26 EUR = 29,26 EUR (compensatie door ontvangen optiepremie) © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
37
© Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
Opties Verkopen van een call Extra rendement op aandelen in bezit winst Break-even Verlies op aandelen 1,26 € 29,26 Koers aandeel 26, Verlies © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
38
© Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
Opties Verkopen van een put strategie om aandelen in de toekomst te kopen met een korting of om extra rendement te halen op aandelen Voorbeeld koers aandeel EUR schrijven van 1 put (met strike 15) 1 x 100 x 3, EUR De verkoper (schrijver) van de put optie ontvangt 320 EUR, zolang de aandelen niet onder 15 EUR dalen zal hij/zij de aandelen niet moeten kopen. © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
39
© Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
Opties Verkopen van een put Mogelijkheden op vervaldatum (3 gevallen) Geval 1: koers aandeel is 15 EUR -> Optie zal niet worden uitgeoefend (door de koper van de put optie) Geval 2: koers aandeel is hoger dan 15 EUR Verkoper put optie wordt niet verplicht de aandelen aan te kopen -> extra rendement van 320 EUR Verkoper put optie wordt niet verplicht de aandelen aan te kopen -> extra rendement van 320 EUR © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
40
© Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
Opties Verkopen van een put Geval 3: koers aandeel is 10 EUR -> optie wordt WEL uitgeoefend (door de koper van de put optie) Verplichting tot kopen van 100 aandelen kopen aan 15 EUR (dus duurder dan de koers van het aandeel op de beurs) De effectieve verkoopprijs bedraagt echter 15 EUR - 3,2 EUR = 11,8 EUR (compensatie door ontvangen optiepremie) © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
41
© Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
Opties Verkopen van een put Extra rendement op aandelen in bezit winst Break-even 3,2 € 15 Koers aandeel 11,8 Verlies © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
42
© Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
Opties Veiligheid risico van volledig (en definitief) verlies van belegd kapitaal Bij kopen van een optie -> betalen van de optiepremie (= belegd kapitaal) tot en met vervaldag contantkoers > strike contantkoers < strike kopen call optie Optie heeft waarde Optie waardeloos Kopen put optie © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
43
© Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
Opties Veiligheid Bij verkopen van een optie -> belegger ontvangt premie -> kans op verplichte uitoefening (kopen/verkopen van de onderliggende waarde (OW)) van de verkochte optie tot en met vervaldag contantkoers > strike contantkoers < strike verkopen call optie Mogelijk verplichte verkoop OW (aan te lage koers) Optie zal niet uitgeoefend worden verkopen put optie Mogelijk verplichte aankoop OW (aan te hoge koers) © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
44
© Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
Opties Veiligheid Voorbeeld schrijven call optie; serie: C aandeel 6 maand 18 (strike); premie: 1,5 EUR koers aandeel: 16 EUR 6 maand later: 1. koers aandeel 22 EUR - belegger verplicht aandelen te verkopen aan 18 EUR - dus 4 EUR minder winst per aandeel, na compensatie ontvangen premie 4 EUR - 1,5 EUR = 1,5 EUR 2. koers aandeel 14 EUR - optie zal niet uitgeoefend worden © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
45
© Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
Opties Veiligheid Voorbeeld schrijven put optie; serie: P aandeel 9 maand 350 (strike); premie: 12 EUR koers aandeel: 380 EUR 9 maand later: 1. koers aandeel 300 EUR -> belegger verplicht aandelen te kopen aan 350 EUR -> dus 50 EUR verlies; na compensatie ontvangen premie 50 EUR - 12 EUR = 38 EUR 2. koers aandeel 400 EUR -> optie zal niet uitgeoefend worden © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
46
© Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
Opties Return eerste vraag: uitoefenen of optie doorverkopen? -> meestal worden opties (voor de vervaldag uiteraard) doorverkocht. return via opties hoger dan rechtstreeks in onderliggende waarde (OW) - HEFBOOMEFFECT = het winstpercentage via opties kan vele malen hoger liggen dan een rechtstreekse belegging in de OW return afhankelijk van gevolgde optiestrategie en dus ook de visie van de belegger © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
47
© Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
Opties Return toekomstige koers OW vastleggen -> kopen call optie Voorbeeld kapitaal momenteel belegd in andere belegging (komt later vrij) maar interesse om in aandeel te beleggen koers aandeel: 1,26 EUR verwachte stijging naar 2,25 EUR - kopen call met strike 1,26 (at the money!) premie: 0,13 EUR kost per contract: (100 x 0,13) + 2,9 EUR (kosten) - aankoop 10 contracten kost dus: 130 EUR + 29 EUR = 159 EUR © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
48
© Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
Opties Return toekomstige koers OW vastleggen mogelijkheden tot vervaldag call optie aandeel > 1,25 EUR; bv. 2,25 EUR -> aankooprecht uitoefenen dus kopen aan 1,26 EUR en onmiddellijk verkopen aan 2,25 EUR aandeel =< 1,25 EUR -> call optie wordt niet uitgeoefend en wordt waardeloos verlies van 159 EUR © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
49
© Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
Opties Return Profiteren van stijging van de OW -> kopen call optie Voorbeeld belegger verwacht een stijging van de beursindex koers beursindex: 2 650 verwachte stijging naar 3 000 -> kopen call met strike (at the money!) premie: 97 EUR (optiecontract op index: 2 X OW) kost per contract: (2 * 97) + 2,9 EUR (kosten) -> aankoop 10 contracten kost dus: EUR + 29 EUR = 1 969 EUR © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
50
© Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
Opties Return Profiteren van een stijging van de OW mogelijkheden tot vervaldag call optie beursindex > 2 600; bv -> aankooprecht uitoefenen dus kopen aan EUR en onmiddellijk verkopen aan EUR -> call optie doorverkopen premie gestegen naar 407 EUR 10 contracten zijn EUR waard (2 x 407 x 10) beursindex =< 2 600 -> call optie wordt niet uitgeoefend en wordt waardeloos verlies van EUR © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
51
© Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
Opties Return Koers OW beschermen -> kopen put optie Voorbeeld belegger heeft goud in bezit en wil zich beschermen tegen een daling van de goudprijs prijs goud: /kg EUR -> kopen put met strike EUR premie: 700 EUR + 2,9 EUR (kosten) -> aankoop contract kost dus: 702,90 EUR = verzekeringspremie tegen prijsdaling © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
52
© Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
Opties Return koers OW beschermen mogelijkheden tot vervaldag put optie goudprijs >= ; bv EUR -> put optie wordt niet uitgeoefend en wordt waardeloos maar belegger kan profiteren van stijging goudprijs beursindex < -> verkooprecht uitoefenen dus verkopen aan of -> put optie doorverkopen premie zal gestegen zijn © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
53
© Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
Opties Return Profiteren van koersdaling OW -> kopen put optie Voorbeeld Belegger verwacht een daling van de koers van een aandeel koers aandeel: 38,91 EUR - kopen put met strike 38 EUR premie: 3,71 EUR kost per contract: (100 x 3,71) + 2,9 EUR (kosten) = 373,9 EUR - aankoop 5 contracten kost dus: ,5 EUR © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
54
© Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
Opties Return Profiteren van koersdaling OW mogelijkheden tot vervaldag put optie Koers aandeel >= 38 EUR; bv. 40 EUR -> put optie wordt niet uitgeoefend en wordt waardeloos Koers aandeel < 38 EUR; bv. 30 EUR -> put optie doorverkopen (voor de vervaldag!) premie zal gestegen zijn naar 9,15 EUR waarde 1 contract: 915 EUR waarde 5 contracten: EUR © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
55
© Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
Opties Return Return op aandelen in bezit verhogen -> verkopen call optie Voorbeeld belegger heeft 500 stuks van een aandeel in bezit en verwacht vlak verloop van het aandeel koers aandeel: 22,75 EUR - verkopen call met strike 22 EUR premie ontvangen: 0,95 EUR opbrengst per contract: (100 x 0,95) – 2,9 EUR (kost) = 92,1 EUR - schrijven 5 contracten levert dus 460,5 EUR op © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
56
© Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
Opties Return Return op aandelen in bezit verhogen mogelijkheden tot de vervaldag Koers aandeel =< 22 EUR; bv. 20 EUR -> call optie wordt niet uitgeoefend (door koper van de call optie) aandelen behouden en extra winst van 460,5 EUR Koers aandeel > 22 EUR; bv. 25 EUR -> call optie wordt uitgeoefend plicht om aandelen te verkopen aan 22 EUR belegger mist 3 EUR per aandeel wel compensatie door ontvangen optiepremie van 0,95 EUR © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
57
© Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
Opties Return Verlagen toekomstige aankoopprijs OW -> verkopen put optie Voorbeeld belegger wil een aandeel kopen, maar vindt huidige koers te hoog koers aandeel: 36,73 EUR -> verkopen put met strike 34 EUR premie ontvangen: 2,70 EUR opbrengst per contract: (100 * 2,70) – 2,9 (kost) = 267,1 EUR -> schrijven 3 contracten levert dus 801,3 EUR op © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
58
© Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
Opties Return Verlagen toekomstige aankoopprijs OW mogelijkheden tot de vervaldag Koers aandeel >= 34 EUR; bv. 37 EUR -> put optie wordt niet uitgeoefend (door koper van de put optie) aandelen moeten niet gekocht worden en winst van 801,3 EUR Koers aandeel < 34 EUR; bv. 30 EUR -> put optie wordt uitgeoefend (door de koper van de put optie) plicht om aandelen te kopen aan 34 EUR belegger betaalt 4 EUR te veel per aandeel wel compensatie door ontvangen optiepremie van 2,70 EUR © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
59
© Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
Opties Fiscaliteit Geen beurstaksen voor handel in opties! © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
60
© Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
Opties Kosten hangen af van broker tot broker bv. 2,90 EUR zowel bij de aankoop als de verkoop van een contract © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
61
Soorten afgeleide producten
Opties Warrants Futures/Forwards Turbo’s/speeders/sprinters © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
62
© Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
Warrants effect dat aan de houder het recht geeft (GEEN verplichting) om een onderliggende waarde te kopen tegen vooraf vastgestelde prijs (uitoefenprijs) en gedurende een welbepaalde periode (uitoefenperiode) bv. warrant van het aandeel INBEV geeft bijvoorbeeld het recht om 10 aandelen te kopen tegen de vastgestelde uitoefenprijs verschil met opties warrants: uitgegeven door fin. inst. of beursvennootschap opties: worden uitgegeven door een optiebeurs worden op verschillende beursmarkten verhandeld warrant kan door belegger alleen worden gekocht (niet geschreven) -> indien geschreven (door fin. instelling of vennootschap die de onderliggende aandelen uitgeeft) © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
63
© Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
Warrants Verschil met opties Warrant: geen standaardregels (prospectus bij uitgifte is wel vereist) opties: zijn gestandaardiseerd Aanbod aantal warrants is beperkt Warrant: beleggingsvorm (effect) optie: contract Warrant: langere looptijd dan opties Soorten ongedekte warrants = uncovered warrants gedekte warrants = covered warrants © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
64
© Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
Warrants Ongedekte warrants Totstandkoming van ongedekte warrants 1. gekoppeld aan uitgifte van obligaties cum warrant: warrant is aangehecht ex warrant: warrant afzonderlijk verhandeld en niet langer aan obligatie gehecht om obligatielening aantrekkelijker te maken voor beleggers obligatielening tegen lagere rentevoeten kunnen afzonderlijk worden verkocht! 2. naakte warrants onderliggende waarden zijn nog te creëren nieuwe aandelen uitgestelde kapitaalverhoging © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
65
© Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
Warrants Naakte warrants vaak als beloning voor personeel bij beursgenoteerde ondernemingen Voorbeeld Onderneming geeft aan personeel de kans om warrants aan te kopen tegen een gunstprijs (vaak via verrekening met maandloon) (bv. 2 EUR per warrant); actuele koers onderneming 26 EUR warrants geven recht om aandelen van onderneming aan te kopen aan 34 EUR. Na een periode van 3 jaar kunnen warrants uitgeoefend worden. Stel dat de koers 38 EUR bedraagt. De aandelen worden dus gekocht aan 34 EUR en onmiddellijk verkocht aan 38 EUR. Dat levert EUR winst op. © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
66
© Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
Warrants Gedekte warrants bij uitoefening geen nieuwe aandelen uitgegeven door financiële instellingen onderliggende waarde kan aandeel of beursindex of wisselkoers of korf van aandelen of grondstoffen of edelmetaal of … zijn hebben koersnotering op Brusselse beurs gedekte call-warrants: geven recht om positief verschil te innen tussen koerspeil en uitoefenprijs Voorbeeld call-warrant op index: hoogte index 3 000 -> uitoefenprijs call-warrant = en premie warrant 100 * 1,2 EUR als index gestegen is naar 3 350 -> positief verschil van 150 kan geïnd worden -> winst 30 EUR (= 150 – 120) © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
67
© Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
Warrants Gedekte warrants gedekte putwarrant geeft recht om negatief verschil te innen tussen koerspeil en uitoefenprijs Link gedekte warrants (euronext) © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
68
© Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
Warrants Prijsbepalende factoren Factoren die de theoretische waarde bepalen van een warrant 1. koers van onderliggend aandeel 2. uitoefenprijs van de warrant 3. risicoloze marktrente (rendement op overheidsobligaties) 4. vervaldatum 5. volatiliteit van de onderliggende waarde 6. verwachte dividenduitkering (voor aandelen) 7. verwatering bij uitoefening van de warrant (voor aandelen) © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
69
© Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
Warrants Veiligheid risico van volledig (en definitief) verlies van belegd kapitaal zowel bij covered warrants, als bij uncovered warrants bij naakte warrants -> zijn eigenlijk een extraatje verlies = belasting op voordeel van alle aard en belegger is kans op extraatje kwijt © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
70
© Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
Warrants Liquiditeit Warrants worden verhandeld net als aandelen Op Euronext beurs: ordergedreven markt Liquiditeit is afhankelijk van het aantal beleggers in de warrant © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
71
© Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
Warrants Return Afhankelijk van de beweging van de OW Voorbeeld Covered call warrant op beursindex; premie: 0,51 EUR 1 covered call warrant = 1/1 000ste van de OW Koers index: 2 600 Strike covered call warrant: 2 200 Betaalde premie: * 0,51 EUR = 510 EUR 1 maand later: beursindex gestegen naar > premie gestegen naar 0,60 EUR Belegging is dus 600 EUR waard, winst = 90 EUR of 17,65 % © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
72
© Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
Warrants Return Bij naakte warrants als vergoeding voor personeelsleden Voorbeeld Personeelslid krijgt warrants van werkgever Koers: 32 EUR Strike warrants: 40 EUR Mogelijke uitoefening 500 warrants na 3 jaar, 500 na 4 jaar en evt. rest na 5 jaar Te betalen belasting op voordeel alle aard: EUR © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
73
© Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
Warrants Return Na 3 jaar koers aandeel: 45 EUR -> uitoefening 500 warrants -> dus kopen aan 40 EUR (strike warrant) winst= 500 * (45 – 40) = 2 500 Na 4 jaar koers aandeel: 36 EUR -> geen uitoefening warrants Na 5 jaar koers aandeel: 48 EUR - uitoefening resterende 500 warrants - dus kopen aan 40 EUR (strike warrant) winst= 500 * (48 – 40) = 4 000 Totale winst op aandelen EUR of return van EUR of 406,23 % © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
74
© Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
Warrants Fiscaliteit Zowel bij de aankoop als verkoop van warrants moet op de secundaire markt beurstaks worden betaald: 0,25 % van het bedrag © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
75
© Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
Warrants Fiscaliteit belasting op voordeel van alle aard bij toekenning van naakte warrants personeelslid aanvaard aanbod werkgever -> belastingen! belastbaar voordeel = 15 % op waarde onderliggende aandelen indien looptijd > 5 jaar: percentage verhoogd met 1 % per extra jaar (soms herleiding tot 7,5 % volgens voorwaarden (zie boek) vermeerderd met gemeentelijke opcentiemen © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
76
© Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
Warrants Fiscaliteit Voorbeeld Koers aandeel: 32 EUR 1 000 warrants toegekend Verlaagd tarief van 7,5% van toepassing Marginaal tarief: 50 % en 7 % gemeentelijke opcentiemen Berekening belasting op voordeel van alle aard: belastbaar voordeel: * 32 * 7,5% = EUR 2 400 * 50% = 1 200 gem. opct. = * 7% = 84 EUR belasting = = EUR © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
77
© Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
Warrants Kosten net als bij opties is dit afhankelijk van de broker waarmee de belegger werkt © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
78
Soorten afgeleide producten
Opties Warrants Futures/Forwards Turbo’s/speeders/sprinters © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
79
© Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
Futures en Forwards = gestandaardiseerde termijncontracten Termijncontract overeenkomst tussen 2 partijen op vastgestelde dag in toekomst iets leveren afgesproken prijs STEEDS VERPLICHTING! (kan op alle verhandelbare goederen) FORWARD CONTRACT - op maat - geen verhandeling op beurs Onderscheid tussen FUTURES CONTRACT - gestandaardiseerd - alle kenmerken liggen vast -> behalve de prijs ! © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
80
© Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
Futures Functie van futures bescherming tegen prijsrisico’s (HEDGING) vergemakkelijken van aanhouden van voorraden bron van informatie over prijsontwikkelingen -> marktefficiëntie! Wat is hedging? indekking tegen risico’s doel: vermijden van prijsrisico’s wie iets wil leveren => future contract verkopen (goederen reeds gekocht) = SHORT HEDGE wie iets wil kopen => future contract kopen = LONG HEDGE © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
81
© Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
Futures Voorbeeld - groothandel in aardappelen voorraad: kg aardappelen prijs aardappelen: 9,27 EUR per honderd kg voor verkoop binnen 6 maanden (= prijs op termijnmarkt) contractwaarde: * 9,27 = EUR Hedging nu verkopen op termijn geeft zekerheid over winstmarge 3 mogelijkheden op vervaldag (6 maand later) geval 1: aardappelprijs (contantmarkt): 9,03 EUR opbrengst: (9,27 – 9,03) * = 600 EUR © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
82
© Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
Futures Voorbeeld - groothandel in aardappelen 3 mogelijkheden op vervaldag (6 maand later) geval 2: aardappelprijs (contantmarkt): 9,45 EUR -> aardappelen verplicht te verkopen aan 9,27 EUR -> handelaar laat extra winst van (9,45 – 9,27) * = 450 EUR liggen geval 3: aardappelprijs (contantmarkt): 9,27 EUR -> contantprijs = prijs termijncontract (uitoefenprijs future) uitoefenen future heeft geen zin -> aardappelen worden verkocht aan 9,27 EUR © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
83
© Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
Futures Bijna nooit meer gebaseerd op fysieke levering -> op vervaldag van de future: uitwisselen van geld Speculatief beleggingsproduct: 1. om bestaande portefeuille beschermen 2. vastleggen van aankoop- en verkoopkoersen 3. investeringsproduct op zich = profiteren van meerwaarde op de futureprijs zelf mogelijke futurescontracten – Euronext.liffe Veel arbitrage (inspelen op koersverschillen op verschillende markten) beleggers die gebruik maken van marktinefficiënties door verband tussen onderliggende waarde en futuresprijs doel: wegwerken van marktinefficiënties © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
84
© Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
Futures Veiligheid futures kunnen tot onbeperkt verlies leiden door de uitvoeringsplicht! Er is steeds een partij die wint, terwijl de tegenpartij verliest! Voorbeeld Future op aandeel met futuresprijs: 75 EUR (verkoop) (1 future = 100 keer OW) Koers aandeel: 77 EUR (op contantmarkt) Fin. inst. vraagt waarborg van EUR vervaldag future: koers gedaald naar 30 EUR koper future heeft plicht aandeel te kopen aan 75 EUR - verkoper wint: 100 * (75 – 30) = 4 500 - koper verliest: 100 * (75 – 30) = 4 500 © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
85
© Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
Futures Veiligheid Voorbeeld vervaldag future: koers gestegen naar 100 EUR verkoper future heeft plicht aandeel te verkopen aan 75 EUR - verkoper verliest: 100 * (100 – 75) = 2 500 - koper wint: 100 * (100 – 75) = 2 500 © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
86
© Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
Futures Liquiditeit Op de grote internationale futuresmarkten (zoals CME group) worden opties heel vlot verhandeld Het grote risico ligt bij de kredietwaardigheid van de tegenpartij Brokers willen dit voor een stuk opvangen door steeds een waarborg te eisen bij het kopen of verkopen van een future © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
87
© Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
Futures Return winst en verlies kunnen onbeperkt hoog oplopen Voorbeeld Future kopen voor troy ounce zilver Prijs zilver: 28 USD/troy ounce Totale contractprijs: USD Waarborg te vestigen bij broker: USD 1 jaar later: prijs zilver 35 USD/troy ounce -> Contractprijs wordt dus: USD -> Koper wint USD, verkoper verlies USD © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
88
© Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
Futures Fiscaliteit Net als bij opties zijn er geen beurstaksen bij futures © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
89
© Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
Futures Kosten Zoals bij de andere afgeleide producten zijn de kosten afhankelijk van de broker waarmee de belegger werkt. Bij futures zal natuurlijk ook een waarborg worden gevraagd, maar deze krijgt de belegger terug als futurescontract is afgehandeld. © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
90
Soorten afgeleide producten
Opties Warrants Futures/Forwards Turbo’s/speeders/sprinters © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
91
Turbo’s – speeders - sprinters
= beleggingsvorm om met een hefboom te beleggen in onderliggende waarden Uitgebracht door ABN AMRO - nu uitgegeven door Royal Bank of Scotland Houdt het midden tussen Opties en Futures Futures: onbeperkte winst- of verlieskansen - steeds verplichtend karakter Opties: dure optiepremies (zeker wanneer ITM) - door tijd- en verwachtingswaarde groot nadeel is ook dat er een eindvervaldag is bij futures en opties Bij TURBO’s is er geen vervaldag! © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
92
Turbo’s – speeders - sprinters
bij TURBO’s bijna geen tijd- en verwachtingswaarde in de premie -> wel: STOP LOSS bij bereiken stop loss: - bank sluit de positie - restwaarde krijg je terug …. MAAR meestal: - 100 % verlies van ingelegd kapitaal inspelen op stijging onderliggende waarde -> TURBO LONG inspelen op daling onderliggende waarde -> TURBO SHORT © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
93
Turbo’s – speeders - sprinters
Voorbeeld Beleggen via turbo in aandeel VISIE: inspelen op stijging van het aandeel -> TURBO LONG koers aandeel: 40,24 EUR (contantkoers) Turbo long met stop loss op 34,10 EUR - turbo blijft bestaan zolang aandeel > 34,10 EUR - turbo wordt gesloten als aandeel =< 34,10 EUR premie turbo long: 8,64 EUR(offerprice) als koers aandeel stijgt -> turbo premie stijgt als koers aandeel daalt -> turbo premie daalt © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
94
Turbo’s – speeders - sprinters
Belangrijkste is een goede visie van waar de koers van de onderliggende waarde naar toe gaat! -> bij realistische visie: hoge en snelle winsten mogelijk 4 essentiële zaken bij TURBO’s 1. beleggen met speculatief geld (geld dat kan gemist worden) 2. marktkennis (richting van onderliggende waarde goed inschatten) 3. kennis van TURBO’s zelf (voorwaarden en kosten) 4. voldoende tijd om de beurs te volgen cruciaal is waar het stop LOSS-niveau gelegen is indien te kort bij: hoog risico dat positie vroegtijdig wordt gesloten ondanks juiste visie © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
95
Turbo’s – speeders - sprinters
Het stop loss niveau cruciaal! bij bereiken dit niveau -> einde van de turbo -> verlies voor de belegger indien stop loss te dicht bij contantkoers: hoog risico bij turbo long: stop loss niveau ligt lager bij turbo short: stop loss niveau ligt hoger Koers aandeel: 15 EUR Turbo long: stop loss op bijvoorbeeld 13 Turbo short: stop loss op bijvoorbeeld 18 © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
96
Turbo’s – speeders - sprinters
Financieringsniveau Bij turbo long: deel van de onderliggende waarde (OW) dat door de bank wordt gefinancierd -> belegger moet dat deel van de OW dus niet zelf betalen Bij turbo short: bank verkoopt (fictief) OW aan hogere koers Ratio Hoeveel turbo’s je moet kopen om 1 keer in onderliggende waarde te beleggen Voorbeeld OW: verandert 10 eenheden en ratio is 10 -> TURBO verandert met 1 eenheid © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
97
Turbo’s – speeders - sprinters
Voorbeelden ratio (bij elke onderliggende waarde hoort 1 ratio) Onderliggende waarde Ratio wijziging prijs Turbo AEX EUR DAX EUR Heineken EUR Google (in USD) EUR (na omrekening in EUR) Dow Jones (in USD) EUR (na omrekening in EUR) EUR USD (in USD) 0, EUR (na omrekening in EUR) Dus als de AEX met 10 punten verandert, zal de turbo met EUR 1 veranderen. De ratio is ingevoerd, omdat anders bijvoorbeeld EUR 6947 voor een Turbo op de DAX betaald zou moeten worden. Met een ratio van 100 is dat EUR 69,47 Wisselkoers turbo’s noteren in EUR omdat onderliggende waarde in andere munt kan zijn -> omrekening naar EUR © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
98
Turbo’s – speeders - sprinters
formules Voorbeeld beurskoers aandeel: 45 EUR stop loss turbo long: 38 EUR financieringsniveau: 30 EUR Stop loss Turbo stopt € 45 Premie turbo € 38 € 30 financiering © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
99
Turbo’s – speeders - sprinters
formules Voorbeeld prijs cacao: GBP stop loss turbo long: 1957 GBP financieringsniveau: 2125,97 GBP Stop loss Turbo stopt 2125,97 1957 Premie turbo 1528 financiering © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
100
Turbo’s – speeders - sprinters
Voorbeelden Koers Philips ,90 EUR aankopen Philips Turbo Long Ref. Stop Loss Fin.Niv Hefboom Rat. Bied Laat 17, , , , , ,09 aankoop 200 aandelen: 200 X 17,90 = EUR of 200 Turbo’s aankopen: 200 X 4,09 = 818 EUR rest – 818 = EUR rest risicovrij beleggen © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
101
Turbo’s – speeders - sprinters
Veiligheid risico dat OW stop loss bereikt -> bank sluit positie -> verlies voor de belegger Voorbeeld turbo long: Ref. Stop Loss Fin.Niv ratio Bied Laat , ,03 als aandeel slechts fractie van seconde daalt tot 31 EUR -> stop loss! belegger krijgt nog (31 – 28) 3 EUR terug van de bank maar als aandeel onmiddellijk daalt tot =< 28 EUR -> alles kwijt! © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
102
Turbo’s – speeders - sprinters
Liquiditeit turbo’s worden verhandeld op een prijsgedreven markt -> liquiditeit is gegarandeerd (want steeds een tegenpartij!) © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
103
Turbo’s – speeders - sprinters
Return turbo’s zijn beleggingsproducten met een hefboom de return kan dus vele malen hoger liggen dan bij een rechtstreekse belegging in de OW Voorbeeld Turbo long: Ref. Stop Loss Fin.Niv Premie Als aandeel stijgt naar 28 EUR -> Premie wordt: 8 EUR Winst= 3 EUR of 60 % Aandeel Aankoopkoers: 25 EUR Als aandeel stijgt naar 28 EUR Winst= 3 EUR of 12 % Hefboomeffect: 60 % / 12 % = 5; winst ligt 5 maal hoger via turbo -> hefboom = 5 © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
104
Turbo’s – speeders - sprinters
Fiscaliteit Zowel bij de aankoop als verkoop van turbo’s moet op de secundaire markt beurstaks worden betaald: 0,25 % van het bedrag © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
105
Turbo’s – speeders - sprinters
Kosten zoals bij de andere afgeleide producten zijn de kosten afhankelijk van de broker waarmee de belegger werkt © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
Verwante presentaties
© 2024 SlidePlayer.nl Inc.
All rights reserved.