Download de presentatie
De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub
1
Algemene Microbiologie
2
Algemene Microbiologie
3
Algemene Microbiologie 2001
17 september - 28 september 2001: 9h h00; college’s Practicum; Dr. Fred C. Boogerd; verplicht! tentamen Algemene Microbiologie
4
Algemene Microbiologie 2001: rol van college
Alle stof staat in het boek (in de aangegeven hoofdstukken) Alle op het tentamen gevraagde stof wordt expliciet behandeld op college (5 vragen) of practicum (2 vragen) Collegestof << Boekstof Weten maar vooral begrijpen! Algemene Microbiologie
5
Algemene Microbiologie
Leerstof: Brock: Biology of Microorganisms, 9de editie Hoofdstukken 1, 3, 4.1 t/m 4.3, , 5, , 7, 11, , 16.1,16.2,16.13,16.16,16.17, 18, 22, 23, 24, appendix 1; als behandeld op college Twee practicumvragen: practicum handleiding Oefententamen en sheets college via: Algemene Microbiologie
6
Algemene Microbiologie op het wwweb
Oefententamen en sheets college zie: Algemene Microbiologie
7
Leerstof in de oudere (8ste) editie van Brock:
Brock: Biology of Microorganisms, 9de editie Hoofdstukken 1, 3, 4.1 t/m 4.3, , 5, 6.1t/m6.3, 7, 11, 15.1t/m15.2, 16.1t/m16.2,16.13,16.16, 18, 22, 23, 24, appendix 1 Brock : Biology of Microorganisms, 8ste editie Hoofdstukken 1, 3, 4.1t/m4.3, 4.15t/m4.17, 5, 6.1t/m6.2, 7, 12, 13.1t/m13.2, 14.1, 14.11,14.14, 11, 22, 23, appendix 1; Algemene Microbiologie
8
Algemene Microbiologie; de rode draad: begrijpen
Autonome cel is kleinste vorm van leven Microbiologie bestudeert autonoom levende cellen (bacterie tot leukemiecel) Van molecuul naar leven Ecosysteem, organisme, cel, molecuul Groei van cellen Rol in biotechnologie Rol in ziekte en gezondheid Algemene Microbiologie
9
Algemene Microbiologie: opbouw collegeserie
Eerst in vogelvlucht Vervolgens nog eens, maar meer in detail Algemene Microbiologie
10
Algemene Microbiologie
Inleidende colleges: Regulatie: inductie, repressie, lac operon, diauxische groei (ook hoofdstuk 7) Groei: exponentieel dus onverwacht (ook hoofdstuk 5) Selectie en evolutie; stambomen Microben en ziektes Microbiële ziektes: fagen, lytisch en lysogeen. Chemie, fysica, biochemie, biofysica, microbiologie, macrobiologie, ecologie De kenmerken van het leven Hoe gaan we ermee om? Hoe ziet het leven eruit? Het principe van Beyerinck Algemene Microbiologie
11
Inleidend college 1 (Hoofdstuk 1++)
Chemie, fysica, biochemie, biofysica, microbiologie, macrobiologie, ecologie De kenmerken van het leven Hoe gaan we om met dat leven Hoe ziet het leven eruit? Het principe van Beyerinck Algemene Microbiologie
12
Algemene Microbiologie
Chemie, fysica, biochemie, biofysica, microbiologie, macrobiologie, ecologie Molecuul Cel Organisme Ecosysteem Steeds terugkerend: Natuurkunde Scheikunde Wiskunde Biochemie Biofysica Genetica Algemene Microbiologie
13
De plaats van de microbiologie in de wetenschap
sociologie ecologie macrobiologie Medische biologie microbiologie Biochemie, biofysica, moleculaire biologie chemie fysica Algemene Microbiologie
14
‘Gewoon een zak enzymen?’
Metabolisme Gibbs energie transductie Transport Transcriptie Translatie Replicatie Signalering Alles geschiedt door enzymen…… dus…. Inderdaad ….?? Laten we eens plaatjes kijken… Algemene Microbiologie
15
Een cel ziet er niet uit als zak enzymen;een bacterie niet
Algemene Microbiologie
16
Algemene Microbiologie
Een gistcel ook niet Algemene Microbiologie
17
Een levende cel doet meer dan biochemie, nl ‘leven’, maar wat is dat?
Algemene Microbiologie
18
Algemene Microbiologie
19
Replicerende zelfgecoordineerde autonome machine
Algemene Microbiologie
20
Een levende cel onderscheidt zich van zijn omgeving; actief
Algemene Microbiologie
21
Replicatie, soortvorming
Algemene Microbiologie
22
Algemene Microbiologie
Evolutie Algemene Microbiologie
23
Hoe vindt men evolutionaire stambomen?
Algemene Microbiologie
24
Evolutie stamboom (rRNA sequenties)
Algemene Microbiologie
25
De drie grote domeinen des levens
Algemene Microbiologie
26
Tussen reductionisme en holisme
Cel = moleculen ; TV = transistors Organisatie: biomoleculen in actie structuren in actie netwerken Cel >>> moleculen; TV >>> transistors Algemene Microbiologie
27
Geen zak enzymen maar de cel is…
Chemie, transport: enzymen, translocators Informatie nucleinezuren, eiwitten Structuur, barriere lipiden, eiwitten EN DIT ALLES IN HOGE MATE GEORGANISEERD Algemene Microbiologie
28
De kenmerken van het leven
Organisatie van structuur en stromen Zelf voedend: autonoom open systeem chemie, Gibbs energie transductie Replicatie Differentiatie Signalering en regulatie Evolutie Algemene Microbiologie
29
Inleidende colleges (Hoofdstuk 1++)
Chemie, fysica, biochemie, biofysica, microbiologie, macrobiologie, ecologie De kenmerken van het leven Hoe gaan we om met dat leven Hoe ziet het leven eruit? Het principe van Beyerinck Algemene Microbiologie
30
Algemene Microbiologie
Rein strijken (zie proef 1): -besmetting voorkomen -specimen in leven houden -het verdelen van het mengsel tot klonen Algemene Microbiologie
31
Algemene Microbiologie
32
Inleidende colleges (Hoofdstuk 1++)
Chemie, fysica, biochemie, biofysica, microbiologie, macrobiologie, ecologie De kenmerken van het leven Hoe gaan we om met dat leven Hoe ziet het leven eruit? Het principe van Beyerinck Algemene Microbiologie
33
Hoe ziet het leven eruit? (zie ook Experiment 2)
Grootte Morfologie Gram kleuring Classificatie Algemene Microbiologie
34
Hoe groot is leven (En waarom?)
Algemene Microbiologie
35
Hoe groot zijn Bacteriën?
Algemene Microbiologie
36
Oppervlakte/volume verhouding moet groot genoeg zijn
Algemene Microbiologie
37
Algemene Microbiologie
Microbiologie: Met het oog onzichtbaar leven (= autonoom levende cellen) Algemene Microbiologie
38
Algemene Microbiologie
Kleuring Algemene Microbiologie
39
Inleidende colleges (Hoofdstuk 1++)
Chemie, fysica, biochemie, biofysica, microbiologie, macrobiologie, ecologie De kenmerken van het leven Hoe gaan we om met dat leven Hoe ziet het leven eruit? Het principe van Beyerinck Algemene Microbiologie
40
Algemene Microbiologie
Bioinformatica DNA/eiwit volgorde bekend: duizenden genen Algemene Microbiologie
41
Hoeveel gen producten zijn er nu eigenlijk echt nodig?
Mycoplasma genitalium Genome DNA Molecule Information LENGTH: %A: %T: %C: %G: No. of genes: genes with role assigned: Algemene Microbiologie
42
Algemene Microbiologie
43
Algemene Microbiologie
Bioinformatica DNA/eiwit volgorde bekend Hoeveel genproducten zijn er eigenlijk echt nodig? 300? Algemene Microbiologie
44
There is more to life than just living!
M. genitalium: 450 genen E.coli: 4000 genen Gist: 6000 genen Mens: genen Zijn daarvan maar 300 echt nodig? Algemene Microbiologie
45
Waarom zijn er zoveel genen (eiwitten)?
Veel verschillende omstandigheden Leven is meer ingewikkeld dan dat het eenvoudig is de slimme cel BioComplexiteit slimme moleculen Algemene Microbiologie
46
Hoe ziet het leven eruit?
Algemene Microbiologie
47
Hoe ziet het leven eruit? Prokaryoot
Algemene Microbiologie
48
Hoe ziet het leven eruit? Eukaryoot
Algemene Microbiologie
49
Hoe ziet het leven eruit? Prokaryote celwand
Algemene Microbiologie
50
Algemene Microbiologie
Gram kleuring (proef 2) Algemene Microbiologie
51
Algemene Microbiologie
De gram positieve bacteriën zijn Staphylococcus aureus, de gram negatieve Escherichia coli. Algemene Microbiologie
52
Algemene Microbiologie
Herkenning van leven Vorm van de cel (proef 2) Kleuring intracellulaire structuur Metabole capaciteit (proef 8) DNA/rRNA/nucleotide volgorde Algemene Microbiologie
53
Inleidende colleges (Hoofdstuk 1++)
Chemie, fysica, biochemie, biofysica, microbiologie, macrobiologie, ecologie De kenmerken van het leven Hoe gaan we om met dat leven Hoe ziet het leven eruit? Het principe van Beijerinck/Kluyver Algemene Microbiologie
54
Het principe van Beijerinck (practicum experiment 4)
Azotobacter chroococcum Algemene Microbiologie
55
Het principe van Beijerinck (practicum experiment 4)
omzettingsactiviteit metabolisme groei selectie inductie tijd Algemene Microbiologie
56
Het principe van Beijerinck/Kluyver verklaard
activiteit komt op achtereenvolgens door: metabolisme van al aanwezige organismen, inductie van zulk mechanisme in al aanwezige organismen, groei van nauwelijks aanwezige organismen, mutatie en dan selectie van nieuwe organismen Algemene Microbiologie
57
Inleidende colleges vervolg (Hoofdstuk 1++)
Regulatie: inductie, repressie, lac operon, diauxische groei (ook hoofdstuk 7) Groei: exponentieel dus onverwacht (ook hoofdstuk 5) Selectie en evolutie; stambomen Microben en ziektes Microbiële ziektes: fagen; lytisch versus lysogeen. Algemene Microbiologie
58
Regulatie, signalering
Laten we eens kijken: , 7.7a, 7.9, , 7.18 Algemene Microbiologie
59
De verschillende regulatiemethodes
Algemene Microbiologie
60
Algemene Microbiologie
Regulatie Metabool -reactiesnelheid -enzym activiteit Via genexpressie -enzym concentratie (transcriptie, translatie) Algemene Microbiologie
61
Metabole regulatie: eindproduct remming
Algemene Microbiologie
62
Eind product remming in een vertakt pad: erg effectief
Algemene Microbiologie
63
Algemene Microbiologie
Allostere regulatie Algemene Microbiologie
64
Regulatie van genexpressie
Regulatie van transcriptie: Repressie Inductie Activatie Cataboliet repressie Algemene Microbiologie
65
Algemene Microbiologie
Repressie Algemene Microbiologie
66
Inductie (experiment 9)
Algemene Microbiologie
67
Algemene Microbiologie
Activatie Algemene Microbiologie
68
Diauxie (groei op twee substraten, met voorkeur voor een)
Algemene Microbiologie
69
Algemene Microbiologie
Globale regulatie DNA supercoiling Cataboliet repressie: voorkeur voor glucose Zuurstof Warmte schok Algemene Microbiologie
70
Inleidende colleges (Hoofdstuk 1++)
Regulatie: inductie, repressie (lac operon), diauxische groei, globale controle (cataboliet repressie), signaal transductie (ook hoofdstuk 7) Groei: exponentieel dus onverwacht (ook hoofdstuk 5) Selectie en evolutie; stambomen Microben en ziektes Microbiele ziektes: fagen; lytisch en lysogeen. Algemene Microbiologie
71
Groei exponentieel, dus onverwacht
Laten we eens kijken: Figuren 5.1, 5.2a, 5.2b Algemene Microbiologie
72
Individu versus populatiegroei
Individu groeit Populatie groeit Algemene Microbiologie
73
Populatiegroei: toename in celaantal
Algemene Microbiologie
74
Cellen lijken plotseling op te komen!
Algemene Microbiologie
75
Inleidende colleges (Hoofdstuk 1++)
Regulatie: inductie, repressie, lac operon, diauxische groei (ook hoofdstuk 7) Groei: exponentieel dus onverwacht (ook hoofdstuk 5) Microben en ziektes Microbiële ziektes: fagen; lytisch en lysogeen. Algemene Microbiologie
76
Microorganismen en de samenleving
Algemene Microbiologie
77
Microbiële ziektes: succesverhaal
Algemene Microbiologie
78
Inleidende colleges (Hoofdstuk 1++)
Regulatie: inductie, repressie, lac operon, diauxische groei (ook hoofdstuk 7) Groei: exponentieel dus onverwacht (ook hoofdstuk 5) Selectie en evolutie; stambomen Microben en samenleving; ziektes Microbiële ziektes: fagen; lytisch en lysogeen. Algemene Microbiologie
79
Microbiële ziektes (ziektes van microben)
fagen lytisch / lysogeen Laten we eens kijken: Figuren 8.10, 8.13, 8.5a, 8.9, 8.24, 8.34 Algemene Microbiologie
80
Faag infectie: primitief?? (Practicum experiment 6)
Algemene Microbiologie
81
Algemene Microbiologie
Wat is een virus? Kan zich vermenigvuldigen Maar niet autonoom Bevat nucleinezuur (uitzondering: prion) Bevat mantel en penetratie-eiwitten Algemene Microbiologie
82
Hoe meet je bacterievirussen (fagen)?
Algemene Microbiologie
83
Lytische versus lysogene infectie
Algemene Microbiologie
84
Algemene Microbiologie
Inleidende colleges: Regulatie: inductie, repressie, lac operon, diauxische groei (ook hoofdstuk 7) Groei: exponentieel dus onverwacht (ook hoofdstuk 5) Selectie en evolutie; stambomen Microben en samenleving/ziektes Microbiële ziektes: fagen; lytisch en lysogeen. Chemie, fysica, biochemie, biofysica, microbiologie, macrobiologie, ecologie De kenmerken van het leven Morfologie, Gram kleuring Het principe van Kluyver Algemene Microbiologie
85
De kenmerken van het leven
Organisatie van structuur en stromen Zelf voedend: autonoom open systeem chemie, Gibbs energie transductie Replicatie Differentiatie Signalering en regulatie Evolutie Algemene Microbiologie
86
Algemene Microbiologie
87
Algemene Microbiologie
Derde college: Microbiologie: positie als wetenschap Meten en waarnemen Algemene Microbiologie
88
Derde college: Microbiologie positie als wetenschap
Eerste wetenschappelijke microbiologie: Kan leven zomaar ontstaan? Microbiële principes: vitalisme versus steriel werken (Pasteur) 1.18 Wat is nu eigenlijk een besmettelijke ziekte? Vaststellen microbiële ziekteverwekker (Koch) 1.19 Let hier op de wetenschappelijke methode! Algemene Microbiologie
89
Microbiële principes: vitalisme versus steriel werken (Pasteur)
Algemene Microbiologie
90
Derde college: Microbiologie positie als wetenschap
Eerste wetenschappelijke microbiologie: Kan leven zomaar ontstaan? Microbiële principes: vitalisme versus steriel werken (Pasteur) 1.18 Wat is nu eigenlijk een besmettelijke ziekte? Vaststellen microbiële ziekteverwekker (Koch) 1.19Let hier op de wetenschappelijke methode! Algemene Microbiologie
91
Bewijzen microbiële ziekteverwekker (Koch)
Algemene Microbiologie
92
Derde college: Meten en waarnemen; Hoofdstuk 3
Lichtmicroscoop, contrast, kleuring Electronenmicroscoop Verschillende morfologiëen Vorm, oppervlakte volume ratio; probleem meercelligen Membraan: lipide bilaag; stevigheid; osmotisch probleem Algemene Microbiologie
93
Algemene Microbiologie
Lichtmicroscoop Contrast, kleuring Lichtweg bright-field phase contrast dark-field fluorescence Algemene Microbiologie
94
Algemene Microbiologie
bright-field (opvallend) fase contrast (breking) dark field (zijkant) fluorescentie (aanslag) Algemene Microbiologie
95
Derde college: Meten en waarnemen; Hoofdstuk 3
Lichtmicroscoop, contrast, kleuring Electronenmicroscoop Transmissie Scanning Verschillende morfologiëen Vorm (nut) Grootte Interne structuur Algemene Microbiologie
96
E.M: transmissie versus scanning
Algemene Microbiologie
97
Algemene Microbiologie
98
Derde college: Meten en waarnemen; Hoofdstuk 3
Vorm, oppervlakte/volume ratio Bacterie: Olifant: Algemene Microbiologie
99
Interne struktuur; wat is er zichtbaar?
Kern(-membraan) Organellen Celmembraan lipiden membraaneiwitten functie celmuur Algemene Microbiologie
100
Algemene Microbiologie
Interne struktuur Algemene Microbiologie
101
Algemene Microbiologie
Het membraan (-1) Membraan: lipide bilaag; stevigheid; osmotisch probleem 3.26d, 3.5, 3.16 E.M. kleuring als spoorrails Phospholipide bilaag is 2-D vloeistof Stevigheid bereikt door: Sterolen in Eukarya Monolaag met ether (niet ester) bindingen in Archaea Nylonkousachtige wand eromheen Vrijwel volledige permeabiliteitsbarriere Eiwitten (‘carriers’) zorgen voor transport (open systeem) Algemene Microbiologie
102
Membraan: lipide bilaag; spoorrails in EM
Algemene Microbiologie
103
Membraan: lipide bilaag; lipidenzee met eiwitten als ijsschotsen
Algemene Microbiologie
104
Eigenschappen & functie lipiden bilaag
Gestabiliseerde gesloten hydrofobe laag Impermeant voor hydrofiele stoffen Dat zijn ‘alle’ stoffen actief in metabolisme Houdt enzymen, DNA, RNA, en intermediairen binnen Houdt hydrofiele toxinen buiten Algemene Microbiologie
105
Nadelen lipiden bilaag + oplossingen
Hydrofiele substraten kunnen de cel niet in Transportsystemen Hydrofiele producten kunnen cel niet uit Transportsystemen (ook voor eiwitten bv sec) Hydrofobe stoffen lekken de cel in Drug efflux pompen (multidrug resistentie) Algemene Microbiologie
106
Het plasmamembraan (transport)
Diffusie en gefaciliteerd transport verschillen in: T afhankelijkheid, specificiteit, eiwitafhankelijkheid,concentratieafhankelijkheid Algemene Microbiologie
107
T en [S] afhankelijkheid transport
Algemene Microbiologie
108
Het plasmamembraan (transporttypes)
Diffusie en gefaciliteerd transport verschillen in: T afhankelijkheid, specificiteit, eiwitafhankelijkheid,concentratieafhankelijkheid (soms) Gibbs energieafhankelijkheid Nog een biologische hoofdwet: alle transport wordt gekatalyseerd (is ‘gefaciliteerd’) Algemene Microbiologie
109
Het plasmamembraan (transporttypes)
Gefaciliteerd transport kan zijn : eenvoudig: uniport symport antiport groepverplaatsing (tegelijk chemische reactie) actief transport (gekoppeld aan chemische reactie) Algemene Microbiologie
110
Verschillende types transport
eenvoudig groepsverplaatsing actief transport Algemene Microbiologie
111
Het plasmamembraan (transportenergetica)
Waarom actief transport (gekoppeld aan chemische reactie)? Sbuiten Sbinnen G=S= =RTln[Sbinnen]/[Sbuiten]=5.7.log [Sbinnen]/[Sbuiten] <0 [Sbinnen]<[Sbuiten] Algemene Microbiologie
112
Algemene Microbiologie
Het plasmamembraan Actief transport (gekoppeld aan chemische reactie): Sbuiten + ATP Sbinnen +ADP + Pi G=S-GATPsynthese = =RTln[Sbinnen]/[Sbuiten]-GATPsynthese <0 RTln[Sbinnen]/[Sbuiten]<50 kJ/mol =8x5.7 [Sbinnen]<[Sbuiten].108 Algemene Microbiologie
113
Algemene Microbiologie
Het plasmamembraan Actief transport (gekoppeld aan transport): Sbuiten + H+buiten H+binnen + Sbinnen G=S+ H = =RTln[Sbinnen]/[Sbuiten]- |H| <0 RTln[Sbinnen]/[Sbuiten]<20 kJ/mol [Sbinnen]<[Sbuiten].103 Algemene Microbiologie
114
Transport gekoppeld aan transport; vaak
Algemene Microbiologie
115
Transport: hoe komt de cel aan ?
Electronen transport (membraanredox) ATP hydrolyse Algemene Microbiologie
116
groep verplaatsing: PEP afhankelijke fosfotransferase systeem
Algemene Microbiologie
117
Algemene Microbiologie
Derde college: Microbiologie: positie als wetenschap Meten en waarnemen Membraan Transport types energetica Algemene Microbiologie
118
Vierde college: struktuur van het leven (verder in Hfdstk 3)
Celwand Celwandsynthese DNA structuur Bewegelijkheid flagel Taxis Gas blaasjes Algemene Microbiologie
119
Algemene Microbiologie
Celwand Algemene Microbiologie
120
De celwand van Grampositieve bacteriën:
Algemene Microbiologie
121
De celwand van Gramnegatieve bacteriën Fig 3.37
Algemene Microbiologie
122
De celwand van Gramnegatieve bacterie
Algemene Microbiologie
123
Details van peptidoglycaanwand
Algemene Microbiologie
124
De dwarsverbanden: Gramnegatief
Algemene Microbiologie
125
Dwarsverband Gram- versus Gram+:
Algemene Microbiologie
126
Teichoïne zuur in celwand van bacteriën: negatieve lading
Algemene Microbiologie
127
Lysozym in traanvocht:
Oplossing van lage osmolariteit Oplossing van hoge osmolariteit Algemene Microbiologie
128
LPS laag van Gram negatieve bacteriën
Algemene Microbiologie
129
Celwand Gram+ versus Gram-
Verschillen tussen Grampositief en Gramnegatief: Tweede hydrofobe membraan in Gramnegatief LPS laag bij Gramnegatief (immunogeen!) Gramnegatief ongevoelig voor lysozym Dikkere peptidoglycaan laag in Grampositief Diaminopimeline zuur in Gram-, lysine in Gram+ Pentaglycine in kruisbrug Gram positief Algemene Microbiologie
130
Struktuur van het leven (Hfdstk 3)
Celwand Celwandsynthese DNA structuur Bewegelijkheid flagel Taxis Gas blaasjes Algemene Microbiologie
131
Wandsynthese vanuit het midden; niet overal
Algemene Microbiologie
132
Suikergroepen van binnenuit over het plasmamembraan gezet
Algemene Microbiologie
133
Algemene Microbiologie
Penicilline remt transpeptidatie dus vorming dwarsverbanden: doodt groeiende bacteriën (zie experiment 3) Algemene Microbiologie
134
Struktuur van het leven (Hfdstk 3)
Celwand Celwandsynthese Tijd voor een filmpje Algemene Microbiologie
135
Struktuur van het leven (Hfdstk 3+6.1-6.3)
Celwand Celwandsynthese DNA struktuur Bewegelijkheid flagel Taxis Gasblaasjes Algemene Microbiologie
136
DNA, primaire struktuur, en genen
Algemene Microbiologie
137
DNA: secundaire struktuur; de dubbele helix
Algemene Microbiologie
138
DNA tertiaire struktuur: supercoiling
Algemene Microbiologie
139
Supercoiling; veranderd linking getal; twee mechanismen:
Topoisomerases I Topoisomerases II Algemene Microbiologie
140
Algemene Microbiologie
141
Struktuur van het leven (Hfdstk 3)
Celwand Celwandsynthese DNA struktuur Bewegelijkheid: flagel Taxis Gasblaasjes Algemene Microbiologie
142
Algemene Microbiologie
Hoe zwem je nu eigenlijk een kant op als je niet zo handig bent? (je kunt alleen zwemmen en tuimelen) Algemene Microbiologie
143
Flagel: complexe struktuur
Algemene Microbiologie
144
Struktuur van het leven (Hfdstk 3): bloei van cyanobacteriën
Gas blaasjes Fig. 3.62 Algemene Microbiologie
145
Struktuur van het leven (Hfdstk 3)
Gasblaasjes; waterdichte gas permeabele wand Algemene Microbiologie
146
Algemene Microbiologie
Groei Differentiatie Voeding en Metabolisme Celvolumegroei Populatiegroei Algemene Microbiologie
147
Algemene Microbiologie
Differentiatie Differentiatie Sporen Exospore, coat, cortex en dan ongeveer een cel Dehydratie, Dipicolinezuur, SASP’s Differentiatie ‘tot eukaryoot’ Kern, Organellen Differentiatie tot multicellulair organisme Algemene Microbiologie
148
Algemene Microbiologie
Spore Algemene Microbiologie
149
Algemene Microbiologie
Strategie van spore Weinig water (reduceert activiteit; gemakkelijk te herstellen) Dipicolinezuur (vangt UV straling op) Lage metabole activiteit (Gibbs energie nauwelijks gedissipeerd) Gesloten systeem (Geen verliezen) Algemene Microbiologie
150
Vierde college: struktuur van het leven (verder in Hfdstk 3)
Celwand Celwandsynthese DNA structuur Bewegelijkheid flagel Taxis Gas blaasjes Sporen Algemene Microbiologie
151
Algemene Microbiologie
Differentiatie Differentiatie Sporen Exospore, coat, cortex en dan ongeveer een cel Dehydratie, Dipicolinezuur, SASP’s Differentiatie ‘tot eukaryoot’ Kern, Organellen Differentiatie tot multicellulair organisme Algemene Microbiologie
152
Algemene Microbiologie
Vijde college: Groei Differentiatie Voeding en Metabolisme (Hfdstk & ) Celvolumegroei (Hfdstk. 5.1) Populatiegroei (HfdStk. 5) Algemene Microbiologie
153
Overzicht metabolisme
Gibbs Gibbs Algemene Microbiologie
154
Centrale rol van twee energiëen
Gibbs harvest Gibbs Algemene Microbiologie
155
Hoofdstuk 4.1-4.3 &4.13-4.15:Voeding en metabolisme
Celsamenstelling: C, N, O, H, S, in eiwitten DNA, Fe, Ca, kleine stoffen, etc. Balansvergelijking; Elementen versus stoffen Elementen en Gibbs energie kunnen niet gemaakt worden Verbindingen kunnen veelal gemaakt worden; behalve vitamines Bovenstaande bepaalt voeding en metabolisme Algemene Microbiologie
156
Algemene Microbiologie
Hoofdstuk 4:Voeding Macronutriënten Biomassa Micronutriënten Katalytisch Groeifactoren Organisch chemische micronutrienten Gibbs energie: de drijvende kracht Algemene Microbiologie
157
Hoofdstuk 4:Voeding Stoffen
Macronutriënten Koolstof:autotroof (CO2) versus heterotroof (organische verbindingen) Micronutriënten Anorganische moleculen Fig. 4.2 Groeifactoren Organische moleculen Algemene Microbiologie
158
IJzer: een micro!!nutrient
Algemene Microbiologie
159
Hoofdstuk 4:Voeding Gibbs energie bron?
zie sectie 4.13,14 fotonen: fototroof chemische stoffen: chemotroof organisch: chemoorganotroof anorganisch: chemolithotroof Fig. 4.22 Algemene Microbiologie
160
Algemene Microbiologie
Chemoorganotroof Algemene Microbiologie
161
Algemene Microbiologie
Chemolithotroof Algemene Microbiologie
162
Hoofdstuk 4:Voeding: koolstofbron voor biomassa
CO2: autotroof Organisch materiaal: heterotroof chemoorganoheterotroof bestaat chemoorganoautotroof is zeldzamer chemolithoheterotroof komt voor Fig. 4.22 Algemene Microbiologie
163
Algemene Microbiologie
Chemoorganoheterotroof voorbeeld P. denitrificans; practicum experiment 7) Algemene Microbiologie
164
Algemene Microbiologie
Chemolithoautotroof Algemene Microbiologie
165
Fig. 15.1: Diversiteit naar energie en Koolstof bron
Algemene Microbiologie
166
Algemene Microbiologie
Groei Differentiatie Hoofdstuk 4:Voeding en metabolisme Hoofdstuk 5:Microbiële groei Celgroei tot splitsing Fig. 5.1 Populatiegroei Fig. 5.2 Algemene Microbiologie
167
Algemene Microbiologie
Groei Groei van individu Groei van populatie Algemene Microbiologie
168
Algemene Microbiologie
Groei Differentiatie Hoofdstuk 4:Voeding en metabolisme Hoofdstuk 5:Microbiële groei Celgroei tot splitsing Populatiegroei Algemene Microbiologie
169
Algemene Microbiologie
Populatiegroei Algemene Microbiologie
170
Algemene Microbiologie
Populatiegroei Hoofdstuk 5:Microbiële groei Groei door splitsing: exponentieel Fig. 5.2, 5.3 Meetmethodes: telkamer Fig 5.5 platen [levende cellen] Fig. 5.6, 5.7 troebeling Fig. 5.8 Algemene Microbiologie
171
Algemene Microbiologie
Exponentiële groei Toename rechtevenredig met: aantal (N) tijdsduur (dt) overigens constant evenredigheidsconstante is specifieke groeisnelheid Algemene Microbiologie
172
Exponentiële kinetiek
Algemene Microbiologie
173
Wanneer geen exponentiële groei?
Sex Gebrek aan voeding Afsterving, Emigratie Algemene Microbiologie
174
Algemene Microbiologie
Generatietijd Algemene Microbiologie
175
Algemene Microbiologie
Groeisnelheid Microbiële groeikinetiek Omgevingsfactoren Groeicontrole Algemene Microbiologie
176
Hoofdstuk 5:Microbiële groeikinetiek
Batch groei lag, exponential, stationary, ‘death’ Fig. 5.4,5.10 Continu cultuur Fig 5.9, 5.11 Algemene Microbiologie
177
Pot groei (batch growth); practicum experiment 8)
Algemene Microbiologie
178
Pot groei (batch growth)
Algemene Microbiologie
179
Pot groei (batch growth)
Algemene Microbiologie
180
Pot groei (batch growth)
Algemene Microbiologie
181
Pot groei (batch growth)
Algemene Microbiologie
182
Continu cultuur; chemostaat
[S] stelt zich in zodat (S)= D Algemene Microbiologie
183
[Substraat] bepaalt groeisnelheid; batch culture
Algemene Microbiologie
184
Groeisnelheid bepaalt [substraat] chemostaat
Algemene Microbiologie
185
Hoe meten we populatiegroei?
Totaal aantal cellen tellen Levende cellen tellen Troebelheidsmeting (turbidometry) Algemene Microbiologie
186
Total aantal cellen tellen
Algemene Microbiologie
187
Algemene Microbiologie
Levende cellen tellen Let op: ‘viable non-culturable’ cells worden niet geteld! Algemene Microbiologie
188
Algemene Microbiologie
Turbidometrie Algemene Microbiologie
189
Hoofdstuk 5: Groei en Omgevingsfactoren:
substraat (concentratie of type) Temperatuur Fig. 5.12, 5.13, 5.16, 5.17 pH Fig. 5.18 wateractiviteit [conservering, watersimulerende stoffen] Fig. 5.19 zuurstof Fig. 5.21, 5.23, 5.24, 5.25 Algemene Microbiologie
190
Temperatuurafhankelijkheid
Algemene Microbiologie
191
De biologie heeft zich aangepast
Algemene Microbiologie
192
Leven boven het kookpunt
Algemene Microbiologie
193
Algemene Microbiologie
pH (zuurtegraad) Algemene Microbiologie
194
Hoofdstuk 5: Groei en Omgevingsfactoren:
substraat (concentratie of type) Temperatuur Fig. 5.12, 5.13, 5.16, 5.17 pH Fig. 5.18 wateractiviteit [conservering, watersimulerende stoffen] Fig. 5.19 zuurstof Fig. 5.21, 5.23, 5.24, 5.25 Algemene Microbiologie
195
Algemene Microbiologie
Osmotische druk Osmotische druk: binnen 0.3 M opgeloste deeltjes, buiten geen Deze moet gebalanceerd worden door en mechanische druk (celwand), anders gaat het water naar binnen Algemene Microbiologie
196
Algemene Microbiologie
Osmotische druk Kleiner buiten: zwelling tot celwand de nodige tegendruk levert Groter buiten: krimping tot intracellulaire ruimte dezelfde osmotische waarde krijgt dan: verminderde en aH20 verminderde wateractiviteit verminderde metabole activiteit conservering (zoute haring; jam) of: aanmaak compatibele opgeloste stoffen Algemene Microbiologie
197
Compatibele opgeloste stoffen
Algemene Microbiologie
198
Evolutionaire aanpassing organismen aan wateractiviteit
Algemene Microbiologie
199
Zuurstofspanning (zie practicum experiment 5)
Aerobe organismen obligaat facultatief microaerofiel Anaerobe organismen aerotolerant O O F M At Algemene Microbiologie
200
Zuurstof is gevaarlijk
Algemene Microbiologie
201
Zuurstofradicaal verwijderende enzymen
Algemene Microbiologie
202
Algemene Microbiologie
Samenvattend: Groei Differentiatie Voeding en Metabolisme (Hfdstk & ) Celvolumegroei (Hfdstk. 5.1) Populatiegroei (Hfdstk. 5): groeikinetiek kweekmethodes meetmethodes omgevingsfactoren Algemene Microbiologie
203
Hoofdstuk 11: Industriële microbiologie
productie van cellen, productie door cellen, productie in cellen (Fig. 11.1) primaire en secundaire metabolieten (Fig. 11.2) fermentor; pH controle, doorborrelingprobleem (oppervlak/volume) (Fig. 11.4) naast biosynthese ook bioconversie (Fig.11.15) azijnzuurproductie (Fig &19) gistproductie (Fig ) afvalwaterzuivering (Fig ) Algemene Microbiologie
204
Algemene Microbiologie
productie van cellen, productie door cellen, productie in cellen (Fig. 11.1) Algemene Microbiologie
205
primaire en secundaire metabolieten (Fig. 11.2)
Algemene Microbiologie
206
primaire en secundaire metabolieten (Fig. 11.2)
Algemene Microbiologie
207
Primaire versus secundaire metabolieten
Primaire metabolieten zijn noodzakelijke component biomassa of noodzakelijk product biomassa synthese Secundaire metabolieten: luxe producten Algemene Microbiologie
208
Algemene Microbiologie
Fermentor pH controle, doorborrelingprobleem, (oppervlak/volume) (Fig. 11.4) Algemene Microbiologie
209
naast biosynthese ook bioconversie (Fig.11.15)
Algemene Microbiologie
210
azijnzuurproductie (Fig. 11.18&19)
Algemene Microbiologie
211
Algemene Microbiologie
gistproductie (Fig ) Algemene Microbiologie
212
Algemene Microbiologie
afvalwaterzuivering anaeroob levert methaan CH4 (+ CO2) Algemene Microbiologie
213
Algemene Microbiologie
Afvalwaterzuivering Aeroob levert CO2 Algemene Microbiologie
214
Hoofdstuk 11: Industriële microbiologie
productie van cellen, productie door cellen, productie in cellen (Fig. 11.1) primaire en secundaire metabolieten (Fig. 11.2) fermentor; pH controle, doorborrelingprobleem (oppervlak/volume) (Fig. 11.4) naast biosynthese ook bioconversie (Fig.11.15) azijnzuurproductie (Fig &19) gistproductie (Fig ) afvalwaterzuivering (Fig ) Algemene Microbiologie
215
Algemene Microbiologie
Diversiteit Hfdtk. ( ,14.1), ,(17) Enorm Bergey’s handleiding (Appendix 2) Verder eind dit jaar Uitdaging: elke soort lost zijn eigen problemen op Algemene Microbiologie
216
Evolutie; splitsing 4 miljard jaar geleden
Algemene Microbiologie
217
Algemene Microbiologie
Diversiteit Algemene Microbiologie
218
Bacteriële diversiteit
Algemene Microbiologie
219
Algemene Microbiologie
Archaea diversiteit Algemene Microbiologie
220
Archaea: bijzonder membraan
Algemene Microbiologie
221
Eukaryote microorganismen
Algemene Microbiologie
222
Hoofdstuk 18: Eukaryote microorganismen en hun diversiteit
algen: chlorofyl, unicellulair of colonies, celwand fungus (zwammen) (geen chlorofyl, wel celwand): filamenteuze zwammen (sponsen) gisten (unicellulair) paddestoelen (vruchtlichamen) protozoa (unicellulair, geen celwand) slijmzwammen (tussen protozoa en zwammen in) Diversiteit, Differentiatie Algemene Microbiologie
223
Algemene Microbiologie
Fig. 15.1: Metabole diversiteit naar energie- en koolstofbron (practicum experiment 8) Algemene Microbiologie
224
Hoofdstuk 18: Microbiële groeicontrole
Omgevingsfactoren als boven Warmte (autoclaaf) Fig. 18.1, 18.3 Sterilisatie versus Pasteurisatie Straling Fig. 18.5 Filtratie Fig Chemie: bacteriostatisch, bacteriedodend, bacteriolytisch Fig bepalingen Fig echte chemie (groeifactoranalogen) Fig , 18.15 door microben geproduceerd : antibiotica antibiotica werken in op de verschillen tussen parasiet en mens Fig , 18.23 antibiotica resistentie Fig , 18.25 Algemene Microbiologie
225
Algemene Microbiologie
Warmte Fig. 18.1 Exponentiële afname overleving: Implicatie: nooit gegarandeerd steriel Algemene Microbiologie
226
Sterilisatie versus Pasteurisatie
T>100 °C ?? Dus P>1 atmosfeer dus autoclaaf Waarom? Endosporen Pasteurisatie: T>71 °C, 15 sec voordeel: smaak verandert minder nadeel: niet steriel; cellen, sporen overleven Algemene Microbiologie
227
Algemene Microbiologie
Autoclaaf Let op:Potten kunnen onder druk komen te staan! Algemene Microbiologie
228
Algemene Microbiologie
Straling Fig. 18.5 Exponentiële afname overleving: Implicatie: nooit gegarandeerd steriel Algemene Microbiologie
229
Algemene Microbiologie
Filtratie Fig. 18.7,18.9 nucleopore Mat/glas Membraanfilter Algemene Microbiologie
230
Algemene Microbiologie
Filtreertechniek Algemene Microbiologie
231
Hoofdstuk 18: Microbiële groeicontrole
Omgevingsfactoren als boven Warmte (autoclaaf) Fig. 18.1, 18.3 Sterilisatie versus Pasteurisatie Straling Fig. 18.5 Filtratie Fig Chemie: bacteriostatisch, bacteriedodend, bacteriolytisch Fig bepalingen Fig ,12 echte chemie (groeifactoranalogen) Fig , 18.15 door microben geproduceerd : antibiotica antibiotica werken in op de verschillen tussen parasiet en mens Fig , 18.23 antibiotica resistentie Fig , 18.25 Algemene Microbiologie
232
Chemisch steriliseren
Onderscheid bacteriostatisch bacteriedodend bacteriolytisch Algemene Microbiologie
233
Algemene Microbiologie
bepalingen Fig ,12 Algemene Microbiologie
234
Bacteriocidenproductie/ontwerp
Belangrijkste principes: Moet niet eenvoudig afgebroken worden Moet bacterie doden/hinderen Moet gastvrouw niet aantasten Richten tegen verschilpunten prokaryoten/eukaryoten (Geen resistentie ontwikkeling) Algemene Microbiologie
235
Richten tegen verschilpunten prokaryoten/eukaryoten
Algemene Microbiologie
236
Synthetische bacteriocides
Algemene Microbiologie
237
Algemene Microbiologie
antibiotica Door microorganismen geproduceerd Vaak door eukaryotische microorganismen Voorbeeld: penicilline Ook prokaryoten voeren onderling strijd Algemene Microbiologie
238
Penicilline remt transpeptidatie (Fig. 3.41; experiment 3)
Algemene Microbiologie
239
Antibiotica resistentie
Chemische afbraak Uitscheiden (pomp) Benodigde enzymen vaak op plasmides (kleine stukjes extra DNA in cel die meegepliceerd worden) Daardoor gemakkelijk verspreidend over transformeerbare organismen Multidrug resistentie Algemene Microbiologie
240
Multidrug resistentie
Veel succesvolle antibiotica zijn beetje hydrofoob. Waarom? Ze moeten de cellen in kunnen Een resistentiemechanisme is een aselectieve pomp voor hydrofobe stoffen Dit mechanisme geeft multidrug resistentie bij microorganismen; ook bij tumorcellen Algemene Microbiologie
241
Multidrug resistentie vormt grote bedreiging
Algemene Microbiologie
242
Hoofdstuk 18: Microbiële groeicontrole
Omgevingsfactoren als boven Warmte (autoclaaf) Fig. 18.1, 18.3 Sterilisatie versus Pasteurisatie Straling Fig. 18.5 Filtratie Fig Chemie: bacteriostatisch, bacteriedodend, bacteriolytisch Fig bepalingen Fig ,12 antibiotica werken in op de verschillen tussen parasiet en mens Fig , 18.23 menselijke chemie (groeifactoranalogen) Fig , 18.15 door microben geproduceerd : antibiotica antibiotica resistentie Fig Algemene Microbiologie
243
Algemene Microbiologie
En verder…. Microbiële ecologie Hoofdstuk 16 Sustainable society Epidemiologie, volksgezondheid en microbiologie Hoofdstuk 22 De belangrijkste microbiële ziektes Hoofdstuk 23,24 Algemene Microbiologie
244
Microbiële ecologie; onderhoudbare samenleving
Hoofdstuk & Algemene Microbiologie
245
Microbiële gemeenschappen
Populatie (identieke individuen) Gilde (metabool vergelijkbare populaties) Gemeenschap (bestaat uit metabool complementaire gildes) Algemene Microbiologie
246
Gildes en gemeenschappen
Algemene Microbiologie
247
Onderhoudbare samenleving; en potentiële rol voor de microbiologie
5 miljard tot 10 miljard mensen depletie van chemische stoffen (niet van elementen) oplossing: kringlopen (elementen behouden) waarvoor biedt dit geen oplossing? Gibbs energie (tweede hoofdwet) Algemene Microbiologie
248
Gibbs energie: fotosynthese (Fig. 15.2)
Algemene Microbiologie
249
Anoxygenic photosynthesis
Algemene Microbiologie
250
Onderhoudbare samenleving; en potentiële rol voor de microbiologie
Algemene Microbiologie
251
Mondiale cycli: koolstof
Algemene Microbiologie
252
Mondiale cycli: stikstof (zie ook practicum experiment 4)
Nitrosomonas Paracoccus Algemene Microbiologie
253
Onderhoudbare samenleving?
Algemene Microbiologie
254
Onderhoudbare samenleving
Microbiële ecologie Cycli voor elementen met chemie op verschillende plekken (vaak microbieel) Gibbs energie: vanuit opslag (steenkool, aardolie) of direct uit zonneenergie (fotosynthese: microbieel plus plant) Algemene Microbiologie
255
Hoofdstuk 22: Epidemiologie, volksgezondheid en microbiologie
Infectieziektes zijn nog steeds de hoofddoodsoorzaken Acute ademhalingsziektes: 3.7 M/jaar TBC: M/jaar Diarrhee: M/jaar AIDS: M/jaar Malaria: M/jaar Hepatitis: M/jaar Mazelen: M/jaar Algemene Microbiologie
256
Hoofdstuk 22: Epidemiologie, volksgezondheid en microbiologie
endemie, epidemie {wanneer wat?} (Fig. 22.1) transmissie: gastheer naar gastheer, of via vector (levend [carrier] of dood [fomite]) (Fig. 22.2,3) ziekte reservoirs cyclische epidemiëen {wanneer} (Fig. 22.4) gemeenschappelijk-bron epidemie versus gastheer-gastheer epidemie (Fig. 22.5) ziekenhuis infecties [nocosomiaal] (Fig. 22.7) maatregelen tegen epidemiëen: vaccinatie, quarantaine, bewaking Algemene Microbiologie
257
endemie, epidemie {wanneer wat en waarom?} (Fig. 22.1)
Waarom: immunologie Algemene Microbiologie
258
Spelers in infectieziektes
Veroorzaker (bacterie, virus) Infectiebron Reservoir Maatregelen Algemene Microbiologie
259
Spelers in infectieziektes: voorbeeld
Veroorzaker (bacterie, virus): Giardia spp. Infectiebron:fecale verontreining drinkwater Reservoir: wilde zoogdieren Maatregelen: decontaminatie waterbronnen Algemene Microbiologie
260
Algemene Microbiologie
Transmissie direct gastheer naar gastheer indirect via vector levend [carrier] dood [fomite] Algemene Microbiologie
261
Algemene Microbiologie
Welk type transmissie? Indirect; via muggen; cyclisch Algemene Microbiologie
262
Algemene Microbiologie
Twee soorten epidemie Gemeenschappelijke bron Besmettelijk (gastheer-gastheer) Algemene Microbiologie
263
Hoofdstuk 22: Epidemiologie, volksgezondheid en microbiologie
endemie, epidemie {wanneer wat?} (Fig. 22.1) ziekte reservoirs transmissie: gastheer naar gastheer, of via vector (levend [carrier] of dood [fomite]) cyclische epidemiëen {wanneer} (Fig. 22.4) gemeenschappelijk-bron epidemie versus gastheer-gastheer epidemie (Fig. 22.5) kudde immuniteit (Fig. 22.7) ziekenhuis infecties [nocosomiaal] maatregelen tegen epidemiëen: vaccinatie, quarantaine, bewaking Algemene Microbiologie
264
Kudde immuniteit; kans op epidemie hangt af van:
aantal primaire infectiehaarden kans op overdracht dus van contact (griep, tram) kans op infectie dus van kudde-immuniteit zodra meer dan 70 % immuun: geen epidemie (Barneveld; polio) Algemene Microbiologie
265
ziekenhuis infecties [nocosomiaal]
Algemene Microbiologie
266
Maatregelen tegen epidemiëen
Controle van reservoir (rabies; vossen; honden) Controle van transmissie Immunisatie (vaccinatie) Quarantaine Bewaking Uitroeiing (pokken, polio) Algemene Microbiologie
267
Hoofdstuk 22: Epidemiologie, volksgezondheid en microbiologie
endemie, epidemie {wanneer wat?} (Fig. 22.1) ziekte reservoirs transmissie cyclische epidemiëen {wanneer} (Fig. 22.4) gemeenschappelijk-bron epidemie versus gastheer-gastheer epidemie (Fig. 22.5) kudde immuniteit (Fig. 22.7) ziekenhuis infecties [nocosomiaal] maatregelen tegen epidemiëen Algemene Microbiologie
268
Hoofdstuk 23: De belangrijkste microbiële ziektes; directe overdracht
1. Ziektes groeperen rond manier van besmetting 2. Strategiëen van ziekteverwekkers 3. Bacteriële luchtweginfecties 4. TBC 5. Virale ademhalingsziektes 6. Bacteriële geslachtsziektes 7. AIDS Algemene Microbiologie
269
Algemene Microbiologie
1. Ziektes zijn hier gegroepeerd rond manier van besmetting dus niet per organisme ademhaling sex Volgende hoofdstuk: andere transmissie dier transmissie insect en teek transmissie voedsel transmissie water transmissie Algemene Microbiologie
270
2. Let vooral op de strategiëen van de ziekteverwekkers
antibioticum resistentie na-apen (mimicry) van gastheer materiaal antigene variatie (Trypanosomen) omhulling, afzondering, intracellulair gaan aanval op immuunsysteem (AIDS) verspreiden via luchtwegen, etc. Algemene Microbiologie
271
3. Bacteriële luchtweginfecties
A. Waarom zijn luchtweginfecties zo algemeen? -vaak viraal dus vaak doorgegeven vóór de symptomen verschijnen -gebrek aan vaccins door antigene variatie of kruisreactie (S. pyogenes) -gezonde dragers -enorm contact oppervlak# Algemene Microbiologie
272
Algemene Microbiologie
Luchtweginfecties Algemene Microbiologie
273
3. Bacteriële luchtweginfecties
B. Belangrijke voorbeelden: Streptococcus pyogenes Gram positieve cocci; ernstige keelpijn ook 50 % viraal; gevaarlijk door toxines; rheuma, nierontsteking Streptococcus pneumoniae: longontsteking, capsules met meerdere cellen Staphylococcus aureus (Grampositieve cocci) geelkleurig, maakt toxines als hemolysine, coagulase, leukocidine (> pus) (Fig. 23.6) ‘toxic shock syndroom’ (tampons) enterotoxine A: voedsel vergiftiging Algemene Microbiologie
274
Staphylococcus aureus: strategie
Algemene Microbiologie
275
4. Mycobacterium and tuberculose (TBC)
primaire en postprimaire infectie aggregaten van macrofagen, bacterie geneutraliseerd maar niet geëlimineerd: ‘tuberkels’. Gastheer is dan gesensitiveerd: tuberculine test. Soms naar postprimair. Behandeling 12 maanden (!; langzame groeier) met isoniazide (Lijkt op NAD+ , inhibits mycolinezuur synthese van celwand) Mycobacterium bovis gaat via de darm; rauwe melk! Mycobacterium leprae groeit in macrofagen; intracellulaire parasiet! Algemene Microbiologie
276
Virale ademhalingziektes: erg frequent
Algemene Microbiologie
277
5. Virale ademhalingsziektes
Geen antibiotica wel: immunisatie, vaccins, immunoglobulines [mumps= de bof; chicken pox=water pokken; small pox=pokken] Voorbeelden virale luchtwegziektes: ”kou”: Rhinovirus, ssRNA; aerosols; 100 verschillende antigene soorten overdracht: lucht, handen! griep: influenza virus, ssRNA, 8 fragmenten Algemene Microbiologie
278
Vaccinatie is succesvol
Algemene Microbiologie
279
5. Virale ademhalingsziektes
Geen antibiotica wel: immunisatie, vaccins, immunoglobulines [mumps= de bof; chicken pox=water pokken; small pox=pokken] Voorbeelden virale luchtwegziektes: ”kou”: Rhinovirus, ssRNA; aerosols; 100 verschillende antigene soorten overdracht: lucht, handen! griep: influenza virus, ssRNA, 8 fragmenten Algemene Microbiologie
280
5. Virale ademhalingsziektes#
antigene variatie door menging (cross over)van de fragmenten overdracht: aerosols Algemene Microbiologie
281
Algemene Microbiologie
6. Geslachtsziektes toenemend probleem door -toenemende sexuele activiteit (?) (“pil”) -toenemende promiscuïteit -sociaal stigma op geslachtsziektes Afname door: AIDS angst, intelligentie (condoom) Algemene Microbiologie
282
Algemene Microbiologie
6. Geslachtsziektes Voorbeelden: Gonorroe (‘druiper’); Neisseria gonorrhoeae gevoelig voor droogte en zonlicht resistentie door plasmide dat penicillinase codeert bevorderd door “de pil”; meer basische vagina zonder lactobacillen (Fig ) Syfilis : Treponema pallidum puist, verspreiding over het lichaam soms infecties centrale zenuwstelsel Algemene Microbiologie
283
Algemene Microbiologie
6. Geslachtsziektes Voorbeelden: Clamidia trachomatis intracellulaire bacterie Herpes virus type 1: koortsuitslag type 2: geslachtsziekte Algemene Microbiologie
284
Algemene Microbiologie
7. AIDS HIV; retrovirus; 2 identieke ssRNAs doelwit cel: TH lymfocyt CD4 (T hulp cel); remt celdeling opportunistische infecties geven de symptomen ’Geneesmiddelen’: reverse transcriptase remmer, maar: drug resistentie door genetische variabiliteit Algemene Microbiologie
285
HIV-virus hides in its opponent: CD4 helper cells
Algemene Microbiologie
286
Algemene Microbiologie
Hfdstk 24. Ziektes zijn gegroepeerd rond manier van besmetting dus niet per organisme ademhaling sex Hoofdstuk 24: andere transmissie dier transmissie insect en teek transmissie voedsel transmissie water transmissie Algemene Microbiologie
287
Overdracht door levende organismen
Zoogdieren als overdrager: hondsdolheid (rabies); 10 dagen incubatie in honden, maanden in mensen daardoor vaccin als therapie na infectie! insecten als overdrager Lyme ziekte (teek) Tyfus (luis) malaria (Protozoon, Anopheles mug) (Fig. 24.9) slaapziekte (Trypanosoom, Tse tse vlieg) pest (vlo, rat, bacterie) Algemene Microbiologie
288
Malaria en slaapziekte: 3 soorten
Algemene Microbiologie
289
Algemene Microbiologie
Pest: 4 soorten Algemene Microbiologie
290
Overdracht door dode materie
a. voedselvergiftiging (toxines) Clostridium botinulum; sporen! b.voedselinfectie (organismen) a: S. aureus, Clostridium botulinum (sporen) b: Salmonella, E. coli O157:H7 Helicobacter pylori (maagzweer!) Hepatitis A virus (schaaldieren) [Hepatitis B virus (bloed contact)] Effect van waterzuivering (Fig ) Algemene Microbiologie
291
Effect van waterzuivering (VS)
Algemene Microbiologie
292
Algemene Microbiologie
Laatste college Repertorium Oefententamen Algemene Microbiologie
Verwante presentaties
© 2024 SlidePlayer.nl Inc.
All rights reserved.