I is de stroomsterkte in Ampère (A) R is de weerstand in Ohm ()

Presentatie over: "I is de stroomsterkte in Ampère (A) R is de weerstand in Ohm ()"— Transcript van de presentatie:

1 I is de stroomsterkte in Ampère (A) R is de weerstand in Ohm ()
De wet van Ohm U = I.R U = spanning in Volt (V) I is de stroomsterkte in Ampère (A) R is de weerstand in Ohm ()

2  Bij serieschakeling geldt:
+ - 1. De stroom . . . is overal hetzelfde. Hoofdstroom Ibron = I1 = I2. 2. De bronspanning . . . wordt verdeeld. Ubron = U1 + U2 3. De vervangingsweerstand Rv . . . Rv = R1 + R2

3  Vervang eerst beide weerstanden . . .
= 120  Rv = R1 + R2 = Ub = 12 V + - Rv = 120  R1 = 40  R2 = 80 

4  De hoofdstroom berekenen . . .
Ub = I . Rv  12 = I  I = 0,10 A  Weer terug naar de beginschakeling . . . Ub = 12 V + - Rv = 120  I = 0,10 A

5  Op elke weerstand passen we nu . . .
de wet van ohm toe.  U1 = I . R1 = 0, = 4,0 V  U2 = I . R2 = 0, = 8,0 V + - Ub = 12 V R1 = 40  R2 = 80  I = 0,10 A

6  De resultaten staan in de schakeling . . .
 De hoofdstroom Ib = I1 = I2 = 0,10 A  Ub = U1 + U 12 V = 4,0 V + 8,0 V + - Ub = 12 V R1 = 40  R2 = 80  0,10 A 4,0 V 8,0 V

7 Voorbeeld 2: serieschakeling.
Je wilt een 6,0 V; 0,50 A fietslampje . . . aansluiten op een spanning van 15 V. Ub = 15 V + -

8 Bereken de vereiste serieweerstand.
Van R1 kennen we twee gegevens: U1 = 15 – 6,0 = 9,0 V I1 = 0,50 A en . . Ub = 15 V + - 0,50 A 9,0 V R1 6,0 V; 0,50 A

9 We kunnen nu R1 berekenen.
R1 = U1/I1 = 9,0/0,50 = 18 W Nog even UL en I meten . . . Ub = 15 V + - 6,0 V; 0,50 A R1 V A 0,50 A 9,0 V = 18 W

10  Bij parallelschakeling geldt:
1. De spanning over elke weerstand is. . . . hetzelfde. U1 = U2. 2. De hoofdstroom wordt . . . . verdeeld. I = I1 + I2 3. De vervangingsweerstand Rv . . .

11 Einde