Download de presentatie
GepubliceerdMarcella Claes Laatst gewijzigd meer dan 10 jaar geleden
1
Anekdote: “Ik doe m’n ogen open, ja hoor, ‘t is nog steeds donker, de pps-sheets komen voor de 10e keer voorbij, het sneeuwt nog steeds op de televisie…” Top 5 presentatiefouten: 1. De verkeerde hulpmiddelen (de hulpmiddelen moeten de spreker ondersteunen niet andersom: het projecteren van hectaren tekst is zinloos!) - overdaad schaadt! 2. Te grote afstand (presenteer nooit zittend, bij voorkeur niet achter een lessenaar of een woud van bloemen of een tafel met daarop het hulpmiddel ) - ga naar publiek toe! 3. Onjuiste ademhaling (een teveel aan spanning levert een adrenalinestoot, de ademhaling schiet omhoog en angstgevoelens ontstaan sneller; de stem wordt hoger en de spreker krijgt geen lucht meer) - buikademhaling! 4. Te veel willen vertellen (de spreker draaft door van a naar z) - vertel meer over minder! 5. Jezelf centraal stellen (de egotripper) - wees spaarzaam met “ik”
2
Presentatietechnieken
Een korte cursus voor het houden van een presentatie Duur: Ongeveer 45 minuten, mede afhankelijk van vragen en opmerkingen De korte cursus gaat in op alles wat met het presentatieoptreden te maken heeft. Bedoeling is om de begeleider van een profielwerkstuk in staat te stellen zijn studenten te coachen en te trainen in het succesvol presenteren van het gemaakte profielwerkstuk. Tijdens de bijeenkomst zal gewerkt worden met de powerpointpresentatie die bedoeld is voor de instructie van de leerling.
3
Presentatietechnieken
Wanneer is een presentatie succesvol? Doelstelling presentatie Opbouw presentatie vormen & structuur Communicatie lichaamstaal & spreekvaardigheden Gebruik technische hulpmiddelen Agenda Aan bod komen: - Wanneer is een presentatie succesvol? - Wat is het belang van een doelstelling? - Vormen en structuur van de presentatie - Communicatie bij het presenteren - Gebruik van technische hulpmiddelen.
4
Succesvolle presentaties
Het draait om effectiviteit Succes = bereiken wat je wilt bereiken Resultaat = inhoud + woordkeus + performance (in balans) Vooraf: elke presentatie is spannend - accepteer spanning Het hebben van een doel is belangrijk! (Geeft hulp bij probleemstelling, vormt rode draad en ontwikkelen centraal thema, hulpmiddel om te rangschikken naar volgorde van belangrijkheid. Realistisch in doelstelling! Wat wil ik dat mijn gasten na afloop er mee doen? Presenteren is meer dan het vertellen van een interessant verhaal. Publiek reageert op non-verbale gedrag, op performance (staan, bewegen, kleding) Zittend presenteren is uit den boze
5
Doelstelling Vooraf nadenken wat je wilt bereiken: informeren?
overtuigen? activeren? amuseren? Vereenzelviging Informeren: - kweek begrip door aangepast taalgebruik - gebruik anekdotes om vorm te geven - hou rekening met wat toehoorders weten Overtuigen - werk op verstand en gevoel - haal bewijzen aan (statistiek, gezaghebbende mening), maar gebruik het nauwekeurig en betrouwbaar - maak voordelen duidelijk Activeren - wees kort, overtuigend en motiverend - stem af op de personen - haal feiten aan - dring aan op actie Amuseren: - persoonlijk, krachtig, helder en luchtig - populair taalgebruik - interessant en aan de gelegenheid aangepast
6
Presentatievormen Toespraak Lezing Demonstratie Discussie
veel in één keer / geen feedback Lezing tweerichtingsverkeer / vragen en opmerkingen Demonstratie praten en breien Discussie creativiteit gasten regisseren Toespraak + veel in één keer, grote groep, grote verhaal en deelgebieden in andere vorm -- gasten raken draad kwijt, verslappen, niet weten hoe het overkomt. Lezing: o het goed beheersen van de materie is een vereiste, inspelen op vragen en opmerkingen zonder draad kwijt te raken / zeer geschikt voor kleinere groepen (specifieke kennis overbrengen en gebruik maken van aanwezige kennis en actieve rol gasten) Demonstratie: o verbaal en visueel tegelijk / alle gasten moeten het goed kunnen zien, handeling volledig tonen, helder verbaal toelichten, actief meedoen (nadoen?) Discussie: rol discussieleider - intro onderwerp - doelstellingen discussie verduidelijken - discussie naar doelstelling leiden - stiumuleren uitwisseling kennis en ervaring. + gasten tonen initiatief, nemen actief deel, hebben wij-houding, tonen gezamenlijke verantwoordelijkheid, vriendelijke ondertoon -- gasten te afhankelijk, reageren vijandig of apathisch, ieder-voor-zich, vraag is niet te horen, onder elkaar gaan discussieren.
7
Presentatiestructuur (1)
Opening aandacht vragen (observeer 10 seconden) contact maken kort, krachtig & boeiend openen hoe ga je met vragen om (tijdens of achteraf) Introductie wat ga ik vertellen (centraal thema) wie ben ik? (waarom ben ik hier?) Belang voorbereiding (1/2e werk!) - begin op tijd, je komt altijd tijd tekort - zonder: risico niet of onjuiste stof / hulpmiddelen / tijdsoverschrijding Voorbereiding eindigt wanneer presentatie begint! Structureren is van belang: voor u worden doel, belang en opzet helder / voor gasten blijken bedoelingen en gedachten te volgen. Opening: liefst verrassend (2 min): gasten willen (blijven) luisteren. Voorbeelden: - informeel / vraag stellen / gedachten lezen /ervaring vertellen/ noemen feit / citeren / schokeffect / actualiteit… Introductie - presentatie centraal thema (In … minuten wordt met u behandeld: … ) - presentatie spreker doel is het opbouwen van vertrouwen (verstig persoonlijke autoriteit: ervaring, kundigheid) (zie publiek voor vol aan: kleding, gedrag, kennis van zaken) (bescheidenheid / oprechtheid / waarheid tonen) - vertrouwen verspelen (slordig met hulmiddelen, te veel grootspraak, met sleutels spelen, verkeerd stemgebruik, verkeerd uitspreken van namen, verkeerde woordkeus, overdrijven met details)
8
Presentatiestructuur (2)
Kernboodschap (wat zeg ik) wie, wat, waarom, wanneer logische opbouw (eenvoudig - moeilijk, theorie - praktijk) vermijd jargon (afhankelijk van doelgroep) Conclusie (wat heb ik gezegd) vragen? herhaling hoofdpunten / conclusie afsluiting Tijdens de kernboodschap: hou het vertrouwen! (Het gehoor wil: leren, voordeel hebben, dat u inspeelt op hun gevoelens, plezier, zekerheid, niet aangevallen worden, amusement, vertrouwen, enthousisame, in zijn waarde gelaten worden!) Samenvatting: “Wie heeft er nog iets te vragen” (links-midden-rechts) en vervolgens “moraal van het verhaal (ik heb dit gezegd omdat … en ik wens dat u ermee…). Voorkom samenvattingsfouten: afraffelen, nieuw centraal thema, onbehandelde zaken die te binnen schieten, letterlijk herhalen, geef geen afsluitsiggnalen (concluderend, tenslotte, …) Afsluiten: slot heeft relatie met begin, maar andere belichting. Het slot moet krachtig, doelbewust en overtuigend zijn. Voorbeelden: probleem reduceren tot eenvoud, een slagzin of citaat, een illustratieve ervaring, herformuleren, om actie verzoeken.. Bedank nooit voor de aandacht: indien het betoog helder overkomt is het aan de gasten om u te bedanken!
9
Presentatiestructuur (3)
Bewaak de tijd! (of laat dat doen) Herhaal altijd een vraag of opmerking! Maximum = 13 minuten concentratie variatie nodig
10
Communicatie: hoe zit het in elkaar? (1)
Schat percentages in: verbaal non-verbaal intonatie
11
Communicatie: hoe zit het in elkaar? (2)
De percentages blijken te zijn: verbaal 8% non-verbaal 55% intonatie 37%
12
Communicatie: lichaamstaal 55%
non-verbale communicatie houding beweeglijkheid gebaren oogcontact kleding Niet alleen wat u zegt, maar ook hoe u het zegt: houding, gebaren, gelaatsuitdrukking, accent, reputatie, … Teveel lichaamstaal is storend, te weinig is “dodelijk”. Sta dicht bij het publiek! Houding: rustig, open (armen niet over elkaar), geïnteresseerd (handen niet in zakken, maar ontspannen langszij), op voorvoeten. Tip eventueel papier of viltstift in de hand houden. Beweging: lopen, mits gecontroleerd, verlicht de spanning, het verlegt de aandacht, het kan tempo en stemming veranderen. Ongecontroleerd zenuwachtig heen en weer bewegen irriteert het publiek. Gebaren: vestigt aandacht op inhoud, zijn afwisselend, versterkt inhoud, maar leiden af indien te veel of niet bewust gebruikt! Oogcontact: de ogen richten op 4e/5e rij (net over voorsten heen); durf bewust te kijken, van links naar rechts, hou voortdurend oogcontact Kleding: “schoffeer” uw publiek niet!
13
Communicatie: spreekvaardigheden 37%
intonatie articulatie helder stemgebruik langzaam spreken, weinig woorden ademhaling pauzes ONTSPANNING Voorkom monotonie Voorkom taalvervlakking Brabbel niet Spreek opgewekt! Let op juiste klemtoon Varieer in woordenschat Voorkom clichés. Wees voorzichtig met vakjargon Correct uitspreken van moeilijke woorden 85% U - 15% Ik Durf te pauzeren, durf te ademen! Angst overwin je door: - spanning accepteren - bewust diep ademen - goede voorbereiding
14
Gebruik technische hulpmiddelen (1)
Ondersteunend: voorbewerkte hulpmiddelen overhead-/dia-projector, beamer schrijfmiddelen schoolbord, flipover, whiteboard, sheet plak- en hangborden flanel-/magneetborden film en video Afhankelijk van: wat wil je bereiken, hoeveel publiek en tijd heb je? Technische hulpmiddelen worden in deze 4 groepen onderverdeeld. Bij lange presentaties kan diversiteit gewenst zijn. Bij korte presentaties schaadt de overdaad. Zorg voor zichtbaarheid/leesbaarheid met gemak vanuit iedere stoel van publiek. Specifiek: film/video is m.n. geschikt in trainingssituaties met een klein aantal deelnemers. Kwaliteit van het hulpmiddel is belangrijk, maar hou kosten/toegevoegde waarde in de gaten. Gebruik het medium ondersteunend: d.w.z. ondergeschikt aan betoog! (Eventueel “mee laten groeien) Schrijf leesbaar (blokletters, geen hoofdletters) Wat kan er misgaan? - een drentelende presentator die steeds in beeld loopt - niet zichtbaar of vanuit te moeilijke hoek - te kleine afbeeldingen - te veel of te weinig informatie - illustraties die niets met onderwerp te maken hebben - afbeelding ondersteboven - onscherpe projectie - onleesbaar schrift - beeld en geluid niet synchroon - sneeuwstorm op televisie - kapotte projectorlamp (ontbreken reservelamp)...
15
Gebruik technische hulpmiddelen (2)
Criteria voor sheets: leesbaar kernwoorden, geen zinnen niet te veel op 1 sheet eenvoudig herkenbaarheid, zelfde opmaak plaatjes, figuren Sheets of projectiepagina Powerpoint. Wees voorzichtig met “fun”-factor (automatische beweging, doorloop, bewegende beelden…)
16
Zijn er tot dusverre vragen of onduidelijkheden?
17
Om te beklijven... Kom op tijd Controleer technische hulpmiddelen
Bereid je goed voor Ken je verhaal, geloof erin Spreek uit je hoofd Ga niet (onnodig) op details in (bij vragen) Gebruik sheets ter ondersteuning op hoofdlijnen
18
… “professioneel” ... Luister naar vorige sprekers
Kom op, loop naar de rand Wacht 10 seconden, doe opening Verricht daarna uw technische handelingen Accepteer feilen van techniek Hou continu oogcontact Herhaal een vraag of opmerking Beweeg bewust
19
… en voorts... basis: concentreer je op houding en stem
bedenk: aanvangszinnen zijn beslissend! 7% inhoud 35% woordkeus % performance % resultaat Bedenk aanvangszinnen zijn beslissend, maar het slot is datgene wat de gasten bijblijft!
20
… en tenslotte … Accepteer irritaties van sprekers
een half uur voor en een kwartier na “de wedstrijd”. Blijf uit hun buurt! Presenteren = doen
Verwante presentaties
© 2024 SlidePlayer.nl Inc.
All rights reserved.