Download de presentatie
1
Fonologie 1
2
Inleiding: Fonologie Eerste betekenis: het klanksysteem van een taal.
een verzameling klanken combinaties van klanken Component van het menselijk taalsysteem
3
Inleiding: Fonologie Tweede betekenis: studie van het klanksysteem.
Wat zijn de klanken van een taal? Hoe worden ze gecombineerd? Vakgebied van de taalkunde
4
Inleiding: Creativiteit
Oneindig gebruik van eindige middelen Een eindig assortiment van klanken Een eindig aantal regels om een onbeperkte verzameling vormen te maken
5
Inleiding: Observaties
{ a, b, k, r } - Mogelijke en onmogelijke woorden brak - kark - *rbak - Klankverandering brak - krab - krabben - crab - Meer klankvariatie, ook tussen sprekers kar - rak
6
Inleiding: Deze week Dinsdag 29 april: klankstructuren:
klanken, kenmerken klankstructuren, lettergrepen Dinsdag 6 mei: klankprocessen: klankvariatie, processen, regels
7
Inleiding: Literatuur
Hoofdstuk 1 (Phonology) van het boek 1, 2, 4 leren; 3, 5 lezen [Zie website voor correcte versie] Achtergrondlectuur - automaten en formele talen: H8, H18 - toepassingen: vnl. H10, 16, 17
8
Inleiding: Practicum Taalkundige opdrachten in Prolog
Eindige automaten om lettergrepen te herkennen Zie de website onder Practicum
9
Inleiding: Dit college
Fonetiek Klanken Syllaben Automaten Kenmerken
10
Fonetiek: vs fonologie
Fonologie: taalkundige studie van klanksystemen Fonetiek: natuurwetenschappelijk studie van spraakklanken
11
Fonetiek: Drie soorten
articulatorische fonetiek productie door spraakorgaan akoestische fonetiek natuurkundige eigenschappen auditieve fonetiek waarneming
12
Klanken: IPA IPA: International Phonetic Alphabet
Speciale symbolen om spraakklanken te kunnen noteren bang - ŋ the / thin - ð / ten / net - th / t¬ IPA site:
14
Klanken: Fonen en segmenten
Min of meer synonieme termen: klank, klanksegment, segment, foon = de opeenvolgende eenheden waarin je een woord kunt opdelen. Verschil met letters: eng versus ŋ taxi versus tksi teken versus tekən
15
Klanken: Foneem Foneem: klank met een contrastieve waarde in een taal
Elke taal heeft z’n eigen verzameling fonemen (bv. s, t, p, ) Achter elkaar gezet om woorden te maken (bv. stp, ?, …)
16
Klanken: Minimale paren
Fonemen zijn distinctief of contrastief: ze onderscheiden woorden Minimaal paar: een tweetal woorden dat slechts in één foneem verschilt rood - lood minimaal paar, dus twee Nederlandse fonemen top - thop geen minimaal paar, niet twee verschillende fonemen
17
Klanken: Realisering Een foneem kan op verschillende manieren als klank gerealiseerd worden. Dit noemen we de varianten of allofonen van dat foneem. Vrije variatie: verschillende klankvarianten op één positie (bv. top, thop, tsop, dop)
18
Klanken: Complementair
Vergelijk: wat, werk, duw, meeuw Labiodentale w: woordbegin Bilabiale w: woordeinde De twee w-klanken zijn in complementaire distributie: ze komen in verschillende omgevingen voor Engels: stop / thop (na s / niet na s)
19
Klanken: Notatie Fonemen: /pst/ /stp/ Realisering: [phst] [stp]
De Engelse /p/ heeft o.a. [p] en [ph] als allofonen. De Nederlandse /ʋ/ heeft [ʋ] en [w] als allofonen.
20
Klanken: p, k, b, g in Endo Tussen klinkers: roobiya ‘geld’, togol ‘alle’ Na nasalen: chumba ‘blanken’, ngok ‘kip’ Overige omgevingen: paan ‘reis’, ngalyap ‘tong’, kaaraak ‘vissen’
21
Klanken: Stem in Endo In Endo zijn de stemloze plosieven /p/ en /k/ fonemen, maar de stemhebbende /b/ en /g/ niet. Tussen klinkers en na nasalen (m,n) worden /p/ en /k/ als de allofonen [b] en [g] gerealiseerd, respectievelijk. /p/ en /k/ assimileren in stem (voice) aan hun stemhebbende buren.
22
Syllaben: Groepering Een woord is meer dan een willekeurige reeks klanken. Elk woord kan verdeeld worden in een of meer lettergrepen of syllaben. ar.beids.ver.de.ling Punten of streepjes worden gebruikt om de lettergrepen te scheiden.
23
Syllaben: Structuur Een woord en ook een lettergreep: klomp Onset: kl
Nucleus: o (meestal klinker) Coda: mp Rhyme: Nucleus + Coda (Zie boek voor boomstructuren)
24
Syllaben: Taalverschillen
Elke taal heeft z’n eigen regels voor wat in onset, nucleus of coda kan (phonotactics) Nederlands: klomp, *sklomp, *klormp Endo: sukuul, kilaas, tiraam Engels: school, glass, drum strike > sutoraiku (Japans)
25
Syllabe: Notatie Consonanten (medeklinkers) en vocalen (klinkers) afgekort als C en V Syllabestructuur kan als CV-patroon worden weergegeven: klomp CCVCC strike CCCVVCC > sutoraiku CV.CV.CV.V.CV
26
Syllaben: Effect onset
Bij het syllabificeren van een woord (in lettergrepen opdelen) wordt de onset gemaximaliseerd (onset maximization). katrol, frustratie, controle ka.trol, fru.stra.tie, con.tro.le Afhankelijk van de syllabestructuur van de taal in kwestie.
27
Syllaben: Effect coda Syllabegewicht: onderscheid tussen zware en lichte lettergrepen Zwaar: CVV, CVCC, soms CVC Vertakkende rhyme, twee morae Licht: CV (geen coda), soms CVC Geen vertakkende rhyme, één mora Belangrijk voor accentuering.
28
Automaten: Talen We kunnen de mogelijke syllaben en woorden in een taal opvatten als een verzameling rijtjes over een alfabet van fonemen (d.w.z. als een formele taal) Een simpel voorbeeld: Alfabet = { p, k, a, i }, Taal = { pa, ka, pi, ki, papa, papi, pipa, pipi, …, paki, …, kipa, …, kikipa, …, pakipapa, … }
29
Automaten: Regulier We hebben hier te maken met een reguliere taal.
Een reguliere taal kan beschreven worden door een reguliere expressie: [ p|k a|i ]+ Zie bijvoorbeeld:
30
Automaten: Regulier Een handiger notatie: C = { p, k } en V = { a, i }, [ C V ]+ is dan de reguliere expressie die deze reguliere taal vastlegt
31
Automaten: Eindig Een reguliere taal kan ook worden gekaraktiseerd door een eindige automaat (finite state machine) Een automaat herkent een taal door stap voor stap de tekens van een inputrijtje op een tape te lezen en een aantal toestanden te doorlopen. Geslaagde herkenning: einde tape en tevens in een accepterende eindtoestand.
32
Automaten: Voorbeeld p|k|a|i 2 Eindig aantal toestanden a|i p|k
Begintoestand en eindtoestand p|k 1 a|i Toestandsovergangen bij het lezen van bepaalde symbolen
33
Automaten: Voorbeeld p|k|a|i 3 a|i p|k 1 2 p|k a|i Met een ‘jump’
34
Automaten: Transducers
Er zijn ook eindige automaten die rijtjes kunnen omzetten naar rijtjes: eindige transducers (finite state transducers). Eindige transducers beschrijven reguliere relaties. Voorbeeld: transducer die woorden omzet in hun CV-patroon
35
Automaten: CV-patroon
ka:CV, paki:CVCV, pikipa:CVCVCV De dubbele punt staat tussen het invoerrijtje op de invoertape en het uitvoerrijtje op de uitvoertape.
36
Automaten: CV-transducer
1 2 p|k:C a|i:C 0:0
37
Automaten: Palindromen
Een taal die uit palindromen bestaat kan niet herkend worden door een eindige automaat. Een eindige automaat kan locale afhankelijkheden beschrijven (x volgt op y) maar geen afhankelijkheden over willekeurig lange afstanden. Daarvoor hebben we krachtiger automaten nodig.
38
Kenmerken: Inleiding Fonemen onderscheiden woorden.
Maar hoe zijn fonemen en klanken in het algemeen van elkaar onderscheiden? Bijvoorbeeld: l en r, of p en t? Antwoord: distinctieve fonetische kenmerken (distinctive features)
39
Kenmerken: C Chart
40
Kenmerken: V Chart
41
Kenmerken: Medeklinkers
t -voiced -nasal +anterior +coronal … m +voiced +nasal +anterior -coronal …
42
Kenmerken: Klinkers i +high -back -round o -high +back +round
43
Kenmerken: Klassen Natuurlijke klasse: een groepje klanken die zich in een bepaald opzicht op dezelfde manier gedraagt door één of meer gemeenschappelijke kenmerken Bijvoorbeeld: stemloze plosieven of stemhebbende plosieven
44
Kenmerken: Klassen Stemloze plosieven cup hit pack Meervoud?
Stemhebbende plosieven cub fad rag Meervoud?
Verwante presentaties
© 2024 SlidePlayer.nl Inc.
All rights reserved.