Download de presentatie
GepubliceerdJacobus Verbeke Laatst gewijzigd meer dan 10 jaar geleden
1
Frezen Spaanbeheersing Wat is verspaning Snijmaterialen
Thermische & mechanische belasting (altijd in onderbroken snede) Meelopendfrezen - Tegenlopendfrezen Freesdiameter / Werkstukbreedte & Inloophoek Normale, dichte & wijdvertande verdeling, Ongelijkmatige verdeling Aanvalshoek / Snijkrachten Freesgeometrieen Standtijd 30 29
2
Verspaning = Spaanstuik + Afschuiving
3
Draaien Frezen Draaiend werkstuk Stilstaand gereedschap
Constant in aansnijding Constante spaandikte Constante snijkracht Aanzetkracht in de richting van de spindellagering Stilstaand werkstuk Draaiend gereedschap Onderbroken aansnijding Varierende spaandikte Varierende snijkracht Aanzetkracht haaks op de spindellagering (radiaal) 2 2
4
Varierende snijkant-temperatuur
Onderbroken bij draaien in snede uit snede Frezen in snede uit snede 3 3
5
Freestypen
6
Vlakfrezen Ć D1 = Effektieve Diameter RR = Radiaalhoek
Ć D2 = Max. Diameter Ć D2 B Ć B = Opnamediameter Ć D1 Ć D1 = Effektieve Diameter K K = Meenemerspiebaanbreedte RR RR = Radiaalhoek H H = Freesbodyhoogte LA LA = Aanvalshoek AR AR = Axiaalhoek MD MD = Max. Snedediepte BC Ć BC = Bevestigingssteekcirkel 4 4
7
Schachtfrezen D1 = Snijdiameter D2 = Schachtdiameter L1 = Totaallengte
Wisselplaat Schachtfrees Ć D1 Ć D2 L 1 ap 3 D1 = Snijdiameter D2 = Schachtdiameter L1 = Totaallengte ap = Snedediepte L3 = Uitsteeklengte 5 5
8
Schijffrees K H1 ĆB ĆD2 ĆD1 H2 Ć D1= Effektieve Diameter
H1 = Snedebreedte H1 Ć D2 = Flensdiameter ĆD2 Ć B = Opnamediameter. ĆB K K = Snedebreedte H2 = Breedte van de flensopname H2 7 7
9
Axiaal vs. Radiaalfrezen
Axiaalfrezen Spaanvorming Hm Fz Ae Fz Ae Bij axiaal frezen is de spaan- dikte Fz = Hm constant maar varieert de radiale snedebreedte Ae Bij radiaal frezen is de spaan- dikte Fz niet constant. De snedebreedte Ae is constant 18 18
10
Axiaal vs. Radiaalfrezen
Stabiliteit Axiaalfrezen Radiaalfrezen 18 18
11
Schroeflijnvormige beweging
Schroefdraadfrezen Rotatie in de x/y-as Translatie in de z-richting De rotatie bepaald de diameter De spoed bepaald de translatie v.d. schroefdraad. Voraussetzung zum GewindefrƤsen ist eine Werkzeugmaschine mit einer Dreiachs-Bahnsteuerung (helicoidale Interpolation). Die helicoidale Interpolation ist eine CNC-Funktion fĆ¼r die Bewegung eines Punktes lƤngs einer Schraubenline. Eine Helicoidalbewegung setzt sich aus einer Kreisbewegung in einer Ebene, und einer gleichzeitigen Verschiebung in einer dazu senkrechten Ebene zusammen. Die Bahn von Punkt A nach Punkt B (Abb. A) kombiniert eine kreisfƶrmige Bewegung in X/Y-Ebene mit einer linearen Verschiebung in Z-Richtung. Der rotierende FrƤser beschreibt eine Kreisbahn in xy-Ebene. Durch gleichzeitige Verschiebung in Z-Richtung entsteht eine Schraubenlinie. Durch Ćnderung des Kreisbahndurchmessers Ƥndert sich der Gewindedurch-messer. Die Gewindesteigung wird durch die Verschiebung in Z-Richtung festgelegt. Im Gegensatz zum Gewindedrehen (mit einem Zahn)sind immer alle ZƤhne der Platte im Eingriff. Pro vollstƤndigem Umlauf wird so ein Gewinde mit maximaler Tiefe = SchneidplattenlƤnge gefrƤst. Soll das Gewinde tiefer sein, so muĆ die Platte nach einem Umlauf versetzt werden (ļ Folie ) D = schroefdraad diameter P = spoed v.d.schroefdraad Schroeflijnvormige beweging
12
Schroefdraadfrezen Radiale Zustellung
Uitwendige schroefdraad Inwendige schroefdraad slecht radiale Voeding bij voorkeur Voeding langs een tangentiale boog invoeren. Voeding tangent aan de omtrek invoeren Radiale Zustellung Das Werkzeug wird in einer Geraden an das WerkstĆ¼ck herangefĆ¼hrt. Dies ist die einfachste, aber ungĆ¼nstigste Methode, da der Umschlingungswinkel beim Einfahren zu groĆ ist. Sie sollte deshalb nur in AusnahmefƤllen verwendet werden . Dann muĆ beachtet werden: ā¢ Am Ein- sowie Austrittspunkt bleibt eine vertikale Verweilmarke sichtbar. ā¢ Bei sehr harten Werkstoffen kann es zu Beginn des FrƤsens zu Schwingungen kommen. ā¢ Der Vorschub beim Eintritt auf die volle Gewindetiefe sollte nur 1/3 des Vorschubs der Kreisbewegung betragen. Zustellung Ć¼ber einen tangierenden Bogen Das Werkzeug wird im Eilgang vom Zentrum bis auf ca. 0,5mm an das WerkstĆ¼ck herange-fahren. Von dort wird es auf einem Kreisbogen mit gleichzeitiger Z-Achszustellung auf volle Profiltiefe gefahren. Nach einem ganzen Umlauf wird der FƤser ebenso wieder zurĆ¼ckbe-wegt. Bei dieser Methode taucht das Werkzeug sanft in das WerkstĆ¼ck ein und wird gleicher-maĆen wieder herausgefĆ¼hrt. Selbst bei hƤrteren Materialien entstehen keine Vibrationen und Verweilmarken. Diese Methode verlangt zwar eine etwas aufwendigere Programmierung als die radiale Zustellung, ist jedoch beim FrƤsen von Gewinden mit hoher QualitƤt besonders zu empfehlen. Zustelllung Ć¼ber eine tangierende Gerade Diese sehr einfache Methode kann nur bei AuĆengewinden angewendet werden, besitzt aber alle Vorteile der Zustellung Ć¼ber einen tangierenden Bogen. Invoermethode
13
Freesmethoden voor inwendige rechtse draad
Schroefdraadfrezen Meelopend Tegenlopend De resulterende snijkracht is in de richting van het werkstuk gericht minimale spaandikte bij uittreding van de snijkant rustiger en gelijkmatiger snijkarakter betere oppervlakte kwaliteit De resulterende snijkracht is uit de richting van het werkstuk gericht maximale spaandikte bij uittrede van de snijkant grotere wisselplaatslijtage Verschiedene Gewinde werden durch unterschiedliche Kombination der einzelnen Vorschubrichtungen hergestellt. Prinzipiell muĆ hierbei zwischen FrƤsen im Gegen- und Gleichlauf unterschieden werden. Meist ist GleichlauffrƤsen vorteilhafter, da die Schnittkraftresultierende das WerkstĆ¼ck gegen die Aufspannung drĆ¼ckt, Schwingungen vermindert werden kƶnnen. Sind in der Umgebung des Gewindes nur geringe WandstƤrken vorhanden, so kann FrƤsen im Gegenlauf besser sein, da das umliegende Material nicht, durch in die Wand gerichtete SchnittkrƤfte beeinfluĆt wird. Freesmethoden voor inwendige rechtse draad
14
Schroefdraadfrezen GleichlauffrƤsen im Detail.....
Spindeldraairichting rechtsom. Voedingsrichting tegen de klok in. Maximale spaandoorsnede bij het inlopen van de snijkant Snijkrachten zijn naar het werk- stuk toegericht. GleichlauffrƤsen im Detail..... Meelopendfrezen
15
Helicoidaalfrezen(Graaffrezen)
16
Begrippen
17
Snedebreedte en snedediepte
Vlakfrees Ap = Snedediepte Ae = Snedebreedte Radiaal ae Axiaal ap Schachtfrees Schijffrees Radiaal ae Radiaal ap Axiaal ae Axiaal ap 9 9
18
Freespositionering
19
Intrede/Uittredehoek
^ ^ As Meelopend D Ae Tegenlopend ^ D = 1,25 x Ae Intredehoek ^ As = 0,05 xD 12 12
20
Freesdiameterkeuze Werkstuk Goed Slecht 10 10
21
Meelopendfrezen Tegenlopendfrezen (aanbevolen) Frees- draarichting
draairichting Aanzetrichting 18 18
22
Negatieve intredehoek Positieve intredehoek
tegenlopend meelopend meelopend Negatieve intredehoek Positieve intredehoek 11 11
23
Freesuitvoeringen
24
Freestandverdeling Normaal Dichtvertand
Hoek-,vlak-,schacht-,schijffrezen Normaal ā Hogere aanzet ā Grotere spaankamer ā Grotere snedediepten ā Geringere vermogensopname ā Geringer tandenaantal Dichtvertand ā Meer tanden in aansnijding ā Hogere tafelvoeding Vc (mm/min) ā Kleinere snedediepten ā Kleinere spaankamer ā Meer vermogensopname 13 13
25
Uitwerking op de tafelvoeding
Uitwerking op de tafelvoeding 500 n-1 0,12 mm/t Normaal vertand Dicht vertand 7 tanden 12 tanden x 0,12 mm/t 500 n-1 x 0,12 mm/t 500 n-1 = 420 mm/min = 720 mm/min 14 14
26
Ongelijkmatige verdeling
68Ā° 75Ā° 70Ā° 73Ā° 74Ā° 15 15
27
Spaandikte
28
Aanvalshoek/Spaandikte
45Āŗ aanvalshoek Aanvalsl- hoekl Aanzet/ tand (mm) f F Spaandikte (h) h 90Ā° f h 75Ā° f 0,96 x h 60Ā° f 0,86 x h 45Ā° f 0,71 x h Voorbeeld: F = h sin aanv.hoek 90Ā° 0,254 0,254 75Ā° 0,254 0,244 45Ā° 0,254 0,180 F = h x ād āap 50% 70% 100% Spaanvorming Bij ronde wisselplaten varieert spaanvorming en aanvalshoek met de snedediepte 17 17
29
Spaandikte afwikkelend frezen
Snijsnelheid en aanzet : Vc en Fz toepassen vlgs. uw catalogus spaandikte controleren Fz hm hm = Fz x ae/d1 voor Ʀ = 90Ā° hm = Fz x ae/d1 x 1/sin Ʀ voor Ʀ = Ā° 11 11
30
Freeskrachten op het werkstuk
31
Snijkracht Aanzet Werkstuk Aanzet Werkstuk Frees- Frees- draairichting
19 19 19
32
Aanvalshoek/Snijkracht
Radiaal Axiaal Radiaal Axiaal Resultante Resultante Aanzetrichting Aanzetrichting 90Ā°aanvalshoek Krachtrichting Aanzetrichting 16 16
33
Spaanhoek/Snijkracht
Vervorming Aanzet Snij- kracht Vervorming Aanzet Positieve spaanhoek (+) Negatieve spaanhoek (-) 21 20
34
Freesgeometrie
35
Neutrale freesgeometrie
Axiaal neutraal Radiaal neutraal Freesgeometrie
36
Dubbel positieve frees
Axiaal positief Radiaal positief Freesgeometrie
37
Dubbel positieve frees
(+) (+) Positieve radiale hoek Positive axiale hoek (+) (+) 22 21
38
Dubbel positieve frees
(+) Nadeel Minder snijkanten als dubbelnegatief Snijkanten zijn kwetsbaar Trekkrachten op het werkstuk Niet geschikt voor geharde materialen & materialen met een hoog uitzettingscoef. Voordeel Goede spaanlossing Geringe vermogensopname Toepasbaar bij instabiliteit Voorkomt zelfversteviging & geschikt voor thermoplastische materialen 23 22
39
Dubbel negatieve frezen
Axiaal negatief Radiaal negatief Freesgeometrie
40
Dubbel negatieve frezen
(-) (-) Negatieve radiale hoek Negatieve axiale hoek (-) (-) 24 23
41
Dubbel negatieve frezen
(-) Voordelen Sterkste plaatvorm Veel snijkanten Hoge aanzet Keramiek uitvoeringen Gietijzer Geharde materialen Nadelen Hoge snijkrachten Verlangd grote stabiliteit Toenemende hitte Kortere standtijden Nabewerking noodzakelijk Niet voor zachte materialen of materialen die zelfverstevigen 25 24
42
Axiaal negatieve & Radiaal positieve frees
Toepassingen: Staal GG, GGG, GGV 25 24
43
Axiaal negatieve & Radiaal positieve frees
Axiaal negatief & Radiaal positief Positieve radiale hoek & negatieve axiale hoek Staande wisselplaat geeft de snijkant meer stabiliteit De frees loopt in over de snijkant i.p.v. over de punt v.d. wisselplaat De negatieve axiale hoek drukt de snijkracht in axiale richting v.d. spindel waarin de freesmachine het stabielste is 25 24
44
Frezen met positieve snijgeometrie
Axiaal positief Radiaal neutraal Freesgeometrie
45
Frezen met positieve snijgeometrie
(-) (+) Negatieve radiale hoek (+) Positieve axiale hoek (-) 26 25
46
(+) (-) Nadelen Voordelen Goede spaanlossing
(-) (+) Voordelen Goede spaanlossing Minder vermogensopname als bij dubbel negatieve frezen De snijkant is stabieler als bij dubbel positieve frezen Goede algemene toepassing Geschikt voor gereedschapstaal- austenitisch en martensitisch r.v.s. Nadelen Gewoonlijk alleen voor zwaarverspaning Gewoonlijk met grote wisselplaten Zware freesbody Meer krachten als bij dubbel positieve of hoogpositieve frezen 27 26
47
Negatieve radiale hoek
Hoogpositieve frezen (+) (-) Negatieve radiale hoek (+) Hoogpositieve axiale hoek (-) 28 27
48
Hoogpositieve vlakfrees
Hoogpositieve vlakfrees (-) (+) Voordelen Uitstekende spaanlossing Beste alg. toepasbaarheid Aanbevolen voor de meeste gereedschapsstalen Lagere vermogensopname als dubbel positieve frezen Gelijkmatiger snijkrachten Lichte tot middelzware bewerking Nadeel Geringere snedediepte door positieve hoek Niet voor geharde materialen geschikt (>400BHN) 29 28
49
Vergelijk v.d. krachtenverdeling: 30Ā° vs. 60Ā° VHM-Schachtfrezen
VHM - Frezen basisprincipen Vergelijk v.d. krachtenverdeling: 30Ā° vs. 60Ā° VHM-Schachtfrezen Spiraalhoek 30Ā° Spiraalhoek 60Ā° F2AHā¦DL30 F3AJā¦DL60
50
Begrippen & dimensies
51
Snijcondities Snijsnelheid : Vc = Ļ x D x n = (m/min) 1000
Toerental : n = Vc x 1000 = (omw/min) Ļ x D Tafelvoeding : Vf = z x Fz x n = (mm/min) D = Freesdiameter(mm) z = aantal freestanden Fz = aanzet/tand (mm) 13 13
52
Aandrijfvermogen (kW) (N) (Nm) Pe = Ae x Ap x Vf 1000 x Q
(Bij benadering) (kW) Pe = Ae x Ap x Vf 1000 x Q Spilvermogen Fs = Ps x 60 x 103 Ae x Ap x Vf (N) Snijkracht (Nm) M = Fs x 0,5(Freesdiam.) Spildraaimoment
54
Standtijden
55
Snijkantstemperatuur
56
Standtijd 0,5 x D a Snijhoek a Sin = a(b) S 0,5xD D b b 0,5 x D
360Āŗ x( standtijd/snijkant) = totale standtijd/snijkant Snijhoek 19 19
57
Invloed van de snijcondities op de snijkantstemperatuur
Temperatuur Ā°C 900 vc (m/min) 850 fz (mm/t) ap (mm) 800 750 700 650 45 60 75 90 105 120 135 150 Snijsnelheid (m/min) 0,13 0,25 0,38 0,5 0,64 0,76 0,90 1,0 1,15 Aanzet (mm/t) Snedediepte (mm) 1,3 2,5 3,8 5,0 6,25 7,5 30 29
58
Snijkantuitvoering Geronde snijkant Scherpe snijkant
Snijkracht Snijkracht Gefaast en geronde Gefaast Snijkracht Snijkracht 15 15
59
Effectieve spaanhoek / snijkracht
Invloed v.d. spaanhoek op de snijkracht Invloed v.e. āgebrokenā snijkant op de snijkracht
60
Invloedsfactoren op de snijsnelheid
Werkstuk Oppervlakte Hardheid Insluitingen Stabiliteit Machine Vermogen Opspanningsgereedschap Hardmetaalsoort 30 29
61
Faktoren, die de aanzet/tand (mm/t) beinvloeden
Machinevermogen Machinestabiliteit Opspanning Positieve resp. negatieve geometrie Freestandverdeling Te bereiken opp. kwaliteit (Ra) 30 29
62
Faktoren, die de Snedediepte ap beeinvloeden
Machinevermogen Machinestabiliteit Opspanning Te bewerken materiaal 30 29
63
EINDE
Verwante presentaties
© 2024 SlidePlayer.nl Inc.
All rights reserved.